Werkbezoek Kamerlid Geert Gabriëls bij rwzi hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden

7 juni 2024

Op vrijdag 7 juni was Geert Gabriëls, Tweede Kamerlid namens GroenLinks-PvdA, op bezoek bij het hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden. Het werkbezoek vond plaats op de rioolwaterzuiveringsinstallatie (rwzi) in Houten en was op uitnodiging van de Unie van Waterschappen. Het bezoek stond in het teken van de thema's waterkwaliteit, de Kaderrichtlijn Water en innovatie.

Tweede Kamerlid met drie waterschappers op rwzi

Innovatieve ozoninstallatie

De rwzi in Houten is de eerste in Nederland met een ozoninstallatie. Het Kamerlid kreeg een toelichting op het zuiveringsproces en de steeds verdere vervuiling van het water, grotendeels veroorzaakt door toenemende aantallen medicijnresten in het afvalwater. De gevolgen hiervan voor de gezondheid van mens en milieu zijn groot. Ozon in de installatie breekt de medicijnresten in het water af en zet ze om naar andere stoffen. Deze stoffen zijn makkelijker te verwerken en af te breken, wat de waterkwaliteit uiteindelijk ten goede komt.

Medicijnresten

Medicijnresten komen via het afvalwater in ons oppervlaktewater terecht, waardoor de waterkwaliteit onder druk komt te staan. Het zorgt ook voor een uitdaging op zuiveringstechnisch vlak. Medicijnresten laten zich namelijk lastig verwijderen uit het water. De ozoninstallatie in Houten vermindert het gehalte medicijnresten in het water tot zeventig procent. Daarna wordt het water in het Amsterdam-Rijnkanaal geloosd. Het verwijderen van medicijnresten uit het afvalwater draagt bij aan de waterkwaliteitsdoelen van de Kaderrichtlijn Water (KRW). Tijdens het werkbezoek kreeg Gabriëls ook een toelichting op de stand van zaken van de KRW in het gebied.

Werkbezoeken

De Unie van Waterschappen organiseert regelmatig werkbezoeken voor Kamerleden. Deze zijn bedoeld om inzicht te geven in actuele onderwerpen en de uitdagingen en belangen van de waterschappen goed op de politieke agenda te plaatsen.

Europees verkiezingsdebat Water: water hoger op Europese agenda

22 mei 2024

Water is een grensoverstijgend thema en verdient een prominente plek op de Europese agenda. Dat vonden alle sprekers tijdens het Europees verkiezingsdebat Water op dinsdag 21 mei in een vol perscentrum Nieuwspoort. De Unie van Waterschappen en Vewin organiseerden het debat in aanloop naar de Europese verkiezingen op 6 juni. Ruim honderd mensen zaten als publiek in de zaal.

volle zaal in perscentrum Nieuwspoort, presentator voor publiek

Water hoger op Europese agenda

“Voldoende en gezond water lijkt vanzelfsprekend, maar is dat niet”, zei Pieter Litjens, voorzitter van Vewin, in een kort openingsinterview. “Om de waterkwaliteit te garanderen, is goede wetgeving nodig.” Rogier van der Sande, voorzitter van de Unie van Waterschappen, vulde aan: “Dat beleid wordt grotendeels in Brussel bepaald. Water houdt zich niet aan landsgrenzen.” Met de verkiezingen in aantocht willen beide organisaties het belang van goed waterbeheer en voldoende en schoon drinkwater hoog op de Europese agenda krijgen.

Elf sprekers, drie stellingen

Onder leiding van gespreksleider Maarten Bouwhuis gingen elf kandidaat-Europarlementariërs met elkaar in gesprek: Jeannette Baljeu (VVD), Anne Cramer (SP), Raquel Garcia Hermida-van der Walle (D66), Leo van Gelder (CDA), Bert van der Woerd (ChristenUnie), Frank Wassenberg (Partij voor de Dieren), Veerle Smit (Volt), Henk Hazenoot (BBB), Marius Troost (GroenLinks-PvdA), Adriana Hernandez (50PLUS) en Wil Steijling (NSC). In een uur tijd voerden zij drie mini-debatten aan de hand van stellingen.

Stelling 1: De Europese Commissie moet een grotere rol spelen in grensoverschrijdende waterverdelingsproblemen

Verschillende partijen zijn voor het aanstellen van een Europese Watercommissaris om water beter te verdelen. Ook de Blue Deal werd genoemd, om geld voor water beter te verdelen. Veel partijen vinden klimaatadaptieve maatregelen op korte termijn nodig om voldoende water van voldoende kwaliteit te kunnen garanderen. Ze benadrukten hierbij het belang van internationale samenwerking en het leren van andere landen, zoals Spanje als het gaat om droogte.

Stelling 2: Voor watervervuiling is een bronaanpak nodig

Over deze stelling waren de meningen het meest verdeeld. Niet iedereen was het erover eens in hoeverre een bronaanpak mogelijk is, en in hoeverre je het economisch belang naast het gezondheidsbelang kunt plaatsen. Landbouwhervorming werd genoemd als deel van de oplossing; anderen zien de grootste winst in een Europese aanpak van vervuiling door medicijnresten. Bijna alle sprekers zijn voor een Europees totaalverbod op PFAS en vinden een transitie op het gebied van waterkwaliteit nodig. Nederland kan daarin mogelijk een voortrekkersrol innemen.

Stelling 3: Water als Europese topprioriteit is goed voor de leefbaarheid en bedrijvigheid

Het woord water komt niet voor in de Europese Green Deal, concludeerde de gespreksleider. Hoe komt dat, en is dat erg? Verschillende partijen zien water niet als op zichzelf staand thema, maar als onderdeel van andere, grotere vraagstukken. Ze zien oplossingen in het beter verdelen van fondsen: bijvoorbeeld over landbouw en natuur, om zo water meer ruimte te geven. Een betere waterverdeling kan bovendien zorgen voor meer veiligheid in Europa, door beperking van schaarste. De meningen zijn verdeeld over de prioritering van belangen: verschillende sprekers plaatsen natuur, milieu en gezondheid tegenover economische belangen.

Watermanagement topprioriteit

Afsluitend benadrukken de sprekers dat ze vinden dat het Vewin en de Unie goed is gelukt is om met elkaar watermanagement een topprioriteit in de Nederlandse politiek te maken. Ze moedigen aan om dat ook in Europa te doen. Unievoorzitter Van der Sande sluit af: “Ik ben heel blij dat alle kandidaat-Europarlementariërs het belang van water op Europees niveau inzien.”

Toelichting aanpassing belastingstelsel waterschappen naar Eerste Kamercommissie

21 mei 2024

Op dinsdag 11 juni heeft de Eerste Kamercommissie voor Infrastructuur, Waterstaat en Omgeving (IWO) de mogelijkheid om schriftelijke inbreng te geven op het wetsvoorstel ‘Wijziging van de Waterschapswet, de Waterwet en de Algemene wet bestuursrecht (AWB)’. Ter voorbereiding hierop stuurde de Unie van Waterschappen de commissie een toelichting op het wetsvoorstel.

belastingstelsel-waterschapsbelasting_aanslagbiljet

Aanleiding wetsvoorstel

Het huidige belastingstelsel kent een aantal knelpunten. Om deze op te lossen, stelde de Unie van Waterschappen in december 2020 een aanpassingsvoorstel aan de minister van Infrastructuur en Waterstaat voor. De minister is daarop een wetgevend traject gestart. Hierin zijn de voorstellen van de waterschappen benut om de knelpunten op te lossen. Het geeft de waterschappen tegelijk ruimte om bij te dragen aan de opgaven op het gebied van klimaatadaptatie, energietransitie en circulaire economie.

Gelijkmatige lasten voor belastingbetalers

Het wetsvoorstel wijzigt drie belastingen van de waterschappen: de watersysteemheffing, de zuiveringsheffing en de verontreinigingsheffing. Verder bevat het voorstel een bepaling die zorgt dat woningeigenaren een ander tarief betalen dan eigenaren van bedrijfspanden. De voorstellen zorgen voor een beter uitlegbare aanslag en een gelijkmatiger lastenontwikkeling voor alle belastingbetalers. Bovendien hoeven waterschappen en bedrijven door de voorstellen minder milieu- en mensbelastende stoffen te gebruiken in hun werk.

Bekijk in deze video een uitleg van het wetsvoorstel:

Voortvarende behandeling

De waterschappen zijn erg blij met het wetsvoorstel. Het lost de huidige knelpunten op én zet belangrijke stappen in de bijdragen van de waterschappen en de opgaven voor Nederland. De waterschappen hopen dat de Eerste Kamer dit wetsvoorstel voortvarend kan behandelen, zodat inwerkingtreding op 1 januari 2026 mogelijk is. Dat lijkt nog ver weg, maar om de wijzigingen zorgvuldig te implementeren, hebben de waterschappen uiterlijk deze zomer duidelijkheid nodig.

> Lees de volledige inbreng van de Unie van Waterschappen

> Lees meer over de aanpassing van het belastingstelsel

Aandacht voor water in hoofdlijnenakkoord

16 mei 2024

De waterschappen vinden het goed dat er in het hoofdlijnenakkoord van PVV, VVD, NSC en BBB aandacht is voor veilige dijken en de beschikbaarheid van zoetwater. Ook wordt het belang van water en bodem bij het bouwen van nieuwe woningen meegenomen.



Voeten in de klei

“De waterschappen zijn bij uitstek van de uitvoering”, reageert Rogier van der Sande, voorzitter van de Unie van Waterschappen. “Wij staan letterlijk en figuurlijk met de voeten in de klei. Het is dan ook essentieel dat wij vroegtijdig worden betrokken bij de voorbereiding van beleid en wetgeving. Waterschappen dragen bij aan de grote maatschappelijke opgaven zoals wonen, de inrichting van Nederland en de energietransitie. Voor ons is het belangrijk wat beleid in de praktijk betekent voor veilig wonen achter de dijken, het voorkomen van wateroverlast en een watertekort. Wij kijken ook scherp mee naar de effecten op de waterkwaliteit in Nederland. Daarom is het des te belangrijker dat wij de komende maanden intensief betrokken worden bij de verdere uitwerking.”

Dijken, toekomstbestendig bouwen en waterbeschikbaarheid

In het hoofdlijnenakkoord staat dat de dijken ook in de toekomst voldoende bescherming moeten blijven bieden. De waterschappen blijven hierin graag samenwerken met het Rijk in het Hoogwaterbeschermingsprogramma. De coalitie geeft aan toekomstbestendig te willen bouwen en daarbij rekening te houden met water, bodem, landschap en stedenbouwkundige kwaliteit. Ook is er terecht aandacht voor de beschikbaarheid van zoetwater voor onder meer waterberging, natuur en het voorkomen van schade door droogte.

> Bekijk hier het hoofdlijnenakkoord

Waterschappen leveren inbreng commissiedebat Klimaatakkoord gebouwde omgeving

14 mei 2024

Op donderdag 23 mei is het commissiedebat Klimaatakkoord gebouwde omgeving van de Tweede Kamercommissie Binnenlandse Zaken. De Unie van Waterschappen leverde inbreng voor het agendapunt over het rapport 'Hemelwater- en grijswatergebruik in het gebouw’.



Waterhergebruik en -besparing

Door bevolkingsgroei, economische activiteiten en klimaatverandering neemt het (drink)waterverbruik in Nederland toe. Tegelijkertijd daalt de beschikbaarheid van zoetwater door toenemende droogte. We moeten daarom zuinig omgaan met water en inzetten op waterbesparing en hergebruik van water, schrijven de waterschappen in hun inbreng.

Op korte termijn al drinkwatertekorten

Onderzoek van het RIVM en Vewin laat zien dat er op korte termijn al drinkwatertekorten kunnen ontstaan. Bijvoorbeeld in gebieden waar veel nieuwe woningen worden gebouwd. Waterbesparende maatregelen zijn snel nodig om te voorkomen dat de opgave toeneemt. Een hemelwater-/grijswatersysteem is voldoende om de doelstellingen voor drinkwaterbesparing per woning te realiseren.

> Bekijk hier de volledige inbreng van de waterschappen

Waterschappen vragen aandacht voor water en bodem in commissiedebat Ruimtelijke Ordening

8 mei 2024

Op woensdag 22 mei spreekt de commissie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijkrelaties (BZK) over ruimtelijke ordening. Ter voorbereiding op het debat stuurde de Unie van Waterschappen de aandachtspunten van de waterschappen naar de commissieleden.

luchtfoto van stadje en landbouwgrond waar een riviertje doorheen slingert

Water en bodem in Nota Ruimte

De nieuwe Nota Ruimte geeft een langetermijnvisie voor de ruimtelijke inrichting van Nederland. De waterschappen vinden dat de draagkracht van het water- en bodemsysteem leidend moeten zijn in alle ruimtelijke plannen.

Zorgen over versnippering

De waterschappen willen daarnaast meer nationale regie en zijn bezorgd over de versnippering van ruimtelijk beleid. Op nationaal en regionaal niveau lopen er verschillende trajecten die de inrichting van gebieden de komende jaren gaan bepalen, waaronder het Nationaal Programma Landelijk Gebied (NPLG) en de Regionale Energiestrategieën (RES), woningbouwafspraken en verstedelijkingsstrategieën. De planning en het abstractieniveau van deze lopende trajecten verschillen.

Borging noodzakelijk

Water en bodem leidend laten zijn blijkt lastig als het concreet wordt. Daarom is wettelijke borging nodig, ook in de Nota Ruimte. Nu zijn er vaak lastige discussies over verschillende belangen. De weging van het waterbelang is weliswaar in de Omgevingswet opgenomen als verplicht instrument bij ruimtelijke planvorming, maar moet in de dagelijkse werkelijkheid van planvorming en inrichting nog steviger verankerd en ingebed worden.

> Lees de volledige inbreng van de waterschappen

Waterschappen leveren inbreng voor commissiedebat Justitie en Veiligheid

29 april 2024

Op woensdag 15 mei spreekt de commissie voor Justitie en Veiligheid over de onderwerpen nationale veiligheid, brandweer en crisisbeheersing. De waterschappen hebben een aantal aandachtspunten voor het agendapunt voortgang crisisbeheersing.



Waterschappen uit wet Veiligheidsregio’s

De minister van Justitie en Veiligheid is van plan de waterschappen uit de wet Veiligheidsregio’s te schrappen. Dit omdat veiligheidsregio’s zelf verantwoordelijk zouden zijn voor het betrekken van relevante netwerkpartners. Dit kan betekenen dat water en klimaat niet meer vanzelfsprekend hoog op de agenda van de veiligheidsregio staan. De waterschappen vinden dit dan ook geen goed idee.

Door klimaatverandering komen watergerelateerde crises steeds vaker voor. Denk aan overstromingen en droogte. Ook zijn er situaties als cyberaanvallen en stroomuitval denkbaar waarbij de waterschappen worden geraakt. Zij beheren immers kritieke infrastructuur, zoals rioolwaterzuiveringen en gemalen. Allemaal redenen waarom waterschappen als specifieke crisispartner in de (opvolger van de) wet Veiligheidsregio’s moeten staan.

Onderzoek: positie waterschappen verstevigen

In opdracht van de Unie van Waterschappen en het ministerie van Justitie en Veiligheid onderzoekt het Nederlands Instituut Publieke Veiligheid (NIPV) momenteel hoe de positie van de waterschappen in de crisisvoorbereiding en -beheersing verstevigd kan worden. Het NIPV onderzoekt hierbij onder meer in hoeverre het juridisch mogelijk (en nodig) is om een waterschap lid te maken van het bestuur van een veiligheidsregio. Rond september 2024 wordt het eindrapport verwacht.

> Lees hier de volledige inbreng van de waterschappen

Tweede Kamerlid Olger van Dijk bezoekt waterschap

1 maart 2024

Op vrijdag 1 maart bracht Olger van Dijk, Tweede Kamerlid voor de NSC, een bezoek aan waterschap Vallei en Veluwe op uitnodiging van de Unie van Waterschappen. Het werkbezoek stond in het teken van waterveiligheid en ‘water en bodem sturend’ als uitgangspunt bij de ruimtelijke ordening.

zeven mensen voor landschap met weiland en water

Dijkversterking

Van Dijk werd ontvangen door een delegatie onder leiding van dijkgraaf Marijn Ornstein en heemraad Bert van Vreeswijk. Ze bezochten onder andere de dijkversterking van de Grebbedijk, die 250.000 inwoners beschermt tegen het water van de Nederrijn. Het waterschap Vallei en Veluwe maakt niet alleen de dijk veiliger, maar kijkt tegelijk naar de herinrichting van het gebied samen met allerlei betrokken partijen, waaronder provincies, gemeenten, water- en natuurbeheerders. Bijvoorbeeld op het gebied van recreatie, natuurontwikkeling en ondernemerschap.

Oproep meegroeien Deltafonds

De waterschappen doen de oproep aan een nieuwe kabinet om nu extra ruimte en geld te reserveren voor dijkversterkingen om Nederland veilig te houden. Onvoorspelbaardere rivierpeilen en extreem weer vragen om een langetermijnperspectief voor waterveiligheid in Nederland. Anders is veilig wonen en werken in onze laaggelegen delta niet langer vanzelfsprekend. Dat vraagt investeringen, zowel financieel als in ruimtegebruik. Het is daarom belangrijk dat het Deltafonds meegroeit met de verwachte kostenstijging als gevolg van klimaatverandering.

Woningbouw met waterbergend natuurgebied

Tijdens het werkbezoek werd ook aandacht besteed aan een woningbouwproject in Veenendaal Oost. Dit wordt aangelegd in combinatie met een waterbergend natuurgebied. De waterschappen pleiten ervoor dat nieuwe woningen en bedrijfsterreinen voorbereid zijn op extreem weer.

Dijkgraaf Marijn Ornstein: “Door de enorme woningbouwopgave wordt er soms ook op minder geschikte plekken gebouwd, bijvoorbeeld omdat er wateroverlast kan ontstaan. Als waterschappen willen we zorgen voor een veilige leefomgeving voor huidige en toekomstige generaties, en dat heeft gevolgen voor waar en hoe je bouwt. Het is daarom van belang om een sturende rol van water en bodem in de inrichting van Nederland te verankeren in landelijke wetgeving. Alleen zo kunnen we schade door extreem weer zoveel mogelijk voorkomen.”

Werkbezoeken

De Unie van Waterschappen nodigt nieuwe waterwoordvoerders van de politieke partijen in de Tweede Kamer altijd uit voor een werkbezoek. Dit doen ze in het waterschap van de woonplaats van de woordvoerder. De waterschappen ontvangen de waterwoordvoerders graag om hen kennis te laten maken met het waterschapswerk. Ook nemen ze de woordvoerders mee in de grote opgaven van de waterschappen.

Op de foto van links naar rechts: Wietse Visser (Vallei en Veluwe), Tessa Maas (lobbyist Unie van Waterschappen), Maurits de Lint (NSC), Marijn Ornstein (Vallei en Veluwe), Adriaan Smeenk (Vallei en Veluwe), Olger van Dijk (NSC), Bert van Vreeswijk (Vallei en Veluwe).

> Lees meer over de waterwoordvoerders van alle partijen

Drie moties aangenomen uit Wetgevingsoverleg Water

7 februari 2024

Op dinsdag 6 februari stemde de Tweede Kamer over de ingediende moties tijdens het Wetgevingsoverleg Water van maandag 29 januari. In totaal werden er veertien moties ingediend. Drie daarvan zijn aangenomen. Lees hieronder meer over de aangenomen moties.

zaal met ronde tafel waaraan Tweede Kamerleden debatteren

Versterking dijktraject Hoogwaterbeschermingsprogramma

Op het gebied van waterveiligheid dienden de leden Peter de Groot (VVD) en Pieter Grinwis (ChristenUnie) een motie in om versterking van het dijktraject rondom Bergambacht binnen het Hoogwaterbeschermingsprogramma (HWBP) te prioriteren. Met als doel de kans op overstroming van pompstation Bergambacht terug te brengen naar één op drieduizend. Dit zou de continuïteit van de drinkwatervoorziening waarborgen.

Waterschappen: landelijke prioritering

De primaire keringen moeten voldoen aan een wettelijke norm. Deze is gebaseerd op het inwonersaantal en de belangen in het achterland. Het belangrijkste criterium voor prioritering van de versterkingsprojecten binnen het HWBP is de afstand tot de norm: de trajecten met de grootste veiligheidsopgave worden als eerste versterkt. Dat levert het grootste rendement op. De Unie van Waterschappen vindt het belangrijk om de prioritering en programmering gezamenlijk, op landelijk niveau te blijven doen. Om zo de uitvoerbaarheid, het rendement en de betaalbaarheid te combineren voor alle waterschappen.

Nature-based solutions

De tweede aangenomen motie werd ingediend door Ines Kostić (Partij voor de Dieren), Olger van Dijk (NSC), Geert Gabriëls (GL/PvdA) en Grinwis (ChristenUnie). De ondertekenaars verzoeken de regering in de motie ervoor te zorgen dat de kansen van nature-based solutions maximaal worden benut in waterprojecten. Eerder gebruikte nature-based solutions, zoals toegepast in het programma Ruimte voor de Rivier, hebben volgens de leden aantoonbaar bijgedragen aan oplossingen voor bijvoorbeeld waterveiligheid. Daarbij waren er tegelijkertijd positieve effecten op andere doelen, zoals ruimtelijke kwaliteit. Nu worden dergelijke oplossingen nog vaak gezien als een last of een extra opgave, waardoor de meeste waterprojecten de kansen van natuur onvoldoende benutten, aldus de motie.

Waterschappen: kansen benutten

De Unie van Waterschappen herkent de veelzijdigheid van nature-based solutions in waterveiligheid en omarmt de kennisontwikkeling en toepassing ervan. De waterschappen zien programma’s als Integraal Riviermanagement en de innovaties in het HWBP als mogelijkheden om de kansen ervan te benutten. Daarbij blijft doelmatige besteding van de financiële middelen voorop staan. Net als de voortgang om de dijken in 2050 aan de wettelijke norm te laten voldoen.

‘One out, alle out’-principe in KRW

De derde motie heeft betrekking op de Kaderrichtlijn Water (KRW). Met zijn motie verzoekt Hidde Heutink (PVV) de regering om in Brussel te pleiten voor het schrappen van het ‘one out, all out’-principe ten aanzien van de KRW. Dit principe betekent dat de waterkwaliteit onvoldoende is als één onderdeel niet voldoet aan de gestelde norm. Heutink stelt in de motie dat het hieraan blijven vasthouden de kans op rechtszaken aanzienlijk vergroot. De PVV is van mening dat de overschrijding van één stof geen aanleiding mag zijn om het water volledig af te keuren.

Waterschappen steunen reactie minister

De waterschapen steunen de reactie van minister Harbers op de motie van Heutink. Hij liet weten dat Nederland hiervoor geen meerderheid kan krijgen in Brussel. De minister wil inzetten op een monitoringssysteem dat inzichtelijk maakt wat de bereikte voortuitgang van de waterkwaliteit is.

> Lees de terugblik op het Wetgevingsoverleg Water

Inbreng waterschappen jaarlijks Wetgevingsoverleg Water in Tweede Kamer

15 januari 2024

Maandag 29 januari staat het jaarlijkse Wetgevingsoverleg Water op de agenda van de Tweede Kamer. De Unie van Waterschappen stuurde de inbreng van de waterschappen naar de Kamerleden. De aandachtspunten zijn verdeeld over de thema’s waterveiligheid, waterkwaliteit en de leidende rol van water en bodem in ruimtelijke keuzes.

Plenaire-zaal-tweede-kamer-nieuw-©Tweede Kamer der Staten-Generaal

Waterveiligheid

Op het gebied van waterveiligheid benadrukken de waterschappen dat 2023 het natste jaar ooit gemeten is en dat de waterstanden lokaal uitzonderlijk hoog waren. De klimaatscenario’s van het KNMI voorspellen dat de jaarlijkse neerslaghoeveelheid steeds verder toeneemt. De waterschappen pleiten daarom voor blijvende investeringen in onder meer dijkversterkingen en waterbergingsgebieden. Daarnaast benadrukken ze dat er in de komende kabinetsperiode nieuwe afspraken nodig zijn over de gedeelde financiering van dijkversterking tussen 2028 en 2050. Dit in het kader van het Hoogwaterbeschermingsprogramma (HWBP).

Vragen aan minister over waterveiligheid

In hun inbreng stellen de waterschappen vragen voor die de Kamerleden aan de minister van Infrastructuur en Waterstaat kunnen stellen. Op het gebied van waterveiligheid stellen ze voor om de minister te vragen naar zijn mening over het advies van de deltacommissaris over het Deltafonds. Dit advies luidt het fonds te laten meegroeien met de verwachte kostenstijging die het gevolg is van klimaatverandering.

> Lees meer over het thema waterveiligheid

Waterkwaliteit

De waterkwaliteit in Nederland is de afgelopen decennia verbeterd, maar de waterschappen zijn bezorgd over de snelheid van de verbeteringen. Ze investeren ook de komende jaren flink, maar ook de landbouw, industrie, inwoners en het Rijk zijn aan zet. Daarnaast zijn de waterschappen voorstander van een bronaanpak: wat er niet in komt, hoeft er ook niet uit. Om meer grip te krijgen op de emissies van gevaarlijke stoffen via indirecte industriële lozingen op de rioolwaterzuiveringen zijn nu concrete acties nodig. De waterschappen pleiten voor het actualiseren van indirecte vergunningen voor zeer zorgwekkende stoffen door de Omgevingsdiensten. Daar is in 2022 extra geld voor vrijgemaakt, maar de resultaten zijn nog onvoldoende zichtbaar.

Vragen aan minister over waterkwaliteit

De waterschappen stellen voor om de minister te vragen of de extra middelen voor de Omgevingsdiensten worden ingezet om specifiek de waterkwaliteit te verbeteren. Een andere vraag die ze suggereren is of de minister de zorgen van de waterschappen deelt dat de Omgevingsdiensten meer tempo moeten maken als het gaat om de waterkwaliteit.

Het voorkomen van vertraging is ook van belang voor de doelen van de Kaderrichtlijn Water. Om een impuls te geven aan de uitvoering heeft de minister de provincies gevraagd maatregelpakketten in te dienen. Een deel hiervan is gericht op het verbeteren van de waterkwaliteit. De waterschappen stellen voor om de minister te vragen of hier financiële middelen voor komen.

> Lees meer over het thema waterkwaliteit

Water en bodem sturend

Om Nederland veilig en bewoonbaar te houden, is het noodzakelijk dat water en bodem leidend zijn in ruimtelijke keuzes. Door extreem weer, periodes van droogte, zeespiegelstijging, verzilting en bodemdaling is er meer ruimte voor water nodig. Tegelijkertijd is de druk op de ruimte groot. Er zijn ingrijpende keuzes nodig in de ruimtelijke inrichting van Nederland. De waterschappen benadrukken onder meer dat zij vanaf het allereerste begin bij de keuzes betrokken moeten worden.

Vragen aan minister over ‘water en bodem sturend’

Om water en bodem tot uitgangspunt te maken in ruimtelijke plannen, is landelijke wetgeving nodig. In afwachting daarvan zijn verschillende waterschappen zelf aan de slag gegaan met regels. Begin 2023 heeft de Kamer een motie van de leden Grinwis en Geurts aangenomen over het meenemen van water en bodem in bestemmingsplannen. De waterschappen stellen voor om de minister te vragen hoe het nu staat met de landelijke wetgeving en hoe de aangenomen motie wordt uitgevoerd.

> Lees het standpunt van de waterschappen over de sturende rol van water en bodem

> Lees de volledige inbreng van de waterschappen voor het Wetgevingsoverleg Water

Foto boven: ©Tweede Kamer der Staten-Generaal