Op donderdag 11 juli bracht Hidde Heutink, Tweede Kamerlid voor de PVV, een bezoek aan waterschap Vallei en Veluwe op uitnodiging van de Unie van Waterschappen. Het werkbezoek stond in het teken van nadere kennismaking met de watersector.
Bij het werkbezoek waren onder andere aanwezig Marijn Ornstein (dijkgraaf bij waterschap Vallei en Veluwe), Meindert Smallenbroek (directeur van de Unie van Waterschappen) en Erik den Hertog (heemraad bij waterschap Vallei en Veluwe en lid van bestuur bij Unie van Waterschappen).
Geul beschermt inwoners tegen hoogwater
Heutink werd rondgeleid bij de inlaat Hoogwatergeul bij Veessen, een onderdeel van het landelijke programma Ruimte voor de Rivier. Dit moet dorpen langs de IJssel beter beschermen tegen hoge waterstanden. Ook werd het tienjarig bestaan van het Hoogwaterbeschermingsprogramma besproken, een samenwerking tussen het Rijk en de waterschappen voor waterveiligheid en dijkversterkingen. Dankzij deze samenwerking zijn we nu waarschijnlijk veiliger dan ooit. Alleen de toenemende weersextremen vereisen opnieuw extra investeringen en nieuwe afspraken tussen het Rijk en de waterschappen.
Toekomstbestendig gemaal Terwolde
Daarna werd er een kijkje genomen bij gemaal Terwolde. Dit gemaal is ook een voorbeeld dat er capaciteitsuitbreiding nodig is door het veranderende klimaat. Bij een lage stand van de IJssel (in tijden van droogte) is het gemaal onvoldoende in staat om water in te laten om het achterliggende stroomgebied van water te voorzien. En bij toenemende regenval is het gemaal onvoldoende in staat om water af te voeren. Het vermogen van gemaal Terwolde wordt momenteel dan ook uitgebreid.
Bezoek aan nieuwbouwwijk Zuidbroek
Tot slot werd er een wandeling gemaakt door de nieuwbouwwijk Zuidbroek in Apeldoorn. Hier werd gesproken over het belang van water en bodem sturend in de ruimtelijke ordening en inrichting. Afstemming en regie tussen overheidslagen zijn daarom hard nodig, maar er landelijk nog geen bindende regels voor water en bodem sturend. Hierdoor worden water- en bodemoverwegingen vaak vergeten bij concrete plannen. De waterschappen pleiten dan ook voor wettelijke borging om zo toekomstige generaties niet met huidige problemen op te zadelen.
Deze en volgende week presenteren alle kandidaat-bewindspersonen zich aan de Tweede Kamer. Ze doen dat in hoorzittingen, een nieuw onderdeel in het formatieproces, om hun motivatie verder toe te lichten. De beoogd minister en staatsecretaris van het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat (IenW) deden dit vrijdagmiddag 21 juni.
Beoogd minister en staatssecretaris
Barry Madlener (PVV) is de beoogd minister van IenW. Hij was hiervoor twee kabinetsperiodes woordvoerder op onder meer IenW. Chris Jansen (PVV) is de beoogd staatssecretaris Openbaar Vervoer en Milieu. Hij zat eerder namens diezelfde partij in de gemeenteraad van Almere en twee jaar in de Tweede Kamer.
“Waterbeheer in topconditie houden”
“Als minister van Infrastructuur en Waterstaat mag ik mij de komende jaren inzetten om onze prachtige infrastructuur en het beste waterbeheer ter wereld in topconditie te houden”, schreef Madlener in zijn motivatiebrief. “Er zijn vele uitdagingen de komende jaren, maar ik ben vereerd om hier samen met uw Kamer uitvoering aan te mogen geven.” Jansen schreef in zijn brief dat er “op het gebied van milieu en dus de leefomgeving oog moet zijn voor alle verschillende belangen, om de juiste keuzes te maken voor de komende decennia.”
Kaderrichtlijn Water
Tijdens de hoorzitting kreeg Madlener verschillende vragen over de Kaderrichtlijn Water (KRW). Zo vroeg D66 of de doelen haalbaar zijn en GroenLinks-PvdA hoe we ze gaan halen. In zijn antwoord zei Madlener dat we er alles aan moeten doen om de doelen te halen, maar zonder de welvaart uit het oog te verliezen. Als er niets gebeurt, verwacht hij problemen vergelijkbaar met de stikstofproblematiek.
Partij voor de Dieren benadrukte dat de deadline van de KRW al drie keer is uitgesteld en nu op 2027 staat. Madlener zei daarop dat Nederland al grote stappen heeft gemaakt op het gebied van waterkwaliteit. Of de doelen haalbaar zijn in 2027, is volgens hem de vraag. Hij focuste op de balans tussen welvaart en het behalen van de KRW-doelen, en vond het van belang om die balans goed in de gaten te houden.
De waterschappen vinden het goed dat er in het hoofdlijnenakkoord van PVV, VVD, NSC en BBB aandacht is voor veilige dijken en de beschikbaarheid van zoetwater. Ook wordt het belang van water en bodem bij het bouwen van nieuwe woningen meegenomen.
Voeten in de klei
“De waterschappen zijn bij uitstek van de uitvoering”, reageert Rogier van der Sande, voorzitter van de Unie van Waterschappen. “Wij staan letterlijk en figuurlijk met de voeten in de klei. Het is dan ook essentieel dat wij vroegtijdig worden betrokken bij de voorbereiding van beleid en wetgeving. Waterschappen dragen bij aan de grote maatschappelijke opgaven zoals wonen, de inrichting van Nederland en de energietransitie. Voor ons is het belangrijk wat beleid in de praktijk betekent voor veilig wonen achter de dijken, het voorkomen van wateroverlast en een watertekort. Wij kijken ook scherp mee naar de effecten op de waterkwaliteit in Nederland. Daarom is het des te belangrijker dat wij de komende maanden intensief betrokken worden bij de verdere uitwerking.”
Dijken, toekomstbestendig bouwen en waterbeschikbaarheid
In het hoofdlijnenakkoord staat dat de dijken ook in de toekomst voldoende bescherming moeten blijven bieden. De waterschappen blijven hierin graag samenwerken met het Rijk in het Hoogwaterbeschermingsprogramma. De coalitie geeft aan toekomstbestendig te willen bouwen en daarbij rekening te houden met water, bodem, landschap en stedenbouwkundige kwaliteit. Ook is er terecht aandacht voor de beschikbaarheid van zoetwater voor onder meer waterberging, natuur en het voorkomen van schade door droogte.
Sinds dinsdag 2 april is Mpanzu Bamenga de nieuwe woordvoerder op het waterdossier van D66 in de Tweede Kamer. Na de verkiezingen was Tjeerd de Groot tijdelijk waterwoordvoerder. Hij verving een fractiegenoot tijdens haar zwangerschapsverlof.
Werkbezoek aan waterschap
Nu het verlof voorbij is, is De Groot vertrokken uit de Kamer en zijn de portefeuilles opnieuw verdeeld over de fractieleden. De Unie van Waterschappen heeft Bamenga uitgenodigd voor een kennismaking en een werkbezoek aan het waterschap De Dommel, waarin hij woont.
Op donderdag 28 maart zaten de gemeenten, provincies en waterschappen aan de onderhandelingstafel bij de formerende partijen. De kernboodschap van de voorzitters van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG), het Interprovinciaal Overleg (IPO) en de Unie van Waterschappen is dat zij met het Rijk willen optrekken om de grote vraagstukken van Nederland op te lossen.
Gemeenten, provincies en waterschappen staan dicht bij de inwoners en zijn de sleutel voor onder meer bestaanszekerheid, woningbouw, de energietransitie, droge voeten en schoon water. Het Rijk kan niet zonder de andere decentrale overheden. Maar die kunnen op hun beurt niet zonder voldoende geld en goed bestuur vanuit Den Haag.
Hoopvolle trendbreuk
De drie koepelvoorzitters vinden het verstandig dat de formerende partijen hen als een van eersten uitnodigen aan de formatietafel. Hierdoor komt hun praktijkkennis vanaf het begin op tafel, wat voorkomt dat het beleid alleen in de Haagse torens wordt uitgewerkt. Ze zien hierin een hoopvolle trendbreuk met de kabinetten-Rutte en hebben aangeboden om op inhoudelijke thema’s door te praten met de formerende partijen.
Problemen oplossen
De uitvoeringskracht van gemeenten, provincies en waterschappen zal voor veel vraagstukken de sleutel zijn. VNG-voorzitter Sharon Dijksma: “Wij hebben een goed bod gedaan aan tafel. We willen als één overheid optrekken om een aantal grote problemen op te lossen. We hebben daar wel een aantal randvoorwaarden bij nodig om het te kunnen waarmaken.”
Ambities voor Nederland
De decentrale overheden willen samen met het Rijk optrekken bij het belangrijke werk dat moet worden gedaan. Grote thema’s zoals bestaanszekerheid, woningbouw, klimaat en energie, landelijk gebied en water vormen de kern van hun eind januari voorgestelde agenda voor Nederland. “Om in de toekomst te kunnen blijven wonen, werken en recreëren is het belangrijk dat water en bodem sturend worden voor ruimtelijke plannen en dat dit lokaal, regionaal en waar nodig landelijk wordt verankerd”, stelt Rogier van der Sande, voorzitter van de Unie van Waterschappen.
Financiële ruimte en vertrouwen nodig
De voorzitters van VNG, IPO en Unie van Waterschappen zijn verder in het gesprek ingegaan op het belang van een sterk partnerschap tussen het Rijk, gemeenten, provincies en waterschappen. “Scherpe keuzes zijn nodig”, zegt Jaap Smit, voorzitter van het IPO. “Het nieuwe kabinet moet deze keuzes maken – met schaarse fysieke ruimte en beperkte middelen. De provincies staan klaar om het nieuwe kabinet te helpen bij die keuzes vanuit de provinciale kerntaken, met kennis over onze gebieden en de verbinding met de inwoners en organisaties. Daar horen wel goede afspraken bij over samenwerking en gezonde verhoudingen.”
Bekijk in de video met de kernboodschap van de drie voorzitters:
Op 20 maart debatteerde de Tweede Kamer over het eindverslag van informateur Kim Putters en werd gesproken over de mogelijkheden van het vormen van een ‘programkabinet’. In het eindverslag schrijft Putters dat onder meer decentrale overheden betrokken moeten worden bij de uitwerking van een hoofdlijnenakkoord. De voorzitters van de koepels van decentrale overheden onderstrepen dit en willen graag zo snel mogelijk aan tafel.
De nieuwe fase van de kabinetsformatie met de eerste inhoudelijke onderhandelingen tussen PVV, VVD, NSC en BBB begint vandaag onder leiding van de nieuwe informateurs Elbert Dijkgraaf en Richard van Zwol. De koepels van de decentrale overheden, VNG, IPO en Unie van Waterschappen, benadrukken dat het hierbij belangrijk is om gemeenten, provincies en waterschappen vroegtijdig te betrekken, omdat zij onmisbaar zijn voor het aanpakken van de grote maatschappelijke opgaven in Nederland.
Maatschappelijk kabinet
Volgens de koepels van de decentrale overheden biedt de aanpak om te werken met een hoofdlijnenakkoord en een programkabinet kansen. “Er kan meer ruimte ontstaan om hoofdlijnen in deelakkoorden of afspraken uit te werken, waarbij gemeenten, provincies, waterschappen, bedrijven, uitvoeringsorganisaties en maatschappelijke organisaties betrokken zijn,” aldus Sharon Dijksma, voorzitter van de VNG. “Het is hoogtijd voor een maatschappelijk kabinet.“
Haalbaar en uitvoerbaar in de regio
“De grote maatschappelijke opgaven vragen om veel regionale uitvoeringskracht. Daarom is het belangrijk dat de gemeenten, provincies en waterschappen vroeg aan tafel zitten om te zorgen dat ambities ook daadwerkelijk haalbaar zijn in de praktijk,” vult Rogier van der Sande, voorzitter van de Unie van Waterschappen aan. “Daarnaast is voor thema’s als de woningbouwopgave en de transitie van het landelijk gebied de gebiedskennis van de decentrale overheden essentieel om te komen tot uitvoerbare plannen. En het is nu tijd voor actie!”
Alles komt samen in de ruimte
“Alle grote opgaven vragen in de uitvoering om voldoende ruimte. Denk aan woningbouw, energietransitie en de transitie van het landelijk gebied. De oplossingen liggen op dezelfde vierkante kilometer. Decentrale overheden kennen hun gebieden het beste, en kunnen slimme keuzes maken over het combineren van opgaven in de ruimte. Benut dat, want decentrale overheden zijn onmisbaar in de uitvoering!” zegt Jaap Smit, voorzitter van het Interprovinciaal Overleg (IPO).
Zo snel mogelijk aan tafel
IPO, VNG en Unie van Waterschappen willen daarom graag aanschuiven bij de formatie wanneer deze inhoudelijke thema’s en de doelen en kaders op tafel komen. “Een goed begin is het halve werk,” aldus Van der Sande. De VNG, IPO en Unie van Waterschappen hebben een gezamenlijke inzet richting de formatie opgesteld ‘Naar een agenda voor Nederland’.
Op vrijdag 1 maart bracht Olger van Dijk, Tweede Kamerlid voor de NSC, een bezoek aan waterschap Vallei en Veluwe op uitnodiging van de Unie van Waterschappen. Het werkbezoek stond in het teken van waterveiligheid en ‘water en bodem sturend’ als uitgangspunt bij de ruimtelijke ordening.
Dijkversterking
Van Dijk werd ontvangen door een delegatie onder leiding van dijkgraaf Marijn Ornstein en heemraad Bert van Vreeswijk. Ze bezochten onder andere de dijkversterking van de Grebbedijk, die 250.000 inwoners beschermt tegen het water van de Nederrijn. Het waterschap Vallei en Veluwe maakt niet alleen de dijk veiliger, maar kijkt tegelijk naar de herinrichting van het gebied samen met allerlei betrokken partijen, waaronder provincies, gemeenten, water- en natuurbeheerders. Bijvoorbeeld op het gebied van recreatie, natuurontwikkeling en ondernemerschap.
Oproep meegroeien Deltafonds
De waterschappen doen de oproep aan een nieuwe kabinet om nu extra ruimte en geld te reserveren voor dijkversterkingen om Nederland veilig te houden. Onvoorspelbaardere rivierpeilen en extreem weer vragen om een langetermijnperspectief voor waterveiligheid in Nederland. Anders is veilig wonen en werken in onze laaggelegen delta niet langer vanzelfsprekend. Dat vraagt investeringen, zowel financieel als in ruimtegebruik. Het is daarom belangrijk dat het Deltafonds meegroeit met de verwachte kostenstijging als gevolg van klimaatverandering.
Woningbouw met waterbergend natuurgebied
Tijdens het werkbezoek werd ook aandacht besteed aan een woningbouwproject in Veenendaal Oost. Dit wordt aangelegd in combinatie met een waterbergend natuurgebied. De waterschappen pleiten ervoor dat nieuwe woningen en bedrijfsterreinen voorbereid zijn op extreem weer.
Dijkgraaf Marijn Ornstein: “Door de enorme woningbouwopgave wordt er soms ook op minder geschikte plekken gebouwd, bijvoorbeeld omdat er wateroverlast kan ontstaan. Als waterschappen willen we zorgen voor een veilige leefomgeving voor huidige en toekomstige generaties, en dat heeft gevolgen voor waar en hoe je bouwt. Het is daarom van belang om een sturende rol van water en bodem in de inrichting van Nederland te verankeren in landelijke wetgeving. Alleen zo kunnen we schade door extreem weer zoveel mogelijk voorkomen.”
Werkbezoeken
De Unie van Waterschappen nodigt nieuwe waterwoordvoerders van de politieke partijen in de Tweede Kamer altijd uit voor een werkbezoek. Dit doen ze in het waterschap van de woonplaats van de woordvoerder. De waterschappen ontvangen de waterwoordvoerders graag om hen kennis te laten maken met het waterschapswerk. Ook nemen ze de woordvoerders mee in de grote opgaven van de waterschappen.
Op de foto van links naar rechts: Wietse Visser (Vallei en Veluwe), Tessa Maas (lobbyist Unie van Waterschappen), Maurits de Lint (NSC), Marijn Ornstein (Vallei en Veluwe), Adriaan Smeenk (Vallei en Veluwe), Olger van Dijk (NSC), Bert van Vreeswijk (Vallei en Veluwe).
Gemeenten, provincies en waterschappen presenteren dinsdag 30 januari een agenda die Nederland klaarstoomt voor de grote uitdagingen van deze tijd. In een brief aan informateur Ronald Plasterk tonen de decentrale overheden hun bereidheid om samen met het nieuwe kabinet op te trekken in het aanpakken van maatschappelijke vraagstukken.
Regionale uitvoeringskracht
VNG, IPO en de Unie van Waterschappen benadrukken hun rol als essentiële partners bij het realiseren van oplossingen voor de uiteenlopende vraagstukken. Regionale uitvoeringskracht zal voor veel vraagstukken de sleutel zijn.
Ambities voor Nederland
De aanzet voor de agenda omvat een ambitieus plan om Nederland sterker en veerkrachtiger te maken. Belangrijke thema’s zoals bestaanszekerheid, woningbouw, klimaat en energie, landelijk gebied en water vormen de kern van de voorgestelde agenda. Voor de decentrale overheden is het daarbij belangrijk dat water en bodem sturend worden voor ruimtelijke plannen en dat dit lokaal, regionaal en waar nodig landelijk in de wet wordt verankerd.
Financiële ruimte en vertrouwen nodig
De decentrale overheden benadrukken het belang van een sterk partnerschap tussen het Rijk, gemeenten, provincies en waterschappen. Ze willen gezamenlijk werken aan uitvoerbare oplossingen. Het oproepen tot heldere keuzes, betrouwbare financiële verhoudingen en meer zekerheden in de uitvoering staat centraal in de aan de informateur gepresenteerde agenda. De aanzet voor de agenda vormt een uitnodiging aan het nieuwe kabinet om samen met de decentrale overheden de basis te leggen voor een toekomstgerichte samenwerking.
De nieuwe Tweede Kamer is ruim een maand aan de slag en inmiddels zijn alle waterwoordvoerders van de partijen bekend. Bij een aantal partijen zijn dit dezelfde Kamerleden als in de vorige periode, maar er zijn ook veel nieuwe gezichten die het onderwerp water voor hun rekening nemen. De Unie van Waterschappen heeft de nieuwe woordvoerders gefeliciteerd en plant komende tijd kennismakingsgesprekken en werkbezoeken in.
Nieuwe gezichten
Bij de VVD, BBB, Partij voor de Dieren, NSC, PVV en GroenLinks-PvdA zijn er nieuwe waterwoordvoerders. Voor de VVD is dat Peter de Groot uit Harderwijk, bij de BBB Cor Pierik uit Genemuiden en bij NSC Olger van Dijk uit Amersfoort. Bij de Partij voor de Dieren Ines Kostić uit Hilversum. Voor de PVV gaat Hidde Heutink water doen en bij GroenLinks-PvdA is Geert Gabriëls de nieuwe waterwoordvoerder.
Kennismaking en werkbezoek bij waterschappen
Met de woordvoerders van VVD, Partij voor de Dieren, GroenLinks-PvdA en NSC staan al kennismakingen ingepland. De andere kennismakingsgesprekken volgen. De werkbezoeken worden gepland in het waterschap waarin de woordvoerder woont.
Vertrouwde gezichten
De andere partijen houden dezelfde waterwoordvoerders als in de vorige kabinetsperiode. Dat zijn Pieter Grinwis voor de ChristenUnie, Chris Stoffer bij de SGP en Eline Vedder bij het CDA. Voor D66 is Tjeerd de Groot de komende maanden nog waterwoordvoerder. Hij werd net niet gekozen na de afgelopen verkiezingen, maar vervangt een gekozen Kamerlid dat met zwangerschapsverlof is.
Zie de tabel hieronder voor het complete overzicht:
De Unie van Waterschappen heeft met VNG en IPO inbreng geleverd voor het debat over de verkiezingsuitslag op 13 december. De 3 partijen vragen hierin om aandacht voor de uitvoerbaarheid van plannen en om vroegtijdig betrokken te worden bij de formatie.
Uitvoerbaarheid
“Veel van het beleid dat in Den Haag wordt gemaakt vindt zijn uitwerking in de gemeenten, provincies en waterschappen”, schrijven ze in hun brief aan de Kamer. “De betrokkenheid van gemeenten, provincies en waterschappen is daarom onmisbaar bij de informatie om de uitvoerbaarheid van beleid te waarborgen. Gemeenten, provincies en waterschappen zijn het eerste gezicht van de overheid. Onze uitvoeringskracht is daarom onmisbaar. Wij kunnen daarom op basis van ervaring en onze dagelijkse contacten met inwoners, ondernemers, bouwers en boeren bijdragen aan het uitvoerbaar maken van daadkrachtig beleid.”
Formatie
Om een effectieve bijdrage te kunnen leveren vragen de 3 partijen om in een vroeg stadium aan te schuiven aan de formatietafel. Ze wijzen daarbij op een eerder dit jaar gemaakte afspraak om tijdens de informatie de voorzitters van IPO, VNG en de Unie van Waterschappen te consulteren. Vooral over de gezamenlijke maatschappelijke opgaven in de nieuwe kabinetsperiode en de interbestuurlijke en financiële verhoudingen daarbij.
In gesprek
De Kamer sprak zich in 2021 hierover ook al uit in een motie. Die verzocht de regering, ter voorbereiding op de kabinetsformatie, met decentrale overheden in gesprek te gaan. Het zou hierbij gaan over een gedeelde probleemanalyse en mogelijke oplossingen. En over het onderscheiden van verantwoordelijkheden en beleidsopties over het takenpakket van decentrale overheden aan te vullen met een gezamenlijke interbestuurlijke toelichting. “Wij gaan ervan uit dat u in de opdracht aan de informateur(s) vroegtijdige betrokkenheid van de decentrale overheden bij de formatie borgt”, schrijven de partijen tot slot.