Waterschappen reageren op rapport Natuurmonumenten over slechte waterkwaliteit

6 maart 2025

Op 6 maart publiceerde Natuurmonumenten een rapport over de waterkwaliteit in elf natuurgebieden. De organisatie concludeert dat de natuur achteruitgaat door vervuiling en verdroging. De Unie van Waterschappen deelt de zorgen van Natuurmonumenten en herkent de noodzaak om de druk op ons watersysteem te verminderen. Waterschappen blijven investeren in het herstellen en verbeteren van het watersysteem, maar schoon en gezond water vraagt ook gezamenlijke inzet van industrie, landbouw en het Rijk om vervuiling en verdroging te voorkomen.

rapport-natuurmonumenten-waterkwaliteit

Zowel waterkwaliteit als -kwantiteit zijn belangrijke indicatoren voor de toestand van de natuur. Daarom onderzocht Natuurmonumenten hoe het ervoor staat met het oppervlaktewater en het grondwater in elf van haar natuurgebieden verspreid over het land. Verdroging, vervuiling, en verzuring bedreigen kwetsbare planten en dieren, met ernstige schade als gevolg, meldt Natuurmonumenten.

Schoon water cruciaal voor gezonde natuur

“De belangrijkste oorzaken voor de achteruitgang zijn te veel afvoer van water, grondwateronttrekkingen, uitspoeling van bestrijdingsmiddelen en meststoffen en klimaatverandering. Voor gezonde natuur en het behoud van planten en dieren is voldoende en schoon water cruciaal. Maar ook in Nederland waterland is dat geen vanzelfsprekendheid meer en dat heeft grote gevolgen,” schrijft Natuurmonumenten.

Druk op waterkwaliteit vraagt om keuzes

De Unie van Waterschappen deelt de zorgen van Natuurmonumenten over de waterkwaliteit in natuurgebieden en de effecten hiervan op de biodiversiteit. Bestuurslid Sander Mager benadrukt dat een gezond watersysteem essentieel is voor natuur en samenleving. “Elke vierkante meter in Nederland wordt intensief gebruikt, wat grote gevolgen heeft voor kwetsbare ecosystemen. Schoon water vraagt om keuzes.”

Robuust watersysteem

Sander Mager: “Voor een gezonde waterkwaliteit moeten we de natuur, de landbouw, de industrie en de drinkwatervoorziening met elkaar verbinden. Waterbeheer gaat over de toekomst van onze regio’s, over het waarborgen van leefbaarheid. Daarom pleiten we voor stevige bronaanpak, met strenger toelatingsbeleid voor nieuwe stoffen, en een mestbeleid dat in overeenstemming is met de Kaderrichtlijn Water. We moeten ervoor zorgen dat het watersysteem robuust en duurzaam is. Zodat we samen kunnen bouwen aan een leefomgeving die voor iedereen werkt.”

Gezamenlijke opgave

Waterschappen werken aan het herstel van het watersysteem, maar kunnen dit niet alleen. “Gerichte en daadkrachtige maatregelen zijn nodig om verdere verslechtering te voorkomen en verbetering in te zetten,” aldus Sander Mager. “Schoon water is van belang voor iedereen: bewoners, boeren, bedrijven, dieren en natuur.”

> Lees meer over de inzet van de waterschappen voor het verbeteren van waterkwaliteit

Waterschappen in gesprek met ministeriële commissie Economie en Natuurherstel 

5 maart 2025

Op 5 maart gingen de waterschappen samen met de provincies en de gemeenten in gesprek met de ministeriële commissie Economie en Natuurherstel over de kabinetsplannen rond stikstof en natuurherstel. De decentrale overheden stuurden aan op meer regie vanuit het Rijk en willen dat de impasse wordt doorbroken met een geborgde aanpak.

Erik den Hertog, Jeroen Haan en Meindert Smallenbroek op de fiets voor het Catshuis.

Foto: Erik den Hertog, Jeroen Haan en Meindert Smallenbroek

De decentrale overheden roepen het kabinet op om snel maatregelen te nemen om Nederland uit de stikstofimpasse te halen. De recente rechterlijke uitspraken over intern salderen en de Greenpeace-zaak hebben ertoe geleid dat vergunningverlening op grote schaal stilvalt. Dit heeft gevolgen voor duizenden bedrijven en belangrijke maatschappelijke opgaven, zoals de landbouw, wonen, energietransitie, waterveiligheid, de Kaderrichtlijn Water (KRW) en natuurherstel.   

 Vertraging en extra kosten  

Namens de Unie van Waterschappen waren voorzitter Jeroen Haan en bestuurslid Erik den Hertog bij het overleg. Verder waren aanwezig IPO, VNG, minister-president Schoof, vicepremier Hermans en de ministers Uitermark (BZK), Wiersma (LVVN), Keijzer (VRO) en Madlener (IenW). “Voor de veiligheid van Nederland is het belangrijk dat de waterschappen zonder vertraging en zonder hoge extra kosten kunnen werken aan het versterken van de dijken en aan schoon water. Daarom is een geborgde stikstofaanpak en natuurherstel heel dringend nodig. Waterschappen willen hieraan bijdragen vanuit hun verantwoordelijkheid voor het waterbeheer. Het Rijk moet tegelijk heldere keuzes maken binnen welke wettelijke, ruimtelijke en financiële kaders dit gaat gebeuren”, lichtte Erik Den Hertog toe.   

 Geborgde aanpak  

Bij het bieden van de oplossing nemen de decentrale overheden hun verantwoordelijkheid, maar stellen daarbij ook duidelijke randvoorwaarden. Zij pleiten voor een geborgd pakket aan maatregelen voor stikstofreductie en natuurherstel, zodat op voorhand natuurherstel zeker is en de vergunningverlening zo snel mogelijk weer op gang komt.

Ruimtelijke keuzes   

De waterschappen benadrukten hierbij dat er breder gekeken moet worden dan stikstof alleen om daadwerkelijk natuurherstel te kunnen realiseren. “Daarbij heeft water een belangrijke rol en de waterschappen willen daarom gebiedsgericht aan de slag met watermaatregelen, bijvoorbeeld met het tegengaan van verdroging van de natuur door flexibel waterpeilbeheer en het plaatsen van extra stuwen”, aldus Jeroen Haan. “Het vraagt echter allereerst om duidelijke ruimtelijke keuzes die het Rijk nu moet maken om niet af te wentelen op toekomstige generaties.” Deze boodschap is in lijn met de brief die de waterschappen op 10 februari stuurde aan de ministeriële commissie. Daarnaast willen de waterschappen een integrale aanpak die ook bijdraagt aan het halen van de waterkwaliteitsdoelen van de KRW.  

Vervolg   

De aanwezigen kwamen overeen om binnenkort in een vervolggesprek te bespreken wat er nodig is om uit de stikstofimpasse te komen en op korte termijn de vergunningverlening weer op gang te krijgen. 

Inspectie Leefomgeving en Transport: meer inzicht in PFAS-bronnen essentieel

18 februari 2025

De Universiteit Utrecht heeft 170 locaties met afwijkende PFAS-concentraties gevonden in het Nederlandse oppervlaktewater. Dit blijkt uit een verkenning in opdracht van de Inspectie Leefomgeving en Transport (ILT). De ILT spoort verantwoordelijke bedrijven van PFAS-vervuiling op om passende maatregelen te nemen. Voor deze verkenning is gebruikgemaakt van meetgegevens van onder andere Rijkswaterstaat en de waterschappen.



PFAS zijn schadelijke stoffen die inmiddels overal in het milieu voorkomen en helaas nauwelijks afbreken. Omdat PFAS in veel producten voorkomen en gevaarlijk kunnen zijn, houdt de ILT toezicht op het gebruik van deze stoffen. De inspectie heeft de Universiteit Utrecht gevraagd onderzoek te doen naar PFAS in het oppervlaktewater. Om zo in kaart te brengen waar PFAS-afwijkingen vandaan komen en vervuilende bronnen aan te kunnen pakken.

Onderzoek PFAS-bronnen

De Universiteit Utrecht zette een eerste stap naar de opsporing van PFAS-bronnen. Voor deze verkenning is gebruikgemaakt van meetgegevens van Rijkswaterstaat over concentraties in de Rijn en Maas en data van Nederlandse waterschappen over regionale en binnendijkse wateren tussen grofweg 2018 en 2023. In de gegevens is gezocht naar afwijkende concentraties in een poging lokale bronnen op te sporen.

Het huidige onderzoek moet volgens de ILT vooral worden gezien als een opstap naar uitgebreid vervolgonderzoek. Dit jaar doet de inspectie verder onderzoek doen naar PFAS-bronnen op basis van actuelere data, waarbij verder wordt samengewerkt met Rijkswaterstaat, waterschappen en omgevingsdiensten. Op die manier zullen bij de verantwoordelijke bedrijven passende maatregelen worden genomen.

Kraan dicht

Waterschappen komen dagelijks met PFAS in aanraking: op de rioolwaterzuiveringsinstallatie (rwzi), bij het werken aan schoon water in sloten en plassen, bij het behalen van de doelen van de Kaderrichtlijn Water (KRW), het baggeronderhoud en bij inspanningen voor een circulaire waterketen. Daarnaast krijgen waterschappen net als drinkwaterbedrijven regelmatig vragen van inwoners met zorgen over de effecten van PFAS in het water.

De waterschappen roepen het Rijk op om de PFAS-kraan dicht te draaien. Daarnaast pleiten ze voor meer inzet op het gebied van vergunningverlening, toezicht en handhaving (VTH) en een concreet actieplan om PFAS-vervuiling een halt toe te roepen.  

Lees het volledige bericht bij ILT

Opnieuw budget beschikbaar voor projecten en innovaties die bijdragen aan waterkwaliteit

13 februari 2025

Wat hebben emissieloze voeropslagen, compostthee en een erfemissiescan met elkaar gemeen? Allemaal kregen ze financiële ondersteuning vanuit het Stimuleringsbudget Emissiebeperking Open Teelten en Veehouderij.

brede sloot in weiland met koeien

Met dit budget zetten de waterschappen en STOWA zich in om de waterkwaliteit in de veehouderij en de open teelten te verbeteren. Jaarlijks is er € 280.000 beschikbaar voor projecten en initiatieven die bijdragen aan minder emissies en betere waterkwaliteit.

Een stimulans voor innovatie in de veehouderij en open teelten

Waterschappen, onderzoeksinstellingen, (koepel)organisaties én agrariërs die in samenwerking met partijen innovatieve oplossingen ontwikkelen voor het verminderen van nutriënten- en gewasbeschermingsmiddelenuitstoot, kunnen aanspraak maken op het stimuleringsbudget. Deze financiële bijdrage biedt een steuntje in de rug bij de implementatie van nieuwe technieken, onderzoek of het vertalen van opgedane kennis naar de praktijk. Daisy Bosse, secretaris van het Stimuleringsbudget: “Met deze regeling stimuleren we bewustwording en innovatie bij agrariërs. We willen laten zien dat praktische oplossingen een groot verschil kunnen maken voor de waterkwaliteit.”

Budget van € 280.000 per jaar

Het stimuleringsbudget is ingesteld voor de periode 2020-2027. Jaarlijks is er € 280.000 beschikbaar. Projecten kunnen een financiële bijdrage krijgen tot maximaal € 80.000 per jaar, met een maximum van € 200.000 per project. De bijdrage vanuit het stimuleringsbudget bedraagt maximaal 50 procent van de totale financiering van het project. De regeling richt zich op projecten en initiatieven die emissies terugdringen en bijdragen aan ecologische en chemische verbeteringen van het oppervlaktewater.

Voorbeelden uit de praktijk

  • Een pilot met een sensor-gestuurde klep voor voeropslagen, die regenwater en perssap effectief scheidt, vermindert de uitstoot van nutriënten.
  • Onderzoek naar het gebruik van compostthee in de teelt van zetmeelaardappelen om het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen te verminderen.
  • Het project ‘Grondig boeren met mais’ dat is gericht op het onder de aandacht brengen van duurzame teeltsystemen van mais doormiddel van kennisoverdracht en demonstraties.

Bekijk enkele voorbeelden van initiatieven, projecten en pilots die verder konden groeien dankzij steun van het stimuleringsbudget.

Ook een goed idee?

Heeft u een innovatief project of initiatief dat past bij de doelen van het stimuleringsbudget? Dien dan een aanvraag in! De eerstvolgende sluitingsdatum is 3 maart 2025. Meer informatie over de regeling en de voorwaarden is te vinden op deze pagina op de website van STOWA. Aanvragen worden beoordeeld door een commissie van waterschapsvertegenwoordigers.

EU-rapport onderstreept urgentie van betere waterkwaliteit in Nederland

5 februari 2025

Op 4 februari heeft de Europese Commissie een rapport gepubliceerd over de waterkwaliteit in de Europese lidstaten. Nederland komt daarin aan bod vanwege de aanhoudende belasting van oppervlaktewateren door onder andere stikstof en chemische stoffen. Het rapport benadrukt dat extra maatregelen nodig zijn om de waterkwaliteit op het vereiste niveau te brengen. De waterschappen blijven zich inzetten voor, en investeren in schoner en gezonder water. Maar voor een betere waterkwaliteit zijn ook de landbouw, industrie en het Rijk nodig.

Waterkwaliteit water koeien handhaver

De Europese Commissie waarschuwt dat veel lidstaten, waaronder Nederland, de Europese doelstellingen voor 2027 waarschijnlijk niet gaan halen. Het huidige beleid en de geplande maatregelen zijn daarvoor onvoldoende. Dit kwam ook naar voren uit de recente tussenevaluatie die het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat samen met waterschappen en provincies uitvoerde.

“Dit rapport bevestigt wat wij al langer signaleren: hoewel de waterkwaliteit de afgelopen decennia op onderdelen sterk verbeterde, lijkt die vooruitgang nu te stagneren of zelfs achteruit te gaan. Het water in Nederland is nog steeds niet voldoende schoon” zegt Sander Mager, bestuurslid bij de Unie van Waterschappen. “Samen met provincies en het Rijk werken we hard aan verbetermaatregelen. We zien dat deze maatregelen effect hebben: werken aan gezond water loont, maar er moet nog veel gebeuren om de doelen te bereiken. Voorkómen van vervuiling vraagt meer inzet.”

Wat is nodig voor betere waterkwaliteit?

De praktijk vraagt bijvoorbeeld om een KRW-proof mestbeleid, aanpak van riooloverstorten, terugdringen van industriële lozingen en het tegengaan van vervuiling door zware metalen zoals zink, koper en lood. Ook is meer aandacht nodig voor vergunningverlening, toezicht en handhaving: er moet meer geld beschikbaar komen voor de omgevingsdiensten, die toezien op lozingen van stoffen via de riolering. Verder is het belangrijk dat Nederland blijft samenwerken met buurlanden om vervuiling die via de rivieren ons land binnenkomt aan te pakken.

De Europese Commissie kan op basis van dit rapport ook aanvullende eisen aan Nederland stellen, zoals strengere regels voor lozingsvergunningen of verder ingrijpen bij mestwetgeving.

Wat doen de waterschappen?

De waterschappen blijven zich inzetten voor schoner en gezonder water en zuiveren het rioolwater steeds beter en steeds efficiënter. Daarnaast nemen talloze maatregelen voor een betere waterkwaliteit, zoals de aanleg van vistrappen en natuurvriendelijke oevers en herstel van natuurlijke beken en grondwaterstromen.  Ook de komende jaren investeren waterschappen veel in onder meer extra zuiveringsstappen voor medicijnresten en andere schadelijke stoffen.

> Lees het persbericht en het rapport op de website van de Europese Commissie

Waterkwaliteit in landbouwgebieden moet nog beter

3 februari 2025

In de helft van de Nederlandse landbouwgebieden is de waterkwaliteit in sloten en beken onvoldoende. Het mestbeleid heeft vanaf 1986 wel tot verbetering geleid, maar de dalende trends lijken af te zwakken en daarom zijn verdere maatregelen nodig. Deze conclusies trekt de Unie van Waterschappen na onderzoek dat kennisinstituut Deltares heeft gepubliceerd.

waterkwaliteit-landbouwgebieden-unie-van-waterschappen

Te hoge concentraties

Samen met de waterschappen heeft Deltares gegevens tot en met 2023 over de nutriënten fosfor en stikstof in het water verzameld op 172 meetlocaties. De gekozen locaties liggen in waterlopen waar meststoffen uit de landbouw de grootste invloed hebben. Voor zowel stikstof als fosfor blijkt dat de gemeten concentraties op ongeveer de helft van die locaties te hoog zijn. In een ongunstig jaar voldoet slechts een kwart van de sloten en beken aan de milieueisen.

Verbetering van waterkwaliteit zwakt af

Het overschot aan stikstof en fosfor in het oppervlaktewater kan leiden tot giftige algenbloei, vissterfte en een afnemende biodiversiteit. De geselecteerde meetlocaties met een voldoende lange meetreeks (145 locaties) laten een langzame verbetering van de waterkwaliteit zien. Het gevoerde mestbeleid heeft dus effect, maar de dalende trends lijken in de meer recentere jaren af te zwakken. In een aantal wateren blijkt uit de trend dat de waterkwaliteit zelfs achteruitgaat en op de helft van de locaties voldoen de concentraties nog niet aan de gestelde doelen.

Weersomstandigheden vaak negatieve invloed

Deltares heeft op basis van de meetreeksen ook een aantal extra analyses uitgevoerd. Hieruit komt onder meer naar voren dat extreem natte condities in de zomer voor hogere nutriëntenconcentraties in oppervlaktewater in landbouwgebieden zorgen. Een ander opvallend resultaat was een versnelde opwarming van het water sinds ongeveer 2012. Warmer water is gevoeliger voor meststoffen doordat er eerder algenbloei en zuurstofloosheid ontstaat. Waterkwaliteit moet dan ook onder alle weersomstandigheden aan de norm voldoen.

Extra maatregelen nodig

Watervervuiling door mest vanuit de landbouw moet structureel aangepakt worden. Dit vraagt om regie op mestbeleid door het Rijk en om dit te verbinden met de aanpak om de doelstellingen van de Kaderrichtlijn Water te behalen. Het ministerie van Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur moet dit jaar maatregelen opnemen in het achtste actieprogramma nitraatrichtlijn om te voorkomen dat nutriënten in het water terecht komen.

Gezonde leefomgeving en toekomstbestendige landbouw

Goede uitvoering door de landbouw is nodig en meer toezicht en handhaving leidt tot betere naleving. Deze extra maatregelen zijn nodig voor een gezonde leefomgeving met goede waterkwaliteit voor mens en milieu en een toekomstbestendige landbouw.

> Bekijk de rapportage van Deltares: Meetnet Nutriënten Landbouw Specifiek Oppervlaktewater: toestand en trends tot en met 2023

> Bekijk de factsheet MNLSO

Tweede Kamerlid Mpanzu Bamenga (D66) bezoekt waterschap Aa en Maas

31 januari 2025

Tijdens een werkbezoek op 31 januari aan waterschap Aa en Maas liet Tweede Kamerlid Mpanzu Bamenga (D66) zich bijpraten over het thema waterkwaliteit. Kamerlid Bamenga en zijn beleidsmedewerker Doris Huitink werden door dijkgraaf Mario Jacobs ontvangen op de rioolwaterzuivering Den Bosch.



Op de foto v.l.n.r. Edwin Hes, Doris Huitink, Tessa Maas, Mpanzu Bamenga en Mario Jacobs.

Het bezoek kreeg uitleg over de Kaderrichtlijn Water en de waterkwaliteitsdoelen voor 2027. Beleidsadviseur Edwin Hes vertelde welke concrete acties waterschap Aa en Maas onderneemt om de waterkwaliteit te verbeteren in de 52 waterlopen die het in beheer heeft. Bijvoorbeeld door beken te herinrichten, waterlopen meer te laten meanderen en ruimte te geven, zodat het planten- en dierenleven zich kan herstellen.

Samenwerking

Samen met bedrijven kijkt het waterschap welke stoffen er nu geloosd worden die slecht zijn voor de waterkwaliteit, zodat deze niet meer in het oppervlaktewater terechtkomen. Dit vraagt om een goede samenwerking tussen overheden, bedrijven en milieu- en natuurorganisaties.  

Medicijnresten

Daarna volgde een rondleiding over de rioolwaterzuivering (rwzi) Den Bosch. Het is een van de zeven zuiveringsinstallaties van Aa en Maas. Hier zuivert Aa en Maas dagelijks 40.000 kubieke meter afvalwater. Een van de uitdagingen die aan bod kwamen, was het verwijderen van medicijnresten.

Waterfabriek

Het bezoek kreeg ook een toelichting op een pilot die Aa en Maas samen met andere waterschappen uitvoert: de Waterfabriek. Gezuiverd rioolwater uit de rwzi wordt ingezet voor glastuinbouw of als proceswater voor de industrie. Hergebruik van gezuiverd restwater (effluent) is een antwoord op het slinken van de grondwatervoorraad die onder Brabant verborgen ligt en nu wordt aangewend voor drinkwater.

Werkbezoeken

De Unie van Waterschappen organiseert regelmatig werkbezoeken voor Kamerleden. Deze zijn bedoeld om inzicht te geven in actuele onderwerpen en de uitdagingen en belangen van de waterschappen goed op de politieke agenda te zetten.

Waterschappen brengen aandachtspunten in voor commissiedebat Water

3 februari 2025

Op 26 maart is het jaarlijkse commissiedebat Water in de Tweede Kamer. De waterschappen brengen in aanloop naar dit debat een aantal belangrijke aandachtspunten naar voren, gericht op waterkwaliteit en waterveiligheid.

rioolwaterzuivering vanuit de lucht gefotografeerd

Waterkwaliteit

De waterschappen blijven zich inzetten voor en investeren in schoner en gezonder water en nemen veel maatregelen voor de verbetering van de waterkwaliteit. Bijvoorbeeld door investeringen in extra zuiveringsstappen voor medicijnresten en andere schadelijke stoffen bij de zuiveringsinstallaties.

Naast de eigen inzet van de waterschappen zijn er extra inspanningen nodig om verdere verbeteringen te realiseren. Het huidige beleid en de geplande maatregelen zijn onvoldoende om alle KRW-doelen in 2027 te halen. Waterschappen pleiten onder andere voor:

  • Bronaanpak met strenger toelatingsbeleid voor stoffen.
  • Duidelijke normen voor stoffen, zodat bedrijven en vergunningverleners beter weten waar ze aan toe zijn.
  • Investeringen in toezicht en handhaving tegen giflozingen.
  • Een landbouwbeleid dat aansluit bij de KRW-doelen.

Waterveiligheid

Naast het beheer en onderhoud aan dijken werken de waterschappen samen met het Rijk aan de grootste Nederlandse dijkversterkingsoperatie sinds de Deltawerken: het Hoogwaterbeschermingsprogramma (HWBP). De waterschappen willen € 1,25 miljard extra investeren in het op koers houden van deze Nederlandse dijkversterkingen. Voorwaarde daarvoor is dat alliantiepartner het Rijk ook € 1,25 miljard extra investeert en het Rijksdeel in de Voorjaarsnota 2025 beschikbaar komt. Het gaat om projecten die in de periode 2030-2036 in uitvoering gaan.

Ook afspraken over de lange termijn, tot en met 2050, zijn nodig. Dijken zullen in de toekomst hoger en breder moeten worden. Dat gaat veel ruimte en geld kosten. De waterschappen pleiten daarom voor een langetermijnperspectief en een tijdige verhoging van het Deltafonds. De waterschappen vragen daarom om:

  • Om commitment en de extra middelen voor de € 1,25 miljard investering van het Rijk in de periode 2030 – 2036 verder te concretiseren en om in de Voorjaarsnota 2025 aan te geven hoe deze middelen beschikbaar komen.
  • Een langetermijnperspectief voor waterveiligheid, inclusief duidelijkheid over tempo, kosten voor de opgaven tot 2050 en vernieuwde afspraken over effectiever en efficiënter werken in de alliantie.

Samenwerking noodzakelijk

Waterschappen kunnen deze uitdagingen niet alleen aanpakken. Samenwerking met landbouw, industrie, inwoners en het Rijk is essentieel om waterveiligheid en -kwaliteit te waarborgen.

> bekijk de volledige inbreng voor het commissiedebat Water
> meer informatie over waterkwaliteit
> meer informatie over waterveiligheid

Eerste Kamer stelt vragen over metingen Nederlandse waterkwaliteit

24 januari 2025

Op 21 januari heeft Eerste Kamerlid Dessing (FVD) vragen gesteld aan de minister van Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur en de minister van Infrastructuur en Waterstaat. De vragen hebben betrekking op de manier waarop de Nederlandse waterkwaliteit wordt gemeten.

Waterkwaliteit water koeien handhaver

Dessing stelt in totaal zestien vragen aan de ministers, onder meer over wijzigingen in de gehanteerde meetsystematiek als het gaat om waterkwaliteit. Ook het one out, all out-principe komt in de vragen aan bod. Lees alle ingediende vragen van Kamerlid Dessing.

Wat vindt de Unie van Waterschappen?

De Unie van Waterschappen vindt dat de kwaliteit van het Nederlandse oppervlaktewater moet worden verbeterd. Daar zijn de waterschappen op allerlei manieren mee bezig. Een goede kwaliteit van het water in sloten en plassen is van levensbelang.

Niet alleen voor de gezondheid van de mens, maar ook van de natuur. Waterschappen hebben de afgelopen jaren veel geïnvesteerd in het verbeteren van de waterkwaliteit. Ze blijven hier hard aan werken, maar ook landbouw, industrie, het Rijk en inwoners zijn aan zet.

> Lees meer over Waterkwaliteit

Goed nieuws voor waterschappen in tweeminutendebat Gewasbeschermingsmiddelen

23 december 2024

In het tweeminutendebat Gewasbeschermingsmiddelen van donderdag 19 december werden verschillende vragen gesteld en twee moties ingediend in het belang van het verbeteren van de waterkwaliteit.

gewas-gewasbescherming-inbreng

Wet gewasbeschermingsmiddelen opnieuw ingediend

Eerder deze maand werd het wetsvoorstel voor het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen buiten de land- en tuinbouw ingetrokken. Op de vraag van Kamerlid Laura Bromet (GroenLinks-PvdA) naar het alternatief van deze wet, zei staatssecretaris Jansen (Openbaar Vervoer en Milieu) dat hij het oorspronkelijke wetsvoorstel binnenkort opnieuw indient bij de Kamer. Dat is goed nieuws voor de waterschappen. Ze pleiten voor een spoedige behandeling van deze wet, zodat die snel van kracht wordt.

Motie prioriteit verbeteren waterkwaliteit

Een motie die de BBB indiende in het tweeminutendebat werd aangenomen. Ze vragen hierin om samen met het Nederlands Agrarisch Jongeren Kontakt (NAJK) en boeren- en tuindersorganisatie LTO prioriteit te geven aan het verbetering van de waterkwaliteit. Hiervoor ligt al een plan van aanpak. Met de motie willen de Kamerleden dit zo snel mogelijk in uitvoering brengen.

De waterschappen zijn op de hoogte van het plan van aanpak en werken steeds meer samen met de sector in gebiedsgerichte trajecten. Waterschappen kennen de situatie in hun beheergebied goed, weten op welke plekken normoverschrijdingen het grootst zijn en kunnen hun kennis inbrengen.

Motie onderzoek glyfosaat in rwzi’s

Ook een motie van de PVV, om de bron van glyfosaat in de Nederlandse rioolwaterzuiveringsinstallaties (rwzi’s) te onderzoeken, werd aangenomen. Het onderzoek ligt in lijn met de bronaanpak waarvoor de waterschappen pleiten.

> Lees meer over het standpunt van de waterschappen op het gebied van rwzi’s

Gewasbeschermingsmiddelen en KRW

Kamerlid Pieter Grinwis (ChristenUnie) vroeg in het Tweeminutendebat hoe het nu staat met de uitvoering van zijn motie over de toelating van gewasbeschermingsmiddelen en de Kaderrichtlijn Water (KRW). Minister Wiersma  (LVVN) gaf aan dat zij hierover in gesprek is.

Deze gesprekken lopen al een tijd. De waterschappen willen meer tempo, zodat het juridisch mogelijk wordt om het toelatingsbeleid van het Ctgb (College voor de toelating van gewasbeschermingsmiddelen en biociden) meer aan te laten sluiten op de normen van de KRW. Het doeljaar van de KRW, 2027, nadert snel.

> Lees het standpunt van de waterschappen over gewasbeschermingsmiddelen