Geen steun voor ruimte algemeen bestuur bij inrichting rekenkamer
De waterschappen waren voorstander van een model waarin het algemeen bestuur de mogelijkheid heeft om de rekenkamer naar eigen behoefte in te richten. Tijdens het debat bleek echter al weinig steun te zijn voor dit amendement. Behalve het CDA hielden alle aanwezige partijen vast aan het verplicht instellen van een onafhankelijke, volledig extern samengestelde rekenkamer. Naar hun oordeel wordt juist daarmee een impuls gegeven aan een meer onafhankelijke controle op de doeltreffendheid, doelmatigheid en rechtmatigheid van de uitgaven. De Tweede Kamer heeft het amendement dan ook niet overgenomen.
Wel heeft de Tweede Kamer een amendement aangenomen waarmee de bevoegdheid van de rekenkamer is vergroot. De bevoegdheid om onderzoek te verrichten naar het door het bestuur gevoerde bestuur moet ruim worden opgevat. Het gaat om beleidsvoorbereiding, -vorming, -vaststelling, -uitvoering en -effecten, maar ook het functioneren van de (ondersteunende) ambtelijke en politieke organisatie.
Rechtmatigheidsverantwoording
Het wetsvoorstel kent naast de rekenkamers nog een tweede onderdeel. Voortaan is er sprake van een rechtmatigheidsverantwoording. Dat betekent dat de dagelijkse besturen van de waterschappen zelf een verklaring afleggen over de vraag of de in de jaarrekening opgenomen financiële feiten in overeenstemming met de daarvoor geldende regelgeving tot stand zijn gekomen. Tot dat moment is het aan de accountant om deze verklaring bij de jaarrekening te geven. Met het aannemen van het wetsvoorstel door de Tweede Kamer worden waterschappen verplicht dit instrument in te voeren. De waterschappen willen wel voldoende voorbereidingstijd om het instrument in te voeren. Als ingangsdatum hebben zij het verslagjaar 2025 genoemd.
Eerste Kamer
Het is nu aan de Eerste Kamer om zich definitief uit te spreken over beide onderdelen van het wetsvoorstel. Als de Eerste Kamer met het wetsvoorstel instemt, wordt het definitief.