Hoogleraar Herman Havekes: historisch besef belangrijk bij inrichting van ons waterbeheer

5 oktober 2022

Op 3 oktober hield hoogleraar Herman Havekes zijn oratie waarin hij middels een 'vlootschouw' de organisatie van het (decentrale) waterbeheer in Nederland tegen het licht hield. Havekes betoogde dat een goede waterorganisatie een keiharde randvoorwaarde is voor goed waterbeheer.

Hoogleraar Herman Havekes houdt zijn oratie
Hoogleraar Herman Havekes houdt zijn oratie

Hij concludeert dat de Nederlandse waterorganisatie weliswaar verbeterpunten kent, maar in de basis op orde is. Dat geeft het nodige vertrouwen voor de toekomst.

Bijzonder hoogleraar

Prof. dr. mr. Herman Havekes is met steun vanuit de Stichting Schilthuisfonds benoemd tot bijzonder hoogleraar bij de faculteit Recht, Economie, Bestuur en Organisatie van de Universiteit Utrecht. Hij is werkzaam op de leerstoel ‘Publieke organisatie van het (decentrale) waterbeheer’. Het is de bedoeling dat de leerstoel nadrukkelijk de relatie met de praktijk van het waterbeheer legt.

Succesvolle decentralisatie

Tijdens zijn oratie ging Havekes onder meer in op criteria voor een goede organisatie van het waterbeheer, de financiering ervan en de rol van drinkwaterbedrijven, waterschappen, gemeenten, provincies en het rijk. Hij haalde daarbij aan dat het Nederlandse waterbeheer internationaal stevig tegen het licht is gehouden en positief beoordeeld. In Nederland is het voor 100 procent een publieke taak, is het sterk gedecentraliseerd en heeft dat decentrale beheer een solide financiële basis. Daardoor kan het slagvaardig worden uitgevoerd. Havekes stelt dan ook dat de decentralisatie van het Nederlandse waterbeheer succesvol is.

Leren van het verleden

Havekes benadrukt het belang van historische kennis. “Om te weten waar je naar toe gaat, moet je weten waar je vandaan komt. Je moet gewoon over enige kennis van onze waterhistorie beschikken om vandaag en morgen het werk goed te kunnen doen. En begrijp mij goed: niet omdat vroeger alles beter was, maar omdat je er van kunt leren.”

Verbeteren

Havekes eindigde zijn oratie met de observatie dat er wel nog genoeg te verbeteren valt en gaf suggesties voor nader uit te werken onderzoeksvragen over het (decentrale) waterbeheer. Bijvoorbeeld rond het mogelijk belasten van onttrekkingen van oppervlakte- en grondwater, beprijzing van diffuse verontreiniging door de landbouw en de organisatie van het grondwaterbeheer.

> Lees de oratie op de website van het Schilthuisfonds

Deel dit via:
FacebookTwitterLinkedIn