Eerste Kamer stemt in met nieuwe manier van vaststelling verkiezingsuitslagen

14 juni 2022

Op 14 juni heeft de Eerste Kamer de Wet nieuwe procedure vaststelling verkiezingsuitslagen aangenomen. Dit wetsvoorstel wijzigt de Kieswet en introduceert een nieuwe manier voor het vaststellen van verkiezingsuitslagen. De Tweede Kamer stemde op 22 maart al voor de wet.



De nieuwe procedure maakt de vaststelling van verkiezingsuitslagen transparanter en beter controleerbaar. Ook zijn fouten in het telproces sneller gevonden en hersteld.

Waterschapsverkiezingen

De wet heeft een paar belangrijke gevolgen voor de waterschapsverkiezingen in maart volgend jaar.

Centraal tellen

Met dit wetsvoorstel wordt voor de gemeentes juridisch geregeld dat ze centraal mogen tellen. Dat houdt in dat alle uitgebrachte stemmen naar 1 plek worden gebracht waar de stemmen worden geteld. Tot nu toe werden de stemmen op het stembureau geteld.

Verlenging termijn

De termijn tussen de dag van stemming en het aftreden van zittende leden van het gekozen orgaan wordt verlengd: van 8 naar 14 dagen. Voor de waterschappen betekent dit dat het ‘oude’ algemeen bestuur een week langer in functie blijft.

Terugkoppeling commissie bestuurszaken, communicatie en financiën

22 november 2021

Op 12 november kwam de Uniecommissie Bestuurszaken, Communicatie en Financiën (CBCF) van de Unie van Waterschappen digitaal bij elkaar. Een korte samenvatting van de hoofdpunten.

Bootje gevouwen van een 100 euro biljet

Vergoeding kosten Wet open overheid

De CBCF heeft positief geadviseerd op het voorstel Vergoeding kosten Wet open overheid (Woo). De Wet open overheid vervangt de huidige Wet openbaarheid van bestuur en treedt naar verwachting volgend jaar 1 mei in werking. De waterschappen krijgen na overleg van de Unie met het Rijk compensatie voor zowel de incidentele implementatiekosten als de extra structurele kosten die het gevolg zijn van de Woo. De toezegging bedraagt over de jaren 2022-2027 € 23,5 miljoen. Bij instemming door de Ledenvergadering met het voorstel zouden de eerste middelen in 2022 kunnen worden uitbetaald.

Het is de bedoeling dat de waterschappen bij deze implementatie worden ondersteund vanuit het Waterschapshuis (hWh). Hiervoor is van de totale toezegging € 375.000 gereserveerd. De CBCF zal bij goedkeuring door de Ledenvergadering hWh opdracht geven het plan te gaan ontwikkelen en uitvoeren. hWh zal hier vervolgens mee aan de slag gaan.

Besproken in de commissie

In de commissie is verder gesproken over:

  • de lastenontwikkeling van de waterschappen in 2022, waarover een persbericht is uitgegaan;
  • de compensatie van het Rijk voor gederfde belastingopbrengsten over het jaar 2021;
  • de kostenvergoeding van het Rijk i.v.m. de kindertoeslagaffaire;
  • de schuldpositie van de waterschappen n.a.v. radio-uitzendingen van het programma Argos en artikelen in de Groene Amsterdammer.

Sessie Omgevingswet

Na afloop van de vergadering in de commissie in een aparte sessie bijgepraat over de stand van zaken voor de waterschappen m.b.t. de Omgevingswet i.r.t. andere overheden. Het beeld is dat de waterschappen goed op koers liggen richting de implementatie op 1 juli 2022.

> Volledige agenda en stukken van deze vergadering

Extra bijeenkomst Commissie Waterkeringen over stabiliteit HWBP

13 december 2021

De Uniecommissie Waterkeringen (CWK) is op 3 december een keer extra bij elkaar gekomen. Er is gesproken over 2 adviezen over de stabiliteit van het Hoogwaterbeschermingsprogramma (HWBP).



De bestuurlijke werkgroep Stabiliteit en de Adviesraad werkten dit jaar aan deze adviezen om de aanhoudende instabiliteit en onvoorspelbaarheid in de uitvoering van het HWBP aan te pakken.

Adviezen

Het advies van de bestuurlijke werkgroep Stabiliteit gaat in op onder meer flexibeler programmeren, bestuurlijk meer sturen op tijd en geld, risico’s meer zelf dragen bij vertragingen, vergroten voorspelbaarheid van de solidariteitsbijdragen, en meer investeren aan de voorkant van een project.
Het advies van de Adviesraad gaat in op onder andere doorgroeien naar een gezamenlijke gedragen programmasturing, een meer gemeenschappelijke toon in communicatie en meer kennisuitwisseling.

Goede kwaliteit

De CWK is blij met de kwaliteit van de adviezen. De problematiek en de gegeven adviezen zijn duidelijk doorleefd. De commissie heeft beide adviezen omarmd, ondanks enkele kanttekeningen.

Eén ontwikkelagenda

De commissie adviseert om één ontwikkelagenda te maken voor beide adviezen. Daarin moet een deel gericht zijn op de korte termijn (optimalisatie) en een deel op de lange termijn (transformatie). De ontwikkelagenda bevat dan ook een verdiepingsslag en concretisering, waaronder het in beeld brengen van de impact. In de ontwikkelagenda staat ook het vervolgproces: wie doet wat? De vorm volgt daarbij de inhoud van de agenda.

Bestuurlijk en ambtelijk

Het is noodzakelijk om onderscheid te maken tussen de bestuurlijke tafel en de ambtelijke tafel, en tussen wat de waterschappen zelf moeten doen en wat de alliantie samen moeten doen. De CWK roept op om bij de uitwerking zoveel mogelijk gebruik te maken van de reguliere overlegvormen.

Rondetafel geborgde zetels geeft inzicht in standpunten wetsvoorstel

18 november 2021

Op 18 november was er in de Tweede Kamer een rondetafelgesprek over de Wet democratisering waterschappen, een initiatiefwetsvoorstel van Laura Bromet (GroenLinks) en Tjeerd de Groot (D66). Het gesprek gaf inzicht in de verschillende standpunten van direct betrokkenen.

Bestuurszaken

In 2 blokken van elk 1 uur konden de genodigde sprekers hun visie op het wetsvoorstel geven en Kamerleden konden vragen stellen aan de sprekers.

Adviescommissie geborgde zetels

Het eerste blok stond in het teken van de huidige bestuurlijke organisatie van het waterschapsbestuur.  Jan Boelhouwer, voorzitter van de Adviescommissie geborgde zetels bij waterschapsbesturen ging in op het advies van de commissie die pleit voor het afschaffen van geborgde zetels. Als daar geen Kamermeerderheid voor is, dan adviseert hij de rol van de provincies te wijzigen bij het vaststellen van het zetelaantal van het aantal AB-leden. Daarnaast benadrukte hij dat we vertrouwen moeten hebben in de gekozen waterschapsbestuurders. Zo is er nog nooit aanleiding geweest bij de provincies om in te grijpen in democratisch tot stand gekomen besluiten.

Centre for Water, Oceans and Sustainability Law

Marleen van Rijswick van de Universiteit Utrecht (Centre for Water, Oceans and Sustainability Law) vindt dat geborgde zetels niet ondemocratisch zijn, wat een veelgehoord argument tegen deze zetels is. Van Rijswick vindt dat verbeteringen in de democratische legitimatie wel mogelijk zijn, maar dat daarvoor het afschaffen van de geborgde zetels niet per se noodzakelijk is. Ook vindt ze dat er eerst een discussie gevoerd moet worden over de waterschapstaken voordat er gepraat wordt over de democratische legitimatie.

Unie van Waterschappen

Als laatste spreker van dit blok legde Rogier van der Sande, voorzitter van de Unie van Waterschappen, uit dat er niet één waterschapsstandpunt is over de geborgde zetels. Dat heeft te maken met de samenstelling van de achterban. Hij benadrukte het belang van tijdige duidelijkheid over de uitkomst van het wetsvoorstel met het oog op de organisatie van de waterschapsverkiezingen in maart 2023.

Chris Stoffer (SGP) wilde van de Unie van Waterschappen weten of er ook tussengeluiden zijn in de achterban. Eva van Esch (PvdD) vroeg zich af of het werk van de waterschappen verbreed is.

LTO

In het tweede blok kwamen waterschapsbestuurders uit de verschillende geledingen aan het woord. Zo bracht Siem-Jan Schenk van LTO naar voren dat geborgde zetels ervoor zorgen dat diverse belangen aan tafel zitten, zowel vanuit de landbouw, de natuur en de bedrijven. Als gebruiker van grond hebben boeren en natuur grote belangen bij goed waterbeheer. Via een stelsel van lijsten van politieke partijen is dat niet gegarandeerd, zo stelt Schenk.

Vereniging van Bos- en Natuurterreineigenaren

Vera Dalm van de Vereniging van Bos- en Natuurterreineigenaren (VBNE) lichtte in haar bijdrage toe dat er niet één standpunt is over de geborgde zetels binnen de vereniging. Zo wil Natuurmonumenten af van de geborgde zetels terwijl de Federatie Particulier Grondbezit de zetels wil behouden. Wel is de VBNE eenduidig over de aantallen geborgde zetels voor natuur. Deze staan niet in verhouding tot de omvang van de natuur in Nederland.

Nederlandse Vereniging van Waterschapsbestuurders

Breun Breunissen van de Nederlandse Vereniging van Waterschapsbestuurders namens bedrijven (NVWB) pleitte voor het behoud van de geborgde zetels in de waterschappen. Het voorstel ondergraaft volgens hem het functionele karakter van het waterschap en doet geen recht aan de grote belangen en de meerwaarde, zowel inhoudelijk als financieel, van het bedrijfsleven bij het waterschap.

Water Natuurlijk

Tenslotte bracht Tieneke Clevering van Water Natuurlijk naar voren dat geborgde zetels overbodig zijn. Zij stelde dat gekozen vertegenwoordigers voldoende in staat zijn om aandacht te hebben voor specifieke deelbelangen, zonder dat zij het bredere algemeen belang uit het oog verliezen. Ook is de huidige structuur volgens haar moeilijk uit te leggen aan kiezers. Geborgde zetels vormen voor de meeste kiezers een onbegrijpelijk fenomeen.

Kamerleden gebruiken de bijdragen van de rondetafel bij de verdere behandeling van het wetsvoorstel. Op 23 november kunnen Kamerleden schriftelijke inbreng leveren op het wetsvoorstel.

Tweede Kamer akkoord met wetsvoorstel versterking decentrale rekenkamers

1 juni 2022

Op 31 mei is de Tweede Kamer akkoord gegaan met het wetsvoorstel versterking decentrale rekenkamers. Tijdens een debat met minister Bruins Slot van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties op 25 mei spraken vrijwel alle fracties hun steun al uit voor het wetsvoorstel. Met het wetsvoorstel worden waterschappen en gemeenten verplicht tot het instellen van onafhankelijke, volledig extern samengestelde rekenkamers.



Geen steun voor ruimte algemeen bestuur bij inrichting rekenkamer

De waterschappen waren voorstander van een model waarin het algemeen bestuur de mogelijkheid heeft om de rekenkamer naar eigen behoefte in te richten. Tijdens het debat bleek echter al weinig steun te zijn voor dit amendement. Behalve het CDA hielden alle aanwezige partijen vast aan het verplicht instellen van een onafhankelijke, volledig extern samengestelde rekenkamer. Naar hun oordeel wordt juist daarmee een impuls gegeven aan een meer onafhankelijke controle op de doeltreffendheid, doelmatigheid en rechtmatigheid van de uitgaven. De Tweede Kamer heeft het amendement dan ook niet overgenomen.

Wel heeft de Tweede Kamer een amendement aangenomen waarmee de bevoegdheid van de rekenkamer is vergroot. De bevoegdheid om onderzoek te verrichten naar het door het bestuur gevoerde bestuur moet ruim worden opgevat. Het gaat om beleidsvoorbereiding, -vorming, -vaststelling, -uitvoering en -effecten, maar ook het functioneren van de (ondersteunende) ambtelijke en politieke organisatie.

Rechtmatigheidsverantwoording

Het wetsvoorstel kent naast de rekenkamers nog een tweede onderdeel. Voortaan is er sprake van een rechtmatigheidsverantwoording. Dat betekent dat de dagelijkse besturen van de waterschappen zelf een verklaring afleggen over de vraag of de in de jaarrekening opgenomen financiële feiten in overeenstemming met de daarvoor geldende regelgeving tot stand zijn gekomen. Tot dat moment is het aan de accountant om deze verklaring bij de jaarrekening te geven. Met het aannemen van het wetsvoorstel door de Tweede Kamer worden waterschappen verplicht dit instrument in te voeren. De waterschappen willen wel voldoende voorbereidingstijd om het instrument in te voeren. Als ingangsdatum hebben zij het verslagjaar 2025 genoemd.

Eerste Kamer

Het is nu aan de Eerste Kamer om zich definitief uit te spreken over beide onderdelen van het wetsvoorstel. Als de Eerste Kamer met het wetsvoorstel instemt, wordt het definitief.

> Lees meer over het debat van 25 mei 2022

Wetsvoorstel geborgde zetels gewijzigd aangenomen in Tweede Kamer

31 mei 2022

Op 31 mei werd in de Tweede Kamer gestemd over het initiatiefwetsvoorstel van GroenLinks en D66 over de geborgde zetels bij de waterschappen. Het wetsvoorstel werd aangenomen inclusief een nieuw amendement van de ChristenUnie.



De uitkomst is dat de geborgde zetels beperkt worden tot 2 voor ongebouwd en 2 voor natuur. Bedrijven krijgen geen geborgde zetels meer. Ook krijgen geborgden niet meer standaard een plek in het dagelijks bestuur van een waterschap.

Amendementen

Na de plenaire behandeling op 18 mei en het eerdere amendement van de ChristenUnie en JA21 is er overleg geweest. Het eerdere amendement beperkte de geborgde zetels tot 2 per categorie (ongebouwd, bedrijven en natuur) en schrapte de verplichte zetel voor de geborgden in het dagelijks bestuur. Nieuw overleg tussen ChristenUnie en de initiatiefnemers leidde tot het nieuwe amendement.

Provinciale reglementen

In verband met de waterschapsverkiezingen van maart 2023 moet tijdig duidelijk zijn of er wijzigingen in de provinciale reglementen zijn. Het is niet uit te sluiten dat de provincies hun reglementen niet op tijd kunnen aanpassen. Daarom staat in het amendement een overgangstermijn voor deze aanpassing: de omvang van het Algemeen Bestuur van een waterschap blijft gelijk als de provincies het reglement niet voor 1 januari 2023 opnieuw hebben vastgesteld.

Motie over ingangsdatum

De eerder ingediende motie van de VVD die bepaalt dat de nieuwe situatie pas ingaat na de waterschapsverkiezingen van 2023 werd verworpen.

Waterschappen: meer geld en aandacht voor klimaatadaptatie

17 november 2021

Voor het wetgevingsoverleg Water van de Tweede Kamercommissie Infrastructuur en Waterstaat van 22 november vragen de waterschappen meer aandacht voor klimaatadaptatie. Ook delen ze hun zorgen over de huidige waterkwaliteitsaanpak. Daarnaast vragen de waterschappen de Kamerleden om de minister aan te sporen een besluit te nemen over het belastingstelsel van de waterschappen.



Op 22 november komt de commissie voor Infrastructuur en Waterstaat samen om de wateronderwerpen van de begroting IenW te bespreken.

Meer aandacht en geld nodig voor klimaatadaptatie

De waterschappen vragen allereerst meer aandacht voor klimaatadaptatie. Zij roepen op tot een versnelde aanpak voor klimaatadaptatie en structurele financiering voor het opvangen van de gevolgen van de klimaatverandering. Als die versnelling uitblijft, kan de potentiële schade door wateroverlast, hitte en droogte oplopen tot 174 miljoen euro in 2050.

Zorgen over waterkwaliteitsaanpak

De waterschappen vragen ook aandacht voor de waterkwaliteit. In landbouwgebieden is de kwaliteit van het oppervlaktewater nog onvoldoende om in 2027 de doelen van de Europese Kaderrichtlijn Water te halen. Ook voldoet Nederland niet aan de voorschriften van de Europese Nitraatrichtlijn. De waterschappen zijn daar bezorgd over. Om in 2027 de doelen van de Kaderrichtlijn Water en de Nitraatrichtlijn te halen, is een aanvullend maatregelenpakket nodig.

Meer inzicht in PFAS-lozingen

Ook PFAS heeft invloed op de waterkwaliteit. Uit onderzoek naar PFAS op de rioolwaterzuiveringen blijkt dat er via indirecte lozingen PFAS op de zuiveringen terecht komt. De inzet van de Omgevingsdiensten is nodig om inzicht te krijgen in waar die PFAS vandaag komt. Ook moeten de diensten voorkomen dat PFAS via lozingen op de zuiveringen terecht komt. Ze moeten dus voldoende middelen krijgen om hun taak goed uit te kunnen voeren.

Keuzes nodig over belastingstelsel

Tot slot vragen de waterschappen aandacht voor de aanpassing van het belastingstelsel van de waterschappen. In december 2020 hebben de waterschappen een voorstel voor de aanpassing van dat stelsel aangeboden aan de minister van Infrastructuur en Waterstaat. Dit voorstel zorgt er onder meer voor dat er voor alle belastingbetalers een gelijkmatige tariefontwikkeling ontstaat. Op één onderdeel van de voorstellen heeft een stakeholder, VNO-NCW, kritiek. Hierdoor loopt het hele proces vertraging op. De waterschappen vragen de minister daarom om keuzes te maken over het vervolgtraject.

Lees hier de hele inbreng

Wetgevingsoverleg Water

Wetsvoorstel Wet adviescollege rechtspositie politieke ambtsdragers door Eerste Kamer

16 november 2021

De Eerste Kamer heeft het wetsvoorstel Wet adviescollege rechtspositie politieke ambtsdragers op 16 november als hamerstuk afgedaan. Het wetsvoorstel stelt een permanent college in dat adviseert over de rechtspositie van politieke ambtsdragers.



Wel vroegen PVV, PvdD, SP en Fractie Otten om een zogenaamde aantekening. Dit betekent dat als er gestemd zou zijn, zij tegen zouden hebben gestemd.

Snelle afhandeling

De Unie van Waterschappen en het Interprovinciaal Overleg zijn blij met de snelle afhandeling van het wetsvoorstel. Zij hadden bij de Eerste Kamercommissie aangedrongen op een snelle plenaire afhandeling, zodat het adviescollege aan de slag kan.

Vergoeding

Het vraagstuk van de hoogte van de vergoeding voor Statenleden en algemeen bestuursleden van de waterschappen is het eerste adviesonderwerp van het Adviescollege rechtspositie politieke ambtsdragers.

Waterschapsverkiezingen

De minister wil voor medio 2022 duidelijkheid bieden over deze vergoedingen. Met het oog op de werving van nieuwe kandidaten voor de komende Provinciale Staten- en waterschapsverkiezingen in maart 2023 zijn provincies en waterschappen blij met deze timing van de minister.

Wet adviescollege rechtspositie politieke ambtsdragers

Kamer steunt wetsvoorstel versterking decentrale rekenkamers

27 mei 2022

Tijdens een debat met minister Bruins Slot van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties op 25 mei spraken vrijwel alle fracties hun steun uit voor het Wetsvoorstel versterking decentrale rekenkamers. Op grond van het debat verwacht de Unie van Waterschappen dat de Kamer op 31 mei akkoord gaat met het wetsvoorstel.



Als daarna ook de Eerste Kamer met het wetsvoorstel instemt, worden waterschappen en gemeenten verplicht tot het instellen van onafhankelijke, volledig extern samengestelde rekenkamers.

Unie pleit voor ruimte voor algemeen bestuur bij inrichting rekenkamer

De waterschappen zijn voorstander van een model waarin het algemeen bestuur de mogelijkheid heeft om de rekenkamer naar eigen behoefte in te richten. Dat had de Unie voorafgaand aan het debat samen met de Vereniging van Nederlandse Gemeenten, de Vereniging van gemeenteraadsleden en de Vereniging van gemeentegriffiers bij de Tweede Kamer ingebracht. Het CDA had al eerder een amendement met deze strekking bij de Tweede Kamer ingediend.

Weinig steun in de Kamer

Tijdens het debat bleek er echter weinig steun te zijn voor dit amendement. Alle aanwezige partijen behalve het CDA hielden vast aan het verplicht instellen van een onafhankelijke, volledig extern samengestelde rekenkamer. Naar hun oordeel wordt juist daarmee een impuls gegeven aan meer onafhankelijke controle op de doeltreffendheid, doelmatigheid en rechtmatigheid van de uitgaven.

Minister overlegt met Unie over invoeringsdatum voor waterschappen

De Unie pleit er ook voor om 1 januari 2024 als datum te kiezen waarop de waterschappen een rekenkamer moeten hebben. In maart 2023 zijn er immers waterschapsverkiezingen. Als de verplichting voor de waterschappen op 1 januari 2024 gaat gelden, kan het nieuwe algemeen bestuur zich uitspreken over de samenstelling van de rekenkamer die haar gaat ondersteunen. Minister Bruins Slot zegde tijdens het debat toe dat zij in overleg met de Unie treedt over een voor de waterschappen passende invoeringsdatum.

Ondersteuning bij de invoering en voldoende budget voor de rekenkamer

De Tweede Kamer heeft de minister gevraagd veel aandacht te besteden aan goede ondersteuning van de waterschappen en gemeentes bij de implementatie van de wet. Ook zeiden vrijwel alle fracties dat er voldoende budget voor de rekenkamer moet zijn om het werk goed te kunnen doen. De minister zegde toe te onderzoeken wat een reëel jaarlijks budget is voor een rekenkamer in samenhang met de grootte van een organisatie. In het geval van de waterschappen bepaalt het algemeen bestuur de hoogte van het budget. Maar de minister stelt hiervoor naar verwachting een kader op. Een ander punt dat veel werd genoemd was de opvolging van de adviezen die de rekenkamer aan de gemeenteraad of het algemeen bestuur geeft.

Rechtmatigheidsverantwoording

Het wetsvoorstel kent naast de rekenkamers nog een tweede onderdeel. Als het wetsvoorstel wordt aangenomen, is er voortaan sprake van een rechtmatigheidsverantwoording. Dat betekent dat de dagelijkse besturen van de waterschappen zelf een verklaring afleggen over de vraag of de in de jaarrekening opgenomen financiële feiten in overeenstemming met de daarvoor geldende regelgeving tot stand zijn gekomen. Tot dat moment is het aan de accountant om deze verklaring bij de jaarrekening te geven.

Eerste Kamer

Tijdens het debat in de Tweede Kamer is dit onderdeel van het wetsvoorstel niet aan de orde geweest. Maar als de Tweede Kamer met het wetsvoorstel instemt, geldt ook voor dit punt dat het aan de Eerste Kamer is om zich daar definitief over uit te spreken. De Unie heeft al in 2020 aangegeven dat de waterschappen dit instrument onderschrijven. De waterschappen willen wel voldoende voorbereidingstijd om het instrument in te voeren. Als ingangsdatum hebben zij het verslagjaar 2025 genoemd.

> Lees de inbreng

Tweede Kamer bevraagt betrokkenen watercrisis Limburg

11 november 2021

Op 11 november werden tijdens een rondetafelgesprek in de Tweede Kamer over de overstromingen in Zuid-Nederland van afgelopen zomer diverse invalshoeken van deze ingrijpende gebeurtenis belicht. De Commissie IenW van de Tweede Kamer organiseerde de rondetafel om inzicht te krijgen in de vele aspecten van de wateroverlast.

hoogwater

Tijdens het rondetafelgesprek vertelde een boerin en een horecaondernemer hoe zij getroffen zijn door de overstromingen. Ook werd er ingegaan op de schadeafhandeling door het Verbond van Verzekeraars en kwam een hoogleraar Verzekeringsrecht aan het woord.

Meer aandacht voor klimaatadaptatie

In het deel over de bestuurlijke aanpak bracht Josette van Wersch, dagelijks bestuurslid van waterschap Limburg, naar voren dat de watersnood van een ongekende omvang was. Aanvullende maatregelen zijn daarom nodig. Ze pleitte hierbij voor meer ruimte voor de beken. Van Wersch ziet dat het Rijk inzet op klimaatmitigatie, waar pas over jaren de effecten zichtbaar van zijn. Terwijl we nu al geconfronteerd worden met de gevolgen van klimaatverandering. “Er moet meer aandacht komen voor klimaatadaptatie. Limburg is een dalenlandschap, dus we moeten ook kijken naar anders bouwen,” aldus Van Wersch.

Ruimte voor de beken

Kamerlid Tjeerd de Groot (D66) stelde het waterschap een vraag over de uitbreiding van het Hoogwaterbeschermingsprogramma voor de beken. Van Wersch antwoordde dat dat nog uitgewerkt moet worden en dat de kosten daarvan nog niet bekend zijn. “We kijken voor de kosten naar het Rijk en naar Europa,” zei ze. Ook PvdA-Kamerlid Ploumen vroeg naar de kosten van de versnelling van de plannen om Limburg veilig te krijgen.

Werken met natuurlijke processen

Het laatste deel van het gesprek ging over watermanagement. Een hoogleraar waterbouwkunde, een bioloog en een specialist rivierbeheer deelden hun visie op de wateroverlast. Deltacommissaris Peter Glas benadrukte dat het essentieel is om de weerbaarheid tegen weersextremen te verhogen. Niet vechten tegen het water maar werken met de natuurlijke processen. Hierbij benadrukte de deltacommissaris dat soortgelijke wateroverlast ook buiten Limburg gebeurt. “Extreme hoosbuien kunnen overal vallen,” aldus Glas.