Afgelopen herfst en winter is er veel regen gevallen. Het was zelfs het natste halfjaar ooit sinds het begin van de metingen in 1906, zo meldde het KNMI. Door de vele neerslag gaat het komende droogteseizoen van start met goede watervoorraden. Ondanks deze positieve uitgangspositie bereiden waterschappen zich voor op een eventuele droge zomer, want het weer kan zomaar omslaan.
Hoge grondwaterstanden
De beken, sloten en meren zijn goed gevuld en de grondwaterstanden zijn hoog. Op sommige plekken in het land is er hierdoor wateroverlast. Een droge zomer lijkt nog ver weg. Maar de vele regen die de afgelopen maanden is gevallen, zegt nog niks over het weer deze zomer. Het kan dan zomaar maanden droog zijn. De waterbeheerders houden het water daarom zoveel mogelijk vast als buffer voor een eventuele droge zomer.
Watertransitie: een nieuwe kijk op het waterbeheer
Droge zomers komen steeds vaker voor in Nederland. Zo behoorden de zomers van 2018, 2019, 2020 en 2022 tot de vijf procent droogste zomers ooit. De waterschappen werken daarom samen met de collega’s van Rijkswaterstaat, provincies en drinkwaterbedrijven aan een structurele aanpak om droogteproblemen tegen te gaan. Waar Nederland eerst vooral gericht was op het afvoeren van water, ligt de focus nu ook op het vasthouden van water en het vergroten van de watervoorraad. Denk aan de herinrichting van beken, het stimuleren van afkoppelen, het infiltreren van regenwater en het hergebruik van gezuiverd rioolwater.
Blik op de toekomst: niet alles kan overal
De waterschappen zijn constant bezig met de toekomst en het inspelen op veranderende omstandigheden. Door steeds extremer weer kunnen ze vanuit het waterbeheer niet meer alle functies faciliteren en moeten er keuzes worden gemaakt in de ruimtelijke inrichting. Waterschappen pleiten voor een sturende rol van water en bodem in de ruimtelijke inrichting, om zo problemen in de toekomst te voorkomen.
Juli was vrij nat met in Nederland gemiddeld 98 mm neerslag. Hierdoor is de waterbeschikbaarheid toegenomen. Vanwege de verwachte neerslag in Nederland en in de stroomgebieden van de Rijn en de Maas, zal de situatie verder verbeteren.
Ook de watervraag neemt af door de regen en relatief lage temperaturen voor de tijd van het jaar. Het landelijk gemiddelde neerslagtekort is flink gedaald en daalt de komende periode naar verwachting verder. Als gevolg van het wisselvallige weer zal de afvoer van de Rijn en de Maas naar verwachting in de komende week stijgen tot waarden rond of boven gemiddeld voor de tijd van het jaar.
Afgeschaalde maatregelen
Over het algemeen zijn de grondwaterstanden en het vochtgehalte van de toplaag van de bodem ook verbeterd. De mate van verbetering varieert wel per regio. Veel maatregelen blijven voorlopig nog van kracht, zoals onttrekkingsverboden en schutbeperkingen om verzilting te beperken. Maar er worden ook maatregelen afgeschaald. Het IJsselmeer en Markermeer gaan bijvoorbeeld terug naar het normale zomerpeil.
Droogtemonitor
De waterkwaliteit is enigszins verbeterd, maar in veel regio’s is nog wel sprake van blauwalg en op enkele locaties van zuurstofloosheid en botulisme. Een actuele stand van zaken rond de droogte is te vinden in de droogtemonitor. Gezien de afnemende problemen wordt op unievanwaterschappen.nl niet regulier meer een update geplaatst.
Dankzij de neerslag van afgelopen week verbeterde de waterbeschikbaarheid in Nederland iets. De aanvoer van de Rijn neemt toe en de toplaag van de bodem is op veel plaatsen natter. Ook voor de komende week wordt regen verwacht, waardoor er voorlopig voldoende water beschikbaar is om aan de watervraag te voldoen.
De regionale verschillen rond de droogte zijn wel groot in Nederland. In hoger gelegen delen van Nederland is nog altijd sprake van drooggevallen beken en poelen. Dit komt omdat er geen aanvoer vanuit de grote rivieren mogelijk is. De neerslag van afgelopen weken is niet voldoende geweest om het tekort aan te vullen. Ook de grondwaterstanden zijn op veel plaatsen lager dan gemiddeld voor de tijd van het jaar. Met name in Zuidwest-Nederland is het de afgelopen week nog erg droog geweest.
Verzilting
De verzilting blijft aandacht vragen van Rijkswaterstaat en de waterschappen. Door de toename van het zoutgehalte in het water kunnen er problemen ontstaan voor landbouw, industrie en drinkwater. Daarom wordt De Klimaatbestendige Zoetwateraanvoer (KWA) nog steeds ingezet om zoet water aan te voeren naar West-Nederland. Daar kan door (dreigende) verzilting geen water worden ingenomen uit de Hollandse IJssel.
Waterkwaliteit
De temperatuur van het water daalt door de extra invoer van zoet water, wat gunstig is voor de waterkwaliteit. Toch gelden er lokaal nog zwemwaterverboden, vanwege blauwalg.
Maatregelen blijven van kracht
Maatregelen die al eerder dit jaar door de waterschappen en Rijkswaterstaat zijn ingesteld blijven van kracht. Zij doen al het mogelijke om water vast te houden in meren, beken en kanalen. De waterpeilen zijn waar mogelijk verhoogd. In veel gebieden zonder mogelijkheden voor wateraanvoer zijn onttrekkingsverboden uit oppervlaktewateren van kracht. Sommige locaties kiezen voor efficiënt schutten, een schip wacht dan langer in de sluis tot er andere schepen aansluiten. Hierdoor kan beperkt vertraging kan ontstaan voor de scheepvaart.
De gevallen neerslag helpt de waterschappen en Rijkswaterstaat met het in stand houden van de waterpeilen en het tegengaan van verzilting. Door de verhoogde temperatuur van het water zijn op verschillende plekken in het land zwemverboden van kracht.
Op woensdag 12 juli wordt de Klimaatbestendige Zoetwateraanvoer (KWA) opgevoerd om de verzilting in de regio Rijn-Maasmonding tegen te gaan. Via de KWA wordt extra zoet water naar het gebied aangevoerd vanuit de Lek. Door de lage Rijnafvoer neemt de verzilting in de regio toe en kan er geen water meer worden aangevoerd vanuit de Hollandsche IJssel.
De afvoeren van de grote rivieren nemen langzaam af. De Rijn daalt naar ca. 1.000 m3/s begin volgende week en de Maas van 60 m3/s naar 50 m3/s over twee weken. Ondanks de gevallen neerslag is het nog altijd erg droog en ligt het neerslagtekort rond de 5% droogste jaren.
Maatregelen tegen verzilting
In gebieden die gevoelig zijn voor verzilting wordt efficiënt geschut om het zoete water zoveel mogelijk vast te houden. Rijkswaterstaat en de waterschappen hebben de waterpeilen waar mogelijk verhoogd en doen al het mogelijke om het zoete water vast te houden in meren, beken en kanalen.
Onttrekkingsverboden en zwemverboden
In veel gebieden zonder mogelijkheden voor wateraanvoer zijn beregeningsverboden vanuit oppervlaktewater van kracht. De grondwaterstanden zijn in het algemeen laag tot gemiddeld. Het vochtgehalte in de bodem is door de gevallen neerslag tijdelijk verbeterd, maar in veel gebieden nog steeds laag.
Door de verhoogde temperatuur van het oppervlaktewater is er op diverse locaties sprake van blauwalg. Lokaal zijn zwemverboden van kracht.
Regionale verschillen
Hoewel de droogtesituatie regionaal verschilt, zijn er momenteel wel overal extra droogtemaatregelen genomen. Denk hierbij bijvoorbeeld aan het verhogen van het waterpeil, extra wateraanvoer, beregeningsverboden en beperkingen voor de scheepvaart. Op landelijk niveau is er nog voldoende water beschikbaar in de rivieren en meren.
De droogtemonitor is een product van de Landelijke Coördinatiecommissie Waterverdeling van het Watermanagementcentrum Nederland (WMCN-LCW) met bijdragen van de waterschappen, Rijkswaterstaat, het KNMI, de provincies, het ministerie van LNV en Vewin.
Op 11 en 12 juli organiseerde de Unie van Waterschappen bij waterschap Rijn en IJssel een werkbezoek voor Tweede Kamerleden Eva van Esch (PvdD) en Eline Vedder (CDA). De werkbezoeken stonden in het teken van droogte en het anders omgaan met water.
Heemraden Peter Schrijver en Antoinet Looman verwelkomden de gasten op een landgoed waar waterschap Rijn en IJssel verschillende maatregelen neemt om het toekomstbestendig te maken en de grondwaterstand te verhogen. Het waterschap werkt hiervoor samen met de grondeigenaren, agrariërs en pachters in het gebied. Zo maken ze de Baakse Beek ondieper, waardoor het minder grondwater met zich meeneemt. Ook krijgt de beek via gegraven geulen meer ruimte. Bij een rondleiding kregen de Kamerleden de effecten van de al genomen maatregelen te zien.
Waterneutrale woningen
Daarnaast kregen de Kamerleden informatie over een project gericht op duurzame en waterneutrale woningbouw. In de Heuvelstraat in Silvolde worden woningen ontwikkeld waarbij regenwater dat op het perceel valt, ter plekke wordt omgezet in drinkwater. Dat drinkwater wordt onder meer gebruikt voor de vaatwasser, wasmachine en de douche. Na gebruik wordt het water gezuiverd en uiteindelijk geïnfiltreerd in de bodem.
Elke druppel de grond in
Aan het eind brachten de Kamerleden een bezoek aan een agrariër voor het project ‘Elke druppel de grond in’. In dit project kijkt het waterschap samen met grondeigenaren naar manieren om water vast te houden. Elk gebied is anders en vraagt om een andere aanpak. Samen met de grondeigenaar bepaalt het waterschap welke maatregelen mogelijk zijn. Op deze manier werken agrariërs en andere grondeigenaren mee aan de watertransitie. Voorbeelden van maatregelen zijn drainagesystemen, droogtestuwen aanleggen en sloten ondieper maken of dempen.
Werkbezoeken Tweede Kamerleden
De Unie van Waterschappen organiseert regelmatig werkbezoeken voor Kamerleden. Deze zijn bedoeld om inzicht te geven in actuele politieke onderwerpen, zoals droogte.
De neerslag van de afgelopen week heeft ervoor gezorgd dat er weer meer water beschikbaar is. De droogte is echter nog niet voorbij. Ook ervaren waterschappen meer waterkwaliteitsproblemen door het warme zomerweer.
De grondwaterstanden zijn nog altijd laag tot gemiddeld voor de tijd van het jaar. Daarom hebben zeven waterschappen in Oost en Zuid Nederland een onttrekkingsverbod vanuit oppervlaktewater ingesteld en zijn er bij twee waterschappen ook lokale onttrekkingsverboden voor grondwater van kracht. Ook zijn er lokaal inspecties uitgevoerd van droogtegevoelige waterkeringen.
Waterkwaliteit gaat achter uit
Door de hoge temperaturen de afgelopen weken is ook de watertemperatuur gestegen tot 23-26 graden Celsius. De stijging van de temperatuur gaat samen met het teruglopen van het zuurstofgehalte in het water wat tot waterkwaliteitsproblemen leidt. Zo zijn er lokaal meldingen van blauwalg en vissterfte en zijn op sommige locaties negatieve zwemadviezen afgegeven.
Verzilting
Ondanks de neerslag zien we dat het water in bijvoorbeeld het Noordzeekanaal steeds zouter wordt. Dit komt omdat er door lagere rivierafvoeren minder tegendruk is en het zoute zeewater daardoor verder kan binnendringen. Deze verzilting heeft negatieve effecten voor de natuur en landbouw. Op meerdere plekken zijn schutbeperkingen van kracht om de verzilting tegen te gaan en water te besparen. Via de stuw in Driel wordt tijdelijk extra water aangevoerd om het zoute water op het Noordzeekanaal terug te dringen. In West Nederland is de Klimaatbestendige Wateraanvoer (KWA) deels opgestart om extra zoet water aan te voeren.
Water vasthouden
Waterschappen houden waar mogelijk hogere waterpeilen aan en houden de gevallen neerslag zoveel mogelijk vast om de watervoorraad aan te vullen. Op sommige locaties voeren ze extra water aan vanuit het hoofdwatersysteem om in de watervraag te kunnen voorzien.
Stabilisatie neerslagtekort
Op dit moment hebben de landbouw en natuur veel water nodig. De kwaliteit en levering van drinkwater is op orde. De komende twee weken wordt in heel Nederland wisselvallig weer met enige neerslag verwacht met normale temperaturen voor de tijd van het jaar. De verwachting is dat het neerslagtekort de komende periode verder zal stabiliseren.
Droogtemonitor
Via de droogtemonitor worden updates gegeven over de actuele droogtesituatie. De droogtemonitor is een product van de Landelijke Coördinatiecommissie Waterverdeling van het Watermanagementcentrum Nederland (WMCN-LCW) met bijdragen van de waterschappen, Rijkswaterstaat, het KNMI, de provincies, het ministerie van LNV en Vewin.
Deze week is er voor het eerst sinds half mei neerslag in Nederland gevallen. Hierdoor neemt het landelijk gemiddelde neerslagtekort, dat is opgelopen tot boven de 150 mm, iets af. De verwachting is echter dat het neerslagtekort daarna weer snel oploopt. Door het lokale en kortstondige karakter van de neerslag zorgt dit niet voor een structurele verbetering van de droogtesituatie.
De neerslag heeft lokaal een positief effect op het vochtgehalte in de bodem. Dit is met name gunstig voor ondiep wortelende plantensoorten en nog niet aangeslagen gewassen. Het effect op de grondwaterstanden is naar verwachting gering. Het grondwater is op steeds meer plaatsen lager dan normaal voor de tijd van het jaar en vertoont vrijwel overal een dalende trend, vooral op de hoge zandgronden (in bijvoorbeeld Twente, Brabant, Limburg en delen van Drenthe).
Watertemperatuur omhoog
De watertemperatuur in de Rijn is gestegen tot boven de 23 graden, die van de Maas tot 25 graden. Bij deze watertemperatuur gelden op de Maas beperkingen voor lozers van koelwater. Ook kan bij een hogere watertemperatuur blauwalg ontstaan. Tot nu toe wordt over het hele land lokaal blauwalg gemeld, dit is normaal voor de tijd van het jaar.
Lage wateraanvoer
De aanvoer van de Rijn bij Lobith is net boven 1200 m3/s. Dat is onder het langjarige gemiddelde en onder het LCW-criterium voor de maand juni van 1300 m3/s. Omdat in het stroomgebied neerslag wordt verwacht, zal de aanvoer vanaf 24 juni mogelijk kortstondig toenemen tot rond 1300 m3/s. De verwachting is dat daarna de aanvoer opnieuw afneemt. De aanvoer van de Maas bij St. Pieter schommelt tussen 50 m3/s en 75 m3/s. Op dit moment leidt de lage rivieraanvoer niet tot grote knelpunten. Wel nemen de concentraties chloride (zout) in het benedenrivierengebied en Noordzeekanaal toe door de lage rivierafvoer.
Hoge watervraag
De watervraag blijft overal in Nederland hoog. De waterpeilen van het IJsselmeer en Markermeer dalen licht door de hoge watervraag, verdamping en beperkte aanvoer vanuit de IJssel. De watervoorraad neemt hierdoor langzaam af, maar blijft voldoende om aan de watervraag te voldoen.
Waterbeheerders monitoren de situatie continu en nemen waar nodig maatregelen. De afgelopen week hebben meerdere waterschappen onttrekkingsverboden uit oppervlaktewater ingesteld of overwegen om dit te doen. Ook hebben diverse waterschappen lokaal kade-inspecties ingesteld van droogtegevoelige kaden.
Structurele maatregelen tegen droogte
Om de huidige droogte te bestrijden en efficiënt gebruik en verdeling van water te bevorderen, werken waterschappen aan lange termijn oplossingen tegen verdroging. Binnen het Deltaprogramma Zoetwater wordt tot en met 2027 ongeveer € 750 miljoen geïnvesteerd in maatregelen om de beschikbaarheid van water te verbeteren. Het gaat dan onder meer om het vergroten van waterbuffers, het tegengaan van verzilting en het onderzoek naar hergebruik en alternatieve bronnen. Maatregelen als het verhogen van de grondwaterstanden, het verminderen van grondwateronttrekkingen en herstellen van beekdalsystemen zijn ook van invloed op de ruimtelijke inrichting en het landgebruik. Daarom worden deze maatregelen opgenomen in de gebiedsplannen, die in het kader van het Nationaal Programma Landelijk Gebied worden uitgewerkt.
Vanaf half mei is in Nederland geen neerslag meer gevallen, het record uit 2007 van meeste dagen zonder neerslag is sinds 13 juni verbroken. Ook voor de komende week wordt geen neerslag verwacht en blijven de temperaturen hoog. Daardoor zal het neerslagtekort nog verder oplopen. Vanaf 19 juni wordt beperkte buiige neerslag verwacht, die de stijging van het neerslagtekort mogelijk iets kan doen afvlakken.
Waterschappen nemen waar mogelijk maatregelen tegen de droogte. Waterschappen houden het water zoveel mogelijk vast door verhoogde stuwpeilen en voeren waar mogelijk extra water aan uit onder andere het IJsselmeer en de grote rivieren. In grote delen van Nederland is deze aanvoer van water nog voldoende om aan de watervraag te voldoen. In de hogere gebieden van Nederland, zoals in Brabant, Limburg, de Achterhoek en Overijssel is aanvoer van water niet mogelijk, waardoor de waterbeschikbaarheid afneemt. Waterschap De Dommel en waterschap Brabantse Delta hebben daarom onttrekkingsverboden uit oppervlaktewater (rivieren, vaarten, beken en sloten) afgekondigd.
Verhoogd waterpeil IJsselmeergebied
Rijkswaterstaat streeft voor het IJsselmeergebied naar een waterpeil van 12,5 centimeter onder NAP. Dit is 7,5 centimeter hoger dan het normale zomerpeil. Ook wordt op de Maas beperkt geschut om water zo veel mogelijk vast te houden.
Wateraanvoer neemt af
De aanvoer van water door de Rijn en de Maas ligt onder het langjarige gemiddelde. De aanvoer van de Rijn bij Lobith neemt naar verwachting in de komende dagen af tot onder 1300 m3/s. De daggemiddelde Maasafvoer bij Sint Pieter zal langzaam verder afnemen richting 45 m3/s op 26 juni. Op dit moment is de aanvoer in het hoofdwatersysteem nog voldoende om aan de watervraag te voldoen.
Droge bodem
De toplaag van de bodem is zeer droog. Met name voor jonge of nog niet aangeslagen gewassen en ondiep wortelende planten in de natuur is dit niet optimaal. De grondwaterstanden waren door het natte voorjaar in het algemeen goed op niveau, maar zijn nu aan het dalen. Lokaal zijn de grondwaterstanden inmiddels lager dan normaal, vooral op de hoge zandgronden.
Droogtemonitor
Op de online droogtemonitor is de actuele situatie te raadplegen. De droogtemonitor is een product van de Landelijke Coördinatiecommissie Waterverdeling van het Watermanagementcentrum Nederland (WMCN-LCW) met bijdragen van de waterschappen, Rijkswaterstaat, het KNMI, de provincies, het ministerie van LNV en Vewin.
Na een nat voorjaar is het sinds begin mei droog in Nederland. Dit heeft als gevolg dat het neerslagtekort inmiddels tot boven gemiddeld is opgelopen. Het is de verwachting dat het neerslagtekort de komende twee weken verder stijgt. Vooralsnog is er voldoende water om aan de stijgende watervraag te voldoen.
Voor de komende weken wordt geen tot weinig neerslag verwacht. Door de hogere temperaturen zal er ook sprake zijn van veel verdamping. De verwachting is dus dat het neerslagtekort verder oploopt. De afvoer van de Rijn en Maas daalt en ligt inmiddels onder het langjarig gemiddelde, maar is de komende weken voldoende om in de watervraag te voorzien in gebieden waar water kan worden aangevoerd. Ook in de regionale wateren zien we dat de afvoer in beken afneemt en dat de grondwaterstanden dalen, met name in gebieden waar geen wateraanvoer mogelijk is.
Voorbereiding
De waterschappen en Rijkswaterstaat nemen waar mogelijk maatregelen om zich voor te bereiden op een drogere periode. Waterschappen nemen extra water in uit het hoofdwatersysteem om de (verhoogde) waterpeilen te kunnen handhaven en een zoetwaterbuffer te creëren in de regionale watersystemen.
Met name op de hoge zandgronden in Oost- en Zuid-Nederland wordt scherp gelet op de grondwaterstanden en wordt zoveel mogelijk water vastgehouden. Rijkswaterstaat houdt een verhoogd waterpeil aan in het IJsselmeer en het Markermeer ten behoeve van extra zoetwatercapaciteit. Het gaat om circa 5 centimeter verhoging ten opzichte van normale meerpeilen in de zomer.
Droogtemonitor
Rijkswaterstaat en de waterschappen monitoren de droogtesituatie continu. Indien er sprake is van (dreigende) droogte zal er wekelijks een droogtebericht op deze website komen met een actuele stand van zaken. Op de online droogtemonitor is de actuele situatie 24/7 te raadplegen.
De droogtemonitor is een product van de Landelijke Coördinatiecommissie Waterverdeling van het Watermanagementcentrum Nederland (WMCN-LCW) met bijdragen van de waterschappen, Rijkswaterstaat, het KNMI, de provincies, het ministerie van LNV en Vewin.
De eerste maand van het officiële droogteseizoen is bijzonder nat verlopen. In heel Nederland zijn de grondwatervoorraden verder gevuld en wordt er door waterbeheerders veel gedaan om water op te slaan voor drogere tijden.
In april en begin mei is er in Nederland aanzienlijk meer regen gevallen dan gemiddeld. Alleen in 1988, 35 jaar geleden, was het tussen 1 januari en 7 mei natter. Er is dan ook voldoende water beschikbaar om aan de watervraag te voldoen. De grondwaterstanden zijn daarbij landelijk gezien gemiddeld tot hoog voor de tijd van het jaar.
Nationale regenton
Om beter voorbereid te zijn op een mogelijk watertekort in de zomer heeft Rijkswaterstaat in overleg met de waterschappen besloten om een verhoogd waterpeil aan te houden in het IJsselmeer en Markermeer. Het gaat om een 5 cm verhoogd peil van -0,15 m NAP. Hierdoor kan er nu extra water gespaard worden in deze nationale regenton voor drogere tijden.
Water vasthouden
Ook de waterschappen houden het water in hun gebied zo goed en lang mogelijk vast, met name op de hogere zandgronden. Dat doen ze het hele jaar door. Zij hanteren zo hoog mogelijke oppervlaktewaterpeilen en laten zoveel mogelijk water de grond in trekken. Ook nemen ze (droogte)maatregelen met bijvoorbeeld boeren, medeoverheden, (water)bedrijven, inwoners, landgoedeigenaren, bos-, natuur- en andere organisaties. Denk hierbij aan de herinrichting van beken, het stimuleren van afkoppelen, het infiltreren van regenwater en het hergebruik van gezuiverd rioolwater.
Structurele aanpak
Er is nu geen sprake van droogte, maar de ervaring van de waterbeheerders leert dat een paar droge en warme weken de situatie snel kunnen laten veranderen. Rijkswaterstaat en de waterschappen blijven dan ook alert. Daarnaast wordt er structureel gewerkt aan het vasthouden van water en het vergroten van de watervoorraad om te anticiperen op de steedse drogere zomers.
Een actueel beeld van de droogtesituatie in Nederland is te zien op de Droogtemonitor.