Waterschappen nemen waar mogelijk maatregelen tegen de droogte. Waterschappen houden het water zoveel mogelijk vast door verhoogde stuwpeilen en voeren waar mogelijk extra water aan uit onder andere het IJsselmeer en de grote rivieren. In grote delen van Nederland is deze aanvoer van water nog voldoende om aan de watervraag te voldoen. In de hogere gebieden van Nederland, zoals in Brabant, Limburg, de Achterhoek en Overijssel is aanvoer van water niet mogelijk, waardoor de waterbeschikbaarheid afneemt. Waterschap De Dommel en waterschap Brabantse Delta hebben daarom onttrekkingsverboden uit oppervlaktewater (rivieren, vaarten, beken en sloten) afgekondigd.
Verhoogd waterpeil IJsselmeergebied
Rijkswaterstaat streeft voor het IJsselmeergebied naar een waterpeil van 12,5 centimeter onder NAP. Dit is 7,5 centimeter hoger dan het normale zomerpeil. Ook wordt op de Maas beperkt geschut om water zo veel mogelijk vast te houden.
Wateraanvoer neemt af
De aanvoer van water door de Rijn en de Maas ligt onder het langjarige gemiddelde. De aanvoer van de Rijn bij Lobith neemt naar verwachting in de komende dagen af tot onder 1300 m3/s. De daggemiddelde Maasafvoer bij Sint Pieter zal langzaam verder afnemen richting 45 m3/s op 26 juni. Op dit moment is de aanvoer in het hoofdwatersysteem nog voldoende om aan de watervraag te voldoen.
Droge bodem
De toplaag van de bodem is zeer droog. Met name voor jonge of nog niet aangeslagen gewassen en ondiep wortelende planten in de natuur is dit niet optimaal. De grondwaterstanden waren door het natte voorjaar in het algemeen goed op niveau, maar zijn nu aan het dalen. Lokaal zijn de grondwaterstanden inmiddels lager dan normaal, vooral op de hoge zandgronden.
Droogtemonitor
Op de online droogtemonitor is de actuele situatie te raadplegen. De droogtemonitor is een product van de Landelijke Coördinatiecommissie Waterverdeling van het Watermanagementcentrum Nederland (WMCN-LCW) met bijdragen van de waterschappen, Rijkswaterstaat, het KNMI, de provincies, het ministerie van LNV en Vewin.