Zoetwater

Vanwege zeespiegelstijging en toenemende droogte neemt de kans op een tekort aan zoet water in het voorjaar en de zomer toe. De waterschappen voeren maatregelen uit om watertekorten, verzilting en verdroging in Nederland tegen te gaan.
Standpunt:

De waterschappen vinden het belangrijk om:

  • Water sturend te maken voor de ruimtelijke inrichting
    Waterschappen roepen op tot toekomstbestendige keuzes in water- en landgebruik.
  • Zuinig om te gaan met water
    Waterschappen streven naar waterbesparing, waarbij de vraag naar water door gebruiker is afgestemd op de beschikbaarheid van water.
  • Water beter vast te houden en verdelen
    Waterschappen werken samen met partners aan klimaatbestendige watersystemen en zetten in op water langer vasthouden en het beschikbare water beter te verdelen.
  • Schade te leren accepteren
    We moeten incidentele schade leren accepteren, omdat droogte en watertekorten nooit helemaal te voorkomen zijn.

Zoet of zout water

Zoet water onderscheidt zich van brak en zout water door het lage zoutgehalte. Zout water kan overal op aarde gevonden worden, in de oceaan en de zee. Zoet water heeft zijn oorsprong in neerslag en is in Nederland te vinden in grondwater, beken en rivieren. Zoet water komt veel minder voor dan zout water, in totaal bestaat slechts 3% van al het water op aarde uit zoet water.

Zoet water is dus schaars. En dat terwijl zoet water juist zo belangrijk is, niet alleen voor de drinkwatervoorziening, maar ook voor de landbouw, scheepvaart, industrie en natuur.

Wat doen de waterschappen?

De waterschappen zijn samen met Rijkswaterstaat verantwoordelijk voor de zoetwatervoorziening in Nederland. Ook in periodes van droogte zorgen de waterschappen en Rijkswaterstaat voor zoveel mogelijk zoet water. Dat doen ze door water vast te houden en te bufferen en het beschikbare water optimaal te verdelen.

Hoog Nederland

De hogere gebieden van Nederland zijn voor zoet water afhankelijk van regen en grondwater. Wanneer het lang droog is, vallen beken en watergangen droog en dalen de grondwaterstanden. Om de watersystemen en watervoorraad te beschermen stellen waterschappen tijdens droogte beregeningsverboden in. Dit houdt in dat boeren tijdelijk geen water meer mogen gebruiken uit oppervlaktewater en/of grondwater om hun gewassen te beregenen. Ook houden waterschappen zoveel mogelijk water vast in hun gebieden door stuwpeilen te verhogen en laten ze waar mogelijk zoveel mogelijk water in de gebieden.

Laag Nederland

In de lagere gebieden, zoals het westen van Nederland, wordt het watersysteem normaliter doorgespoeld om zo het zoutgehalte in het water op een acceptabel niveau te houden. Dit zout dringt via de grote rivieren en vanuit de ondergrond, ook wel zoute kwel genoemd, het gebied in. In droge periodes is er minder water beschikbaar om door te spoelen. De zouttong vanuit de rivieren komt dan verder het land in waardoor het niet meer geschikt is om mee door te spoelen. Om te voorkomen dat het zoutgehalte van het water te veel toeneemt, voeren de waterschappen en Rijkswaterstaat water van elders aan waar de zouttong nog niet is opgedrongen. Ook sluiten de waterschappen inlaten die te zout zijn geworden.

Verdeling bij zoetwatertekort

Wanneer de droogte lang aanhoudt en er sprake is van een zoetwatertekort, wordt aan de hand van de verdringingsreeks bepaald hoe we het water verdelen. De verdringingsreeks is vastgelegd in de Waterwet en bepaalt hoe het schaarse zoete water wordt verdeeld over de watergebruikers, zoals landbouw, natuur, scheepvaart en drinkwaterbedrijven. Bij de verdeling wordt gekeken naar onomkeerbare en onherstelbare schade en primaire levensbehoeften.

Wat leeft er in zoet water?

Niet alleen voor mensen is zoet water van levensbelang. Ook voor veel vissen, insecten en planten is zoet water heel belangrijk. Zo zijn er wel 40 inheemse en 30 uitheemse soorten zoetwatervissen te vinden in Nederland. Ook andere dieren zoals mosselen, garnalen en kreeften zijn in zoet water te vinden.

Wat doet de Unie van Waterschappen?

De Unie van Waterschappen werkt mee aan de strategie en het beleid vanuit het Deltaprogramma. Ook neemt de Unie deel aan de Landelijke Coördinatiecommissie Waterverdeling bij (dreigende) watertekorten.


Medewerkers bij dit thema

Beleidsadviseur water en klimaat