Water belangrijke grondstof binnen een circulaire economie

14 april 2023

Op 20 april staat in de Tweede Kamer een commissiedebat Circulaire Economie gepland. Waterschappen vragen de Tweede Kamer om tijdens het debat in te zetten op concretisering en uitvoering van de maatregelen uit het Nationaal Plan Circulaire Economie (NPCE). Ook is het belangrijk om belemmeringen in de wet- en regelgeving aan te passen die circulair handelen tegenwerken of zelfs onmogelijk maken.



Waterbesparing en hergebruik van water

Waterschappen hebben dagelijks te maken met de gevolgen van klimaatverandering: langere perioden van droogte afgewisseld met hevigere en langdurige regenbuien. De noodzaak om in actie te komen voor het klimaat, onze planeet en toekomstige generaties is daarom groot. Een circulaire economie draagt bij aan het voorkomen van verdere klimaatverandering. Voldoende schoon water is ook voor Nederland van levensbelang en met steeds droge zomers niet vanzelfsprekend meer.

Daarom pleiten de waterschappen ervoor om water als grondstof mee te nemen in de uitvoering van het NPCE. Ze vinden het belangrijk om in te zetten op waterbesparing en hergebruik van water en de kansen te benutten van hergebruik van gezuiverd water in de waterketen.

Grondstof in plaats van afvalstof

Waterschappen zijn al jaren actief in het terugwinnen van grondstoffen en energie uit rioolwater. Ze kunnen ze 18 verschillende grondstoffen uit dit water terugwinnen, waaronder cellulose, fosfaat, bioplastics en Kaumera. Om hergebruik van afvalstoffen te bevorderen zit in veel gevallen wet- en regelgeving in de weg. Die stamt nog uit de jaren ’70, toen men uitging van de gedachte dat een product of activiteit altijd leidt tot een afvalstof. De waterschappen willen af van het stempel ‘afval’ voor de reststromen van de rioolwaterzuiveringen.

Meer urgentie en middelen voor circulaire economie

Met het NPCE worden stappen gezet in de goede richting. Het gaat alleen niet snel genoeg. De maatregelen zijn vooral verkennend en onderzoekend. Waterschappen missen daarbij concrete, structurele beleidsmaatregelen. Het is daarom wenselijk dat de Tweede Kamer inzet op concretisering en uitvoering van de maatregelen. Ook moeten de maatregelen doorgerekend worden op vermeden CO2-emissie. Dat is de CO2-emissie die niet wordt uitstoten door genomen maatregelen. Daarnaast zouden substantiële middelen vanuit het Klimaatfonds de ontwikkeling naar een circulaire economie een zet in de goede richting kunnen geven.

>Lees de volledige inbreng van de waterschappen voor het debat

Tweede Kamer wil meer mogelijkheden voor groen gas

28 maart 2023

De Tweede Kamerleden Pieter Grinwis (ChristenUnie) en Silvio Erkens (VVD) hebben op 23 maart een motie ingediend. Daarin vragen zij de regering om groen gas in beleid en wetgeving een prominente plek te geven. Daarmee wordt een gelijker en dus beter speelveld voor groen gas gecreëerd. De motie is op 28 maart aangenomen.



Grinwin en Erkens voerden als argument aan dat groen gas een aantrekkelijk alternatief is voor aardgas, zeker als het wordt gecombineerd met isolatie en hybride warmtepompen. Bovendien is transport, distributie en opslag van gas veel goedkoper dan van elektriciteit of warmte.

Andere landen

Daarbij kunnen we ook leren van andere landen: ook Groot-Brittannië, Duitsland en België zetten in op groen gas. Zij breiden hun gasinfrastructuur zelfs uit.

Fiscaal aantrekkelijk

De Kamerleden constateerden dat het in Nederland nog steeds fiscaal aantrekkelijker is om van biomassa warm water te maken dan om biomassa om te zetten in biogas. Dit ondanks de hoge kosten van het aanleggen van een helemaal nieuw warmtenet. Ook worden de SDE++ systeemkosten nog onvoldoende meegenomen.

Programma Groen Gas

Minister Rob Jetten van Klimaat is al bezig om het Programma Groen Gas uit te rollen. Een belangrijk onderdeel daarvan is het creëren van een passend speelveld in termen van stimulering en regelgeving.

Waterschappen en groen gas

Waterschappen produceren groen gas op de rioolwaterzuivering (rwzi). Op zo’n 70 van de meer dan 300 rwzi’s staat een vergistingsinstallatie. In zo’n installatie wordt 75 procent van het zuiveringsslib vergist. Door die vergisting ontstaat biogas wat kan worden opgewaardeerd naar aardgaskwaliteit. Dat noemen we groen gas. Bij elkaar zijn de waterschappen één van de grootste biogasproducenten in Nederland met een productie van meer dan 130 miljoen kuub biogas per jaar. Dat is 25 tot 30 procent van de hele nationale productie.

Waterschappen: versnel aquathermieprojecten

7 maart 2023

Op 9 maart vindt in de Tweede Kamer het Commissiedebat Elektriciteitsnet, energie-infrastructuur & Regionale Energiestrategie (RES) plaats. De Kamerleden debatteren dan over deze onderwerpen met de minister van Economische Zaken en Klimaat. De provincies, waterschappen en gemeenten hebben de commissieleden een aantal punten meegegeven voor het debat.



De waterschappen willen aquathermieprojecten versnellen. Uit onderzoek blijkt dat oppervlaktewater kan voorzien in een belangrijk deel van de vraag naar warmte en koelte. Maar aquathermie komt nu nog onvoldoende tot ontwikkeling. Dat komt vooral door de rol en manier van financiering van Rijkswaterstaat en de waterschappen.

Aanvullende financiering

De waterschappen willen op korte termijn aanvullende financiering voor aquathermie. Want juist dit zijn projecten met weinig impact op de omgeving. En ze kunnen een bijdrage leveren aan de warmtetransitie en aan het ontlasten van de elektriciteitsnetten.

Waterkwaliteit

Door de aard van aquathermieprojecten is het vaak niet mogelijk om ze te betalen uit de waterschapsbelastingen. Waterschappen en Rijkswaterstaat zorgen voor een zorgvuldige afweging of het de waterkwaliteit en ecologie niet schaadt. Samen met de STOWA wordt hiervoor gewerkt aan het verbeteren van een beoordelingskader.

Belemmeringen wegnemen

Daarom roepen de waterschappen de Kamer op om het kabinet te vragen gedurende 3 jaar hiervoor 2 miljoen euro per jaar beschikbaar te stellen voor de waterschappen. Ook vragen ze de Kamer om het kabinet te verzoeken belemmeringen voor aquathermieprojecten weg te nemen.

Andere onderwerpen

Tijdens het Commissiedebat komen ook andere onderwerpen aan de orde, zoals het multifunctioneel gebruik van zonnevelden en het versnellen van de aanleg van energie-infrastructuur.

Lees de hele inbreng

Week van de circulaire economie: waterschappen steken hun nek uit

6 februari 2023

Op 3 februari heeft staatssecretaris Vivianne Heijnen het Nationaal Programma Circulaire Economie gepresenteerd. Met de maatregelen uit dit programma moet Nederland tot een circulaire economie komen. Maar hoewel er veel circulaire initiatieven zijn, is de economie nog niet veel circulairder geworden in de afgelopen 2 jaar. Dat blijkt uit de Integrale Circulaire Economie Rapportage (ICER) van 2023.



Op 6 februari start de Week van de Circulaire Economie. Sander Mager, bestuurslid van de Unie van Waterschappen, doet een oproep: “Om te komen tot circulaire oplossingen is samenwerking cruciaal. Ga deze samenwerkingen aan, ook buiten je eigen sector. Alleen door je nek uit te steken, komen we dichterbij een circulaire economie.”

Prioriteit bij hoogwaardig hergebruik

De focus ligt nog te vaak op laagwaardige recycling, laat de ICER 2023 zien. Om de transitie naar een circulaire economie te realiseren, moet hoogwaardiger hergebruik prioriteit krijgen. Sander Mager: “We gaan de echte systeemverandering nog te vaak uit de weg. We moeten verder denken dan alleen recycling. Daar is lef voor nodig.”

Vermindering van klimaatverandering

In een circulaire economie worden grondstoffen efficiënt ingezet en opnieuw toegepast, zonder schadelijke effecten voor mens en milieu, nu en in de toekomst. Een circulaire economie draagt bij aan het verminderen van de klimaatverandering, van vervuilende stoffen in de leefomgeving en het verwaarden van reststromen. Daarnaast heeft een transitie naar een circulaire economie ook effect op het tegengaan van verlies aan biodiversiteit, de vervuiling van lucht, water en bodem en op leveringsrisico’s (schaarste) van grondstoffen.

Verder gaan dan wat verplicht is

De waterschappen willen, net als het huidige kabinet, dat de Nederlandse economie in 2050 volledig circulair is. Maar bij veel circulaire initiatieven moeten de waterschappen nog hun nek uitsteken. Sander Mager: “Waterschap Amstel, Gooi en Vecht zit nu in een project voor circulair textiel. Op het eerste gezicht geen project voor een waterschap. Maar als we willen dat de hele waterketen circulair wordt, is het nodig om ook daar onze invloed uit te oefenen en een stapje verder te zetten dan onze wettelijke verplichtingen.” 

Elkaar opzoeken

“Daarbij zijn er vaak ook juridische beperkingen omdat de wetgeving nog niet is ingesteld op circulaire oplossingen. Om te komen tot oplossingen is samenwerking cruciaal. Dat begint in de regio, om samen met lokale partners de kringlopen te sluiten. Maar ook op Europees en landelijk niveau is samenwerking nodig om juridische belemmeringen weg te nemen en circulaire oplossingen mogelijk te maken. Urgentie en bereidheid om de nek uit te steken is nodig.”

> Week van de Circulaire Economie

Waterschappen worden strategisch partner van InfraTech

7 december 2022

De waterschappen zijn strategisch partner geworden van InfraTech, hét grote ontmoetingsplatform voor de hele infrastructuur. Op 7 december tekende Marit Borst, directeur bij waterschap De Dommel en lid van de Raad van Advies van InfraTech namens de waterschappen het samenwerkingscontract.

Marit Borst, directeur van waterschap De Dommel en links op de foto, ondertekent het samenwerkingscontract met InfraTech.

Marit Borst (links) en Annemieke den Otter, manager Exhibitions bij Rotterdam Ahoy.

“De waterschappen vinden duurzaamheid erg belangrijk”, zegt Borst. “Daarom hebben we samen de strategie ‘Duurzaam Opdrachtgeverschap Waterschappen 2021-2030’ opgezet. Samen met onze partners willen we dat onze infraprojecten in 2030 klimaatneutraal en circulair zijn.”

In gesprek met bedrijven

Klimaatneutrale en circulaire waterschappen betekenen nogal wat voor de bedrijven met wie de waterschappen samenwerken. Daarom willen de waterschappen met hen in gesprek. En daar is de Infratech een mooie gelegenheid voor. “Aannemers willen bijvoorbeeld best investeren in emissieloos materieel, maar dan hebben ze wel perspectief nodig op meer duurzame opdrachten. Anders is die investering te duur”, zegt Borst.

Nieuwe medewerkers werven

De waterschappen willen op de InfraTech ook laten zien dat zij een interessante werkgever zijn. Borst: “Het is ook voor de waterschappen lastig om nieuwe medewerkers te vinden. Vooral op specialistische terreinen zoals civiele techniek en elektrotechniek. InfraTech is de perfecte plek om met deze mensen in contact te komen.”

Waterschapsplein

De infraTech 2023 vindt plaats van 17 t/m 20 januari. De waterschappen presenteren zich op het Waterschapsplein. Iedere dag staat een thema centraal: duurzaamheid, samenwerking met de markt, aantrekkelijk werkgeverschap en innovatie/digitalisering. Er zijn workshops, presentaties, gesprekken en ‘beurssafari’s’ langs bedrijven waar de waterschappen mee samenwerken.

Meer informatie en aanmelden

Moties aangenomen over begroting Infrastructuur en Waterstaat

Op 6 december zijn in de Tweede Kamer enkele voor de waterschappen relevante moties aangenomen. Ze gaan over de Kaderrichtlijn Water, circulaire economie, en water en bodem sturend.

Politieke beschouwingen 2022

Kaderrichtlijn Water

De motie van Fahid Minhas (VVD) gaat over de Kaderichtlijn Water. Hij verzoekt de regering per regio te inventariseren welke specifieke risico’s ervoor kunnen zorgen dat de KRW-doelen in 2027 niet worden gehaald. De waterschappen staan wel achter deze motie, maar deze regionale inventarisatie gebeurt al.

Transitie naar een circulaire economie

De motie van D66-er Kiki Hagen gaat over de transitie naar een circulaire economie. Zij vraagt om een circulaire-economiewet, omdat er nu weinig sturing wordt gegeven aan het grondstoffenbeleid in de wetgeving. De waterschappen steunen zo’n wet. Maar ze willen wel beter weten wat de wet precies gaat regelen en waar het een oplossing voor is. Ook moet duidelijk worden wat de relatie is met bestaande wetgeving, zoals de Wet Milieubeheer.

Water en bodem sturend

De derde motie die is aangenomen is van Eva van Esch van de Partij voor de Dieren. Zij vraagt het kabinet om bij de uitwerking van het principe ‘water en bodem sturend’ vrijblijvendheid zo veel mogelijk te vermijden. De waterschappen zien deze motie als steun voor de inzet van de waterschappen. Ze willen echter wel dat de ambitieuze keuzes van het kabinet ook landen in een afdwingbaar kader.

Waterschappen willen meer ruimte voor groen gas, waterstof en aquathermie

Op 8 september spreekt de commissie voor Economische Zaken en Klimaat (EZK) in de Tweede Kamer over waterstof, groen gas en andere energiedragers. De waterschappen brengen een aantal zaken onder de aandacht van de Commissie.



De waterschappen willen in 2025 volledig energieneutraal en in 2035 volledig klimaatneutraal zijn. Hiermee willen de waterschappen meebouwen aan de toekomst van Nederland.

Ambitie groen gas

Met een productie van 145 miljoen kuub biogas zijn de waterschappen één van de grootste producenten van biogas in Nederland. Het biogas wordt voornamelijk ingezet voor een duurzame energievoorziening van het zuiveringsproces op de rioolwaterzuiveringen.

Onderzoek potentieel rioolwaterzuivering

Onderzoek heeft aangetoond dat het potentieel groot is om biogas op te waarderen tot groen gas. Dit gas kan bijvoorbeeld worden gebruikt voor de verwarming van huizen. In 2030 willen de waterschappen minstens 75 procent van het beschikbare biogas omzetten naar groen gas.

Waterstofproductie bij rioolwaterzuivering

De waterschappen onderzoeken de kansen die de waterstofeconomie kan bieden. Ze vragen aandacht voor de regionale productie en toepassing van waterstof. Hiervoor vragen ze aan de minister om juridische experimenteerruimte.

Aquathermie

Aquathermie is één van de alternatieven uit het Klimaatakkoord voor duurzame verwarming. In het buitenland wordt aquathermie met veel succes grootschalig toegepast. In Nederland nog niet op grote schaal. De waterschappen vragen zich af waarom Nederland op het terrein van aquathermie achterloopt op sommige andere landen.

Lees de hele inbreng

Grondstoffen uit rioolwater krijgen nog te vaak stempel ‘afval’

7 november 2022

Waterschappen mogen voortaan de grondstof struviet die ze terugwinnen uit rioolwater leveren aan kunstmestfabrikanten. Dat is goed nieuws en een doorbraak, vinden de waterschappen. Maar de procedure om die bevestiging te krijgen heeft jaren geduurd. En er zijn nog veel meer grondstoffen te winnen uit rioolwater.



Waterschappen winnen fosfaat terug uit rioolwater in de vorm van struviet. Het is een kostbare en schaarse stof, die weinig voorkomt in de natuur en nodig is voor planten om te groeien. Er kunnen ook chemische producten van worden gemaakt. Toch was het tot nu toe heel lastig om het struviet op de markt te brengen. Dat komt omdat een stof die wordt teruggewonnen uit rioolwater in eerste instantie het stempel ‘afval’ heeft. Het heeft jaren geduurd om van de overheid een bevestiging te krijgen dat struviet geen afvalstof is.

Enorme potentie

Sander Mager, bestuurder bij de Unie van Waterschappen: “Dat waterschappen struviet uit rioolwater nu op de markt kunnen brengen is bijzonder goed nieuws. Voor een circulaire en duurzame toekomst is het van groot belang dat we de waardevolle grondstoffen die we uit het rioolwater halen kunnen hergebruiken. De aanvraag voor struviet duurde echter jaren, terwijl er nog vele andere grondstoffen zijn die we zouden kunnen leveren aan de markt. Er is een enorme potentie, en waterschappen winnen al 18 verschillende grondstoffen terug uit rioolwater. Zoals bioplastics, vetzuren, Kaumera en biomassa. Een hoger tempo is noodzakelijk om de doelen van het programma ‘Nederland circulair in 2050’ te halen.”

Rechtsoordeel

De waterschappen vroegen al in 2015 aan het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat om een einde-afvalregeling voor teruggewonnen stoffen uit rioolwater. Er is toen gestart met een zogeheten ‘rechtsoordeel’ (niet juridisch bindend advies) voor een concreet voorbeeld. Namelijk de levering van struviet aan kunstmestfabrikant ICL vanuit de rioolwaterzuiveringsinstallatie (rwzi) Amsterdam West van Waterschap Amstel, Gooi en Vecht. Bij de beoordeling door Rijkswaterstaat bleek er vervolgonderzoek nodig naar pathogenen en medicijnresten. Dit onderzoek is uitgevoerd door Waternet en AquaMinerals, dat voor de waterschappen het struviet naar de markt brengt. Ook voor de rwzi’s van waterschappen Vallei en Veluwe en Aa en Maas die hebben meegedaan aan het onderzoek zijn rechtsoordelen verstrekt. Het traject heeft bijna 6 jaar geduurd.

Meer snelheid

Een Taskforce onder leiding van Winnie Sorgdrager signaleerde in 2019 al dat het vaak lang duurt voordat rechtsoordelen worden afgegeven. Sorgdrager: “Het is goed dat deze rechtsoordelen over struviet nu afgerond zijn. In de toekomst mag wel meer snelheid gemaakt worden. De aankondiging van ministeriële regelingen biedt hoop voor een bredere toepassing maar mogen niet zo lang op zich laten wachten.”

Balans tussen ambities

Sander Mager: “De waterschappen vinden het belangrijk dat mens en milieu worden beschermd tegen risico’s van afvalstoffen. Maar aan de andere kant zijn er de doelen om als Nederland meer circulair te worden. Tussen die verschillende ambities is balans nodig. We vragen als waterschappen daarom om meer regie vanuit het Rijk op de transitie naar een circulaire economie. Dat helpt de waterschappen om ook een bijdrage te leveren. Als we alle mogelijkheden alleen maar van geval tot geval en grondstof voor grondstof blijven beschouwen, dan missen we veel kansen om impact te realiseren in de transitie naar een circulaire economie.”

Waterschappen streven naar klimaatneutraliteit in 2035

14 oktober 2022

De waterschappen hebben op 14 oktober bekend gemaakt te streven naar klimaatneutraliteit in 2035. Zij leggen daarmee de lat voor duurzaamheid hoger dan de landelijke ambities en hopen andere partijen te inspireren.

Windmolen veld in waterrijk landschap

Dirk-Siert Schoonman, bestuurder van de Unie van Waterschappen: “Het is geen wonder dat de klimaatverandering ons zo aan het hart gaat, want wij merken in het waterbeheer als eersten de gevolgen in ons dagelijks werk. Wij zijn eigenlijk de ‘kanarie in de kolenmijn’. Het weer hebben wij als mens niet in de hand, maar de klimaatverandering kunnen we beïnvloeden. Dus gaan we als waterschappen aan de slag.”

Klimaatvoetafdruk beter in beeld

In de op 14 oktober vastgestelde strategische visie ‘Op weg naar klimaatneutraliteit’ zeggen alle 21 Nederlandse waterschappen hun klimaatvoetafdruk nog beter in beeld te zullen brengen en te streven naar klimaatneutraliteit in 2035. Daarbij kijken ze naar de broeikasgassen die het waterschap zelf veroorzaakt, waaronder lachgas en methaan op de rioolwaterzuiveringen. En naar de uitstoot van derden die in opdracht van het waterschap werken. Ook streven zij naar beperking van de emissies van broeikasgassen in hun omgeving, zoals uit veenweiden, oppervlaktewater en waterbodems.

Belangrijke schakel

Minister Rob Jetten voor Klimaat en Energie heeft zijn steun uitgesproken voor de visie van de waterschappen: “Ik ben onder de indruk van de ambities. Klimaatverandering tegengaan vereist een gezamenlijke inspanning van alle overheden. Waterschappen zijn niet alleen een belangrijke schakel om de gevolgen van klimaatverandering op te vangen. Ze geven het goede voorbeeld aan de rest van Nederland door ook te helpen bij het tegengaan van klimaatverandering.”

Ruimtelijke ontwikkeling

Dirk-Siert Schoonman van de Unie van Waterschappen: “De zeespiegelstijging gaat sneller dan gedacht en dat is zorgwekkend. Meer dan de helft van Nederland ligt beneden de zeespiegel of in overstromingsgevoelig gebied, waar bovendien twee derde van ons nationaal inkomen wordt verdiend. Hoe houden we Nederland ook op de lange termijn veilig? Het is essentieel dat water en bodem sturend worden bij besluiten over de ruimtelijke ontwikkeling. Waterschappen werken niet alleen hard aan het aanpassen aan de gevolgen van klimaatverandering. We stellen ook alles in het werk om die verandering te voorkomen en bij te dragen aan de verduurzaming van de energievoorziening in Nederland.”

Duurzame energie

Een tussenstap is de energieneutraliteit die de waterschappen voor 2025 als sector al hebben afgesproken in het klimaatakkoord van 2019. Door zo min mogelijk energie te verbruiken en zoveel mogelijk duurzame energie zelf op te wekken, bijvoorbeeld uit rioolwater. En terreinen ter beschikking te stellen voor zonnepanelen en windmolens. Goede voorbeelden zijn de versnelde productie van groen gas en innovaties zoals groene waterstof op de rioolwaterzuivering.

Lokaal energiesysteem

De waterschappen beschikken over meer dan 300 rioolwaterzuiveringen en beschouwen die steeds meer als een slim lokaal energiesysteem. Ook aquathermie – het duurzaam verwarmen en koelen van woningen met water – heeft een grote potentie. Het potentieel aan duurzame bronnen waarover de waterschappen beschikken overstijgt de eigen energiebehoefte. Vanuit hun maatschappelijke verantwoordelijkheid willen waterschappen deze bronnen inzetten en zo actief bijdragen aan klimaatneutraliteit in de regio.

Circulair materialengebruik

Grondstoffenverbruik houdt een rechtstreeks verband met energieverbruik en dus met klimaatbeleid. Door in te zetten op het gebruik van duurzamere materialen, gebruiken waterschappen minder energie en fossiele brandstoffen, waardoor minder CO2-uitstoot plaatsvindt. En dit remt de uitputting van grondstoffen. Bijvoorbeeld door bij het versterken van dijken grond uit de regio opnieuw te gebruiken of onderdelen van zuiveringsinstallaties te hergebruiken. Dat is circulair en levert ook CO2-besparing op omdat er minder transport nodig is.

Financiering

Lidwin van Velden, directievoorzitter van de Nederlandse Waterschapsbank, is verheugd met de ambitie van de waterschappen: “Als dé duurzame waterbank steunen wij de ambitie van de waterschappen om in 2035 al klimaatneutraal te willen zijn volop! Wij staan klaar om de waterschappen van passende en zo goedkoop mogelijke financiering te voorzien en samen te investeren in een waterbewuste en duurzame samenleving.”

> Lees hier de Strategische visie ‘Op weg naar Klimaatneutraliteit’

Proeftuinen Aardgasvrije Wijken: 6 projecten met aquathermie in derde ronde

10 maart 2022

47 gemeenten hebben een aanvraag ingediend voor toekenning van subsidie in de derde ronde proeftuinen aardgasvrije wijken. Daarvan krijgen 14 aanvragen een subsidie en worden 6 wijken aardgasvrij met aquathermie. Bij de selectie is vooral gelet op het draagvlak onder de bewoners, de uitvoeringsgereedheid van de plannen en de mogelijkheden om op te schalen.



Veel gemeenten zetten met een stapsgewijze aanpak in op isolatie en hybride warmtepompen als tussenoplossing naar aardgasvrij verwarmen. De gemeenten die met hun aanpak direct naar aardgasvrij gaan, doen dat vooral met lage temperatuur warmtenetten op basis van aquathermie. Dat bijna de helft van de geselecteerde proeftuinen voor deze oplossing kiest, past in het beeld dat steeds meer gemeenten aquathermie inzetten als alternatief voor aardgas.

De gemeenten die met deze subsidie aan de slag gaan met aquathermie zijn Almelo, De Bilt, Eindhoven, Leeuwarden, Sûdwest Fryslân (Heeg) en Vlissingen.

“Energie spat van de aanvragen af”

Meindert Smallenbroek, stuurgroepvoorzitter van het Netwerk Aquathermie (NAT) en algemeen directeur van de Unie van Waterschappen: “Wat vooral opvalt in de aanvragen met aquathermie is het enthousiasme van de verschillende partijen over de samenwerking. De energie spat al van de aanvragen af. Bewoners zetten samen met de gemeente en het waterschap de schouders eronder en grijpen de proeftuin aan om te werken aan de warmtetransitie én het versterken van het wijkgevoel. Dat is het mooie aan deze techniek, naast dat het simpelweg maakt dat je minder elektriciteit nodig hebt om je huis te verwarmen als je van het gas af gaat.”

Financiering warmtenetten

Voor het klimaatakkoord berekende CE Delft dat aquathermie kan voorzien in circa 40% van de warmtevraag. Sindsdien zijn waterschappen en Rijkswaterstaat zeer betrokken bij het ontsluiten van deze warmtebron. De techniek is zeker niet nieuw; er wordt al tientallen jaren gebruik gemaakt van aquathermie. De uitdaging ligt met name in de financiering van de benodigde infrastructuur zoals de warmtenetten.

Erik Kraaij, programmamanager Netwerk Aquathermie: “Ook op het komende NAT Festival zullen we hier aandacht voor vragen: hoe financieren we de warmtetransitie? Deze vraag is met name relevant voor de benodigde opschaling naar grote aquathermieprojecten.”

Programma Aardgasvrije Wijken

In het interbestuurlijke Programma Aardgasvrije Wijken (PAW) werken het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, het ministerie van Economische Zaken en Klimaat en de decentrale overheden samen om gemeenten en betrokken partijen zo goed mogelijk te ondersteunen in de aardgasvrije opgave.

Dit draagt bij aan de doelstelling uit het Klimaatakkoord om 1,5 miljoen woningen en andere gebouwen te verduurzamen in de periode tot en met 2030. Het doel van het programma is om te leren op welke manier het aardgasvrij maken van wijken kan worden ingericht en opgeschaald. Binnen het PAW worden uiteindelijk naar verwachting circa 50.000 woningen en andere gebouwen verduurzaamd.

Meer informatie over de derde ronde proeftuinen aardgasvrij