
Voorlopig houdt de droogte in Nederland aan. De afgelopen weken viel er nauwelijks neerslag, niet in eigen land en ook niet in de stroomgebieden van de Rijn en Maas. Dit zorgt voor een toenemend neerslagtekort, dalende rivierafvoeren en lagere grondwaterstanden. De toplaag van de bodem is droog en de vraag naar water stijgt, vooral vanuit de landbouw. Waterbeheerders nemen extra maatregelen om hierin te kunnen blijven voorzien.
Waterstanden en kwaliteit
Om in te spelen op de toenemende watervraag door landbouw en natuur zijn de waterpeilen van het IJsselmeer, Markermeer en in de regionale systemen verhoogd. Op de meeste plaatsen is er op dit moment nog voldoende water beschikbaar. Ook lijdt de waterkwaliteit nog maar beperkt onder de aanhoudende droogte, al worden lokaal blauwalg en droogvallende beken gemeld.
Weinig neerslag verwacht
De vooruitzichten geven weinig hoop op verlichting. De komende twee weken wordt weinig neerslag verwacht, terwijl de temperaturen iets boven het langjarig gemiddelde liggen. Dat zorgt voor een toename van de verdamping, wat het neerslagtekort verder vergroot. De afvoeren van de Rijn en Maas dalen naar verwachting verder en blijven onder het seizoensgemiddelde.
Blijven monitoren
De waterschappen blijven de situatie nauwlettend volgen en nemen waar nodig aanvullende maatregelen, zoals het aanvoeren van extra water en het voorkomen van verzilting.
KWA+ verdubbelt zoetwateraanvoer West-Nederland
Juist in deze omstandigheden vond op 15 mei de feestelijke afronding van het project Capaciteitsuitbreiding Klimaatbestendige Wateraanvoer (KWA+) plaats. Tien jaar werk aan gemalen, sluizen en waterwegen in Utrecht en Zuid-Holland zit erop. Dit project verdubbelt de alternatieve zoetwateraanvoer naar West-Nederland. De KWA+ wordt ingezet bij lage rivierafvoeren en droogte, om watertekorten en verzilting tegen te gaan.
Samenwerking geborgd
Tijdens de afsluiting van het KWA+ project ondertekenden de betrokken waterschappen (het Hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden, het Hoogheemraadschap van Rijnland, het Hoogheemraadschap van Schieland en de Krimpenerwaard, en het Hoogheemraadschap van Delfland) en Rijkswaterstaat nieuwe waterakkoorden. Daarmee legden ze de afspraken over de aan- en afvoer van water formeel vast. De dijkgraven van de drie betrokken waterschappen en de Deltacommissaris Co Verdaas benadrukten het belang van samenwerking én het besef dat technische maatregelen hun grenzen kennen. “De zoetwateropgave vraagt aanpassingen in het watergebruik en in de ruimtelijke functies”, aldus de Deltacommissaris.