> Download pdf
Op 9 september staat een Commissiedebat Leefomgeving gepland. De waterschappen geven graag hun
visie op een aantal agendapunten van dit debat.
Stand van zaken gebruik gewasbeschermingsmiddelen buiten de landbouw
De waterschappen maken zich zorgen. De kwaliteit van het oppervlaktewater in Nederland is nog onvoldoende om in 2027 de doelen van de Europese Kaderrichtlijn Water te halen. Op de helft van de meetlocaties worden gewasbeschermingsmiddelen in te hoge concentraties in het oppervlaktewater gevonden.
Naast toepassing in de landbouw kan ook het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen buiten de landbouw negatieve gevolgen hebben voor de waterkwaliteit. Dit geldt ook voor het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen op sportvelden en golfbanen.
In de brief bij dit agendapunt informeert de staatssecretaris de Tweede Kamer over het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen en biociden op sportvelden en golfbanen in de jaren 2015-2018. De staatssecretaris verwijst daarvoor naar een memo van het RIVM. Uit deze memo blijkt dat op golfbanen en sportvelden gewasbeschermingsmiddelen en biociden worden gebruikt die geen toelating hebben of waarvan de toelating om te mogen worden gebruikt, is vervallen. In beide gevallen is dit een overtreding van de Wet gewasbeschermingsmiddelen en biociden. En omdat het gebruik niet is toegestaan, kan dit negatieve gevolgen hebben voor de waterkwaliteit.
Vragen:
Kan de staatssecretaris aangeven wat ze aan deze overtredingen op sportvelden en golfbanen gaat doen?
Kan de staatssecretaris aangeven of er ook na 2018 gewasbeschermingsmiddelen op sportvelden en golfbanen werden gebruikt die niet zijn toegelaten of waarvan de toelating is vervallen?
Beleidsdoorlichting bodem en ondergrond
In het Decisio-rapport wordt de doelstelling van begrotingsartikel 13 beschreven als: “een duurzaam en
efficiënt beheer en gebruik van bodem en ondergrond”. Dat houdt in dat het doel is om “de vraagstukken
op het gebied van bodemkwaliteit, drinkwatervoorziening, grondwater, bodemdaling, duurzaam bodembeheer in de landbouw, kabels en leidingen en bodemenergie in relatie met de maatschappelijke opgaven als energietransitie en klimaatadaptatie aan te pakken” (p.17). Dat is heel breed. De reactie van de minister (m.n. de concluderende alinea) richt zich echter alleen op het onderdeel bodemverontreiniging, inclusief de nieuwe stoffen. Ook in de begroting voor 2021 staat “In de bestuurlijke afspraken voor 2021 ‒ 2025 verschuift de focus naar de afronding van de aanpak bodemverontreiniging en de aanpak van nieuwe bodem bedreigende stoffen.” (p.55), waarbij ook alleen die focus wordt gekozen.
Vraag:
Kan de staatssecretaris aangeven wat haar acties zijn op het overige deel van de doelstelling van het Decisio-rapport, namelijk bodemkwaliteit, drinkwatervoorziening, grondwater, bodemdaling, duurzaam bodembeheer in de landbouw, kabels en leidingen en bodemenergie in relatie met de maatschappelijke opgaven als energietransitie en klimaatadaptatie?
Integrale aanpak nodig
IenW lijkt te proberen de bodemopgave controleerbaar en beheersbaar te houden en moet daarvoor haar beleid steeds verder specificeren en afbakenen, terwijl de praktijk juist steeds meer vraagt om integrale oplossingen. Hierdoor worden actuele problemen opgelost, maar kijkt men niet verder naar het voorkomen van toekomstige knelpunten. Daardoor worden complexe problemen (zoals PFAS) niet voorzien, en krijgt het Rijk steeds vaker het verwijt verkokerd beleid te maken en haar regierol te verzuimen.
De waterschappen zien een sterke verbinding tussen de bodem en het watersysteem. Bij de aanpak van
grote opgaven voor de toekomst, zoals verontreinigingen of klimaatbestendigheid, zijn bodem- en waterbeleid onlosmakelijk met elkaar verbonden. Voor de waterschappen is daarom een integrale kijk op bodem en water essentieel. De Omgevingswet biedt een uitgelezen kans om niet langer te denken vanuit gescheiden milieucompartimenten, maar vanuit de maatschappelijke opgave. In het laatste bodemconvenant is er veel aandacht voor verbreding van het bodembeleid.
De Unie van Waterschappen pleit voor intensieve afstemming en het ‘ontkokeren’ van het bodem- en waterbeleid en is daarom bezorgd over de toenemende focus op controleerbaarheid en afbakening van het bodembeleid.
Vraag: Wat gaat de staatssecretaris concreet doen om bodembeleid integraal te benaderen?