Waterschappen wekken meer energie op, maar bereiken energieneutraliteit later

19 september 2024

De waterschappen boeken vooruitgang in de energieproductie, op het gebied van CO2-reductie en in verduurzaming. De ambitie om energieneutraal te worden, wordt wel later bereikt dan verwacht, onder meer door netcongestie. Ook steeg in 2023 het energieverbruik, met name door de noodzaak om te malen bij hevige regenval. Dat blijkt uit de Klimaatmonitor Waterschappen - verslagjaar 2023. Het rapport geeft inzicht in de voortgang van de ambities van de waterschappen op het gebied van energie, klimaat en duurzaamheid.



Ambitie waterschappen: in 2025 energieneutraal

“Als waterschappen wekken we steeds meer eigen duurzame energie op”, reageert Erik den Hertog, bestuurslid Unie van Waterschappen. “Maar we hebben ook meer energie nodig. In 2023 bijvoorbeeld voor het wegpompen van water bij de periodes van extreme regenval. Er zijn steeds meer ontwikkelingen die de realisatie van klimaatambities beïnvloeden. Denk aan netcongestie, striktere waterkwaliteitseisen, stijgende kosten en politieke discussies in de regio over bijvoorbeeld locaties voor zon- en windenergieprojecten. Nieuwe energieprojecten lopen daardoor vertraging op. Waterschappen gaan het doel van energieneutraliteit sowieso halen, maar waarschijnlijk wel iets later dan de huidige ambitie van 2025. Wij blijven als waterschappen actief zoeken naar manieren om onze bedrijfsvoering te verduurzamen en uiteindelijk klimaatneutraal te worden, ondanks deze uitdagingen.”

Circulariteit

Ook de toegenomen inzet van waterschappen op circulariteit komt terug in de Klimaatmonitor. Sander Mager, bestuurslid Unie van Waterschappen: “Als waterschappen streven we ernaar om in 2050 volledig circulair te zijn, met als tussenstap een vermindering van 50 procent in het gebruik van primaire grondstoffen in 2030. We hebben hiervoor een strategie Circulaire Waterschappen en ondersteunen dat met het KCAO-programma, over circulair assetmanagement en duurzaam opdrachtgeverschap. Dit maakt circulariteit bij de waterschappen steeds concreter. In 2023 had 90 procent van de waterschappen circulaire economie-doelstellingen (deels) in hun beleid opgenomen. Driekwart van de waterschappen heeft een nulmeting uitgevoerd om inzicht te krijgen in hun materiaalgebruik en een kwart monitort op circulariteit. De waterschappen verbeteren hun inzicht in de milieu-impact van ingekochte grondstoffen, met meer dan de helft die al concrete stappen heeft gezet.”

> Lees hier de ‘Klimaatmonitor Waterschappen – verslagjaar 2023’

Nog enkele cijfers uit de Klimaatmonitor over 2023

Emissies en energieverbruik

  • De waterschappen hebben CO2-emissies weten te verlagen, zowel voor scope 1 (eigen activiteiten) als scope 2 (indirecte emissies voor energie die is ingekocht).
  • Scope 2-emissies daalden met 56 procent, met name doordat waterschappen meer Nederlandse groen stroom zijn gaan inkopen in plaats van Europese groene stroom.
  • De totale CO2-uitstoot van scope 1 en 2 verminderde met ruim 14 procent tot 684 kton. Hiermee zijn de waterschappen op weg naar klimaatneutraliteit.
  • Stijging totale energieverbruik met bijna 8 procent, grotendeels door het intensievere gebruik van gemalen vanwege de vele neerslag.

Opwekking duurzame energie

  • Stijging eigen opwekking van duurzame energie met 343 TeraJoule (TJ) (8,2 procent) tot 4.505 TJ (met name door nieuwe windturbines).
  • Biogas blijft de grootste bron van duurzame energie, met 66 procent van de eigen opwekking. In totaal is 33 miljoen m³ biogas opgewaardeerd tot 22,5 miljoen m³ groen gas.

Uitstoot lachgas en methaan

  • Waterschappen zetten steeds meer in op het verminderen van broeikasgassen zoals lachgas en methaan. Er zijn programma’s gestart voor verder inzicht en uiteindelijk emissiereductie.
  • Lachgasemissies rapportages zijn 31 procent lager (na wijziging toepassing IPCC model door CBS in 2023.

 Duurzaam opdrachtgeverschap

  • Duurzaam opdrachtgeverschap is in 2023 door bijna 60 procent van de waterschappen vertaald naar een implementatieplan.
  • De CO2-Prestatieladder is een belangrijke tool geworden om duurzaamheid te structureren, met twaalf gecertificeerde waterschappen en nog vijf in de planning.
  • Er is steeds meer aandacht voor biodiversiteit: zes waterschappen nemen biodiversiteit en natuur inclusief bouwen structureel mee.
  • Er zijn verdere stappen gezet in CO2-beprijzing, met elf waterschappen die dit intern toepassen en twee die het gebruiken in aanbestedingen.

Vervoer en mobiliteit

  • Na de tijdelijke verlaging in de coronapandemie is in 2023 het zakelijk verkeer met personenauto’s weer op het niveau van 2019.
  • Woon-werkverkeer met een privéauto is in 2023 terug naar 65 procent van het pre-coronaniveau.
  • Het brandstofverbruik van het eigen wagenpark van waterschappen daalde in 2023 met 11% en de daaraan verbonden CO2-uitstoot verminderde met 16 procent, dankzij vergroening van het wagenpark.
  • Het aantal elektrische auto’s steeg met 56 procent, met als resultaat een jaarlijkse besparing van 500 tot 1000 ton CO2.
  • Het brandstofverbruik voor vrachttransport en onderhoud nam toe met 9 procent, maar door het gebruik van HVO in plaats van diesel steeg de CO2-uitstoot slechts met 3 procent.

Nieuw dit jaar in de Klimaatmonitor zijn de kaartjes in de bijlagen, die laten zien waar aquathermie-projecten en zon-op-waterprojecten zijn gerealiseerd. Ook laten ze zien waar elektriciteit wordt opgewekt en teruggeleverd.

Netcongestie ook voor waterschappen toenemend probleem

27 februari 2024

Betrouwbare toegang tot het elektriciteitsnet is voor waterschappen cruciaal om hun wettelijke taken te kunnen uitvoeren. Maar netcongestie brengt waterschappen steeds vaker in de problemen. Ook de energietransitie en geopolitieke ontwikkelingen zorgen voor uitdagingen. Op verzoek van zes waterschappen liet Stichting Toegepast Onderzoek Waterbeheer (STOWA) daarom het rapport ‘Energievoorziening: beschikbaar, betrouwbaar en betaalbaar (E3B)’ opstellen. De belangrijkste conclusie: de waterschappen moeten hun energievoorziening de komende jaren samen met netbeheerders meer strategisch vormgeven.



De energievoorziening is de afgelopen jaren flink veranderd. Dat raakt ook de waterschappen, blijkt uit het E3B-rapport. Doel was om de impact van deze ontwikkelingen op de primaire taken van het waterschap te onderzoeken. Daarnaast moest het rapport de handelingsperspectieven van de waterschappen in kaart brengen.

Energiegebruik waterschappen

Waterschappen gebruiken elektriciteit met name voor het zuiveren van rioolwater en het droogmalen van polders. Om hun taken goed te kunnen blijven uitvoeren, is de komende vijftien jaar in veel delen van het land twintig tot veertig procent meer elektriciteit nodig. Dit komt vooral door bevolkingsgroei en strengere eisen aan de waterkwaliteit.

Netcongestie

Erik den Hertog, bestuurslid van de Unie van Waterschappen: “Bij het recente hoogwater draaiden de gemalen volop om wateroverlast te voorkomen. Sommige waterschappen moesten hierdoor het met de netbeheerders afgesproken elektriciteitsvermogen voor de gemalen overschrijden. Dit leidt nu al tot juridisch getinte brieven van energieleveranciers. Daarnaast komt het steeds vaker voor dat waterschappen geen toestemming krijgen van de netbeheerder voor nieuwe aansluitingen of om hun elektriciteitsaansluiting uit te breiden. Bijvoorbeeld de noodzakelijke uitbouw van rioolwaterzuiveringen.”

Oproep

De Unie van Waterschappen roept netbeheerders op om waterschappen bij calamiteiten uit te sluiten van de verplichting om binnen het afgesproken elektriciteitsvermogen te blijven. Erik den Hertog: “De waterschappen zijn wettelijk verantwoordelijk voor droge voeten en gezuiverd rioolwater. In een situatie van ‘pompen of verzuipen’ of voor het zuiveren van rioolwater mag het geen vraag zijn óf je stroom geleverd krijgt.” Ook pleiten de waterschappen voor voorrang bij noodzakelijke verhogingen van bestaande elektriciteitscontracten en nieuwe aansluitingen voor hun primaire taken.

Innovatieve oplossingen

Waterschappen willen ook bijdragen aan oplossingen. Erik den Hertog: “We willen samen met de netbeheerders actief zoeken naar innovatieve mogelijkheden om netcongestie te verminderen. Zo willen we met netbeheerders kijken of we meer flexibel onze gemalen kunnen aan- en uitzetten om zo onderdeel te worden van de oplossing. Ook verkennen wij de mogelijkheden om rioolwaterzuiveringen in te zetten als smart energy hubs. Daarmee balanceren we vraag en aanbod bij de productie en opslag van de duurzame energie die we zelf opwekken uit rioolslib en met zonnepanelen en windmolens.”

Aanbevelingen

De algemene conclusie van het E3B-rapport is dat de waterschappen per direct nog strategischer aan de slag moeten met hun energievoorziening. De belangrijkste aanbeveling is om de impact te onderzoeken van onder meer netcongestie, het toenemende risico op netuitval, toenemende digitalisering en automatisering en de stijgende energiekosten. In gesprek met netbeheerders en de directe omgeving moeten waterschappen samen op zoek gaan naar innovatieve oplossingen om toekomstige bottlenecks weg te nemen.

> Lees het rapport ‘Energievoorziening: beschikbaar, betrouwbaar en betaalbaar (E3B)’

Rijk en waterschappen slaan handen ineen rond energie, water en klimaat

1 februari 2024

Op donderdag 1 februari bekrachtigen de Unie van Waterschappen en het ministerie van Economische Zaken en Klimaat een strategisch partnerschap Energie, Water en Klimaat. De samenwerking is onder meer gericht op de reductie van broeikasgassen, energiebesparing, ruimtelijke inpassing van duurzame energie, netcongestie, smart energy hubs, circulaire economie en innovatie.

Erik den Hartog en Sandor Gaastra schudden elkaar de hand

Klimaatneutraal in 2035

Eerder werd al bekend dat het ministerie van Economische Zaken en Klimaat 12 miljoen euro subsidie verstrekt aan de waterschappen om het rioolwaterzuiveringsproces te verduurzamen. De subsidie bestaat uit 8,6 miljoen euro voor lachgasreductie en 3,4 miljoen euro voor het stimuleren van innovatieve energieprojecten. De nationale doelstelling is om in 2050 volledig klimaatneutraal te zijn, maar de waterschappen hebben in de strategische visie ‘Op weg naar klimaatneutraliteit’ afgesproken dat zij dit al in 2035 willen bereiken.

Uitdagingen vragen om samenwerking

Om het partnerschap te bekrachtigen schudden secretaris-generaal Sandor Gaastra van het ministerie van Economische Zaken en Klimaat en bestuurslid Erik den Hertog van de Unie van Waterschappen elkaar de hand op het podium bij het Waterinnovatiefestival in Utrecht.

“Nederland heeft altijd te maken gehad met de uitdagingen en kansen van het water”, zegt Gaastra. “Eind vorig jaar en begin dit jaar nog, toen de waterstanden piekten op verschillende plekken in Nederland. De waterschappen zijn onmisbaar in de bescherming tegen, maar ook juist voor de innovatieve samenwerking met het water. Ze doen steeds meer naast hun traditionele taken, zoals de kansen en uitdagingen op het gebied van duurzame energie. Denk aan waterstof en aquathermie en het inpassen van alle energie-infrastructuur. Hiervoor stellen we 12 miljoen beschikbaar. De samenwerking tussen waterschappen en de omgeving, met bedrijven, netbeheerders, gemeenten, lokale coöperaties en het Rijk is daarbij cruciaal.”

Den Hertog benadrukt het belang van het partnerschap: “De energietransitie is een grote uitdaging. Leven in onze delta ook. Dat bleek afgelopen kerstperiode nog eens met het hoge water. Waar de opgaven rond water en energie elkaar raken, kunnen we elkaar helpen. Daarom zijn we erg blij met de steeds intensievere samenwerking tussen de waterschappen en het Rijk.”

Innovaties

Op het gebied van klimaat en energie zijn waterschappen innovatief. “Bijvoorbeeld op het gebied van aquathermie”, vertelt Den Hertog. “Water is in potentie een van de belangrijkste en grootste warmtebronnen in Nederland. Samen met Denemarken lopen we bovendien mondiaal voorop met de reductie van lachgas op de rioolwaterzuivering.” Lachgas is een zeer schadelijk broeikasgas, ruim 265 keer zo schadelijk als CO2.

“Meten is weten”, vervolgt de bestuurder. “Weten waarover we het hebben en gerichte maatregelen nemen. Dan weet je wat je doet, en waarom. Er liggen ook kansen rond de productie van waterstof op de rioolwaterzuiveringen om de netcongestie tegen te gaan. De pure zuurstof die hierbij vrijkomt wordt benut in het zuiveringsproces en dat bespaart veel energie. In Zwolle op de rioolwaterzuivering Hessenpoort is de bouw van een elektrolyser voor groene waterstof nu in volle gang: een wereldprimeur.”

Belemmeringen wegnemen

De waterschappen zien verschillende manieren waarop het Rijk de waterschappen zou kunnen helpen. Den Hertog: “Het ministerie zou ons kunnen helpen als we tegen belemmerende wetgeving aanlopen. Zo mogen we niet zomaar de elektriciteit van een windmolenpark naar de elektrolyser op de rioolwaterzuivering brengen. Hiervoor is juridische experimenteerruimte nodig. Daarnaast is voorrang nodig bij netcongestie. Met het recente hoogwater stonden onze wettelijke taken onder druk. Onze gemalen gebruiken veel stroom. In een situatie van ‘pompen of verzuipen’ mag het geen vraag zijn óf je stroom geleverd krijgt.”

> Lees hier het Strategisch Partnerschap Energie, Water en Klimaat

Inbreng commissiedebat netcongestie: toegang tot elektriciteit noodzakelijk voor waterveiligheid

19 januari 2024

Woensdag 24 januari staat het commissiedebat Nieuwe maatregelen netcongestie op de agenda in de Tweede Kamer. De waterschappen hebben hiervoor een aantal aandachtspunten ingebracht. In hun inbreng wijzen ze op het belang van betrouwbare toegang tot het elektriciteitsnet. Dit is cruciaal voor de waterschappen om hun wettelijke taken uit te voeren.

rioolwaterzuivering vanuit de lucht gefotografeerd

Elektriciteit nodig voor waterkwaliteit

Voor het zuiveren van afvalwater en het droogmalen van polders gebruiken de waterschappen voornamelijk elektriciteit. De komende jaren is er juist meer elektriciteit nodig om te voldoen aan de waterkwaliteitseisen vanuit de Kaderrichtlijn Water en de EU-richtlijn Stedelijk Afvalwater.

Netcongestie

Voor de waterschappen betekent netcongestie dat de noodzakelijke vergroting van bestaande aansluitingen niet altijd mogelijk is. De geldt ook voor de aanvraag van nieuwe aansluitingen. Maar alle inzet is nodig om klimaatverandering het hoofd te bieden en Nederland droog en veilig te houden.

Uitbreiding aansluiting

Waterschappen zijn steeds vaker genoodzaakt om het met de netbeheerder overeengekomen vermogen voor de poldergemalen te overschrijden. Dit gebeurde onlangs nog bij de hoogwaterpiek rond kerst. Daarnaast kunnen netbeheerders niet altijd toestemming geven voor de noodzakelijke uitbreiding van de netaansluiting. De waterschappen roepen daarom op: “Sluit de waterschappen bij calamiteiten zoals hoogwater uit van de verplichting de aansluit- en transportovereenkomst na te komen.”

Innovatieve oplossingen

De waterschappen willen samen met de netbeheerders actief zoeken naar innovatieve mogelijkheden om netcongestie te verminderen. Zo worden mogelijkheden verkend om rioolwaterzuiveringen in te zetten als smart energy hubs. Bijvoorbeeld door productie en opslag van duurzame energie en het balanceren van vraag en aanbod. Samen met netbeheerders gaan waterschappen onderzoeken of het mogelijk is om de gemalen meer flexibel aan en uit te zetten, om zo onderdeel te worden van de oplossing.

> Lees de ambities van de waterschappen in de energietransitie

> Lees het standpunt van de waterschappen over duurzame energie

Unie van Waterschappen ondertekent Warmteconvenant EnergieRijk Den Haag

25 oktober 2023

Op 24 oktober ondertekende Vincent Lokin namens de Unie van Waterschappen het Warmteconvenant van EnergieRijk Den Haag. Met deze ondertekening sluit de Unie aan bij het samenwerkingsverband tussen het Rijk, provincie Zuid-Holland, gemeente Den Haag, en diverse (semi-) publieke en private partners dat streeft naar de volledige verduurzaming van de belangrijkste overheidsgebouwen in het centrumgebied van Den Haag.

De ondertekenaars van het het warmteconvenant EnergieRijk Den Haag o het podium bij de ondertekening.

©Rijksvastgoedbedrijf, foto Bas Kijzers

EnergieRijk Den Haag

EnergieRijk Den Haag is gestart vanuit het inzicht dat het verduurzamen van gebouwen vaak slimmer gerealiseerd kan worden als deze gebouw-overstijgend wordt aangepakt in plaats van met de gebruikelijke ‘gebouw voor gebouw’-aanpak. Opgedane kennis en ervaring wordt gedeeld met andere vastgoedbeheerders om zo te zorgen dat overheidsgebouwen in 2040 energieneutraal zijn.

Goed voorbeeld

Vincent Lokin, bestuurslid Unie van Waterschappen: “Als koepelorganisatie van de waterschappen willen wij het goede voorbeeld geven door ons pand op de Koningskade zo duurzaam mogelijk te beheren. Wij als waterschappen voelen als geen ander de gevolgen van klimaatverandering in ons dagelijks werk. Wij zijn eigenlijk de ‘kanarie in de kolenmijn’. Met bijvoorbeeld steeds vaker wateroverlast door extreem weer of juist periodes van droogte.”

De gevel van het Unie kantoor, bij zonnig weer

Verduurzamingsmaatregelen

De Unie gaat tests laten uitvoeren om te bepalen in hoeverre het pand geschikt kan worden gemaakt voor verlaagde temperatuuraanvoer. En bij inkoop, waaronder van meubilair, wordt rekening gehouden met circulariteit. Er wordt ook onderzocht of het Unie-pand, net als het Provinciehuis, mee kan in de ontwikkelingen rond de WKO-ring (Warmte-Koude Opslag). Lokin: “Het weer hebben wij als mens niet in de hand, maar de klimaatverandering kunnen we beïnvloeden. Daarom zijn we extra gemotiveerd om zelf zo duurzaam mogelijk ons werk te doen. Ons aansluiten bij EnergieRijk Den Haag en het Warmteconvenant zijn voor ons dan ook logische stappen.”

Duurzaamheidsambities waterschappen

Lokin: “Waterschappen hebben met elkaar afgesproken te streven naar energieneutraliteit in 2025 en klimaatneutraliteit in 2035. We zetten vol in op energiebesparing én wekken zoveel mogelijk duurzame energie zelf op, bijvoorbeeld uit rioolwater. We werken ook aan het verminderen van de uitstoot van methaan en lachgas op de ruim 300 rioolwaterzuiveringen. Daarnaast faciliteren we waar mogelijk aquathermie – het duurzaam verwarmen en koelen van woningen met water.”

> Meer over EnergieRijk Den Haag

Tweede Kamer wil meer mogelijkheden voor groen gas

28 maart 2023

De Tweede Kamerleden Pieter Grinwis (ChristenUnie) en Silvio Erkens (VVD) hebben op 23 maart een motie ingediend. Daarin vragen zij de regering om groen gas in beleid en wetgeving een prominente plek te geven. Daarmee wordt een gelijker en dus beter speelveld voor groen gas gecreëerd. De motie is op 28 maart aangenomen.



Grinwin en Erkens voerden als argument aan dat groen gas een aantrekkelijk alternatief is voor aardgas, zeker als het wordt gecombineerd met isolatie en hybride warmtepompen. Bovendien is transport, distributie en opslag van gas veel goedkoper dan van elektriciteit of warmte.

Andere landen

Daarbij kunnen we ook leren van andere landen: ook Groot-Brittannië, Duitsland en België zetten in op groen gas. Zij breiden hun gasinfrastructuur zelfs uit.

Fiscaal aantrekkelijk

De Kamerleden constateerden dat het in Nederland nog steeds fiscaal aantrekkelijker is om van biomassa warm water te maken dan om biomassa om te zetten in biogas. Dit ondanks de hoge kosten van het aanleggen van een helemaal nieuw warmtenet. Ook worden de SDE++ systeemkosten nog onvoldoende meegenomen.

Programma Groen Gas

Minister Rob Jetten van Klimaat is al bezig om het Programma Groen Gas uit te rollen. Een belangrijk onderdeel daarvan is het creëren van een passend speelveld in termen van stimulering en regelgeving.

Waterschappen en groen gas

Waterschappen produceren groen gas op de rioolwaterzuivering (rwzi). Op zo’n 70 van de meer dan 300 rwzi’s staat een vergistingsinstallatie. In zo’n installatie wordt 75 procent van het zuiveringsslib vergist. Door die vergisting ontstaat biogas wat kan worden opgewaardeerd naar aardgaskwaliteit. Dat noemen we groen gas. Bij elkaar zijn de waterschappen één van de grootste biogasproducenten in Nederland met een productie van meer dan 130 miljoen kuub biogas per jaar. Dat is 25 tot 30 procent van de hele nationale productie.

Waterschappen willen meer ruimte voor groen gas, waterstof en aquathermie

7 december 2022

Op 8 september spreekt de commissie voor Economische Zaken en Klimaat (EZK) in de Tweede Kamer over waterstof, groen gas en andere energiedragers. De waterschappen brengen een aantal zaken onder de aandacht van de Commissie.



De waterschappen willen in 2025 volledig energieneutraal en in 2035 volledig klimaatneutraal zijn. Hiermee willen de waterschappen meebouwen aan de toekomst van Nederland.

Ambitie groen gas

Met een productie van 145 miljoen kuub biogas zijn de waterschappen één van de grootste producenten van biogas in Nederland. Het biogas wordt voornamelijk ingezet voor een duurzame energievoorziening van het zuiveringsproces op de rioolwaterzuiveringen.

Onderzoek potentieel rioolwaterzuivering

Onderzoek heeft aangetoond dat het potentieel groot is om biogas op te waarderen tot groen gas. Dit gas kan bijvoorbeeld worden gebruikt voor de verwarming van huizen. In 2030 willen de waterschappen minstens 75 procent van het beschikbare biogas omzetten naar groen gas.

Waterstofproductie bij rioolwaterzuivering

De waterschappen onderzoeken de kansen die de waterstofeconomie kan bieden. Ze vragen aandacht voor de regionale productie en toepassing van waterstof. Hiervoor vragen ze aan de minister om juridische experimenteerruimte.

Aquathermie

Aquathermie is één van de alternatieven uit het Klimaatakkoord voor duurzame verwarming. In het buitenland wordt aquathermie met veel succes grootschalig toegepast. In Nederland nog niet op grote schaal. De waterschappen vragen zich af waarom Nederland op het terrein van aquathermie achterloopt op sommige andere landen.

Lees de hele inbreng

Waterschappen onderzoeken alternatieven voor aardgaslevering Gazprom

1 maart 2022

Naar aanleiding van de Russische inval in Oekraïne verkennen waterschappen alternatieven voor aardgaslevering door Gazprom. Ongeveer de helft van de waterschappen heeft een contract bij de Russische leverancier.



Waterschappen inventariseren welke contracten er precies afgesloten zijn met Gazprom. Ook informeren ze zich over mogelijke alternatieven. De Unie van Waterschappen overlegt met het ministerie van Economische Zaken en Klimaat over hoe de contracten met Gazprom zich verhouden tot de politieke en economische sancties tegen Rusland, het rijksbeleid rond mogelijke alternatieven en wat voor consequenties dat heeft. Ook bij andere leveranciers kom je vaak uit bij aardgas uit Rusland.

Lopende contracten

Verder winnen waterschappen juridisch advies in over de mogelijkheden om lopende contracten die via aanbestedingen tot stand zijn gekomen voortijdig te beëindigen. En hoe voorkomen kan worden dat dit leidt tot schadevergoedingen die juist financieel voordelig zijn voor Gazprom. Vaak kopen samenwerkende waterschappen energie collectief in. De gunning van deze contracten komt tot stand op basis van de beste prijs-kwaliteitverhouding.

Beperkte afhankelijkheid

De waterschappen zijn zelf één van de grootste producenten van biogas in Nederland. Dat maken ze door vergisting van zuiveringsslib op de rioolwaterzuiveringen. Ze zijn daardoor slechts beperkt afhankelijk van de levering van aardgas. De hoeveelheid aardgas van Gazprom is maar ongeveer 2 procent van de totale hoeveelheid energie die de waterschappen gebruiken. Dit aardgas wordt vooral ingezet voor de verwarming van gebouwen.

Groen gas

Steeds meer waterschappen overwegen om het biogas uit de zuiveringen om te zetten naar groen gas (biogas van aardgaskwaliteit) voor levering aan de gebouwde omgeving of voor mobiliteit. Ook met de ontwikkeling van aquathermie (warmte/koude uit water) werken de waterschappen mee aan een alternatief voor aardgas. Dit sluit aan bij het kabinetsbeleid om minder afhankelijk te worden van aardgas. De waterschappen dringen aan bij het kabinet om die energietransitie met grotere urgentie te versnellen.

Nieuwe handreikingen duurzame energie voor waterschappen

4 februari 2022

Om de waterschappen te ondersteunen bij de uitvoering van het Klimaatakkoord, heeft de Unie van Waterschappen 3 online handreikingen laten maken. Deze handreikingen helpen waterschappen bij de ingewikkelde afwegingen in het omgaan met andere partijen. Ook helpen ze met initiatieven voor duurzame energie, bijvoorbeeld in de regionale energiestrategieën.



De nieuwe handreikingen zijn: Aanbesteden en schaarse rechten, Samenwerken met energiecoöperaties en Zon op water. De handreikingen zijn opgesteld vanuit het WARES-programma. Dat is het kennisprogramma dat de Unie samen met STOWA uitvoert. WARES wordt vanuit het Klimaatakkoord gefinancierd door het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK).

Handreiking aanbesteden en schaarse rechten

Waterschappen worden geregeld voor de keuze gesteld welke rol ze willen innemen in de energietransitie. De rol die een waterschap kiest, heeft invloed op de juridische keuzevrijheid van het waterschap bij het bepalen van de partij waarmee het een samenwerking wil aangaan. Mogelijk is er sprake van een aanbestedingsplicht.

Daarnaast hebben de waterschappen te maken met het vergunnen van zogenaamde schaarse rechten. Denk aan locaties voor aquathermie, zon-op-water of het opwekken van energie op gronden van de waterschappen. De handreiking aanbesteden en schaarse rechten biedt een stappenschema voor het maken van verantwoorde keuzes. Ook gaat de handleiding in op relevante jurisprudentie.

> Handreiking aanbesteden en schaarse rechten

Handreiking samenwerken met energiecoöperaties

In het Klimaatakkoord is afgesproken dat het ‘streven naar 50 procent lokaal eigendom’ niet op waterschappen van toepassing is. Wel is vastgelegd dat de waterschapssector nadere afspraken maakt met onder andere energiecoöperaties over duurzame energieprojecten.

Deze handreiking geeft kaders om te beoordelen of een waterschap met een energiecoöperatie voor duurzame energieprojecten kan samenwerken. Vervolgens gaat de handreiking in op hoe het waterschap dat kan doen en welke instrumenten men daarbij kan hanteren. Onderdeel van de handreiking zijn modelovereenkomsten. Daarin is de theorie in praktische overeenkomsten gegoten.

> Handreiking samenwerken met energiecoöperaties

Handreiking zon op water

Waterschappen krijgen steeds meer aanvragen voor het plaatsen van drijvende zonnepanelen. Zij hebben behoefte aan een handreiking over hun (juridische) positie. Maar ook over aspecten zoals beleid, vergunningen, monitoring, handhaving en calamiteiten. De handreiking is een praktisch document dat toepasbaar is voor concrete praktijkcasussen. En er is beleidsruimte voor nadere invulling door het waterschap, rekening houdend met lokale omstandigheden.

De handreiking bevat modelvergunningvoorschriften die waterschappen als basis kunnen gebruiken bij vergunningverlening. Daarbij wordt uitgegaan van het nieuwe stelsel onder de Omgevingswet. De beoogde ingangsdatum van die wet is oktober 2022 of januari 2023. De handreiking is een vervolg op de handreiking voor vergunningverlening drijvende zonneparken op water (STOWA, 2019).

> Handreiking zon op water

Programma WARES

De Unie van Waterschappen heeft in 2019 via het Klimaatakkoord van het ministerie van BZK een subsidie van 1,2 miljoen euro gekregen voor onderzoek naar de bijdrage van de waterschappen aan de energietransitie. Zo ontstond het programma WARES (Waterbeheer in de Regionale Energiestrategieën). Dit onderzoeksprogramma is samen met STOWA uitgevoerd in nauwe afstemming met expertgroepen van het Energieprogramma van de Unie van Waterschappen. Het programma is inmiddels afgerond.

Vervolgonderzoek

Het klimaat stelt de waterschappen voor grote uitdagingen en er is voortdurend behoefte aan kennis bij de waterschappen. De Unie zet dan ook in op een vervolg van het onderzoeksprogramma. De insteek van het vervolgonderzoek is onder andere:

  • verbreding naar CO2-reductie en vastlegging,
  • onderzoek naar monitoring en reductie van lachgasemissies,
  • methaanemissie uit oppervlaktewater,
  • het monitoren van de gevolgen van koudelozingen,
  • de productie van groen gas,
  • verder onderzoek naar grondstoffenterugwinning.

Op weg naar klimaatneutraliteit

Dit alles past bij de ambitie die de waterschappen hebben om bij te dragen aan de klimaatopgave. Deze ambitie wordt in nauwe samenwerking met de waterschappen opnieuw geformuleerd in de strategische visie ‘Op weg naar klimaatneutraliteit’. Deze visie wordt dit jaar ter consultatie aan de leden voorgelegd. De ledenvergadering stelt de visie uiteindelijk vast.

Minister Jetten start ingebruikname Smart Energy Hub Zwolle

3 februari 2022

Tijdens zijn eerste werkbezoek heeft minister Rob Jetten (Klimaat en Energie) op 31 januari de rioolwaterzuiveringsinstallatie Hessenpoort in Zwolle bezocht. Daar verrichtte hij de symbolische openingshandeling van de Smart Energy Hub.



Een Smart Energy Hub is een slim lokaal energiesysteem waarmee het lokale energienet wordt ontlast en een heel bedrijventerrein energieneutraal kan worden. Flexibiliteit en slim kunnen schakelen tussen duurzame elektriciteit, gas (waaronder waterstof) en warmte staan hierbij centraal.

Klimaatafspraken

Om de Smart Energy Hub symbolisch te starten, draaide minister Jetten een kraan dicht. Investeringen in het landelijke stroomnetwerk kosten volgens hem veel tijd. “Goed dus dat allerlei partijen kijken wat ze zelf al kunnen bereiken. We hebben alle initiatieven nodig die bijdragen aan de energietransitie om de klimaatafspraken van Parijs na te komen.”

Kansrijk

De Unie van Waterschappen heeft onderzoek laten doen waaruit blijkt dat rioolwaterzuiveringen zeer kansrijk zijn voor productie van groene waterstof. Unie gaat in gesprek met het Rijk over opschalingsmogelijkheden en juridische experimenteerruimte.

Duurzame energie

Ook volgens Marion Wichard, dagelijks bestuurslid Waterschap Drents Overijsselse Delta, heeft de Smart Energy Hub potentie. “We verwachten dat we met het gebruik van pure zuurstof 50 procent energiebesparing op de rioolwaterzuivering kunnen halen. Landelijk wordt er al met ons meegekeken. Een mooie oplossing ook voor de drukte op het elektriciteitsnet, omdat hiermee duurzame energie nuttig ingezet kan worden.”

Waterinnovatieprijs

De Smart Energy Hub was genomineerd voor de Waterinnovatieprijs 2021 in de categorie ‘Klimaatneutraliteit’. Bekijk de video:

Op de foto v.l.n.r. onder meer: Marion Wichard, dagelijks bestuurslid waterschap Drents Overijsselse Delta (tweede van links), Rob Jetten, minister voor Klimaat en Energie (derde van links), en Dirk-Siert Schoonman, dijkgraaf waterschap Drents Overijsselse Delta (derde van rechts).