Bodem en bodemdaling

Een groot deel van de Nederlandse bodem zakt. Om de negatieve gevolgen van deze bodemdaling te verminderen, kijken de waterschappen naar aanpassingen in het watersysteem.
Standpunt:

Het waterbodemsysteem moet sturend worden in ruimtelijke ontwikkelingen.

Door klimaatverandering en omdat we ons land steeds intensiever zijn gaan gebruiken, lukt het lang niet altijd meer om technische oplossingen te vinden voor watervraagstukken. Het meebewegen met natuurlijke processen in de bodem levert maatschappelijk en economisch veel voordeel op. Waterschappen vinden het daarom belangrijk dat bij een herontwikkeling van een gebied ook rekening gehouden wordt met langetermijneffecten op bodemdaling, waterveiligheid, waterbeschikbaarheid en waterkwaliteit.

Bodem in beweging

Onder de grond is de Nederlandse bodem constant in beweging. Een groot deel van Nederland heeft te maken met bodemdaling. We spreken van bodemdaling of bodemverzakking wanneer het niveau van de bodem zakt ten opzichte van een vast referentiepunt zoals het Normaal Amsterdams Peil (NAP). Enkele gebieden van Nederland krijgen echter met het tegenovergestelde van bodemdaling te maken, namelijk dat het niveau van de bodem stijgt. Dit wordt bodemstijging genoemd.

Oorzaken bodemdaling

Bodemdaling in Nederland heeft verschillende oorzaken, maar is vaak een gevolg van menselijk handelen. In grote delen van laag Nederland treedt bodemdaling op door ontwatering van de grond. Door het wegpompen van water klinkt de bodem in en wordt veen aan de bodem blootgesteld aan zuurstof. Dit verteert hierdoor langzaam en wordt omgezet in CO2. Daarnaast zorgt het gewicht van gebouwen en wegen voor het inzakken van slappe grond. Ook zakt door droogte de grondwaterstand, wat de bodemdaling verder versterkt.

In de provincie Groningen heeft ook de gaswinning een groot effect op de bodemdaling. Gasvelden zorgen voor een deel voor druk onder de grond, maar deze druk neemt af zodra de gasvelden leeg raken. Als de druk afneemt, is de kans groot dat de rest van de bodem inzakt.

Welke problemen brengt het?

Bodemdaling kan veel gevolgen hebben. Woningen, wegen en rioleringen kunnen verzakken, wat leidt tot schade en waterproblemen. Ook is er een verband tussen bodemdaling en een hogere CO2- uitstoot. De oxidatie van veen zorgt namelijk niet alleen voor bodemdaling, ook komt er veel broeikasgas (CO2, methaan en lachgas) vrij. Dit vormt een probleem, aangezien Nederland met het klimaatakkoord juist streeft naar reductie van broeikasgassen.

Daarbij heeft Nederland niet alleen met bodemdaling te maken, maar ook met zeespiegelstijging. Wanneer het land daalt ten opzichte van het zee- of rivierniveau, neemt het overstromingsrisico toe.

Bodemdaling tegengaan

Om de bodemdaling te remmen, moeten er aanpassingen gedaan worden. Aanpassingen van het watersysteem, maar ook aanpassingen in functies, de landbouwpraktijk en de verdienmodellen in het gebied. Dat vraagt inzet van alle betrokken partijen.

Oplossingen

In het kader van het klimaatakkoord en Het Veenplan is ingezet op het verhogen van grondwaterpeilen op circa 90.0000 hectare. Uit onderzoek blijkt dat het verhogen van het grondwaterpeil naar -40 tot -20 in combinatie met drukinfiltratiesystemen het beste resultaat geeft. Naast deze techniek kan bodemdaling verminderd worden door alleen het slootpeil te verhogen of drainagesystemen aan te leggen. Per provincie wordt weloverwogen gekeken welke mix aan maatregelen het beste resultaat oplevert. Daarbij wordt ook gekeken naar andere opgaven in het gebied. Waterschappen hebben vanuit hun verantwoordelijkheid voor het watersysteem een belangrijke rol in dit proces als kennisdrager en uitvoerder.

> Bekijk ook ons standpunt over funderingsschade door grondwaterstanden

Bodemdalingskaart

Meer informatie over de actuele bodemdaling in Nederland? Kijk dan op de website van de bodemdalingskaart.

Wat doet de Unie van Waterschappen?

De bodemdalingsproblematiek is een gezamenlijk probleem dat om een gezamenlijke aanpak vraagt. Inmiddels werken overheden en maatschappelijke partijen intensief aan het bodemdalingsvraagstuk. De Unie van Waterschappen levert een actieve bijdrage aan de dialoog over het belang en de kennis van waterschappen. Samen met IPO, VNG en het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit geeft de Unie sturing aan het veenweideprogramma. Daarnaast levert de Unie samen met andere overheden en STOWA een belangrijke bijdrage aan een meerjarig kennisprogramma, waarbij zowel onderzoek als innovatie en kennisontsluiting een rol hebben. Samenwerkingsverbanden waarin de Unie actief is zijn onder andere:

  • Platform Slappe Bodem
  • Nationaal Kenniscentrum Bodemdaling
  • Nationaal Funderingsprogramma
  • Nationaal Veenweideprogramma
  • Kennisprogramma’s: STOWA, NOBV, VIP-NL

Medewerkers bij dit thema

Programmamanager implementatie Omgevingswet waterschappen
Beleidsadviseur waterbeleid