Waterschappen: watertoets bij ruimtelijke plannen mag dwingender

26 januari 2022

Op 27 januari staat in de Tweede Kamer een Hoofdlijnendebat Volkshuisvesting en Ruimtelijke ordening gepland. De waterschappen vragen de Kamer aandacht te besteden aan de woningbouwopgave en de kosten van het klimaatbestendig inrichten van Nederland.

rivier met riet en bootjes en erachter nieuwbouwhuizen

Tot 2030 worden er bijna een miljoen woningen bijgebouwd. In de planning daarvan is nauwelijks rekening gehouden met het bodem-watersysteem en de impact van een veranderend klimaat. Ongeveer 820.000 geplande woningen liggen in overstroombaar, slap en nat gebied.

Water en bodem sturend

De waterschappen zijn daarom blij dat in het coalitieakkoord staat dat water en bodem sturend worden bij ruimtelijke planvorming. En dat daarom waterschappen eerder bij die plannen worden betrokken en de watertoets een dwingender karakter krijgt. De waterschappen zijn benieuwd hoe de minister dit concreet gaat aanpakken.

Kosten

De kosten voor het klimaatbestendig inrichten van ons land moeten onderzocht worden. Niet klimaatbestendig bouwen leidt op lange termijn hoe dan ook tot veel meer kosten.

Watertoets

Om klimaatbestendig bouwen te garanderen, doorlopen de waterschappen ieder jaar ruim 6.500 keer het watertoetsproces voor ruimtelijke plannen. Ook doen de waterschappen mee aan de risicodialogen over knelpunten in de bebouwde omgeving vanuit het Deltaprogramma Ruimtelijke Adaptatie.

Meer dwingend

Het veranderende klimaat onderstreept volgens de waterschappen de noodzaak om waterbelangen meer mee te laten wegen in de belangenafweging bij ruimtelijke planvorming. Zij vragen daarom de watertoets meer dwingend te maken.

Lees de hele inbreng

Waterkwaliteit verslechtert door hitte en droogte

10 augustus 2022

Door de hitte en droogte die komende dagen verwacht wordt, zal het neerslagtekort in Nederland verder toenemen en de waterbeschikbaarheid af nemen. Dit heeft gevolgen voor bijvoorbeeld de scheepvaart en de landbouw, maar ook voor de waterkwaliteit. Voor zwemwater wordt geadviseerd zwemwater.nl of de Zwemwater-app te raadplegen voor actuele zwemadviezen.



Meer negatieve zwemadviezen

Door de hitte stijgt de temperatuur van het water, waardoor het zuurstofgehalte omlaag gaat. Dit bevordert onder meer de algengroei. In vrijwel het hele land zien de waterschappen hierdoor problemen met blauwalg. 14 waterschappen hebben lokaal negatieve zwemadviezen afgegeven. Op zwemwater.nl of in de ZwemWater-app zijn alle zwemlocaties van Nederland te vinden met de actuele adviezen. De waterschappen raden mensen aan om eerst de app of website te raadplegen voordat ze een verkoelende duik nemen in het buitenwater.

Blauwalg en botulisme

Naast blauwalg lopen ook de meldingen van botulisme en vissterfte op. Botulisme is een vorm van voedselvergiftiging, veroorzaakt door een bacterie die veel voorkomt in water met een laag zuurstofgehalte. Deze ziekte is vooral gevaarlijk voor dieren. De waterschappen roepen dan ook op honden niet te laten zwemmen in oppervlaktewater en een melding te maken bij het waterschap van dode vissen of watervogels.

Reddingsacties voor vissen

Om zeldzame vissen te redden, zetten verschillende waterschappen afgelopen week samen met hengelsportverenigingen overzetacties op touw. Vissen in zuurstofarm water of bijvoorbeeld in beken die dreigen droog te vallen werden gevangen en overgezet naar ander, zuurstofrijkere wateren.

Doorkijk voor de droogte

Het neerslagtekort is opgelopen en zal de komende week onder invloed van de hoge temperaturen en het uitblijven van neerslag verder stijgen. Daarna vlakt de stijging van het neerslagtekort enigszins af. De aanvoer van de Rijn bij Lobith is gedaald tot 780 m3/s en zal de komende week verder dalen richting 750 m3/s wat uitzonderlijk laag is voor de zomerperiode. De aanvoer van de Maas bij Sint Pieter is gedaald tot 25 m3/s en zal ook verder dalen. De waterstanden in het IJsselmeer en Markermeer dalen, maar zijn nog voldoende om aan de watervraag te voldoen.

Droogtemaatregelen

De waterschappen en Rijkswaterstaat hebben op veel plaatsen extra maatregelen genomen om water vast te houden en waar mogelijk de aanvoer te vergroten. Daarbij wordt het beschikbare water zo goed mogelijk ingezet om schade en overlast door droogte te voorkomen. Op steeds meer plekken zijn tijdelijke pompinstallaties ingezet om water aan te voeren naar gebieden met een grotere watervraag of om waterkwaliteitsproblemen te voorkomen. Waterschappen in het westen en noorden van het land voeren extra inspecties uit van droogtegevoelige kaden. Er zijn daarbij nog geen schades geconstateerd die aanleiding geven tot zorgen. Om watergebruik te beperken zijn in toenemende mate onttrekkingsverboden uit oppervlaktewater van kracht.

Opschaling vanwege aanhoudende droogte

3 augustus 2022

De droogte zet deze week verder door. Er is plaatselijk enige neerslag gevallen in Nederland, maar niet genoeg om de wateraanvoer en het neerslagtekort te verbeteren. Het huidige neerslagtekort van 224 mm is groter dan in de 5% droogste jaren. Daarom is het landelijke crisisteam voor de droogte vandaag opgeschaald.



De Rijnafvoer is uitzonderlijk laag en zal rond 7 augustus de afvoer vermoedelijk dalen naar 800 m3/s. Dergelijke lage afvoeren zijn in deze periode van het jaar uitzonderlijk. De gemiddelde Maasafvoer daalt in een langzaam tempo. In het grootste deel van Nederland is de huidige situatie wat betreft wateraanvoer en waterkwaliteit nog beheersbaar. Het wordt echter elke week een grotere uitdaging om de negatieve effecten voor natuur, landbouw en scheepvaart te beperken.

Management Team Watertekorten

De verwachting is dat dit nog een tijd aanhoudt, waardoor komende weken mogelijk nieuwe maatregelen volgen om het beschikbare water zo goed mogelijk te verdelen. Minister Harbers (Infrastructuur en Waterstaat) schrijft vandaag aan de Tweede Kamer deze waterverdeling vanaf nu bij het Managementteam Watertekorten (MTW) neer te leggen. Het MTW bestaat uit Rijkswaterstaat, waterschappen, drinkwaterbedrijven, provincies en betrokken ministeries (LNV, EZK en IenW). Zij bereiden eventuele nationale maatregelen voor om de waterverdeling zo optimaal mogelijk te houden.

Opschalen

De effecten van de droogte worden op steeds meer plekken merkbaar. In Zeeland, Limburg en de Achterhoek levert de droogte problemen op door de lage grondwaterstanden. In West Nederland is sprake van verzilting door de lage rivierafvoeren en in Oost Nederland zijn door de lage waterstand in de rivieren problemen met de wateraanvoer. Veel waterschappen zijn dan ook regionaal opgeschaald vanwege de droogte. Dit betekent in de praktijk dat er veel aanvullende maatregelen worden genomen om de problemen vanwege de droogte in te perken.

Droogtemaatregelen

Zo worden schotbalken geplaatst en vispassages tijdelijk afgesloten om zoet water langer vast te houden. Waar mogelijk zijn peilen opgezet en wordt extra water aangevoerd om water op peil te houden aan de hoge watervraag te voldoen. Ook hebben waterschappen in het zuiden en oosten van het land onttrekkingsverboden ingesteld voor oppervlaktewater en wordt er beperkt geschut voor de scheepvaart.

In West Nederland worden extra inspecties uitgevoerd bij droogtegevoelige waterkeringen. Ook verwachten de waterschappen in het westen de komende weken extra maatregelen te moeten nemen om op te treden tegen de toenemende verzilting.

Verder wordt opgeroepen om zuinig om te gaan met water en worden op verschillende plekken negatieve zwemadviezen gegeven. Door de stijgende temperatuur in het water loopt de kwaliteit terug met blauwalg, botulisme en vissterfte tot gevolg.

Droogte houdt aan

28 juli 2022

Hoewel een aantal regenbuien kortstondig verlichting hebben gegeven, zet de droogte verder door. Het neerslagtekort neemt verder toe. De waterschappen nemen dan ook aanvullende maatregelen in de vorm van onttrekkingsverboden, dijkinspecties en negatieve zwemadviezen. Daarnaast doen ze samen met de drinkwaterbedrijven de oproep om zuinig met water om te gaan.

Droogte in Brabant. Koeien liggen op geel gras in de weide. Strak blauwe lucht.

De afvoer van de Rijn is een paar dagen gestagneerd rond 900 m3/s en zet nu een verdere daling in. De afvoer van de Maas daalt ook verder. De zwakke storingen die de komende tijd overtrekken, zullen niet echt effect hebben op de droogtesituatie en het neerslagtekort. De wateraanvoer wordt op steeds meer plekken in Nederland een uitdaging.

Grondwater

De grondwaterstanden laten overal een dalende trend zien. Ze zijn momenteel gemiddeld tot laag, en in het zuiden lokaal zeer laag voor de tijd van het jaar. Door de stijgende watertemperaturen nemen de problemen met de waterkwaliteit ook op steeds meer plekken toe.

Lage rivierafvoeren

De effecten van de droogte worden op steeds meer plekken merkbaar. In West-Nederland is er sprake van toenemende verzilting. Dat komt omdat er door de lage rivierafvoeren minder water beschikbaar is om het zeewater terug te dringen. De Klimaatbestendige Wateraanvoer (KWA) is één van de oplossingen die moet zorgen voor voldoende aanvoer van zoetwater.

Aanvullende maatregelen

Ook zijn veendijken erg gevoelig voor de droogte. Daarom inspecteren de waterschappen ze preventief. Waterschap Limburg en waterschap Scheldestromen hebben in navolging van 6 andere waterschappen inmiddels ook onttrekkingsverboden voor oppervlaktewater ingesteld. Dit betekent dat er geen water uit de beken en sloten mag worden gehaald om bijvoorbeeld gewassen en velden te besproeien.

IJsselmeer

Door de droogte en de afnemende wateraanvoer wordt het in steeds meer gebieden moeilijker om waterpeilen op het gewenste niveau te houden. De watervoorraad in het IJsselmeer is nog wel goed op peil. De waterpeilen op de rivieren dalen en dat leidt tot verminderde vaardieptes. Er zijn tijdelijke pompen geplaatst om de Twentekanalen van water te voorzien. Bij diverse sluizen gelden er schutbeperkingen voor de scheepvaart om water vast te houden en verzilting tegen te gaan.

Effecten droogte nemen toe

19 juli 2022

Het is warm in Nederland en het hitteplan is van kracht. Ook de waterbeheerders in Nederland worden uitgedaagd door het warme en zonnige weer. Zo neemt de droogte steeds verder toe. Dat komt door het uitblijven van neerslag, de hoge temperaturen en de lage rivierafvoer.



En de droogte blijft aanhouden. De afvoer van de Rijn is erg laag en daalt de komende tijd verder. Ook de afvoer van de Maas is laag en zal verder dalen. Ondanks dat er enkele lokale buien worden verwacht, neemt het neerslagtekort de komende 2 weken verder toe, al is het minder snel dan in de afgelopen weken. De grondwaterstanden zijn lokaal laag, vooral in het oosten, zuiden en westen, en vertonen een dalende trend. Door het warme weer is de vraag naar drinkwater gestegen. Ook de landbouw en de natuur vragen om veel water.

Toenemende verzilting

De effecten van de droogte worden op steeds meer plekken merkbaar. In West-Nederland is er sprake van toenemende verzilting. Dat komt omdat er door de lage rivierafvoeren minder water beschikbaar is om het zeewater terug te dringen. Door de droogte en afnemende wateraanvoer wordt het in steeds meer gebieden moeilijker om waterpeilen op het gewenste niveau te houden. De watervoorraad in het IJsselmeer is nog wel goed op peil. De waterpeilen op de rivieren dalen. Dat leidt tot verminderde vaardieptes.

Waterkwaliteit achteruit

Door stijgende watertemperaturen neemt de problematiek met de waterkwaliteit in sommige gebieden toe. En dat heeft vissterfte, botulisme en blauwalg tot gevolg. In 9 waterschappen gelden dan ook op verschillende plaatsen negatieve zwemadviezen. Willen inwoners toch graag een verkoelende duik nemen, wordt aangeraden eerst de ZwemwaterApp te raadplegen. Daarin is te zien waar je nog veilig kunt zwemmen in schoon water.

Extra zoetwateraanvoer

De waterschappen en Rijkswaterstaat nemen extra maatregelen om water vast te houden, water te besparen en waar mogelijk de aanvoer te vergroten. De Klimaatbestendige Wateraanvoer (KWA) is opgestart om water aan te voeren naar West-Nederland. Er worden tijdelijke pompen geplaatst om de Twentekanalen van water te voorzien. Bij diverse sluizen gelden er schutbeperkingen voor de scheepvaart om water vast te houden en verzilting tegen te gaan. Ook wordt er extra informatie uitgegeven voor de scheepvaart, met name over de waterstanden op de Waal. Drinkwaterbedrijven roepen klanten op om in warme periodes bewust en zuinig om te gaan met drinkwater.

Beperken van problemen

Droogteproblemen komen de laatste jaren steeds vaker voor. De waterschappen nemen daarom het hele jaar door maatregelen om die problemen te beperken. Zo houden de waterschappen op de hoge zandgronden in de winter en het voorjaar hun waterpeilen hoog. Als de grondwaterstanden te laag zijn in het voorjaar, stellen ze beregeningsverboden in om de grondwatervoorraad te beschermen. Ook wordt water steeds meer vastgehouden. Bijvoorbeeld door beken die in de jaren ’70 zijn rechtgetrokken weer te laten meanderen zodat het water langer in een gebied blijft. Daarnaast werken veel waterschappen met subsidies en andere maatregelen om zuinig waterverbruik te stimuleren.

Grenzen

De extremen in het weer nemen alleen zo hard toe dat de grenzen worden bereikt van wat er in het watersysteem kan worden gedaan. Daardoor is het voorkomen van droogteschade niet altijd mogelijk.

Deltacommissaris: houd bij woningbouw rekening met het klimaat

7 december 2021

Bij de keuze voor nieuwe locaties voor woningbouw wordt nog nauwelijks rekening gehouden met het bodem- en watersysteem en de gevolgen van klimaatverandering, vooral die op de lange termijn. Dit concludeert deltacommissaris Peter Glas. In een advies geeft hij aan dat er meer ruimte moeten worden gereserveerd om de gevolgen van klimaatverandering voor het waterbeheer op te vangen.



Naar schatting 820.000 nieuwe woningen zijn voorzien in overstroombare gebieden, gebieden met een slappe ondergrond of gebieden met een natte bodem. Het zijn locaties die kwetsbaar zijn voor overstromingen, wateroverlast, bodemdaling, maar ook voor droogte en hitte. Deze kwetsbaarheid zal door de klimaatverandering toenemen. Daarbij krijgen we steeds meer te maken met extreem weer, pieken in de rivierafvoer en een stijgende zeespiegel.

Gevolgen klimaatverandering

Deltacommissaris Peter Glas schrijft dit in zijn tweede advies over woningbouw en klimaatadaptatie aan de ministeries van Binnenlandse Zaken en Infrastructuur en Waterstaat. In het advies constateert hij dat er bij de woningbouwopgave onvoldoende rekening wordt gehouden met de langetermijngevolgen van klimaatverandering en met de eisen die water en bodem stellen.

Kwetsbaar in de gebouwde omgeving

Glas: “We hebben snel nieuwe woningen nodig. Maar daarbij is het wel van belang dat we het in één keer goed doen. Dat we flexibiliteit inbouwen en volgende generaties niet klemzetten met problemen en schade. De overstromingen in Limburg hebben laten zien hoe kwetsbaar we zijn in de gebouwde omgeving. Ik roep daarom op om scherper te kijken naar waar we gaan bouwen en hoe we bouwen.”

Water sturend bij bouwplannen

De waterschappen benadrukken al langer dat water een leidende en sturende rol moet krijgen in bouwplannen om zo schade en overlast door weersextremen te beperken. Het is daarom belangrijk dat de waterschappen zo vroeg mogelijk worden betrokken bij de locatiekeuze voor nieuwbouwprojecten. En dat er in navolging van de adviezen van de deltacommissaris nationale kaders komen voor klimaatbestendig bouwen. Ook vragen de waterschappen om bij nieuwbouwlocaties ruimte vrij te houden voor waterbergingen om de toenemende neerslag op te vangen.

Ruimte voor water

In het advies, waarvoor Sweco, Defacto, Deltares en Ecorys gegevens hebben aangeleverd, roept de deltacommissaris Rijk en regio ook op om op voorhand ruimte te reserveren voor maatregelen die nodig zijn bij een toekomstige zeespiegelstijging van 2 meter op de Noordzee. Daarnaast moet er ruimte behouden blijven in de buitendijkse gebieden langs de grote wateren en rivieren. Die ruimte is nodig voor toekomstige versterkingen van de primaire waterkeringen, voor extra waterberging en voor een goede afvoer van het water.

Lange termijn

De Unie van Waterschappen onderschrijft het advies van de deltacommissaris. Het advies is een agenderend advies, dat in de praktijk op alle niveaus invulling verdient. Met de huidige woningbouwopgave worden nu ruimtelijke keuzes voor de komende 100 jaar gemaakt. Het is belangrijk om meer ruimte te reserveren om de gevolgen van klimaatverandering voor het waterbeheer op te vangen, afwenteling van kosten op het waterbeheer te voorkomen, en om de oplossingsrichtingen voor aanpassen aan een hoge zeespiegelstijging open te houden.

Kamervragen over rapport watercrisis in Limburg

21 januari 2022

Het Instituut voor Veiligheids- en Crisismanagement COT heeft een rapport uitgebracht over de aanpak van de watercrisis door waterschap Limburg in juli 2021. De VVD heeft naar aanleiding van dit rapport Kamervragen gesteld.



Het rapport is geschreven in opdracht van waterschap Limburg. Het concludeert dat door de tomeloze inzet van eigen medewerkers, de hulp van andere organisaties en diverse burgerinitiatieven het waterschap veel heeft bereikt tijdens de watercrisis.

Crisisplan

Maar er ging ook het nodige niet goed. De crisis kwam net te vroeg. Er was vlak daarvoor een nieuw crisisplan vastgesteld. De medewerkers van het waterschap waren daar nog onvoldoende van op de hoogte.

Kamervragen

Kamerleden Fahid Minhas en Ingrid Michon-Derkzen (beiden VVD) hebben over dit rapport vragen gesteld aan de ministers van Infrastructuur en Waterstaat en van Justitie en Veiligheid. Zij vragen onder meer wat hun reactie is op de conclusies van het rapport. Ook willen ze weten of de aanbevelingen uit het rapport worden uitgevoerd en wat het tijdpad is.

Risico’s in andere gebieden

Daarnaast willen de Kamerleden graag weten of de ministers in overleg met de Unie van Waterschappen inzichtelijk gaan maken of er andere gebieden in Nederland risico lopen op extreme wateroverlast. En als dat het geval is, wat de ministers doen om in die gebieden overlast te voorkomen en schade te beperken.

Beleidstafel

Ook de beleidstafel Wateroverlast en Hoogwater buigt zich over de vraag hoe we het beste kunnen omgaan met een periode van extreme neerslag, die waarschijnlijk steeds vaker gaat voorkomen. Deze beleidstafel is door de minister van Infrastructuur en Waterstaat ingesteld naar aanleiding van de watercrisis. De beleidstafel stuurt binnenkort de aanbevelingen naar de Tweede Kamer.

Vertegenwoordigers diverse overheden

Aan de beleidstafel doen bestuurlijke vertegenwoordigers van diverse overheden mee: waterschap Limburg, provincie Limburg, gemeente Valkenburg, veiligheidsregio Zuid-Limburg, het Rijk, de Deltacommissaris, de Unie van Waterschappen, het Interprovinciaal Overleg en de Vereniging van Nederlandse Gemeenten.

Bericht website waterschap Limburg

Voorlopig geen neerslag, effecten droogte nemen toe

12 juli 2022

Het blijft de komende tijd droog in Nederland. Het neerslagtekort wordt groter en de effecten hiervan nemen toe. Om water vast te houden en de aanvoer te vergroten, hebben de waterschappen en Rijkswaterstaat verschillende maatregelen genomen.



Zo hebben waterschappen waar mogelijk waterpeilen verhoogd om water vast te houden en blijven geldende onttrekkingsverboden van kracht. Ook heeft Rijkswaterstaat besloten om het peil in het IJsselmeer te verhogen tot NAP -0,15 m. Op landelijke schaal is er nog geen sprake van watertekorten, dankzij de maatregelen die de waterschappen en Rijkswaterstaat eerder hebben genomen om een extra watervoorraad op te bouwen.

Maas en Rijn

De Maasafvoer is laag, maar nog voldoende voor de watervraag. De afvoer van de Rijn gaat dalen. Hierdoor is er minder water beschikbaar is om het zeewater in West-Nederland terug te dringen. Om verzilting te voorkomen, treffen de waterschappen en Rijkswaterstaat extra maatregelen. Zo wordt extra water aangevoerd uit de Nederrijn via het Amsterdam-Rijnkanaal. Ook wordt de inzet van de Klimaatbestendige Wateraanvoer (KWA) voorbereid. Hiermee wordt extra zoet water via gemalen, stuwen en watergangen naar West-Nederland geleid.

Blauwalg

Het oppervlaktewater in Nederland is over het algemeen van voldoende kwaliteit. Door de oplopende temperaturen en afnemende afvoeren is lokaal meer sprake van blauwalgen, soms met een negatief zwemadvies tot gevolg. De waterschappen geven een overzicht van veilige zwemplekken in de Zwemwater app of op www.zwemwater.nl.

Regionale verschillen

Het grondwater ligt lager dan normaal voor de tijd van het jaar. Regionaal zijn daarbij grote verschillen te zien in de grondwaterstanden. In het westen, zuiden en oosten van Nederland worden lokaal lage tot zeer lage grondwaterstanden waargenomen. Het vochtgehalte van de toplaag is laag, maar op veel locaties nog voldoende.

Effecten merkbaar

Met de komende droge en warme periode zal de behoefte aan beregening van landbouwgewassen groter worden. Lokaal, waar niet beregend kan worden, merkt de landbouw de gevolgen van de toenemende droogte. In natuurgebieden zijn grondwaterstanden lager dan gemiddeld en vallen bovenlopen van beken steeds meer droog. Voor de scheepvaart zijn op dit moment ook de effecten van lage waterstanden en afvoeren merkbaar. De verwachting is dat de effecten de komende week toenemen.

De droogtemonitor is een product van de Landelijke Coördinatiecommissie Waterverdeling van het Watermanagementcentrum Nederland (WMCN-LCW) met bijdragen van de waterschappen, Rijkswaterstaat, het KNMI, de provincies, het ministerie van LNV en Vewin.

Meer Rijksregie op de ruimtelijke ordening met de Nationale Omgevingsvisie Extra

6 juli 2022

Op 6 juli heeft het ministerie van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening (VRO) 2 programma’s gelanceerd: de Nationale Omgevingsvisie Extra (NOVEX) en Mooi Nederland. Het doel van de 2 programma’s is om te komen tot samenhang in de uitvoering van de nationale omgevingsvisie. De waterschappen zijn blij dat de minister hiermee de regie neemt op de ruimtelijke ordening. De Unie van Waterschappen heeft daar ook voor gepleit. Net als voor het sturend zijn van water en bodem. Ook dat principe komt in de programma’s terug.



De NOVEX kent twee hoofdpijlers: regie per provincie en gebiedsgerichte regie in NOVEX-gebieden. Het programma bevat onder meer spelregels voor samenwerking tussen overheden. Mooi Nederland geeft meer invulling aan de samenhang tussen opgaven. Dit programma moet borgen dat een mooi eindresultaat wordt bereikt. Dat doet het door belevingswaarde, gebruikswaarde en toekomstwaarde centraal te stellen bij de inrichting van ons land. Beide programma’s onderstrepen dat water en bodem sturend zijn in de ruimtelijke inrichting.

Programma NOVEX

Er komen veel opgaven op ons af. Denk aan klimaat, water, stikstof, woningbouw, natuur en biodiversiteit,. De druk op de ruimte is groot. Voor de opgaven zijn er aparte nationale programma’s, zoals het Nationaal Programma Landelijk Gebied (NPLG), woningbouw, de Regionale Energiestrategie (RES). Het programma NOVEX verbindt de ruim 20 nationale programma’s en geeft aan hoe het Rijk regie voert op de ruimte. Het Rijk wil dat doen op basis van een goede interbestuurlijke samenwerking. Dat moet leiden tot een gedeeld beeld van de opgaven, heldere voorwaarden en concrete uitvoeringsafspraken.

Rol provincies

In oktober legt het Rijk bij iedere provincie een ‘startpakket’ neer. Daarin kunnen de provincies de nationale doelen inpassen en combineren met de lokale doelen en ambities op het gebied van ruimte. Dat startpakket bevat de doelen, kaders, randvoorwaarden, spelregels en een planning. De provincies gaan hiermee aan de slag en maken een plan. Ook organiseren ze het proces om tot zo’n plan te komen. Daarbij betrekken ze regio’s, gemeentes, waterschappen, uitvoeringsorganisaties en maatschappelijke partijen.

Ruimtelijk arrangement

In oktober 2023 moeten Rijk en provincies samen tot een ruimtelijk arrangement komen. Alle overheden dragen daaraan bij vanuit hun eigen rol en verantwoordelijkheid. De minister van VRO coördineert en voert de ruimtelijke regie per provincie namens het Rijk.

NOVEX-gebieden

Daarnaast is het Rijk intensiever betrokken bij 16 NOVEX-gebieden. Dit zijn gebieden in het landelijk en stedelijk gebied waar meerdere urgente nationale (ruimtelijke) opgaven spelen. Rijk en regio werken hier nauwer samen aan een ontwikkelperspectief voor het gebied en een uitvoerings- en investeringsagenda. Zulke NOVEX-gebieden zijn onder meer De Peel, Arnhem/Nijmegen/Foodvalley, de regio Zwolle, Amsterdam Noordzeekanaalgebied, Het Groene Hart en Zuid-Limburg.

Programma Mooi Nederland

Het is belangrijk om de balans te bewaren tussen het slim omgaan met opgaven die ruimte vragen en de kwaliteit van onze leefomgeving. Daarom geeft het Programma Mooi Nederland handvatten om ruimtelijke kwaliteit mee te nemen in de opgaven. Het programma brengt de samenhang tussen opgaven in kaart en ontwikkelt toekomstperspectieven. Op gebiedsniveau worden handelingsperspectieven ontwikkeld met inrichtingsoplossingen voor ingewikkelde thema’s.

Water en bodem sturend

De programma’s NOVEX en Mooi Nederland moeten er samen voor zorgen dat er snel goede keuzes worden gemaakt, dat opgaven slim worden gecombineerd en dat onze ruimte eerlijk wordt verdeeld. Dat alles met oog voor de ruimtelijke kwaliteit. Beide programma’s benoemen daarbij dat water en bodem sturend zijn voor de ruimtelijke planvorming. De inrichting moet “worden afgestemd op de staat en kwaliteit van de ondergrond en de natuurlijke dynamiek van het water”.

Wat vinden de waterschappen?

De Unie van Waterschappen is blij dat de minister van VRO de regie wil pakken op ruimtelijke ordening. Ook is het mooi dat ‘water en bodem sturend’ in beide programma’s terugkomt. Het is belangrijk om daar nader invulling aan te geven. Daarnaast hebben de waterschappen waardering voor het feit dat in het programma Mooi Nederland expliciet aandacht is voor de kwaliteit van de verbouwing van Nederland in de komende jaren, zowel in landelijk als in stedelijk gebied. Het water- en bodemsysteem is daarvoor de basis.

Ruimte voor water

De waterschappen benadrukken dat het belangrijk is dat er bij verbouwing van Nederland ruimte is voor water: klimaatadaptatie, ruimte voor waterveiligheid, ruimte om wateroverlast en droogte te voorkomen. Water heeft de komende decennia ruimte nodig, vanwege zeespiegelstijging, grotere afvoer rivieren, piekbuien en droogte. Het is belangrijk (ver) vooruit te kijken en de langetermijnverwachtingen en -ontwikkelingen mee te nemen bij de inrichting van de ruimte bij de grote verbouwing van Nederland.

Meer informatie over de programma’s

Minister de Jonge in gesprek over bouwen in lager gelegen gebieden

Op 6 juli heeft minister Hugo de Jonge van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening een bezoek gebracht aan de Goudse wijk Westergouwe en het beoogde Vijfde Dorp in de laaggelegen Zuidplaspolder. Hij deed dat op uitnodiging van de Unie van Waterschappen. De minister ging het gesprek aan met het hoogheemraadschap van Schieland en de Krimpenerwaard en de gemeentes Gouda en Zuidplas over de vraag: kan bouwen in laag Nederland en wat is er nodig om dit verstandig te doen?



Nederland kent een nijpend tekort aan woningen. Minister De Jonge heeft daarom de ambitie om bijna een miljoen nieuwe woningen te hebben gebouwd in 2030. In ons land is er echter beperkte ruimte en veel gebieden voor woningbouw kennen uitdagingen. Naast de woningbouwcrisis heeft Nederland te maken met een stijgende zeespiegel en steeds meer extreem weer. Denk hierbij aan langere perioden van droogte en hevige hoosbuien. Het bouwen van nieuwe woningen moet volgens de waterschappen dan ook op een klimaatbestendige manier gebeuren.

Klimaatbestendig als nieuw normaal

Westergouwe is een nieuwe, laag gelegen woonwijk in de Zuidplaspolder bij Gouda waarvan de eerste fases al in 2016 zijn opgeleverd. Minister De Jonge kreeg daar presentaties over het veilig en klimaatbestendig inrichten van de wijk. De minister bezocht onder meer woningen die ook een waterkerende functie hebben. Bij het deel van de polder in de gemeente Zuidplas waar het Vijfde Dorp moet verschijnen, sprak hij met verschillende betrokkenen van het waterschap, de provincie en de gemeente over de ambitie om van het Vijfde Dorp een toekomstbestendig ‘Klimaatdorp’ te maken.

Water en bodem leidend

Toon van der Klugt, dijkgraaf van het hoogheemraadschap van Schieland en de Krimpenerwaard: “Bouwen in diepe polders is complex en daarom moet je ook vanuit duurzaamheid vooraf goed naar de locatie kijken. Bouwen kan alleen als dit volledig klimaatadaptief gebeurt. Water en bodem moeten dus leidend zijn in de plannen. De wijk Westergouwe laat zien dat bouwen onder strenge voorwaarden op moeilijke plekken in laag Nederland wel kan en tot iets heel moois leidt, maar dat dit heel veel vraagt.“

Investeren, niet repareren

Van der Klugt: “Voor het nieuw te bouwen Vijfde Dorp, waar met de gemeente naar water en bodem gekeken wordt, willen wij met de gemeente, provincie en ons waterschap dat het hoge ambitieniveau wordt waargemaakt. Het Vijfde Dorp moet, ook door commitment van het Rijk, hét klimaatdorp van Nederland worden. Een voorbeelddorp waar we laten zien hoe bouwen in lager gelegen gebieden van Nederland kan. Dit is geen eenvoudige opgave, maar wat ons betreft wel de enige optie. Wanneer we namelijk niet aan de voorkant nadenken over klimaatbestendige keuzes, creëren we een potentiële schadepost van miljarden euro’s. We moeten vooraf investeren en niet achteraf repareren.”

Nationale maatlat

Minister De Jonge werkt aan een nationale maatlat voor klimaatadapatief bouwen, op advies van de Unie van Waterschappen en deltacommissaris Peter Glas. Naar schatting 820.000 woningen van de circa 1 miljoen woningen die tot 2030 gebouwd moeten worden, staan gepland in risicovol gebied als je kijkt naar het waterbeheer. Tot nu toe wordt bij locatiekeuzes voor woningbouw nog nauwelijks rekening gehouden met het bodem- en watersysteem en de gevolgen van klimaatverandering op de lange termijn.