Structurele acties nodig in strijd tegen droogte

15 december 2021

In opdracht van de waterschappen en de provincies hebben verschillende kennisinstellingen onderzoek gedaan naar de droogtesituatie op de hoge zandgronden. De conclusie: in de strijd tegen droogte zijn structurele maatregelen nodig in de inrichting van het watersysteem en het landelijk gebied én in het watergebruik.



Dat staat in het rapport ‘Droogte in de zandgebieden van Zuid-, Midden- en Oost-Nederland: Het verhaal – analyse van droogte 2018 en 2019 en bevindingen’.

Daadkrachtig bestuur en beheer

Een van de aanbevelingen van de onderzoekers van KnowH2O, KWR, Deltares, Wageningen Universiteit, FWE en HSS gaat over daadkrachtig bestuur en beheer. Volgens de onderzoekers moet er een duidelijke verdeling zijn van verantwoordelijkheden om op een evenwichtige manier een afweging te maken tussen de belangen in alle bestuurslagen. Door effectief beleid moet snel in de praktijk resultaat worden geboekt.

Grondwaterstanden omhoog

De grondwaterstanden in het zandgebied moeten structureel hoger worden dan nu. Meer water vasthouden en beperking van ontwatering liggen hier aan de basis. Tegelijkertijd is het belangrijk om de grondwatervoorraad waar het kan te vergroten. Bijvoorbeeld door ondergrondse opslagmogelijkheden voor water te benutten en te creëren.

‘Ontstenen’

Een andere maatregel in bebouwd gebied is het ‘ontstenen’ van tuinen en terreinen. In natuurterreinen kan naaldbos omgezet worden in heide. Zo verdampt daar minder water en blijft meer water over om het grondwater aan te vullen.

Zuiniger omgaan met water

Om droogteproblemen het hoofd te bieden, is het daarnaast nodig om meer in te zetten op het verminderen van het watergebruik door burgers, industrie en landbouw. Grondwateronttrekkingen moeten worden beperkt of gepaard gaan met een grotere grondwateraanvulling. Ook kan in ruimte en tijd meer gevarieerd worden met onttrekkingen. Zo wordt in droogtegevoelige gebieden tijdens droog weer minder tot geen water onttrokken.

Herinrichting platteland

Daarnaast wordt in het onderzoeksrapport ingegaan op de herinrichting van het platteland. Om het bodem- en watersysteem toekomstbestendig te maken, is het nodig om ook het landgebruik aan te pakken. We moeten accepteren dat niet overal alles meer kan, mede onder invloed van de klimaatverandering.

Sturende rol van water

De onderzoekers, de waterschappen en de provincies pleiten hierbij voor een sturende rol van water in de ruimtelijke inrichting. Hierbij roepen zij op verschillende opgaven met elkaar te verbinden, zoals de stikstofaanpak, de woningbouwopgave, de energietransitie en de transitie naar klimaatbestendig Nederland.

Eindrapport Droogte in zandgebieden van Zuid-, Midden- en Oost-Nederland

Droogtemaatregelen blijven nodig

16 september 2020

De droogte van 2020 sleept nog altijd voort. In de eerste helft van september is op veel plaatsen in Nederland neerslag gevallen, maar niet voldoende om de neerslagtekorten overal op te lossen. Het zuiden en oosten kampt nog steeds met droogteproblemen door lage grondwaterstanden.



De afvoeren van de grote rivieren, de Rijn en de Maas, zijn momenteel laag voor de tijd van het jaar. Omdat de watervraag in deze periode afneemt, is er nog wel voldoende water beschikbaar. Door de lagere rivierstanden ondervindt de scheepsvaart wel hinder. In het stroomgebied van de Maas moet de scheepvaart bijvoorbeeld rekening houden met oplopende wachttijden door het waterbesparend schutten bij sluizen. Op de Rijntakken gelden de komende periode beperkingen voor schepen met zware ladingen.

Verzilting en blauwalg

Door de lage rivierstanden en aankomend springtij op de Noordzee is de verwachting dat het zoutgehalte in de Hollandsche IJssel zal stijgen. De waterbeheerders nemen hiervoor maatregelen. In het zuidwesten van het land worden nog steeds meldingen gedaan van blauwalg met inlaatstops en stankoverlast tot gevolg. In de rest van het land nemen de waterkwaliteitsproblemen (blauwalg, botulisme, vissterfte) af. De situatie wordt nauwlettend in de gaten gehouden en recreanten worden, waar nodig, gewaarschuwd.

De droogtemaatregelen van Rijkswaterstaat en de waterschappen blijven dan ook grotendeels van kracht. Zo blijven peilen zoveel mogelijk opgezet, vinden er extra inspecties plaats van droogtegevoelige kades en gelden er nog beregeningsverboden uit oppervlaktewater en grondwater in de omgeving van enkele natuurgebieden.

Bekijk de actuele droogtemonitor

Extra investeringen in klimaatadaptatie en droogte

Minister Cora van Nieuwenhuizen (Infrastructuur en Waterstaat) trekt de komende jaren 200 miljoen euro uit voor de aanpak van klimaatadaptatie.



Met deze extra investeringen wil de minister de gemeenten, waterschappen en provincies stimuleren om de uitvoering van projecten die Nederland weerbaarder moeten maken tegen klimaatverandering en weersextremen te versnellen.

Kampioen water vasthouden

Verder heeft de minister de intentie om 100 miljoen euro extra uit het Deltafonds beschikbaar te stellen voor concrete maatregelen van het Deltaprogramma Zoetwater in de periode 2022 – 2027.

Van Nieuwenhuizen: “Er zijn langere perioden van droogte en ook vaker hevige buien met wateroverlast als gevolg. Beschermen tegen water was altijd al ons motto, nu moeten we ook kampioen water vasthouden worden.”

Weerbaar tegen extreem weer

Met het geld wil Van Nieuwenhuizen samen met waterschappen, provincies en gemeenten onder meer de belangrijkste problemen door wateroverlast en droogte aanpakken. Het doel is om Nederland klimaatbestendig te maken en ervoor te zorgen dat we beter bestand zijn tegen de gevolgen van extreem weer (hitte, droogte, hoosbuien).

Versnellen herstel waterbalans

Dirk-Siert Schoonman, bestuurslid Unie van Waterschappen: “Om schade en overlast door droogte en hoosbuien te beperken, lopen we binnen het huidige watersysteem tegen grenzen aan. Het is belangrijk dat we in de aanpak als 1 overheid de uitvoering van klimaatbestendige projecten versnellen en dat we water een bepalende factor laten zijn in de ruimtelijke inrichting van Nederland.”

“Daarnaast moeten wij de waterbalans herstellen”, vindt Schoonman. “Verdamping, afvoer en onttrekkingen moeten aangevuld worden door regen. Hierbij moeten ruimtelijke keuzes gemaakt worden om deze balans in evenwicht te krijgen. Infiltratie vergroten en verdamping, afvoer en onttrekking laten aansluiten op de mogelijkheden van de infiltratie. Er valt in Nederland genoeg regen, maar we zijn nog onvoldoende in staat om dit beschikbaar te hebben in droge periodes.”

Neerslagtekort nog steeds hoog, maar grote regionale verschillen

18 augustus 2020

Het neerslagtekort in Nederland blijft ondanks de felle buien van de afgelopen dagen hoog. De regionale verschillen zijn de afgelopen week verder toegenomen. De buien hebben alleen lokaal voor herstel van grondwaterstand gezorgd en zelfs lokaal tot wateroverlast, maar in het algemeen zijn de grondwaterstanden op de zandgronden nog steeds laag tot zeer laag.



De komende week wordt normaal augustusweer verwacht met zon en af en toe een bui. Het actuele landelijk gemiddelde neerslagtekort bedraagt circa 245 mm en dit blijft naar verwachting komende twee weken ongeveer stabiel. De tekorten variëren aanzienlijk per regio. Diverse gebieden zonder wateraanvoermogelijkheden uit de Rijn en Maas hebben grote neerslagtekorten. In het oosten van Gelderland is het neerslagtekort met 273 mm bijvoorbeeld vergelijkbaar met het 1976. De waterschappen houden zoveel mogelijk gevallen neerslag vast in de beken en sloten.

Lage afvoer Maas

De aanvoer van de Rijn daalt licht, maar is nog voldoende om in de watervraag te voorzien. De afvoer van de Maas is erg laag en zal naar verwachting de komende weken langzaam verder dalen. Doordat Rijkswaterstaat en de waterschappen stuwpeilen hebben opgezet, maximaal water aanvoeren en beregeningsverboden hebben ingesteld, blijft de situatie beheersbaar. 

Waterkwaliteitsproblemen

Door hoge temperaturen is het zuurstofgehalte in water afgenomen. Problemen met blauwalg, botulisme en vissterfte nemen hierdoor toe. Waterbeheerders stellen dan ook meer negatieve zwemadviezen en zwemverboden in en monitoren de situatie nauwlettend. Meer informatie is te vinden via de Zwemwater-app en zwemwater.nl. De watertemperaturen zullen naar verwachting de komende dagen gaan dalen.

Verzilting

Waterschappen in het westen melden daarnaast meer verzilting. Dat betekent dat het zoutgehalte verhoogd. Dit is met name het geval op de Hollandsche IJssel en in diepe polders als gevolg van zout kwelwater. Momenteel worden de mogelijkheden verkend om vanuit het Amsterdam-Rijnkanaal en de Lek meer zoetwater aan te voeren.

Dijkinspecties

Door de aanhoudende droogte blijven de maatregelen van waterschappen en Rijkswaterstaat van kracht zoals het opzetten van waterpeilen, het vasthouden van water en het instellen van beregeningsverboden. Verder vinden bij verschillende waterschappen nog steeds inspecties van kwetsbare kades plaats. In Zeeland wordt schade gemeld aan waterkeringen (scheuren in kleilagen). De keringen worden tot herstel blijvend gemonitord.

Bekijk de actuele droogtemonitor

‘Nederland klimaatbestendig maken’

5 juni 2020

Minister Cora van Nieuwenhuizen van Infrastructuur en Waterstaat heeft op 4 juni aangekondigd dat zij 100 miljoen euro extra vrij maakt voor de bestrijding van droogte in het Deltaplan Zoet water.



“Deze 100 miljoen euro helpen ons om ruimtelijke keuzes te maken die hard nodig zijn om Nederland klimaatbestendig te maken,” zegt Dirk-Siert Schoonman, bestuurslid van de Unie van Waterschappen.

Weerbaarder tegen watertekorten

De waterschappen zijn blij met het extra geld. Daarmee kunnen zij belangrijke stappen zetten om Nederland weerbaarder te maken tegen droogte en watertekorten. De waterschappen investeren tussen 2022 en 2027 samen met provincies en drinkwaterbedrijven zo’n 540 miljoen euro in de droogteaanpak in het Deltaprogramma Zoet Water. Door samenwerking en inzet van alle partijen om zuiniger om te gaan met water, kunnen we Nederland weerbaarder maken tegen watertekorten.

Slimme ruimtelijke inrichting

De maatregelen waar waterschappen aan werken richten zich de komende jaren nog meer op het vasthouden van water in het gebied om landbouw, natuur, bedrijven van water te voorzien. Dat blijft belangrijk. Maar de droogte vraagt ook om een slimmere ruimtelijke inrichting die rekening houdt met water. Ook moeten we met z’n allen leren om anders met water om te gaan.

Deltaprogramma Zoet Water

Sinds 2015 werken de waterschappen in het Deltaprogramma Zoetwater aan structurele maatregelen voor het beter omgaan met droogte. In de eerste fase die tot volgend jaar loopt worden maatregelen uitgevoerd om water beter vasthouden, zuiniger te zijn met water en water slimmer te verdelen.

Tweede fase

Voor de tweede fase van het Deltaprogramma Zoetwater (2022-2027) komt nu 100 miljoen euro extra vanuit het ministerie beschikbaar. Met dit extra geld worden de investeringen de komende jaren in totaal 800 miljoen euro. Daarmee kunnen de waterbeheerders waterschappen, het Rijk, provincies en drinkwaterbedrijven ongeveer 150 verschillende maatregelen nemen.

Water vast houden

Denk aan maatregelen om water beter vast te houden en slimmer te verdelen, aanpassingen van grondgebruik zoals het ontstenen van verharde oppervlaktes, omzetten van naaldbossen naar loofbossen of het hergebruik van gereinigd afvalwater (effluent) van rioolwaterzuiveringsinstallaties.

Droogte zet door

27 mei 2020

Op dit moment hebben we te maken met het hoogst gemeten neerslagtekort voor deze tijd van het jaar, resulterend in een grote watervraag en lage grondwaterstanden in met name het oosten en zuiden van het land. De aanvoer van de grote rivieren is nog op orde, maar zal naar verwachting de komende weken verder dalen.



De Landelijke Coördinatiecommissie Waterdeling (LCW), een commissie bestaande uit vertegenwoordigers van Rijkswaterstaat, de waterschappen en het KNMI, is om deze redenen per 25 mei opgeschaald naar Fase 1 ‘dreigend watertekort’ en volgt de situatie op de voet.

Waterbeheerders verwachten dalende rivieraanvoer

De gevallen neerslag van het afgelopen weekeinde heeft slechts beperkt verlichting gebracht. In het stroomgebied van de Rijn is wel wat meer regen gevallen, waardoor de aanvoer tijdelijk licht is gestegen. Begin juni wordt door het uitblijven neerslag weer een daling van de Rijnaanvoer verwacht. Ook de aanvoer van de Maas daalt de komende week geleidelijk.

Oosten en zuiden meeste problemen

De effecten van de droogte zijn het duidelijkst merkbaar in het oosten en zuiden van Nederland, met name in de landbouw en natuur. Door het grote neerslagtekort zijn de grondwaterstanden daar gemiddeld tot zeer laag voor de tijd van het jaar. Aanvoer van rivierwater naar deze gebieden is niet mogelijk. Lokaal vallen beken en sloten droog.

De waterschappen en Rijkswaterstaat monitoren de situatie nauwlettend en nemen waar nodig al maatregelen, zoals het preventief opzetten van waterpeilen en het vasthouden van water. Dit gebeurt niet alleen in de regionale watersystemen, maar ook in het IJsselmeergebied en de Maas.

KNMI: ‘Droogte afgelopen jaren komt door klimaatverandering’

26 mei 2020

Uit onderzoek van het KNMI blijkt dat de droogte van 2018 – en de droogteproblemen uit 2019 die daar uit voort kwamen – is toe te schrijven aan klimaatverandering. De trend van het uitblijven van regen in het binnenland, de stijging van de temperatuur en de fellere zon worden volgens het KNMI mede veroorzaakt door de uitstoot van broeikasgassen.



Uit het onderzoek van het KNMI blijkt dat zomerneerslag toeneemt in het kustgebied. In het binnenland wordt die toename niet waargenomen. Daar blijkt de stijging in temperatuur groter te zijn doordat er meer zonnestraling is gemeten in het binnenland. “De potentiële verdamping, de verdamping van planten die voldoende water ter beschikking hebben, wordt sterk bepaald door de temperatuur en zonnestraling. Deze neemt daardoor dus meer toe in het binnenland dan in het kustgebied,” aldus het KNMI.

Droogte groter in het binnenland

De veranderingen in droogte verschillen hierdoor ook tussen het kustgebied en het binnenland. Droogte, gemeten bijvoorbeeld met het neerslagtekort of de uitdroging van de bodem, is het gevolg van lage neerslag en/of hoge verdamping. Het KNMI ziet hiermee een duidelijke trend naar meer van dit soort droogtes in het binnenland van Nederland.

Waterschappen herkennen analyse KNMI

De analyse van KNMI klopt met de ervaringen van de waterschappen. In 2018 en 2019 waren de gevolgen van de lange reeks droge zomerse dagen is het binnenland veel groter dan in de kustregio’s. Ook dit jaar zijn de eerste droogteproblemen in het binnenland het grootst. Vooral op de hoge zandgronden in Oost en Zuid Nederland.

Actie nodig om schade binnen de perken te houden

Dirk-Siert Schoonman, bestuurslid Unie van Waterschappen: “Dit onderzoek van het KNMI onderschrijft de ervaringen van de waterschappen. We zien dat het weer steeds extremer wordt. Als we schade door droogte en watertekorten binnen de perken willen houden, dan moeten we manieren verzinnen om water langer vast te houden. In bebouwd gebied kan dit bijvoorbeeld door vergroening van wijken en tuinen te stimuleren.”

Water langer vasthouden

“In landelijk gebied werken we samen met onder andere agrariërs en natuurorganisaties aan verschillende maatregelen om water langer vast te houden”, vervogt Schoonman. “Bijvoorbeeld met aangepast peilbeheer en meer waterbergingsgebieden zodat regenwater beter kan worden opgevangen. Maatregelen om als Nederland beter voorbereid te zijn op extremer weer, zijn te vinden in het Deltaprogramma (Deltaplan Ruimtelijke Adaptatie en Deltaplan Zoetwater).”

> Nieuwsoverzicht