Caroline van der Plas, Tweede Kamerlid voor de BoerBurgerBeweging (BBB), bracht 20 juli een werkbezoek aan waterschap Drents Overijsselse Delta. Ze werd ontvangen door dijkgraaf Dirk-Siert Schoonman. Van der Plas: “De waarde van de waterschappen mag best wat meer aandacht krijgen.”
Op het programma stond een bezoek aan Boetelerveld, een natuurgebied en het laatste stukje natte heide dat is overgebleven van de vroegere Sallandse Heide. Natuurbeheerder Landschap Overijssel leidde het gezelschap rond over het terrein. Van der Plas opende een discussie over biodiversiteit door te vragen naar het ijkpunt van biodiversiteit: “Moet het zijn zoals in 1950? En is de natuur wel maakbaar?” Schoonman bracht in dat het gaat om evenwicht dat zichzelf in stand houdt: “De robuustheid van het natuurlijk systeem moet terug.”
Deltaplan
De volgende stop was Broekland, waar een biologisch melkveebedrijf werd bezocht. Daar stonden de bedrijfsvoeringsaspecten van het Deltaplan Agrarisch Waterbeheer (DAW) op de agenda. Marion Wichard, dagelijks bestuurslid bij het waterschap, gaf een toelichting op het DAW, waarin agrariërs en waterbeheerders samen met andere partijen werken aan het verbeteren van de waterkwaliteit en het klimaatbestendig maken van het watersysteem.
Dijkverlegging
Bij het laatste onderdeel van het werkbezoek, het project Paddenpol, hoorde het gezelschap meer over deze dijkverlegging. Met dit project krijgt de IJssel meer ruimte en een betere ecologische waterkwaliteit. Ook komen er mogelijkheden voor recreatie.
Waterwoordvoerders op bezoek
Er zijn verschillende werkbezoeken met de nieuwe waterwoordvoerders gepland om hen kennis te laten maken met de waterschappen. Om het bezoek goed aan te laten sluiten, is gekozen voor een werkbezoek aan het waterschap waar hun woonplaats onder valt. De waterschappen ontvangen de waterwoordvoerders graag om hen mee te nemen in de grote opgaven van de waterschappen, zoals toenemende weersextremen, het verbeteren van de waterkwaliteit en de uitvoering van de grootste dijkversterkingsopgave sinds de Deltawerken.
Eva van Esch, waterwoordvoerder voor de Partij voor de Dieren in de Tweede Kamer, bracht op 15 juli een werkbezoek aan Hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden. Ze bezocht de pilot bodemdaling bij het Veenweiden Innovatiecentrum in Zegveld. Ook ging het Kamerlid in gesprek over klimaatbestendig bouwen in de Utrechtse polder Rijnenburg.
Van Esch werd ontvangen door dijkgraaf Jeroen Haan en hoogheemraad Bert de Groot.
Bijzondere aandacht voor bodemdaling
De Partij voor de Dieren heeft bijzondere aandacht voor het dossier bodemdaling. Het veldbezoek toonde een systeem van onderwaterdrainage waarmee bodemdaling zoveel mogelijk wordt voorkomen. Ook is er overgeschakeld naar een lichter ras vee, dat beter geschikt is op veenweide.
Van Esch: “Het lijkt belangrijk om te kijken naar ouderwets boeren, meer samenwerken met de natuur en het weer. Er zijn nieuwe kwetsbaarheden gekomen die polderen naar een nieuw evenwicht noodzakelijk maken.”
Haan bracht naar voren dat er in tijden van waterschaarste een groot verdelingsvraagstuk speelt. Je kunt niet alle partijen bedienen als er schaarste is. “Ook bij bodemdaling geldt: lees het landschap. Kijk wat er al is, dan neem je de juiste besluiten.”
Bouwen in laaggelegen gebied
In de discussie over Rijnenburg stelde Van Esch de vraag of je wel moet bouwen in een laaggelegen gebied. Haan bracht naar voren dat bijvoorbeeld drijvende huizen of huizen op palen hier uitkomst kunnen bieden. Haan: “Waarom maken we van Rijnenburg niet een rolmodel van een klimaatbestendige wijk?”
Van Esch zou het kritische geluid van de waterschappen vaker willen horen: “Als men zo wil bouwen, dan gaan de waterschappen het niet oplossen.” Waterschappen hebben volgens het Kamerlid wel een belangrijke positie en veel kennis en kunde.
Kennismaken met nieuwe waterwoordvoerders
De waterschappen hebben verschillende werkbezoeken met de nieuwe waterwoordvoerders gepland om hen kennis te laten maken met de waterschappen. Om het bezoek goed aan te laten sluiten, is gekozen voor een werkbezoek aan het waterschap waar hun woonplaats onder valt. De waterschappen ontvangen de waterwoordvoerders graag om hen mee te nemen in de grote opgaven van de waterschappen, zoals toenemende weersextremen, het verbeteren van de waterkwaliteit en de uitvoering van de grootste dijkversterkingsopgave sinds de Deltawerken.
Habtamu de Hoop, sinds de verkiezingen van maart de nieuwe PvdA-waterwoordvoerder, bracht een werkbezoek aan Wetterskip Fryslân. De in Friesland wonende De Hoop maakte daar kennis met het waterschapswerk.
Bij het ir. D.F. Woudagemaal in Lemmer kreeg De Hoop een toelichting van dijkgraaf Luzette Kroon. Bijzonder voor De Hoop, omdat zijn opa nog vrijwilliger was bij het gemaal. Het 100 jaar oude stoomgemaal zorgt bij extreem hoog water nog altijd voor droge voeten in Friesland.
Natuurlijke schakel
In Grou zag het Kamerlid hoe de Waterharmonica Aqualân de natuurlijke schakel is tussen gezuiverd afvalwater (effluent) van de rioolwaterzuivering naar het oppervlaktewater. Ook bezocht hij de Potmarge. Rond deze voormalige vervuilde historische rivier is nu een stadstuin met een Watercampus, broedplaats voor waterinnovaties. Een groen en waterrijk gebied midden in Leeuwarden.
Klimaattransitie
Habtamu de Hoop is opgegroeid in Friesland. “Ik besef dat het belangrijk is om als regionaal Kamerlid echt je eigen provincie in te gaan. We vergeten soms hoe belangrijk een waterschap is in de klimaattransitie. In Den Haag denken we dat wij daar veel verantwoordelijkheden in hebben, maar een waterschap maakt de belangrijke slagen in de regio. We hebben water nodig maar we strijden ook tegen water. Met dat conflict moeten we dealen. Juist voor mijn generatie is die uitdaging heel belangrijk.”
Goed om te laten zien
Dijkgraaf Luzette Kroon van het Wetterskip beaamt dat: “Bij veel van de opgaven op het gebied van klimaatverandering zijn waterschappen aan zet. Het was heel goed om dat vandaag aan een Kamerlid te laten zien, die zich in Den Haag met het waterdossier bezighoudt.”
Werkbezoeken
Er zijn verschillende werkbezoeken met de nieuwe waterwoordvoerders gepland om hen kennis te laten maken met de waterschappen. Om het bezoek goed aan te laten sluiten, is gekozen voor een werkbezoek aan het waterschap waar hun woonplaats onder valt. De waterschappen ontvangen de waterwoordvoerders graag om hen mee te nemen in de grote opgaven van de waterschappen. Denk aan toenemende weersextremen, het verbeteren van de waterkwaliteit en de uitvoering van de grootste dijkversterkingsopgave sinds de Deltawerken.
Op 9 juni staat een commissiedebat Water in de Tweede Kamer met demissionair minister Cora van Nieuwenhuizen (Infrastructuur en Waterstaat) gepland. Op de agenda staan verschillende onderwerpen die voor de waterschappen van belang zijn. Daarnaast vragen de waterschappen aandacht voor eigen punten.
Ontwerp Nationaal Water Programma
Het Nationaal Water Programma (NWP) beschrijft de hoofdlijnen van het nationale waterbeleid en het beheer van de Rijkswateren en Rijksvaarwegen voor de periode 2022-2027. De waterschappen maken zich zorgen om de constatering dat Rijkswaterstaat onvoldoende budget heeft voor het eigen beheer en onderhoud en de uitvoering van het NWP. In het NWP wordt gesuggereerd dat het Deltafonds gebruikt zou kunnen worden voor de beheerkosten van Rijkswaterstaat. Op deze manier komt de uitvoering van verschillende opgaven in gevaar, terwijl er enorme uitdagingen liggen voor de noodzakelijke aanpassingen aan weersextremen, maar ook voor waterkwaliteit.
Mestbeleid
Het PBL-rapport ‘Nationale analyse waterkwaliteit’ geeft aan dat niet overal alle doelen van de Kaderrichtlijn Water (KRW) in 2027 zullen worden gehaald. Dit is ondanks dat de waterkwaliteit in grote delen van Nederland de afgelopen jaren verbeterd is en nog verder zal verbeteren. De Unie van Waterschappen is benieuwd hoe de ministeries van IenW en LNV ervoor gaan zorgen dat met aangescherpt mestbeleid in 2027 de KRW-doelen worden gehaald.
In december 2020 hebben de waterschappen een voorstel voor de aanpassing van hun belastingstelsel vastgesteld dat een aantal urgente knelpunten oplost. De voorstellen worden besproken tijdens het debat op 9 juni. De Unie van Waterschappen wil graag een snelle oplossing van de knelpunten en hoopt dat Kamerleden de minister vragen naar de planning van het wetgevingstraject.
Strengere toelatingseisen PFAS
PFAS komt helaas in heel Nederland voor: het wordt gevonden in de (water)bodem, grondwater, oppervlaktewater en drinkwater. De waterschappen pleiten voor bronaanpak: industriële bedrijven moeten voorkomen dat gevaarlijke stoffen zoals PFAS geloosd worden op de riolering. Het is belangrijk dat gevaarlijke stoffen zoals PFAS niet meer in het milieu terechtkomen. Strengere Europese toelatingseisen voor deze gevaarlijke stoffen helpen hierbij. De Unie van Waterschappen heeft Kamerleden daarom meegegeven te vragen naar de inspanningen van de minister om strengere Europese toelatingseisen voor PFAS te realiseren.
Blue Deal: internationaal waterprogramma
Met de Blue Deal, het internationale programma van de 21 waterschappen i.s.m. de ministeries van BuZa en IenW, willen de waterschappen 20 miljoen mensen wereldwijd toegang geven tot voldoende, schoon en veilig water. Helaas is een deel van het IenW-budget voor 2022-2026 aangehouden en dat betekent concreet dat 1,5 miljoen euro per jaar onzeker is (op een totaal van circa 8 miljoen euro). De Unie van Waterschappen is benieuwd naar de overwegingen van de minister rond dit besluit en vraagt zich af wat zij gaat doen om te voorkomen dat dit programma stilvalt.
Versneld aanpassen aan weersextremen
Naar verwachting zal ook het aanpassen aan weersextremen (klimaatadaptatie) op de agenda staan bij het commissiedebat. De waterschappen hebben geleerd van de afgelopen 3 droge zomers en zien daarbij dat ze tegen de grenzen van het huidige watersysteem aan lopen. De waterschappen vragen een nieuw kabinet dan ook versneld maatregelen door te voeren en structureel voor voldoende geld voor de decentrale overheden te zorgen.
Tijdens het Commissiedebat Water op 9 juni in de Tweede Kamer staat klimaatadaptatie: het omgaan met weersextremen, op de agenda. De waterschappen hebben geleerd van de afgelopen 3 droge zomers. Ze zien dat ze tegen de grenzen van het huidige watersysteem aan lopen. De waterschappen vragen een nieuw kabinet dan ook versneld maatregelen door te voeren en structureel voor voldoende geld te zorgen voor de decentrale overheden.
Door het natte voorjaar lijkt het alsof de droogte dit jaar meevalt. De waterbeheerders zijn inderdaad blij met de regen die op veel plekken achterstanden in de grondwaterpeilen heeft aangevuld. Maar ze juichen niet te vroeg. De waterschappen zien lokaal nog altijd lage grondwaterstanden, bijvoorbeeld op de Veluwe, de Peel en in sommige delen van Brabant. Daarnaast leert de ervaring van de 3 afgelopen droge zomers dat waterstanden snel kunnen wegzakken bij langere periode van droogte en hitte.
Water vasthouden
Door de regen in het voorjaar en de gunstige wateraanvoer van de rivieren is de situatie wel positiever dan afgelopen jaren. Dat komt niet alleen door het weer. De waterbeheerders hebben ook hard gewerkt aan het beter en langer vasthouden van water. Zo hebben veel waterschappen de stuwen zo hoog mogelijk gehouden om zo een grondwaterbuffer aan te leggen. Door de waterstanden hoger te houden ‘duwen’ de waterschappen het water vanuit de watergang in de bodem naar het grondwater. Ook geeft een hogere waterstand ’tegendruk’ aan het grondwater. Zo kan regenwater dat in de bodem is doorgedrongen niet zo makkelijk naar de sloot wegstromen.
Zicht op grondwateronttrekkingen
Daarnaast hebben de waterschappen en provincies naar aanleiding van de afgelopen droge zomers aanvullend onderzoek gedaan naar de grondwateronttrekkingen. Daardoor is er nu een beter beeld van waar de knelpunten zitten en waar mogelijkheden zijn voor het verbeteren van bijvoorbeeld de handhaving op deze onttrekkingen.
Versneld aanpassen aan droogte en andere weersextremen
Om sneller en op grotere schaal schade door droogte en andere weersextremen tegen te gaan, moet een nieuw kabinet voor voldoende financiële middelen voor decentrale overheden zorgen. Dit kan het Rijk doen door:
de huidige Impulsregeling Klimaatadaptatie te verlengen,
de aanleg van klimaatbuffers te stimuleren,
een nationaal programma voor bodemdaling op te zetten en
het Deltafonds te laten meegroeien met opgaven waar de waterbeheerders voor staan.
Van het nieuwe kabinet vraagt de Unie van Waterschappen aandacht voor het beter vasthouden van water, tegengaan van verspilling en stimuleren van het hergebruik van water.
Dit is hét moment om te bouwen aan een krachtige overheidscoalitie waarin rijk en de mede-overheden als één overheid werken aan het programma van het nieuwe kabinet. Dat stellen de koepels Interprovinciaal Overleg, Vereniging van Nederlandse Gemeenten en de Unie van Waterschappen.
Gezamenlijk stuurden ze een brief aan de informateur Herman Tjeenk Willink. Deze coalitie van decentrale overheden heeft voldoende uitvoeringskracht om de grote maatschappelijke opgaven op te pakken. Een onmisbaar onderdeel van het aanbod is wel het herstel van de scheefgroei in financiële en bestuurlijke verhoudingen.
Gemeentes, provincies en waterschappen roepen de informateur daarom op om zo snel mogelijk met hen in gesprek te gaan.
De nieuwe Tweede Kamer is geïnstalleerd en de Kamerleden die de komende periode het woord gaan voeren over water zijn grotendeels bekend.
Een aantal waterwoordvoerders uit de vorige periode blijft ook in deze periode waterwoordvoerder. Tjeerd de Groot (D66), Laura Bromet (GroenLinks), Chris Stoffer (SGP) en Eva van Esch (Partij voor de Dieren) zijn bekende gezichten. En hoewel zij het werk van de waterschappen al kennen, zijn zij net als de ‘nieuwkomers’ uitgenodigd voor een individueel werkbezoek op maat aan hun eigen waterschap.
Nieuwkomers
Na het vertrek van een aantal waterwoordvoerders uit de Tweede Kamer zijn er nu nieuwe volksvertegenwoordigers die zich met water gaan bezighouden.
Het zijn Ingrid Michon (VVD), Derk Boswijk (CDA), Pieter Grinwis (CU), Habtamu de Hoop (PvdA) en Sandra Beckerman (SP).
Van een aantal fracties, waaronder PVV, VOLT en Forum voor Democratie, wordt de komende week duidelijk wie de waterportefeuille krijgt.
Werkbezoek
De meeste nieuwe waterwoordvoerders zijn nog vrijwel onbekend met het werk van de waterschappen. Ook zij zijn uitgenodigd voor een individueel werkbezoek aan hun waterschap. Hun bezoek bevat een uitgebreide toelichting op het waterschapswerk. Dit werkbezoek op maat is onderdeel van het inwerkprogramma. Een ander onderdeel is een webinar voor de beleidsmedewerkers water van de Tweede Kamer op het dossier Infrastructuur en Waterstaat. Dit webinar vindt plaats tijdens het zomerreces.
Goede relaties
Natuurlijk zijn ook de Kamerleden die over bijvoorbeeld landbouw en circulaire economie gaan belangrijk voor de waterschappen. De Unie van Waterschappen brengt alle relevante Kamerleden in kaart. Zo kan er op de verschillende dossiers gewerkt worden aan goede relaties.
Wijzigingen
Overigens kunnen de waterwoordvoerders de komende tijd nog wel wijzigen. De portefeuilles die binnen de fracties zijn verdeeld kunnen namelijk nog wijzigen als een partij gaat meeregeren. In dat geval levert een partij een aantal ministers en staatssecretarissen, en die komen regelmatig uit de fractie. De opvolgers op de kieslijst vullen de lege plekken in de fractie. Vaak worden de portefeuilles dan opnieuw verdeeld.