Water belangrijke grondstof binnen een circulaire economie

14 april 2023

Op 20 april staat in de Tweede Kamer een commissiedebat Circulaire Economie gepland. Waterschappen vragen de Tweede Kamer om tijdens het debat in te zetten op concretisering en uitvoering van de maatregelen uit het Nationaal Plan Circulaire Economie (NPCE). Ook is het belangrijk om belemmeringen in de wet- en regelgeving aan te passen die circulair handelen tegenwerken of zelfs onmogelijk maken.

Waterbesparing en hergebruik van water

Waterschappen hebben dagelijks te maken met de gevolgen van klimaatverandering: langere perioden van droogte afgewisseld met hevigere en langdurige regenbuien. De noodzaak om in actie te komen voor het klimaat, onze planeet en toekomstige generaties is daarom groot. Een circulaire economie draagt bij aan het voorkomen van verdere klimaatverandering. Voldoende schoon water is ook voor Nederland van levensbelang en met steeds droge zomers niet vanzelfsprekend meer.

Daarom pleiten de waterschappen ervoor om water als grondstof mee te nemen in de uitvoering van het NPCE. Ze vinden het belangrijk om in te zetten op waterbesparing en hergebruik van water en de kansen te benutten van hergebruik van gezuiverd water in de waterketen.

Grondstof in plaats van afvalstof

Waterschappen zijn al jaren actief in het terugwinnen van grondstoffen en energie uit rioolwater. Ze kunnen ze 18 verschillende grondstoffen uit dit water terugwinnen, waaronder cellulose, fosfaat, bioplastics en Kaumera. Om hergebruik van afvalstoffen te bevorderen zit in veel gevallen wet- en regelgeving in de weg. Die stamt nog uit de jaren ’70, toen men uitging van de gedachte dat een product of activiteit altijd leidt tot een afvalstof. De waterschappen willen af van het stempel ‘afval’ voor de reststromen van de rioolwaterzuiveringen.

Meer urgentie en middelen voor circulaire economie

Met het NPCE worden stappen gezet in de goede richting. Het gaat alleen niet snel genoeg. De maatregelen zijn vooral verkennend en onderzoekend. Waterschappen missen daarbij concrete, structurele beleidsmaatregelen. Het is daarom wenselijk dat de Tweede Kamer inzet op concretisering en uitvoering van de maatregelen. Ook moeten de maatregelen doorgerekend worden op vermeden CO2-emissie. Dat is de CO2-emissie die niet wordt uitstoten door genomen maatregelen. Daarnaast zouden substantiële middelen vanuit het Klimaatfonds de ontwikkeling naar een circulaire economie een zet in de goede richting kunnen geven.

>Lees de volledige inbreng van de waterschappen voor het debat

Deel dit via:
FacebookTwitterLinkedIn