De balans opmaken van 2023: waar staan we nu met stikstof?

21 december 2023

Ook in 2023 is het veel over de stikstofcrisis gegaan en is er gewerkt aan maatregelen. Er is vooral ook veel gepraat en nog steeds is veel onzeker richting de toekomst. Ondertussen wordt de uitvoering van waterschapsprojecten geraakt door de stikstofbeperkingen. Waar staan we nu?

Polder landschap met weide, water en natuur- stikstof

De Unie van Waterschappen heeft een stikstof-update naar alle waterschappen gestuurd om inzicht te bieden in de mogelijkheden die er op dit moment zijn om een stikstofvergunning te krijgen.

Versterken van de natuur

In een robuuste natuur ligt de oplossing van de stikstofproblematiek: zonder sterke natuur geen vergunningen en een sterke natuur is minder gevoelig voor stikstof. Waterschappen zetten zich in voor het versterken van de natuur. Dit doen ze door met relatief eenvoudige maatregelen als flexibel peilbeheer, beekherstel en natuurvriendelijke oevers te helpen aan het versnellen van natuurherstel. Het is echter nog steeds nodig om de uitstoot van stikstof te verminderen.

Terugdringen van uitstoot

Na het wegvallen van de bouwvrijstelling in 2022 moeten de waterschappen werken met zo min mogelijk emissies (veelal veroorzaakt door het gebruik van dieselmotoren). De waterschappen hebben de ambitie om zoveel mogelijk om te schakelen naar elektrisch materieel. Maar ook dit is een omslag die niet van de ene op andere dag is gerealiseerd. Daarnaast is elektrisch materieel duur en nog niet altijd beschikbaar. Binnen het Hoogwaterbeschermingsprogramma is het beperkt mogelijk om subsidies aan te vragen voor het gebruik van elektrisch materieel.

Voortoets en Porthos-uitspraak

In de huidige situatie hebben projecten die direct verband houden met het beheer van Natura 2000-gebieden geen vergunning nodig. Dit geldt bijvoorbeeld voor veel projecten die het in kader van het verbeteren van de waterkwaliteit worden uitgevoerd. Bij projecten waar met zekerheid valt vast te stellen dat ze geen negatief effect hebben op kwetsbare natuur, moet een Voortoets Stikstof worden uitgevoerd. De provincies hebben hiervoor een handreiking ontwikkeld. Als negatieve effecten niet op voorhand kunnen worden uitgesloten moet er een zogenaamde passende beoordeling plaatsvinden. De Porthos-uitspraak van de Raad van State biedt voor dit soort projecten enig perspectief.

Extern salderen en ADC-toets

Als wel duidelijk is dat een project gepaard gaat met schadelijke stikstofuitstoot kan een project alsnog doorgang vinden als deze effecten worden voorkomen. Dit kan bijvoorbeeld door elders stikstofruimte ‘weg te halen’. Hierbij valt te denken aan ruimte door in de buurt bijvoorbeeld een veehouderij op te kopen. Dit heet extern salderen. Mocht dit niet mogelijk zijn, dan is er voor dit soort projecten nog een laatste redmiddel: de ADC-toets. Deze procedure staat open voor projecten die mogelijk significante natuurschade veroorzaken waarvoor geen alternatieven zijn (A), die van doorslaggevend belang zijn (D) en waar compensatie wordt geregeld voor de beschadigde natuur (C) door aanleg van nieuwe vergelijkbare natuur.

De Unie van Waterschappen houdt de waterschappen op de hoogte van de laatste ontwikkelingen. En brengt hun zorgen en aandachtspunten in bij landelijke overleggen rond de stikstofaanpak.

> Lees de Stikstof-update van de Unie van Waterschappen (PDF)  

Waterknop: water als verbindende factor in het landelijke gebied

21 september 2023

De transitie van het landelijk gebied is een groot en belangrijk dossier waar de landelijke en regionale partijen al jaren mee worstelen. De waterschappen zien water als verbindende factor die voor de benodigde versnelling kan zorgen. De Unie van Waterschappen roept op om met waterbeheermaatregelen snel resultaten te boeken op het gebied van natuurherstel en toekomstperspectief voor de landbouw.

boerderij met weiland en sloot in vogelvluchtperspectief

Verdroging is naast stikstof een van de grote oorzaken van de achteruitgang van de natuur, maar zet ook de productiviteit van de landbouw onder druk, geeft funderingsschade, bodemdaling en beperkt de beschikbaarheid van drinkwater. Rogier van der Sande, voorzitter van de Unie van Waterschappen: “Uitstellen van het aanpakken van de natuur, waterkwaliteit en klimaatverandering is niet langer mogelijk. Daarom moeten we verder kijken dan stikstofreductie. We kunnen als overheden versnellen door een ferme draai te geven aan de ‘waterknop’.”

Draaien aan de ‘waterknop’

Van der Sande: “De ‘waterknop’ staat voor watermaatregelen die snel effect hebben op bijvoorbeeld het watervasthoudende vermogen van de bodem en de natuur. Denk aan het flexibel omgaan met peilbeheer en het plaatsen van stuwen in sloten om water langer vast te houden. De waterschappen zijn betrokken bij de gebiedsprocessen van de provincies om deze kansen te verzilveren.”

Gezonde bodem

In opdracht van de Unie van Waterschappen bracht STOWA in een notitie een aantal onderzoeken over de rol van water samen. “Bij natuurherstel zijn diverse factoren van belang, waaronder voedselrijkdom (nutriënten), de zuurgraad en water. Maar ook de omvang van, en verbinding tussen natuurgebieden. Alle factoren moeten op orde zijn. Alleen werken aan stikstof is minder effectief als er onvoldoende water is, en andersom maakt droogtebestrijding de natuur minder gevoelig voor stikstof. Een gezonde bodem en een robuuste leefomgeving beginnen bij voldoende water”, vat Joost Buntsma, directeur van STOWA, samen.

Effectief

Ook adviesbureaus Sweco, Tauw en Witteveen + Bos onderstrepen de effectiviteit van waterbeheer voor natuurherstel. “Hydrologische maatregelen dragen bij aan het weerbaarder maken van habitattypen en leefgebieden van soorten tegen stikstofdepositie. Indien hydrologische maatregelen ook buiten de Natura 2000-gebieden op de juiste locatie, juiste wijze en voldoende robuust worden uitgevoerd (juiste hoeveelheden water van goede kwaliteit) heeft dit een positief effect op stikstofgevoelige natuur.”

Water als transitiemotor

De waterschappen hebben voor het realiseren van de maatregelen wel medeoverheden, het rijk en gebiedspartners nodig. De Unie van Waterschappen doet dan ook een oproep aan het rijk en de medeoverheden om meer prioriteit te geven aan de watermaatregelen. “Waterschappen ervaren dat partijen in de regio zeer bereid zijn om met water aan de slag te gaan. Water verbindt en heeft de potentie om meer perspectief te brengen in de transitie van het landelijke gebied”, aldus Rogier van der Sande.

Porthos-uitspraak biedt hoop voor projecten waterschappen

16 augustus 2023

De Raad van State heeft groen licht gegeven voor het Porthos-project, waarbij CO2 via pijpleidingen onder de Rotterdamse haven wordt opgeslagen in de Noordzee. De hoogste bestuursrechter erkent dat sprake is van belastende stikstofuitstoot, maar die is tijdelijk en beperkt en heeft geen waarneembare gevolgen voor de natuurgebieden. Deze uitspraak biedt perspectief voor de projecten van de waterschappen.

Een graafmachine aan het werk op een dijk.

Door het eerder terugdraaien van de bouwvrijstelling in de stikstofwet, vanwege te weinig vooruitgang, werd de vergunningverlening voor bouwprojecten moeilijk. Dit gold ook voor nieuwe projecten die in uitvoering moesten gaan van de waterschappen.

Vrees voor vertraging

De Unie van Waterschappen is dan ook blij met deze uitspraak die perspectief biedt voor de projecten van de waterschappen die ook te maken hebben met een tijdelijke en beperkte uitstoot op overbelaste natuurgebieden. Verschillende waterschappen gaven eerder aan grote vertraging op te lopen bij de uitvoering van dijkversterkingsprojecten en projecten die bijdragen aan het behalen van de doelstellingen van de Kaderrichtlijn Water.

Dirk-Siert Schoonman, bestuurslid Unie van Waterschappen: “De uitspraak kan weliswaar niet als een generieke uitstootdrempel worden opgevat, maar toont wel aan dat het met de juiste onderbouwing mogelijk is om projecten door te laten gaan. De uitspraak stelt ook dat de natuurherstelmaatregelen voor de natuurgebieden, meewegen in de beoordeling of de uitstoot toelaatbaar is.”

Snelle maatregelen voor natuurherstel

Schoonman: “De waterschappen hebben voor veel projecten een rol om natuur te behoeden voor droogteschade. De mate van verdroging en maatregelen om deze tegen te gaan worden expliciet door Raad van State genoemd. Dit is in lijn met het betoog van de waterschappen om meer aandacht te geven aan de zogenaamde Waterknop, waarmee we doelen op relatief eenvoudige maatregelen in het waterbeheer die snel tot natuurherstel kunnen leiden.”

Waterveiligheid en schoon water

Waterveiligheid en schoon water zijn essentiële randvoorwaarden voor de leefbaarheid in Nederland. De waterschappen werken hier aan door bijvoorbeeld dijken te versterken en rioolwaterzuiveringsinstallaties te verbeteren. Wanneer de projecten van de waterschappen niet kunnen doorgaan, wordt een nieuwe waterkwaliteitscrisis gecreëerd en komt het behoud van droge voeten in gevaar.

Klimaatneutraal in 2035

De waterschappen doen er alles aan om zo schoon mogelijk te werken, met zoveel mogelijk elektrisch materieel. Zij hebben de ambitie om in 2035 volledig klimaatneutraal te werken. Voor nu is er echter voor de projecten met een kleine, tijdelijke stikstofuitstoot nog bewegingsruimte nodig. Daarbij dragen de waterschappen bij aan het verminderen van de stikstofproblematiek door natuurherstelmaatregelen uit te voeren.

Waterschappen: “Pauze en versnellen? Draai de waterknop open”

6 april 2023

In het Tweede Kamerdebat op 5 april over de afgelopen verkiezingsuitslag bleek dat duidelijkheid over de stikstofaanpak voorlopig uitblijft. De stikstofplannen uit het regeerakkoord worden op pauze gezet en op een later moment heroverwogen. In de tussentijd wil het kabinet in de regio juist versnellen op natuurherstel. De Unie van Waterschappen geeft aan dat met watermaatregelen het behalen van de natuurdoelen sneller dichterbij kan komen.



De waterschappen hebben de afgelopen jaren aangedrongen op duidelijke keuzes: de natuur moet worden hersteld. De stikstofplannen moeten daarom rekening houden met de doelen in 2027 voor de waterkwaliteit. Dit om een waterkwaliteitscrisis te voorkomen. Nu er een impasse dreigt luiden de waterschappen de alarmklok: de problematiek duldt geen uitstel. De voorgestelde aanpassingen voor stikstof en de maatregelen om de waterkwaliteit te verbeteren moeten bijdragen aan een slimme en snelle aanpak. De Omgevingswet kan dit borgen. Ook middelen uit het transitiefonds van het Rijk kunnen hierbij helpen.

Draai verder aan de ‘Waterknop’ om te beginnen met natuurherstel

Dirk-Siert Schoonman, bestuurslid Unie van Waterschappen: “De discussie over wanneer de doelen precies moeten zijn behaald, doet niets af aan de noodzaak om snel te starten met het nemen van maatregelen. Als het kabinet wil versnellen, moet er wat ons betreft een ferme draai worden gegeven aan de ‘waterknop’. Verdroging is naast stikstof een van de grote oorzaken van de achteruitgang van de natuur. Maar droogte zorgt ook voor funderingschade, bodemdaling, beperkte beschikbaarheid van drinkwater en het zet de productie van de landbouw onder druk. Bovendien is natuur die last heeft van droogte, veel gevoeliger voor stikstof. Water kan het behalen van de doelen voor natuur sneller dichterbij brengen en ons uit deze impasse halen. ”

Relatief eenvoudige watermaatregelen kunnen snel effect hebben. Denk bijvoorbeeld aan het verhogen van het waterpeil waar dat kan, flexibel omgaan met peilbeheer, beekherstel, het bevorderen van de biodiversiteit bij slootkanten en extra stuwen om water langer vast te houden. Het zijn maatregelen die met de gebiedspartners snel kunnen worden uitgewerkt,. Daarmee krijgt de natuur, maar ook de landbouw én het watersysteem op korte termijn een impuls.

Natuur niet verder laten achteruitgaan

De Unie van Waterschappen vreest anders dat met het verstrijken van de tijd, de doelen verder uit beeld raken. Ook de eigen opgaven voor waterveiligheid en schoon water worden in hun voortgang geraakt door de stilgevallen vergunningverlening. Ondertussen werken de waterschappen samen met de provincies om in elk geval te zorgen dat de staat van de natuur in de tussentijd niet nog verder verslechtert. We waken gezamenlijk voor verdere achteruitgang van de waterkwaliteit, zoetwaterbeschikbaarheid en het CO2-bergende vermogen van de natuur.

Steun voor centrale rol van water bij ruimtelijke plannen

25 november 2022

Op 25 november heeft minister Mark Harbers (Infrastructuur en Waterstaat) met een brief aan de Tweede Kamer de nationale kaders gepresenteerd voor ruimtelijke plannen: water en bodem sturend. Het kabinet geeft hiermee invulling aan de afspraak in het coalitieakkoord.



De Kamerbrief komt tegemoet aan het pleidooi van de waterschappen voor landelijke kaders op dit gebied. De waterschappen gaan, vanuit hun kennis van en verantwoordelijkheid voor het watersysteem, meewerken aan een regionale uitwerking van dit beleid in gebiedsprocessen en de verschillende ruimtelijke plannen.

Integrale aanpak en Rijkskaders voorwaardelijk

Rogier van der Sande, voorzitter van de Unie van Waterschappen: “Met de Kamerbrief water en bodem sturend wordt ons pleidooi landelijk concreet gemaakt. We blijven wel aandringen op een snelle verankering op landelijke wetgeving en op regionale borging in de gebiedsprogramma’s van het Nationaal Programma Landelijk gebied (NPLG). Dat doen we ook in andere ruimtelijke plannen voor bijvoorbeeld woningbouw en energie, waarin de provincies een stevige rol krijgen. Hiervoor is een integrale aanpak een vereiste. Een mogelijke versnelling op thema’s zoals stikstof en woningbouw mag geen aanleiding zijn om van dit principe af te stappen. Er is tegelijkertijd een waterkwaliteitsvraagstuk op te lossen”.

Een samenhangend pakket voor het landelijk gebied

Naast de Kamerbrief water en bodem sturend heeft het kabinet ook (proces)brieven over stikstof en landbouw naar de Kamer gestuurd, als een samenhangend pakket over de grote opgaven in het landelijk gebied. De nationale kaders over water en bodem sturend zijn daarvoor randvoorwaardelijk. “Het aanpakken van de achteruitgang van de natuur, de waterkwaliteit en de aanpak van klimaatverandering dulden geen uitstel meer. Tegelijkertijd lukt dat alleen als de landbouwsector, als belangrijke partner in het gebied, perspectief op korte en lange termijn heeft en kan bijdragen aan de transitie van het landelijk gebied. Het is nodig dat daarbij uitgegaan wordt van de basis, het water- en bodemsysteem. De kabinetsplannen bieden een bemoedigende basis, het is een complexe puzzel en het past om hierin gezamenlijk verantwoordelijkheid te nemen”.

Water en bodem sturend

Nederlanders ervaren steeds meer dat de grenzen van het water- en bodemsysteem zijn bereikt. Dat komt door de gevolgen van klimaatverandering én doordat we ons land steeds intensiever gebruiken. Om te voorkomen dat we onszelf klem zetten, moet het belang van een gezond water- en bodemsysteem voorop staan en moeten we nu al rekening houden met de ruimtelijke randvoorwaarden die voor Nederland nodig zijn. In plaats van ons water- en bodemsysteem aan te passen aan onze wensen, is het nodig dat wij ons gaan aanpassen aan de grenzen die water en bodem aan ons stellen. Zodat we ook in de toekomst, met een ander en grillig klimaat kunnen blijven leven, wonen en werken.

Unie van Waterschappen pleit voor stikstofvrijstelling voor waterveiligheidsprojecten

2 november 2022

De Raad van State heeft op 2 november geoordeeld dat de bouw niet mag worden vrijgesteld van de stikstofregels. Ook bij projecten die alleen tijdelijk stikstof uitstoten, moet het effect op de natuur worden onderzocht. De Unie van Waterschappen is teleurgesteld over deze uitspraak, omdat dit voor de waterschappen leidt tot vertraging van projecten en extra kosten.



De Raad van State ziet te weinig voortgang in de maatregelen die bij moeten dragen aan het verminderen van stikstofuitstoot. Daarom oordeelt de Raad dat er ook voor de meest noodzakelijke bouwprojecten geen uitzondering mag worden gemaakt.

Opgave duldt geen uitstel

Dit betekent dat ook de vrijstelling voor de projecten van de waterschappen komt te vervallen en dat projecten rond de waterveiligheid in Nederland mogelijk vertragen. Dirk-Siert Schoonman, bestuurslid van de Unie van Waterschappen: “Werken aan een veilig Nederland moet altijd door kunnen gaan. Het opvangen van de gevolgen van klimaatverandering, het verbeteren van de waterkwaliteit en het versterken van onze dijken zijn opgaven die geen vertraging dulden.”

Vrijstelling voor tijdelijke uitstoot moet blijven bestaan

De waterschappen hadden voor hun projecten vrijstelling gekregen omdat er sprake is van een tijdelijke stikstofuitstoot. Schoonman: “Een dijkversterking brengt bijvoorbeeld eenmalig uitstoot met zich mee. Een vrijstelling voor dit soort tijdelijke uitstoot zou wat ons betreft moeten blijven bestaan.”

Doorgang projecten noodzakelijk

De Unie van Waterschappen benadrukt het belang van de doorgang van de waterbeheerprojecten. Schoonman: “De waterschappen bieden met hun werkzaamheden randvoorwaarden voor een leefbaar Nederland. De wettelijke taken van het waterschap kunnen worden beschouwd als het noodzakelijke beheer en onderhoud, en zijn een randvoorwaarde voor andere gebruiksfuncties in Nederland. Ook voor natuur. De voortgang van deze cruciale werkzaamheden van de waterschappen aan waterveiligheid en het watersysteem zouden daarom niet geraakt mogen worden door deze uitspraak.”

Emissieloos werken

De waterschappen vinden verder dat het terugdringen van de uitstoot dé manier is om aan het werk te kunnen. Voor het versterken van de dijken, de aanleg van gebieden waar water kan worden opgeslagen en bijvoorbeeld renovaties van rioolwaterzuiveringsinstallaties streven waterschappen ernaar om zo min mogelijk energie te verbruiken, transport te beperken en de inzet van emissieloos materieel door aannemers aan te jagen. Schoonman: “Dit gebeurt al bij steeds meer projecten, maar op dit moment is het nog niet mogelijk om in alle projecten van de waterschappen volledig emissieloos te werken. Daarom blijft een vrijstelling voor onze projecten nodig.”

Zicht op natuurherstel

Daarnaast wordt bij waterschapsprojecten gekeken naar de mogelijkheden voor natuurherstel. Hiermee werken de waterschappen aan perspectief voor volgende generaties. De waterschappen sporen het rijk daarom ook aan om met beleid te komen dat snel zicht geeft op natuurherstel.

Waterschappen vragen om integrale uitvoering advies Remkes

11 oktober 2022

Op 11 oktober heeft de Unie van Waterschappen een brief gestuurd naar minister Van der Wal (Natuur en Stikstof) en minister Adema (Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit). In die brief reageert de Unie op het stikstofadviesrapport 'Wat wel kan' dat Johan Remkes op 6 oktober presenteerde.



De waterschappen zijn positief over het advies. Ze zien een aantal belangrijke aandachtspunten voor de uitvoering en bieden hun slagkracht en kennis in de regio aan voor de uitvoering van de plannen.

Urgentie

De Unie van Waterschappen onderschrijft de urgentie die Johan Remkes met zijn advies ‘Wat wel kan’ uitdraagt. De aangedragen oplossingen zijn onontkoombaar. De uitstoot moet naar beneden en de natuur moet worden hersteld. Ook moet de draagkracht van het water en bodemsysteem – inclusief de waterkwaliteit – leidend zijn bij het bepalen van ‘wat waar wel kan’. Verder kan de Unie zich vinden in de conclusie van Johan Remkes dat een robuust natuurlijk systeem alleen kan worden gerealiseerd als het rijk het beleid aanscherpt.

Samenhang

De Unie prijst het samenhangende geheel van Remkes’ adviezen en waarschuwt voor selectief te werk gaan bij het overnemen van de voorgestelde aanpak. De waterschappen roepen de minister dan ook op het advies integraal uit te voeren.

Niet langer dweilen met de kraan open

Roger van der Sande, voorzitter van de Unie van Waterschappen, schrijft in de brief: “We kunnen niet langer ‘dweilen met de kraan open’. De waterschappen ervaren dat de grenzen van het watersysteem – de voorwaarde voor de klimaatbestendigheid en vruchtbaarheid van onze delta – zijn bereikt. Het stemt de waterschappen dan ook positief dat in het advies een centrale rol is toebedeeld aan de principes van water en bodem sturend. Dit geldt zowel voor de waterbeschikbaarheid als de waterkwaliteit.”

Nieuwe impasse voorkomen

Natuur en stikstof is één van de onderwerpen waar Nederland tegen de fysieke grenzen is aangelopen. Van der Sande: “Het stikstofdossier is pas politiek urgent geworden door een gerechtelijke uitspraak en een stokkende vergunningverlening. Ditzelfde dreigt ook met de Europese Nitraatrichtlijn en Kaderrichtlijn Water, die Nederland verplicht om in 2027 de waterkwaliteit op orde te hebben. De waterschappen werken hard aan het verbeteren van de waterkwaliteit. Ook wij willen voorkomen dat waterkwaliteit het volgende stikstofdossier wordt. Daarbij hebben we andere overheden nodig om dit voor elkaar te krijgen.”

> Lees de brief van de Unie van Waterschappen

Remkes ondersteunt ‘Water en Bodem sturend’ in stikstofadvies

5 oktober 2022

Op 5 oktober heeft Johan Remkes zijn advies om de stikstofcrisis vlot te trekken gepresenteerd aan minister Christianne van der Wal (Natuur en Stikstof). In zijn advies stelt Remkes dat het noodzakelijk is om op zeer korte termijn veel minder stikstof te gaan uitstoten om natuurherstel mogelijk te maken. Ook geeft hij aan dat de draagkracht van het water- en bodemsysteem leidend moet zijn voor het soort functie dat een gebied aan kan. In een eerste reactie is de Unie van Waterschappen blij deze geuite wens terug te zien in het rapport.



De waterschappen gaan het advies van Remkes bestuderen en komen op korte termijn met een inhoudelijke reactie. Remkes geeft in zijn advies aan dat de consequenties groot zijn als nu niet op korte termijn de stikstofuitstoot omlaag gaat. Er is volgens hem een gerichte aanpak nodig. Remkes stelt onder meer voor binnen een jaar 500 tot 600 piekbelasters (zowel uit de agrarische sector als uit het bedrijfsleven) uit te kopen en de natuur veel centraler te stellen bij de verschillende opgaven die Nederland kent.

Geen uitstel

De Unie van Waterschappen vindt de oproep voor een versnelde aanpak passend. Eerder riepen ze in augustus bij hun gesprek met Remkes op om met heldere keuzes te komen. Rogier van der Sande, voorzitter van de Unie van Waterschappen: “Het aanpakken van de achteruitgang van de natuur en daarmee ook de waterkwaliteit, de beschikbaarheid van (zoet) water en de waterveiligheidsvraagstukken door klimaatverandering dulden immers geen verder uitstel meer.”

Water en bodem sturend

Die snelle aanpak is dus nodig. Een zorgvuldige aanpak blijft desondanks ook essentieel. “We moeten ingrijpende, ruimtelijke keuzes maken. Afgesproken is dat water en bodem daarbij sturend moeten zijn. Want deze opgave moet ook bijdragen aan het beter vasthouden van water en het reserveren van ruimte voor water om ons te wapenen tegen extreme weersomstandigheden en zeespiegelstijging. Dat sturende principe van water en bodem moet ook bij meer snelheid op de korte termijn overeind blijven.”

De waterschappen zijn daarom blij met deze passage uit het rapport van Remkes: ‘Zowel vanuit autonome ontwikkelingen als vanuit vastliggende juridische kaders ligt het voor de hand om water en bodem leidend te laten zijn in de zonering. Dat betekent dat de draagkracht van het water- en bodemsysteem leidend is voor het soort functie dat het gebied aan kan.’ Hieruit blijkt dat het principe ‘water en bodem sturend’ wel de gewenste centrale plek krijgt.

Samenhangende aanpak

Ook onderstreept de Unie van Waterschappen het belang dat Remkes hecht aan een samenhangende aanpak. In augustus riepen de waterschappen bij hun gesprek met Remkes al op de stikstofaanpak hand in hand te laten gaan met het verbeteren van de waterkwaliteit en het klimaatbestendig maken van Nederland. “Met een goede stikstofaanpak kunnen we een volgende crisis rond waterkwaliteit op tijd voorkomen,” aldus Van der Sande. “Wij pleiten voor een gelijkwaardige aanpak van stikstof, waterkwaliteit en klimaatadaptatie.”

Perspectief voor agrariërs

Voor de waterschappen is het daarnaast belangrijk dat tegelijk een perspectief geschetst wordt voor de agrariërs die willen bijdragen aan het oplossen van deze ingewikkelde puzzel en binnen de grenzen van het natuurlijke systeem kunnen opereren. Voor het regionaal waterbeheer zijn de agrariërs als terreinbeheerders een belangrijke partner.

Waterschappen tegen Remkes: Zorg dat waterkwaliteit niet de volgende stikstofcrisis wordt

22 augustus 2022

Op 22 augustus zijn de koepelorganisaties van de provincies, gemeentes en waterschappen op gesprek geweest bij stikstofbemiddelaar Johan Remkes. De Unie van Waterschappen bepleitte in het gesprek het belang om de stikstofaanpak hand in hand te laten gaan met het verbeteren van de waterkwaliteit en het klimaatbestendig maken van Nederland. “Met een goede stikstofaanpak kunnen we een volgende crisis rond waterkwaliteit op tijd voorkomen,” aldus Rogier van der Sande, voorzitter van de Unie van Waterschappen.



Van der Sande: “Natuur en stikstof is één van de onderwerpen waar Nederland tegen de grenzen is aangelopen. Het stikstofdossier is pas politiek urgent geworden vanwege een gerechtelijke uitspraak en stokkende vergunningverlening. Ditzelfde dreigt ook met de Europese Nitraatrichtlijn en de Kaderrichtlijn Water, die Nederland verplicht om in 2027 de waterkwaliteit op orde te hebben. Waterschappen werken hier hard aan. Ze hebben tegelijk andere overheden en de landbouwsector nodig om deze doelstelling te halen.”

Blij met voornemen integrale aanpak

In het coalitieakkoord is afgesproken om in het Nationaal Programma Landelijk Gebied (NPLG) het natuur- en stikstofdossier op te lossen in samenhang met de Europese doelstellingen voor klimaat en waterkwaliteit. De waterschappen zijn blij met deze uitgesproken intentie. Ze willen er op deze manier samen met het Rijk en andere partners voor zorgen dat waterkwaliteit niet het volgende stikstofdossier wordt.

Ingrijpende keuzes nodig

Verder zei de Unie van Waterschappen in het gesprek met Remkes dat ook de toenemende weersextremen zorgen voor ruimtelijke uitdagingen. De extreme droogte van deze zomer legt deze problematiek extra bloot. Van der Sande: “We moeten Nederland anders inrichten om water beter vast te houden en ons te wapenen tegen extreme hoosbuien en zeespiegelstijging. Dat vraagt om ingrijpende, ruimtelijke keuzes. Water en bodem moeten daarbij sturend zijn, zoals ook is afgesproken in het coalitieakkoord.”

Perspectief voor de landbouwsector

De waterschappen willen graag meewerken in de stikstofaanpak. Met hun gebiedskennis kunnen ze waardevolle partners zijn voor de gebiedsgerichte aanpak. Voor de reductie van stikstofuitstoot speelt daarnaast de agrarische sector een cruciale rol. Van der Sande: “Het is voor de waterschappen erg belangrijk dat de landbouwsector, als belangrijke partner in het gebied, perspectief krijgt en kan bijdragen aan de transitie van het landelijk gebied. De waterschappen vinden dan ook dat de focus van de gebiedsgerichte aanpak moet liggen op het samen tot stand brengen van de benodigde maatregelen om de natuur te verbeteren, de waterbeschikbaarheid te vergroten en te zorgen dat de waterkwaliteitsdoelen worden gehaald.”

> Lees de inbreng van de waterschappen voor het gesprek

Nieuwe subsidieregeling voor ontwikkelen stikstofgevoelige natuur

19 augustus 2022

Het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (LNV) stelt subsidie beschikbaar voor het inrichten van gebieden met stikstofgevoelige natuur. De waterschappen kunnen van deze regeling gebruikmaken. Met de natuurmaatregelen wordt een Natuurcompensatiebank gevuld waarmee waterschappen en de rijksoverheid op termijn de stikstofuitstoot van hun projecten kunnen compenseren.



De natuur die zo ontstaat, wordt toegevoegd aan het Natura 2000-gebied. Deze natuur kan gebruikt worden als compensatie voor (water)veiligheidsprojecten die alleen met een ADC-toets aan een Wet Natuurbescherming-vergunning kunnen komen.

Waarom is dit voor waterschappen relevant?

Waterschappen kunnen deze regeling gebruiken voor hun biodiversiteitsdoelen, al dan niet in combinatie met bijvoorbeeld dijkversterkingen. Waterschappen zijn ook bezig met de bossenstrategie. Veel (natte) boomsoorten zijn stikstofgevoelig. Stel dat een waterschap bijvoorbeeld in beekdalen een broekbos, een permanent nat bos, wil aanleggen. Dan kunnen de kosten hiervan mogelijk worden gefinancierd uit de Natuurcompensatiebank.

Partiële bouwvrijstelling

De Natuurcompensatiebank zélf is voor de waterschappen ook relevant. Er zijn waterveiligheidsprojecten die geen beroep kunnen doen op de partiële bouwvrijstelling, de stikstofvrijstelling voor bouw-, sloop- en eenmalige aanlegactiviteiten. Dat komt omdat die projecten ook gedurende de gebruiksfase stikstofemissie kennen. Denk bijvoorbeeld aan de aanleg van een extra fietspad of de verbreding van een weg. Bovendien is er een kans dat de partiële bouwvrijstelling op termijn verdwijnt.

Om wat voor soort gebieden gaat het?

Het gaat om het creëren van extra stikstofgevoelige natuur, die een Natura 2000 status krijgt. Deze natuur ligt in of dichtbij een Natura 2000-gebied. De regeling kan ook gelden voor natuur op grotere afstand, meer dan een kilometer. Maar alleen als de te creëren natuur een netwerkfunctie kan vervullen.

Hoe werkt het?

De regeling die nu wordt opengesteld is bedoeld voor onderzoek naar de haalbaarheid van een natuurinrichtingsvoorstel. Alle kosten worden daarin gesubsidieerd. Deze regeling voor het haalbaarheidsonderzoek staat open vanaf 3 oktober. Het is het eerste deel van 3 modules voor de subsidieregeling. In 2023 volgen de modules van de subsidieregeling voor de daadwerkelijke realisatie van de natuur, en voor het beheer.

Webinar

De Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO) organiseert op donderdag 22 september van 11.00 tot 12.15 uur een webinar over de subsidieregeling Natuurcompensatiebank.

> Flyer Natuurcompensatiebank
> Toelichting Natuurcompensatiebank
> Subsidieregeling Natuurcompensatiebank