
Grondstoffen raken op, water wordt vervuild en de zoetwatervoorziening staat onder druk. Sander Mager: “Waterschappen kunnen oplossingen bieden voor zulke problemen. We kunnen een grote rol spelen binnen de overgang naar een circulaire economie.”
Pilots en projecten
Waterschappen zijn op allerlei manieren bezig met die overgang. Bijvoorbeeld via de Energie- en Grondstoffenfabrieken en de opzet van de Waterfabriek. Ook is in kaart gebracht welke belemmeringen er zijn op het gebied van wet- en regelgeving. Mager: “We hebben heel veel pilots en projecten, nu wordt het tijd om een stap verder te gaan. De uitdaging is: hoe gaan we de transitie nu echt versnellen?”
De volgende stap
Mager: “Ik wil met de waterschappen een transitievisie opstellen, een plan om meer impact te maken. Om de transitie te versnellen is het nodig dat we meer regie voeren en van elkaar leren. We moeten met elkaar kijken wat er kan en wat er niet kan, en daar vervolgens concrete acties aan verbinden. Dat hoeft niet ieder waterschap in hetzelfde tempo te doen, als we elkaar maar meenemen in die transitie.”
Samenhang met kerntaken
Moeten waterschappen zich niet beperken tot hun kerntaken? Mager: “Ik zie het niet als iets anders. Alles wat we doen op het gebied van de circulaire economie heeft een hele duidelijke verbinding met onze kerntaken. De vraag is alleen: welke rol pakken we? Bijvoorbeeld bij het terugwinnen van grondstoffen uit afvalwater: wanneer zijn we producent en wanneer laten we het aan de markt over?”
Het systeem veranderen
Wat kunnen mensen zelf doen om een bijdrage te leveren? “Natuurlijk is het belangrijk dat mensen ook op individuele basis hun bijdrage blijven leveren, bijvoorbeeld door afval te scheiden en het water niet te vervuilen. Maar het is nog belangrijker dat we naar het systeem kijken. Want hoe kan het dat ons systeem nog steeds een wegwerpeconomie in stand houdt? Hoe kan het dat het makkelijker is om níet circulair en níet duurzaam bezig te zijn? We moeten niet alleen op het eigen gedrag van mensen wijzen, maar kijken hoe we het systeem kunnen veranderen.”