Prinsjesdag 2025: Pauzeknop Rijksbeleid funest voor waterkwaliteit

16 september 2025

In reactie op de Miljoenennota roept de Unie van Waterschappen het demissionaire kabinet Schoof en de Tweede Kamer op niet de pauzeknop te hanteren bij urgente maatschappelijke opgaven. Voorzitter Jeroen Haan: “Het kabinet is weliswaar demissionair, het stikstof- en mestbeleid zijn dat niet. We hebben nu maatregelen nodig om Nederland veilig, schoon en gezond te houden. Maatregelen die niet nog een jaar kunnen wachten.”

Prinsjesdag de koffer 'Derde Dinsdag in September' tegen een achtergrond van een Nederlands landschap met een stad aan een rivier, een dijk en veel groen.

Doorbreken van de impasse  

Jeroen Haan: “De impasse rond het stikstofbeleid moet worden doorbroken met een toekomstbestendig en geborgd pakket aan maatregelen. Niet alleen voor stikstofreductie, maar ook voor natuurherstel. Alleen op die manier krijgen we Nederland van het stikstofslot en kunnen woningbouwplannen, maar bijvoorbeeld ook de dijkversterkingen van de waterschappen doorgaan. Én wordt er tegelijkertijd perspectief geboden voor het landelijk gebied, de verbetering van de waterkwaliteit en werk gemaakt van natuurherstel.”  

Oproep om snel met stikstof- en mestbeleid te komen 

Voor natuurherstel en toekomstperspectief voor de landbouw is volgens de Unie van Waterschappen een langetermijnvisie nodig, waarbij water, bodem, natuur en landbouw integraal worden benaderd. Samen met partners als IPO, LTO, NAJK en VNG werkt de Unie aan een aanbod met een geborgde aanpak die perspectief biedt voor het landelijk gebied. Waterschappen investeren de komende jaren 1,4 miljard euro in maatregelen die bijdragen aan natuurherstel, klimaatadaptatie en een veerkrachtige leefomgeving. De Unie roept het kabinet en de Tweede Kamer op deze inzet te ondersteunen met passend beleid en financiering. Jeroen Haan: “Ophouden met polariseren is op deze dossiers echt nodig. Alleen maar samen met alle partijen kunnen we het tot een succes maken.” 

Samenhang in beleid 

In dit kader moet volgens de waterschappen mestbeleid ook beter worden ingepast. Bij de huidige plannen wordt het achteruitgaan van de waterkwaliteit niet getoetst, terwijl er belangrijke Europese doelen te behalen zijn. “De samenhang in beleid ontbreekt en die is heel hard nodig om urgente problemen aan te kunnen pakken. De waterschappen hebben kennis en investeren zelf flink. Wij vragen het kabinet en de Tweede Kamer nu gebruik te maken van die kennis en daar zelf ook capaciteit en middelen tegenover te zetten,” aldus Jeroen Haan.  

De stem van water 

Naast deze urgente dossiers is er versnelling nodig op meer onderwerpen, zoals de woningbouw en de energietransitie. De Unie van Waterschappen richt zich hiervoor op een nieuw kabinet en roept op de stem van water mee te nemen in nieuwe plannen. Zo is het voor de woningbouwopgave nodig om duidelijke kaders aan de voorkant te stellen, zodat water en bodem sturend zijn bij de inrichting van Nederland. Dit versnelt procedures, geeft projectontwikkelaars houvast en voorkomt schade in de toekomst. 

> Lees meer over de inzet van de waterschappen richting een nieuw kabinet
  

Unie van Waterschappen en Vewin roepen op tot strenger stoffenbeleid  

15 september 2025

De Unie van Waterschappen en Vewin stelden op 12 september het gezamenlijke position paper over de herziening van de Europese REACH-verordening vast. Hiermee roepen zij de Europese Commissie op tot een krachtiger beleid voor chemische stoffen, om waterkwaliteit en drinkwaterbronnen beter te beschermen.

Persoon met blauwe handschoenen houdt twee grote glazen flessen omhoog: de ene bevat troebel, ongezuiverd water en de andere helder, gezuiverd water.

REACH-verordening tegen schadelijke stoffen 

De REACH-verordening is het belangrijkste instrument van de EU om schadelijke stoffen vroegtijdig te identificeren en te reguleren. Toch komen gevaarlijke stoffen nog te vaak in het milieu terecht en raken oppervlaktewater en drinkwaterbronnen vervuild.  
 
Sander Mager, vicevoorzitter van de Unie van Waterschappen: “Als we schadelijke stoffen niet bij de bron aanpakken, blijven we als samenleving achter de feiten aanlopen. Zuiveren alléén is nooit de oplossing: de sleutel ligt bij een toelatingsbeleid dat schadelijke stoffen zoveel mogelijk voorkomt bij de bron. Alleen zo beschermen we mens, dier en natuur.” 

Standpunten Unie en Vewin 

De Unie en Vewin pleiten onder meer voor: 

  • Groepsgewijze beoordeling van chemische stoffen. Dit voorkomt dat de ene schadelijke stof wordt vervangen door een vergelijkbare stof. Dat gebeurde bijvoorbeeld bij de duizenden soorten PFAS. 
  • Invoering van een methode die ook de gecombineerde effecten van stoffen meeneemt. 
  • Snellere en effectievere procedures om gevaarlijke stoffen te beperken of te verbieden. 
  • Het aanwijzen van schadelijke stoffen die slecht afbreken en zich gemakkelijk verspreiden (zogenoemde PMT- en vPvM-stoffen) als ‘zeer zorgwekkende stoffen’. Zo kunnen deze sneller worden beperkt of verboden. 
  • Een universeel verbod op PFAS om verdere vervuiling van het milieu te voorkomen. 

Herziening REACH 

De herziening van REACH staat gepland voor het vierde kwartaal van 2025. Met dit gezamenlijke standpunt willen de Unie en Vewin de belangen van de Nederlandse watersector krachtig onder de aandacht brengen bij de Europese Commissie in Brussel.

> Naar het volledige position paper ‘Towards a stronger EU chemicals policy to protect water resources’ 

Waterschappen kritisch op 8e Actieprogramma Nitraatrichtlijn: ‘Onvoldoende om doelen waterkwaliteit te halen’

12 september 2025

De waterschappen vinden dat het concept 8e Actieprogramma Nitraatrichtlijn ontoereikend is om de waterkwaliteitsdoelen te halen. Het plan om de belasting van het water door meststoffen uit de landbouw te verminderen, en te voldoen aan Europese verplichtingen, schiet volgens de waterschappen op belangrijke punten tekort. De gezamenlijke inspraakreactie is inmiddels met de minister van Landbouw, Visserij, Voedsel en Natuur gedeeld.

luchtfoto-boerderij-artikel-over-stikstof

“Dit programma is zo niet toekomstbestendig en brengt grote risico’s met zich mee. Zonder stevige bijsturing halen we de waterkwaliteitsdoelen weer niet en schuift de minister de rekening door naar de regio én naar de toekomst. Dat is onacceptabel,” zegt Sander Mager, vicevoorzitter van de Unie van Waterschappen. “We hebben landelijke regie nodig, met duidelijke kaders en voldoende middelen. Alleen zo voorkomen we dat de aanpak versnipperd raakt en het vertrouwen in het beleid verder afbrokkelt.” aldus Mager.

Onvolledig en onvoldoende effectief

Cruciale onderdelen van het actieprogramma zijn nog niet uitgewerkt, zoals de aanpassing van stikstofgebruiksnormen en behoud van grasland. Ook de samenhang met andere Nederlandse en Europese verplichtingen, zoals het stikstofbeleid en het beleid rond gewasbeschermingsmiddelen en natuurbescherming, is onvoldoende uitgewerkt. Daardoor is niet duidelijk wat de effecten zijn op het behalen van de doelen en op mogelijke neveneffecten.

Bovendien blijkt uit een eigen analyse van het ministerie dat de doelen voor grond- en oppervlaktewater met de maatregelen wederom niet worden gehaald. In bepaalde regio’s blijven nitraatconcentraties structureel boven de norm van 50mg/l, ook in 2030 en 2045. Voor oppervlaktewater is de bijdrage daarnaast beperkt en onzeker. Versoepelingen, zoals het versmallen van bufferstroken, brengen zelfs het risico van achteruitgang met zich mee, wat haaks staat op het achteruitgangsverbod in de KRW. Dit alles maakt het programma in de huidige vorm ontoereikend.

Aandachtsgebieden onvoldoende onderbouwd

Een belangrijk pijnpunt is de aanwijzing van zogenoemde aandachtsgebieden. De landelijke analyse waarop deze aanwijzing is gebaseerd, wijkt soms fors af van wat de waterschappen regionaal waarnemen. Ook worden vraagtekens geplaatst bij de gehanteerde uitgangspunten voor de landelijke analyse. Dit kan leiden tot gebieden die ten onrechte wel of niet worden aangewezen. Dat is moeilijk uitlegbaar aan agrariërs en andere belanghebbenden en is juridisch kwetsbaar. Bij de aanwijzing van NV-gebieden is eerder gebleken dat dit tot grote onrust en verzet kan leiden. De waterschappen pleiten voor een zorgvuldiger route: eerst de landelijke analyse verbeteren, zodat de resultaten beter aansluiten bij de regionale werkelijkheid. Dat vraagt extra tijd, inzet en samenwerking met waterschappen en provincies. De aanwijzing van aandachtsgebieden dient volgens de waterschappen daarom te worden uitgesteld, zodat eerst de methode kan worden aangescherpt en gebiedskennis kan worden benut.

Niet afwentelen op regio

Door de ontoereikende effectiviteit van het programma ontstaat zo een aanzienlijke restopgave voor nutriënten in oppervlaktewater. De minister wentelt de verantwoordelijkheid vrijwel volledig af op de regio, terwijl de opgave daar niet uitvoerbaar is. Die opgave is overigens door de minister niet volledig in beeld gebracht. Zo dreigen provincies en waterschappen door het ontbreken van deugdelijk rijksbeleid verantwoordelijk te worden voor een nog niet goed onderbouwde opgave en zonder daarvoor de instrumenten en middelen te krijgen. De waterschappen benadrukken dat de primaire verantwoordelijkheid bij het Rijk ligt. Alleen met landelijke regie, heldere kaders en passende financiering kan worden voorkomen dat het probleem eenzijdig bij provincies en waterschappen op het bord terechtkomt.

Oproep aan het minister

De waterschappen roepen het ministerie op om het programma fors aan te passen zodat de doelen wél worden gehaald. Dat betekent: aanvullende maatregelen in kwetsbare regio’s, een juridische toets op het KRW-achteruitgangsverbod, waarborgen bij versoepelingen en een integrale uitwerking met andere beleidsopgaven, zoals stikstof en natuurherstel. Alleen met een robuust en volledig programma kan Nederland voldoen aan de Europese verplichtingen. En wordt voorkomen dat de rekening bij de regio belandt.

> Lees de volledige inspraakreactie

Bezoek Raad van State aan waterschappen in het teken van uitvoerbaarheid milieuwetgeving 

10 september 2025

Op woensdag 10 september 2025 ontving de Unie van Waterschappen vertegenwoordigers van de afdeling advisering van de Raad van State voor een themadag over de uitvoerbaarheid van milieuwetgeving. Centraal stond de vraag hoe regelgeving, met name op het gebied van water, aansluit bij de praktijk van de waterschappen.

Vertegenwoordigers van de Raad van State staan op een metalen loopbrug van rioolwaterzuiveringsinstallatie Harnaschpolder met uitzicht op de bassins, terwijl een medewerker uitleg geeft. De lucht is deels bewolkt.

Juridische ontwikkelingen en beleidsmatige ontwikkelingen 

De dag begon op het kantoor van de Unie van Waterschappen in Den Haag. Hier heette Meindert Smallenbroek, algemeen directeur van de Unie, de deelnemers welkom. De ochtend stond in het teken van verdieping, met bijdragen van Herman Havekes (strategisch adviseur), Lotte Bruininks-de Boer (Raad van State), en beleidsadviseurs Michael Bentvelsen en Jeroen Smit. Zij namen de deelnemers mee in de juridische kaders en beleidsmatige ontwikkelingen, waaronder de Kaderrichtlijn Water. 

Belang van de lobby 

Ook werd ingegaan op het belang van een goede lobby en samenwerking met het Rijk. Maarten Crul, trainee lobby, lichtte toe hoe de Unie zich inzet om wet- en regelgeving uitvoerbaar te houden voor de waterschappen. 

Bezoek aan zuivering en dijkversterking 

Na de lunch reisde het gezelschap per bus naar twee praktijklocaties. Bij de rioolwaterzuiveringsinstallatie Harnaschpolder kregen de deelnemers een rondleiding en uitleg over de gevolgen van milieuregels voor zuiveringsprocessen. Aansluitend brachten zij een bezoek aan het dijkversterkingsproject Katwijkerlaan in Pijnacker-Nootdorp. Daar bespraken de aanwezigen hoe wetgeving invloed heeft op de planning, vergunningverlening en uitvoering van waterveiligheidsprojecten. 

Uitvoerbare regelgeving 

De dag bood waardevolle inzichten in de dagelijkse praktijk van de waterschappen en het belang van uitvoerbare regelgeving. “De verbinding tussen beleid en uitvoering is essentieel”, aldus Jeroen Smit, beleidsadviseur bij de Unie van Waterschappen. “Dit bezoek helpt om beter inzicht te geven in de uitdagingen én oplossingen die waterschappen tegenkomen in de praktijk.” 

Met deze bijeenkomst is een belangrijke stap gezet in het versterken van de samenwerking tussen waterschappen en het Rijk, met oog voor haalbaarheid, effectiviteit en uitvoerbaarheid van wetgeving. 

Waterschappen pleiten voor samenhangend waterbeleid

Op 24 september staat het commissiedebat Water op de agenda van de Tweede Kamer. In de aanloop naar dit debat roepen de waterschappen op tot meer samenhang in het landelijke waterbeleid. Ze vragen nadrukkelijk aandacht voor drie urgente thema’s die de waterkwaliteit beïnvloeden: landbouwemissies, PFAS-vervuiling en de Amerikaanse rivierkreeft.

Gemaal met twee grote vijzels in een woonwijk, omringd door watergangen en rijtjeshuizen, als symbool voor het Nederlandse waterbeleid dat centraal staat in het commissiedebat Water.

Gebrek aan samenhang belemmert waterkwaliteitsdoelen

Waterschappen werken dagelijks aan het verbeteren van de waterkwaliteit. Landelijk spelen verschillende cruciale dossiers die van invloed zijn op de waterkwaliteit en de Kaderrichtlijn Water (KRW). Het ontbreekt aan visie en integraal beleid op thema’s zoals stikstof, mest en gewasbeschermingsmiddelen. Zonder samenhang tussen deze thema’s wordt het lastig om de KRW-doelen te halen.

Focus op landbouwemissies

Het huidige mestbeleid schiet tekort. Binnen het 8e actieprogramma Nitraatrichtlijn ontbreekt een toets op het KRW-achteruitgangsverbod. Zo stelt het programma voor om bufferstroken te versmallen in gebieden waar de nitraatrichtlijn net wordt gehaald, terwijl deze stroken juist bijdragen aan het behalen van KRW-doelen. Daarom vragen de waterschappen om een samenhangend pakket maatregelen en vragen de minister van Infrastructuur en Waterstaat (IenW) om hierover in gesprek te gaan met zijn collega van Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur (LVVN).

Strengere aanpak PFAS

In november 2024 riepen de waterschappen in een brandbrief op tot meer Rijksregie bij de aanpak van PFAS-vervuiling. Een landelijke PFAS-coördinator moet de afstemming met decentrale overheden coördineren. Ook is er meer tempo en daadkracht nodig, evenals een samenhangend normenkader en internationale afspraken met België en Duitsland. De aangekondigde programmatische aanpak en het gedeeltelijke verbod op PFAS-producten zijn een stap vooruit, maar de waterschappen blijven pleiten voor een totaalverbod.

Amerikaanse rivierkreeft bedreigt waterkwaliteit

Tot slot beïnvloedt ook de Amerikaanse rivierkreeft de waterkwaliteit. Deze invasieve exoot eet waterplanten en woelt in bodem en oevers, waardoor het water troebel wordt. Ook raakt het ecologisch evenwicht hierdoor verstoord. De waterschappen willen de populatie terugbrengen tot een beheersbaar niveau en vragen het ministerie van LVVN om middelen en capaciteit vrij te maken voor de bestrijding.

Oproep aan de politiek

Met deze punten doen de waterschappen een dringend beroep op de Kamer en de ministers van IenW en LVVN om beleid beter op elkaar af te stemmen. Alleen met een integrale aanpak kunnen de KRW-doelen dichterbij komen.

> Naar Inbreng commissiedebat Water

Waterthema’s in verkiezingsprogramma’s SGP en D66 

Veel politieke partijen hebben inmiddels hun concept-verkiezingsprogramma’s voor de Tweede Kamerverkiezingen van 29 oktober gepresenteerd. In dit bericht laat de Unie van Waterschappen zien hoe waterthema’s aan bod komen in de verkiezingsprogramma’s van de SGP en D66.

Luchtfoto van een nieuwbouwwijk aan de rand van een stad, omringd door water, groen en veenweidegebied. In het midden een appartementengebouw aan een vijver met brug, op de voorgrond weilanden met sloten en werkzaamheden aan de waterstructuur. De omgeving laat de combinatie van stedelijke ontwikkeling en klimaatadaptieve inrichting zien. In de rechterhoek staat het logo #destemvanwater.

SGP: Investeren in verbetering waterhuishuishouding  

De SGP pleit in het concept-verkiezingsprogramma ervoor dat het Rijk investeert in de verbetering van de zoetwatervoorziening voor de landbouw. Daarbij zien zij verdroging in veel natuurgebieden als een groter probleem dan stikstofdepositie en willen ze meer investeren in de verbetering van de waterhuishouding. De partij pleit voor een nationale droogteaanpak voor het landelijk gebied met daarin maatregelen op het gebied van bodemverbetering en slotenbeheer.  

Daarnaast is de partij van plan om te investeren in klimaatadaptatie. Om klimaatkosten te beperken, wil de SGP zich nationaal en internationaal inzetten voor klimaatrechtvaardigheid en de afhankelijkheid van dictatoriale fossiele regimes verminderen. De SGP ziet het bodem- en watersysteem als een belangrijke sturende factor voor ruimtelijke plannen.  

D66: Verplicht rekening houden met water en langetermijndenken voorop 

D66 legt in het concept-verkiezingsprogramma de focus op langetermijndenken en weerbaarheid. Zo moeten volgens de partij bodem en water sturend zijn bij de keuze van woningbouwlocaties. Zij willen op die manier dure aanpassingen voorkomen die op termijn nodig zouden zijn door klimaatverandering en natuurverlies. Ook gelooft D66 dat Nederland zo het beste gebruik kan maken van de eigenschappen van de verschillende regio’s. Bij de bouw van woningen, infrastructuur en industrie moet volgens D66 verplicht rekening worden gehouden met wateroverlast, hitte, droogte en bodemdaling. De partij wil dat klimaatadaptief bouwen de norm wordt. 
 
In het programma besteedt D66 ook veel aandacht aan natuurinclusieve oplossingen en het vergroenen van steden. De partij wil PFAS zo snel mogelijk verbieden en het gebruik van milieubelastende bestrijdingsmiddelen op termijn stoppen. D66 wil normen stellen om bodem, lucht, water en biodiversiteit te beschermen. Ook pleit de partij voor een bronaanpak om de waterkwaliteit te verbeteren.  

De stem van water   

De Unie van Waterschappen bekijkt samen met de waterschappen alle concept-verkiezingsprogramma’s op aandacht voor relevante thema’s voor de waterschappen. Vooraf leverde de Unie input aan de programmacommissies. De Unie van Waterschappen laat in aanloop naar de Tweede Kamerverkiezingen en de formatie de stem van water horen om de belangen van de waterschappen een plek te geven in een mogelijk coalitieakkoord.    

> Naar ons verkiezingsblog #destemvanwater   

Quantumtechnologie: van theorie naar praktijk voor waterschappen

9 september 2025

Quantumtechnologie stond centraal tijdens het Digitaliseringberaad van 3 september. Volgens experts kan deze technologie grote gevolgen hebben voor de watersector. Hoog tijd voor de waterschappen om zich verder te verdiepen in deze complexe materie.

Abstracte illustratie van een blauw gloeiend atoomsymbool met elektronenbanen en energiegolven, als verbeelding van quantumtechnologie.

Introductie in de quantumtechnologie

Samuel van Beek van de Universiteit van Amsterdam gaf de aanwezigen een uitgebreide introductie in de quantumtechnologie. Met Quantum Delta NL – het nationale programma van Nederland gericht op de ontwikkeling van quantumtechnologie – heeft ons land een sterke positie in dit veld. Vanuit het Quantum Application Lab worden verschillende praktische toepassingen getest bij bedrijven zoals Vitens. Ook voor de waterschappen biedt quantumtechnologie kansen, die vooral liggen op het gebied van quantum sensing (voor betere metingen) en quantum computing (voor optimalisatie). De echte doorbraken van de technologie liggen volgens Van Beek nog ver in de toekomst.

Implicaties voor waterschappen

Na de introductie gingen de aanwezigen zelf aan de slag. In twee groepen verkenden ze de implicaties voor de waterschappen. De ene groep boog zich over quantum sensing, de andere over post-quantumcryptografie.

De quantum sensing-groep ziet concrete mogelijkheden voor waterkwaliteits- en waterkwantiteitsmetingen, dijkbewaking, grondwatermonitoring en bodemdaling. Deze technologie kan de datakwaliteit voor crisismanagement en handhaving aanzienlijk verbeteren, maar vraagt om modernisering van laboratoria en andere inzet van personeel. De post-quantumcryptografiegroep benadrukte de urgentie om met quantumtechnologie aan de slag te gaan. Quantumcomputers kunnen straks alle huidige versleuteling breken. Daarom moeten waterschappen nu al beginnen met de overgang naar quantumveilige beveiliging. Beide groepen concludeerden dat de benodigde expertise niet binnen individuele waterschappen ontwikkeld kan worden. Daarom is samenwerking tussen de waterschappen essentieel.

Kennisopbouw en realistische verwachtingen

Voor waterschappen die met quantumtechnologie aan de slag willen, ligt de nadruk voorlopig op kennisopbouw en het scheppen van realistische verwachtingen. Post-quantumcryptografie is het meest urgent en moet nu worden aangepakt, terwijl quantum sensing waarschijnlijk eerder beschikbaar komt dan grootschalige quantumcomputers. De boodschap van het Digitaliseringsberaad was duidelijk: “Quantumtechnologie komt eraan, maar verwacht niet dat het morgen alle problemen oplost. Begin nu met leren en voorbereiden.”

Digitaliseringsberaad

De Unie van Waterschappen organiseert het Digitaliseringsberaad zodat waterschappen van elkaar leren, kennis en ervaringen delen, inspiratie op doen, de bestuurlijk-ambtelijke dialoog faciliteren en de digitale transformatie aan kunnen jagen. In het beraad nemen bestuurders, directeuren en CIO’s van de waterschappen zitting.

Blue Deal aanwezig op World Water Week 2025

5 september 2025

Van 24 tot 28 augustus 2025 vond de World Water Week plaats in Stockholm, Zweden. De Blue Deal, het internationale programma van Dutch Water Authorities (DWA), was met een delegatie van het programmabureau, waterschappen en internationale Blue Deal-partners aanwezig tijdens het event voor waterspecialisten uit de hele wereld.

blue-deal-stockholm-world-water-week-web

De waterschappen leverden bijdragen aan drie inhoudelijke sessies: vroegtijdige waarschuwing bij overstromingen (Flood Early Warning Systems), het doorbreken van de “Build-Neglect-Rebuild”-cyclus, en leren van dilemma’s en fouten in waterbeheer. De belangrijkste inzichten uit de sessies:

Een inclusieve aanpak in Flood Early Warning Systems

Deze interactieve sessie werd mede georganiseerd door Blue Deal, met sprekers van Rode Kruis Nederland, WMO, TAHMO, HKV en Deltares. De sprekers onderzochten hoe vroegtijdige waarschuwing bij overstromingen kan worden versterkt door middel van sociale inclusie, waterbeheer en grensoverschrijdende samenwerking. Als aftrap van de sessie interviewde Liesbeth Wilschut (Blue Deal programmabureau) Eva Schreuder van het Ministerie van Buitenlandse Zaken (Inclusieve Groene Groei). Het gesprek ging over het belang van waarschuwingssystemen (Flood Early Warning Systems) bij overstromingen. De sessie liet zien dat effectieve en inclusieve waarschuwingen afhankelijk zijn van samenwerking tussen lokale gemeenschappen, waterautoriteiten en de crisisteams bij rampenbestrijding.

Stefania Giodini (Rode Kruis Nederland) benadrukte: technische voorspellingen en waarschuwingen alleen zijn niet genoeg. Waarschuwingen moeten ook de mensen bereiken en aanspreken die ze nodig hebben, vooral in kwetsbare gemeenschappen. Waterautoriteiten spelen hierin een verbindende rol, door lokale kennis te koppelen aan bredere inzichten en rampenbestrijding. Moderator Liesbeth Wilschut (Blue Deal) leidde de hybride sessie, die zowel fysiek als online werd bijgewoond.

Van bouwen naar duurzaam onderhoud: doorbreken van de Build-Neglect-Rebuild-cyclus

Deze sessie, georganiseerd in samenwerking met WaterWorX en Partners for Water, benadrukte de noodzaak van een mentaliteitsverandering in hoe we infrastructuur waarderen. In ontwikkelingslanden wordt waterinfrastructuur, zoals dijken, afwateringskanalen en zuiveringsinstallaties, vaak aangelegd zonder duurzaam beheer. Het gevolg is een onhoudbare BNR-cyclus (Build-Neglect-Rebuild).

Moderator Liliane Geerling (Partners for Water) leidde het gesprek over de levenscyclus van waterinfrastructuur. Meike van Ginneken (Dutch Water Envoy) en Anjil Adhikari (Oxfam) benadrukten: “We moeten trots zijn op duurzame infrastructuur die we decennialang goed onderhouden, niet alleen op de projecten die we bouwen en opleveren.” Blue Deal partner James Aggrey (Water Resources Commission, Ghana) wees op het belang van brede steun: van de gemeenschap tot beleidsmakers voor duurzame infrastructuur. Vikas Goyal (Asian Development Bank) benadrukte dat onderhoud (operations & maintenance) vanaf het begin moet worden geïntegreerd in projectplannen, en niet pas achteraf.

‘Failing Forward’: leren van fouten in waterbeheer

Deze goed bezochte sessie, georganiseerd door Deltares en Partners for Water, promootte een cultuur van openheid en leren binnen water governance en geïntegreerd waterbeheer (IWRM). Sprekers deelden verhalen over worstelingen, dilemma’s en systematische mislukkingen bij projectmatige interventies voor waterbeheer en klimaatadaptatie.

Het erkennen van fouten en ervan leren is essentieel voor vooruitgang. Het Blue Deal-team deelde ervaringen uit Ethiopië, waar een aangepaste aanpak van afvalwaterbeheer leidde tot effectievere en inclusievere resultaten. Sprekers kwamen onder andere van CIPRED, Deltares, IHE Delft, AGWA, Fundacion Herencia Ambiental Caribe en de Nederlandse overheid. De interactieve sessie benadrukte transparantie en adaptief leren als kernprincipes voor duurzame waterpartnerschappen.

Naast de inhoudelijke sessies was World Water Week een goede gelegenheid om belangrijke partners te spreken. Bijvoorbeeld over toekomstige samenwerking op het gebied van rivierbeheer, Nature-based Solutions (NbS) en Water Operator Partnerships. Hiermee is de basis gelegd voor verdere verdieping en gezamenlijke leertrajecten.

Blue Deal en Dutch Water Authorities

De Nederlandse waterschappen werken over de hele wereld samen met waterpartners. Een belangrijk programma van Dutch Water Authorities is de Blue Deal. Het doel: 20 miljoen mensen wereldwijd toegang geven tot voldoende, schoon en veilig water. Het programma loopt tot 2030.  Meer informatie:

> https://dutchwaterauthorities.com/blue-deal/
> https://unievanwaterschappen.nl/themas/blue-deal/   

Deze week op de mat: de nieuwe editie van Waterkracht Magazine

3 september 2025

De september-editie van Waterkracht magazine valt deze week bij abonnees op de mat. Een goed gevulde en gevarieerde editie met op de cover: “Zonder helder langetermijnplan raak je mensen kwijt”. Dat zegt Ton Haagen van Waterschap Limburg in gesprek met John van der Slot van Hoogheemraadschap van Rijnland.

cover_Waterkracht_nr26-2025-uitsnede

Daarnaast is er een leuk artikel te lezen over het water in de Efteling. Wat veel mensen namelijk niet weten, is dat dit water afkomstig is van de plaatselijke rioolwaterzuivering. Waterschap Brabantse Delta en de Efteling werken al bijna dertig jaar samen aan ‘Klaterwater’.

En verder

Ook is er aandacht voor de herijking van het Hoogwaterbeschermingsprogramma (HWBP) die in volle gang is. De bestuurlijke afspraken hierover liggen deze maanden op de bestuurstafels bij de waterschappen. Het rijk en de waterschappen moeten samen zorgen voor een dijkversterkingsaanpak waarin samenwerking, slimme prioritering, voorspelbaarheid en uitvoerbaarheid centraal staan. Drie betrokkenen delen hun visie.

Verder vertelt projectleider Fokke Jansma van Wetterskip Fryslân waarom proactieve communicatie cruciaal was in de crisissituatie rond de met PFOS vervuilde Jelsumer Feart in Friesland. En kijkt Waterschap Vallei & Veluwe 100 jaar vooruit: hoe ziet de Veluwe er in 2120 uit als water en bodem leidend zijn? Samen met WUR werkte het waterschap aan een inspirerende visie. En we liepen een dagje mee met Hannah ter Steege, adviseur Watersystemen en Waterveiligheid bij Waterschap Noorderzijlvest.

Dit en nog veel meer is te lezen in de nieuwe editie van Waterkracht en op het online platform Waterkracht.net.

Waterschappen: Geborgde aanpak natuurherstel vereist meer dan alleen budget 

De Unie van Waterschappen onderschrijft de conclusies uit de recente reflectie van het kennisconsortium – bestaande uit PBL, WUR, Deltares en RIVM – op het maatregelenpakket ‘spoor 2’ van de ministeriële commissie Economie en Natuurherstel (MCEN).

Polder landschap met weide, water en natuur- stikstof

Bufferzones buiten natuurgebieden nodig

Het rapport bevestigt dat het huidige pakket onvoldoende is om structureel en geborgd natuurherstel te realiseren. Voor effectief natuurherstel is een integrale aanpak nodig, ook buiten natuurgebieden. Zonder robuuste bufferzones en samenhang tussen vernatting, waterkwaliteit, leefgebieden en stikstofreductie blijft het pakket ontoereikend. Een zone van 250 meter rond natuurgebieden is een stap, maar lost niet alle knelpunten op. 

Monitoring, rolverdeling en bijsturing  

Daarnaast is meer budget slechts één randvoorwaarde. Geborgd natuurherstel vraagt om een langjarige planning, monitoring en bijsturing. Ook is er een duidelijke rolverdeling tussen Rijk, provincies, waterschappen en grondeigenaren nodig, evenals de bereidheid om ruimtelijke instrumenten uit de Omgevingswet in te zetten. 

Versterking gebiedsgerichte maatregelen 

De waterschappen wijzen op het aanbod aan waterbeheermaatregelen die natuurherstel kunnen realiseren, met oog voor schoon water (doelen uit de Kaderrichtlijn Water), doelgericht grondbeleid en herstel van de grondwaterbalans in overgangsgebieden. Dit sluit aan bij de oproep in het rapport om gebiedsgerichte maatregelen te versterken. 

Bouwsteen landbouw 

Om de impasse te doorbreken hebben de waterschappen samen met IPO, LTO, NAJK en VNG de bouwsteen landbouw ondertekend, die uitgaat van een geborgde aanpak. Deze bouwsteen is een stap in de goede richting, maar aanvullende maatregelen blijven noodzakelijk. 

Bouwsteen natuur 

Daarom werken de waterschappen samen met provincies, gemeenten en natuurorganisaties aan een bouwsteen natuur. Om de MCEN-doelen daadwerkelijk te halen, moet er een generiek pakket aan geborgde maatregelen komen. 

Toekomstbestendige aanpak 

De Unie van Waterschappen blijft zich inzetten voor samenwerking met medeoverheden en gebiedspartners. Alleen samen kan worden gezorgd voor een juridisch houdbare en toekomstbestendige aanpak van natuurherstel en stikstofreductie.