Inbreng debat Stikstof en natuur: stikstofaanpak en invasieve exoten 

24 maart 2025

Woensdag 2 april staat het commissiedebat Stikstof en Natuur op de agenda van de Tweede Kamer. In aanloop naar dit debat brengt de Unie van Waterschappen een aantal belangrijke aandachtspunten naar voren.

Polder landschap met weide, water en natuur- stikstof

Zorg voor een geborgde stikstofaanpak en natuurherstel 

Voor natuurherstel moet breder gekeken worden dan naar stikstof alleen: water heeft daar een belangrijke rol. Het halen van de KRW-doelen in 2027 kan al een hele belangrijke bijdrage zijn. 

Ook zorgen waterschappen voor waterveiligheid. Het is daarom belangrijk dat waterschappen zonder vertraging kunnen werken aan het versterken van de dijken. Voor de waterkwaliteit zijn de uitbreidingen van rioolwaterzuiveringsinstallaties essentieel.  

Contouren landelijk aanvalsplan invasieve exoten 

De Amerikaanse rivierkreeft, een invasieve exoot, is een van de oorzaken van een slechte waterkwaliteit. Het ministerie van Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur (LVVN) is vanuit de exotenverordening systeemverantwoordelijke en de waterschappen verwachten daarom inzet en middelen.  

Daarnaast is er sprake van een continue instroom van muskus- en beverratten uit Duitsland. Ze zijn gevaarlijk omdat ze holen en gangen in dijken graven en zijn schadelijk voor de biodiversiteit. De waterschappen hebben de hulp van LVVN nodig om tot werkafspraken met Duitsland te komen.  

De waterschappen willen: 

  • Een stikstofaanpak zodat waterschapsprojecten zoals dijkversterkingen en de uitbreiding van rioolwaterzuiveringsinstallaties niet vertraagd worden. 
  • Inzet en middelen van LVVN  voor de korte en lange termijn voor de aanpak van de Amerikaanse rivierkreeft.
  • Dat het ministerie in overleg gaat met Duitsland om de uitstroom van muskus- en beverratten naar Nederland te voorkomen.

> Lees de volledige inbreng van de waterschappen voor het commissiedebat

Tussentijdse evaluatie KRW tijdens Commissiedebat Water 

27 maart 2025

Op 26 maart vond in de Tweede Kamer het Commissiedebat (CD) Water plaats. Het debat ging vooral over de tussenevaluatie van de Kaderrichtlijn Water (KRW). Namens de Kamer gingen Ines Kostić (Partij voor de Dieren), Hidde Heutink (PVV), Geert Gabriëls (GL-PvdA), Cor Pierik (BBB), Aant Jelle Soepboer (NSC), Martijn Buijsse (VVD) en Pieter Grinwis (ChristenUnie) in debat met elkaar en met Barry Madlener, minister van Infrastructuur en Waterstaat. 

Foto van een WGO water van november 2024

Ter illustratie een foto van WGO water van november 2024

Waterkwaliteit 

Een groot deel van het debat ging over de tussenevaluatie van de KRW. De deadline voor het behalen van de KRW-doelen is 2027, maar minister Madlener gaf aan dit niet te redden. De afgelopen jaren verbeterde de waterkwaliteit in Nederland weliswaar aanzienlijk, maar het lukt niet om alle doelen te halen. Dit kan leiden tot juridische procedures vanuit de Europese Unie (EU). Daarom deed de minister de toezegging aan de Kamer dat hij een brief met een juridische analyse stuurt als Nederland de doelen niet haalt. Als Nederland hiervoor gegronde redenen kan geven, hoopt de minister dat de EU een uitzondering maakt. 

Voor de verbetering van de waterkwaliteit moet niet alleen naar de EU of buurlanden worden gekeken, benadrukten Ines Kostić en Geert Gabriëls tijdens het debat. Juist nationale oplossingen kunnen hieraan bijdragen. Zoals een totaalverbod op PFAS(-lozingen), het bestrijden van de Amerikaanse rivierkreeft, het behoud van grasland, en watervriendelijke natuurherstelmaatregelen. Daarnaast noemde Cor Pierik de mogelijkheid van een speciale KRW-commissaris. Ook gaf de minister aan dat hij de waterkwaliteit gaat bespreken in de speciaal opgerichte Ministeriële Commissie Economie en Natuurherstel. 

Waterveiligheid 

Daarnaast kwam in het debat het Hoogwaterbeschermingsprogramma (HWBP) ter sprake. ChristenUnie en VVD vroegen de minister naar de status van de extra investeringen die nodig zijn voor het versterken van 1.400 kilometer aan dijken. De waterschappen hebben al 1,25 miljard euro extra beschikbaar gesteld, maar het Rijk nog niet. De minister kon dit bedrag niet toezeggen, maar gaf opnieuw aan dat “het Rijk staat voor zijn verantwoordelijkheid”. Dit komt terug in de Voorjaarsnota.  

Tenslotte reageerde de minister op vragen van ChristenUnie en NSC dat waterschappen verantwoordelijk blijven voor de (centrale) regie bij het onderhoud van dijken. Verschillende betrokken partijen kijken naar de bundeling en standaardisatie van dijkversterkingsprojecten om waar mogelijk efficiënter te werken.  

Tweeminutendebat 

Aan het einde van het commissiedebat vroeg de Partij voor de Dieren een tweeminutendebat aan, een plenair vervolg op een commissiedebat waar moties worden ingediend. De datum voor dit debat volgt binnenkort. Het volgende CD Water staat op de planning voor 17 juni. 

Waterschappen brengen aandachtspunten in voor commissiedebat Water

3 februari 2025

Op 26 maart is het jaarlijkse commissiedebat Water in de Tweede Kamer. De waterschappen brengen in aanloop naar dit debat een aantal belangrijke aandachtspunten naar voren, gericht op waterkwaliteit en waterveiligheid.

rioolwaterzuivering vanuit de lucht gefotografeerd

Waterkwaliteit

De waterschappen blijven zich inzetten voor en investeren in schoner en gezonder water en nemen veel maatregelen voor de verbetering van de waterkwaliteit. Bijvoorbeeld door investeringen in extra zuiveringsstappen voor medicijnresten en andere schadelijke stoffen bij de zuiveringsinstallaties.

Naast de eigen inzet van de waterschappen zijn er extra inspanningen nodig om verdere verbeteringen te realiseren. Het huidige beleid en de geplande maatregelen zijn onvoldoende om alle KRW-doelen in 2027 te halen. Waterschappen pleiten onder andere voor:

  • Bronaanpak met strenger toelatingsbeleid voor stoffen.
  • Duidelijke normen voor stoffen, zodat bedrijven en vergunningverleners beter weten waar ze aan toe zijn.
  • Investeringen in toezicht en handhaving tegen giflozingen.
  • Een landbouwbeleid dat aansluit bij de KRW-doelen.

Waterveiligheid

Naast het beheer en onderhoud aan dijken werken de waterschappen samen met het Rijk aan de grootste Nederlandse dijkversterkingsoperatie sinds de Deltawerken: het Hoogwaterbeschermingsprogramma (HWBP). De waterschappen willen € 1,25 miljard extra investeren in het op koers houden van deze Nederlandse dijkversterkingen. Voorwaarde daarvoor is dat alliantiepartner het Rijk ook € 1,25 miljard extra investeert en het Rijksdeel in de Voorjaarsnota 2025 beschikbaar komt. Het gaat om projecten die in de periode 2030-2036 in uitvoering gaan.

Ook afspraken over de lange termijn, tot en met 2050, zijn nodig. Dijken zullen in de toekomst hoger en breder moeten worden. Dat gaat veel ruimte en geld kosten. De waterschappen pleiten daarom voor een langetermijnperspectief en een tijdige verhoging van het Deltafonds. De waterschappen vragen daarom om:

  • Om commitment en de extra middelen voor de € 1,25 miljard investering van het Rijk in de periode 2030 – 2036 verder te concretiseren en om in de Voorjaarsnota 2025 aan te geven hoe deze middelen beschikbaar komen.
  • Een langetermijnperspectief voor waterveiligheid, inclusief duidelijkheid over tempo, kosten voor de opgaven tot 2050 en vernieuwde afspraken over effectiever en efficiënter werken in de alliantie.

Samenwerking noodzakelijk

Waterschappen kunnen deze uitdagingen niet alleen aanpakken. Samenwerking met landbouw, industrie, inwoners en het Rijk is essentieel om waterveiligheid en -kwaliteit te waarborgen.

> bekijk de volledige inbreng voor het commissiedebat Water
> meer informatie over waterkwaliteit
> meer informatie over waterveiligheid

Toename instroom muskus- en beverratten door kletsnat voorjaar

21 januari 2025

In 2024 zijn er door de 21 waterschappen meer muskus- en beverratten gevangen in Nederland. Ze vormen een risico voor onze veiligheid door graverij in dijken, kades en de natuur. Landelijk (per regio zijn de vangsten verschillend) zijn er in 2024 bijna 15.000 meer muskusratten gevangen, een stijging van 29 procent ten opzichte van 2023. Het aantal beverratvangsten in 2024 bedroeg 1.862, een toename van 13 procent ten opzichte van 2023.

bever_muskusrattenbestrijder_WSRL-unie-van-waterschappen

De stijging van het aantal vangsten komt door meer inzet van bestrijders van de 21 waterschappen. Ook is er sprake van meer instroom uit met name Duitsland door de lange periodes van hoog water in de winter en het voorjaar van 2024. Door het hoge water werden holen onbereikbaar, waardoor veel muskus- en beverratten door de sterke waterstroming stroomafwaarts, in ons land, hun heil zochten. Het grootste deel van die muskus- en beverratten is daar direct door de waterschappen in de grenszone gevangen.

Bedreiging voor dijken en biodiversiteit

Muskus- en beverratten komen van nature niet voor in Nederland, ze zijn hier door menselijk handelen beland. Ook hebben de dieren bij ons nauwelijks natuurlijke vijanden. De waterschappen bestrijden de dieren omdat ze schade brengen aan waterkeringen en oevers, door holen en gangenstelsels in dijken te graven. Zo veroorzaken ze verzakkingen in dijken en kades. In het ergste geval kan een dijk of kade doorbreken waardoor er dorpen of zelfs steden onder water lopen. Muskus- en beverratten vormen ook een bedreiging voor de biodiversiteit. Ze staan daarom allebei op de Europese lijst van Invasieve soorten. Ze eten planten als riet en lisdodde weg, en verdringen daardoor inheemse diersoorten zoals de zwarte stern, de roerdomp en de kleine karekiet. Deze vogels leven in het riet, waar ook de muskus- en beverratten hun leefomgeving hebben.

In 2024 meer vangsten muskusratten dan in 2023

In 2024 zijn er in totaal 65.811 muskusratten door de 21 waterschappen gevangen. Dat is een toename in vangsten van bijna 15.000 dieren, wat een stijging van 29 procent is ten opzichte van 2023. Er zijn grote regionale verschillen. In de grensgebieden zijn meer dieren gevangen die ons land binnenzwommen via rivieren en beken uit de buurlanden. Door langs de Duitse landsgrens muskusratten direct te vangen voorkomen de waterschappen dat deze dieren zich in Nederland vestigen en lege gebieden opnieuw bezetten. In gebieden in het westen van het land zijn opnieuw meer muskusratten gevangen. Om in deze gebieden uiteindelijk ook een daling in de muskusratpopulatie te bereiken, moeten hier eerst zoveel mogelijk muskusratten gevangen worden. Dit heeft een stijging in vangsten tot gevolg. In andere gebieden heeft de daling van muskusratvangsten zich doorgezet.

Toename vangsten beverratten in 2024

Bij de beverrat is het in 2013 al gelukt om ze terug te dringen naar de landsgrens: Nederland heeft geen eigen populatie beverratten meer. Ruim 95 procent van de vangsten vindt plaats direct langs de grens met Duitsland. Als gevolg van opeenvolgende zachte winters en een minder goed georganiseerde bestrijding is de beverratpopulatie in Duitsland nog steeds omvangrijk. Het aantal beverratvangsten langs de grens in Nederland is met 13 procent toegenomen: in 2024 werden er 1.862 beverratten gevangen. Door de beverratten direct langs de grens te vangen, voorkomen de waterschappen dat ze zich opnieuw over het hele land verspreiden.

Bestuurder Vincent Lokin van de Unie van Waterschappen: “Ongeveer 3500 kilometer aan dijken beschermen Nederland tegen overstromingen: van de zee, grote rivieren, meren en plassen. Mede door extremer weer wordt de druk op onze dijken in de toekomst nog groter. Het voorkomen van graverij door muskus- en beverratten blijft daarom een belangrijke taak voor de ruim 400 gespecialiseerde muskus- en beverratbestrijders van de 21 waterschappen. De muskus- en beverratbestrijders van de waterschappen werken steeds meer samen. Dit draagt bij aan het gezamenlijke doel om in 2034 geen (levensvatbare) populatie muskusratten meer te hebben in Nederland. Dat is het geval als er in het binnenland minder dan 500 muskusratten per jaar worden gevangen. Europese afspraken over professionele bestrijding van muskus- en beverratten komen helaas nog onvoldoende van de grond. De instroom vanuit het buitenland door het hoge water laat zien dat dit voor Nederland wel belangrijk is. De waterschappen willen zowel landelijk als regionaal inzetten op intensievere grensoverschrijdende samenwerking”.

Minister Madlener stuurt Kamerbrief waterveiligheid naar Tweede Kamer

15 januari 2025

Op 15 januari stuurde minister Barry Madlener (Infrastructuur en Waterstaat) een brief naar de Tweede Kamer met daarbij verschillende documenten over het waterveiligheidsbeleid. De brief bevat onder meer de uitkomsten van de evaluaties van de normering van primaire keringen, de wet- en regelgeving over waterveiligheid en een betere inschatting van de omvang van het Hoogwaterbeschermingsprogramma (HWBP).

2 werkmannen in oranje overals staan op een dijk naast een hijskraan om elkaar een buis aan te geven.

Volgens de minister laten de evaluaties zien dat doorontwikkeling van ons waterveiligheidssysteem en investeringen nodig zijn, maar dat de wettelijke kaders een goede basis bieden voor de toekomst.

Bekijk de Kamerbrief die op 15 januari door de minister naar de Tweede Kamer is gestuurd.

Bekijk het nieuwsbericht van het ministerie over de Kamerbrief

Extra investeringen voor de periode 2030-2036 noodzakelijk

Het HWBP wordt voor de helft door de waterschappen betaald en voor de helft door het Rijk. Voor HWBP-projecten is er in de periode 2030-2036 circa € 2,5 miljard extra nodig voor dijkversterkingen. Op 13 december 2024 hebben de waterschappen de minister laten weten de helft van dit bedrag te gaan bijdragen, zodat dijkversterkingen niet stagneren. Voorwaarde is wel dat de minister er voor zorgt dat het Rijk zich in de Voorjaarsnota committeert aan dit bedrag. Op 26 november nam de Tweede Kamer unaniem een motie aan waarin de regering wordt verzocht prioriteit te geven aan het Rijksdeel van de financiering (eveneens € 1,25 miljard).

Bekijk de brief van de waterschappen aan de minister over extra investeringen in het HWBP in de periode 2030-2036.

Versterkingsopgave tot 2050 bijgesteld

Uit de Kamerbrief blijkt dat, na verdieping van de cijfers in de Landelijke Beoordeling Overstromingskansen (LBO-1) en het Landelijk Veiligheidsbeeld (LVB), de verwachte dijkversterking tot en met 2050 is bijgesteld van 2.000 naar 1.400 kilometer. Ook is een schatting gemaakt van de kosten die hiermee tot en met 2050 gemoeid zijn. Deze schatting heeft een grote bandbreedte, namelijk tussen de 14 en 23 miljard euro. Zoals aangegeven in het regeerakkoord wordt het HWBP in 2025 herijkt. Hierbij worden afspraken gemaakt over de financiële opgave, over een scherpere sturing op doelmatigheid en over de voortgang van het programma. De waterschappen pleiten bij het Rijk voor een langetermijnperspectief en een tijdige verhoging van het Deltafonds.

Bekijk het nieuwsbericht van het HWBP over de totale versterkingsopgave

Bekijk het nieuwsbericht van het Deltaprogramma over de totale versterkingsopgave

Waterschappen alert tijdens kleine hoogwatergolf

10 januari 2025

Het was - en is - nat in Nederland. Ook via de grote rivieren komt er veel water ons land binnen. Diverse waterschappen hebben zich wederom voorbereid op het opvangen van het vele water en nemen waar nodig aanvullende maatregelen. De waterschappen houden waterstanden, waterafvoer en verwachte neerslag continu in de gaten. De piek wordt verwacht op zondag 12 januari. De situatie is niet zorgwekkend.

peilstok in hoogwater

Volle uiterwaarden

Het waterpeil in de Maas en de Rijn is hoger dan normaal. Bij Lobith stijgt het waterpeil in de Rijn deze week bijvoorbeeld van 10 naar ruim 13 meter boven NAP. Ook in diverse regionale beken en rivieren is het waterpeil hoger dan normaal. De piek van deze kleine ‘hoogwatergolf’ wordt verwacht op dinsdag 14 januari. Bij de verwachte waterstanden zullen de uiterwaarden onderlopen.

> meer informatie over de waterpeilen in de grote rivieren op Rijkswaterstaat.nl

Verzadigde bodem

Door het natte najaar is de bodem op veel plekken nat en verzadigd. Dit betekent dat de bodem op veel plekken geen extra water meer kan opnemen. De gemalen van de waterschappen voeren overtollig water af via de grote rivieren en naar zee. Ook bekijken de waterschappen of andere regionale maatregelen nodig zijn zoals de inzet van waterbergingspolders, extra pompcapaciteit en dijkcontroles.

De regionale situatie

De situatie kan lokaal erg verschillen. Dat hangt samen met hoog en laag gelegen gebieden, de stroomgebieden van rivieren en de neerslag in de afgelopen en aankomende dagen. Meerdere waterschappen plaatsen updates op hun website over het hoge water. Onder andere:

waterschap Limburg
waterschap Aa en Maas
hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden
waterschap Rivierenland
waterschap Drents Overijsselse Delta
waterschap Vallei en Veluwe

De situatie bij de andere waterschappen bekijken? Een overzicht met de websites van alle 21 waterschappen staat op waterschappen.nl.

> Lees meer over hoog water

Ruimte reserveren voor de toekomst

19 december 2024

Ook in de toekomst vraagt waterbeheer om ruimte door zeespiegelstijging, hogere rivierafvoeren, bodemdaling en extremer weer. Het Rijk, de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG), het Interprovinciaal Overleg (IPO) en de Unie van Waterschappen (UvW) hebben daarom afspraken gemaakt over het reserveren van ruimte voor toekomstige dijkversterkingen.



Waterbeheer vraagt ruimte

Voor het versterken van dijken is in de toekomst meer fysieke ruimte nodig. Dat blijkt onder andere uit de tussenbalans van het Kennisprogramma Zeespiegelstijging. Als een dijk wordt verhoogd, moet deze ook worden verbreed om hem stevig genoeg te houden. Om te zorgen dat deze ruimte op termijn ook beschikbaar is of komt, zijn afspraken nodig. Bijvoorbeeld over hoe we de ruimte dicht bij een dijk inrichten.

Minister Madlener van Infrastructuur en Waterstaat: “Nederlandse waterexperts werken al eeuwenlang met dijken om ons land te beschermen tegen het water. En de komende eeuwen zullen we dat moeten blijven doen: waterveiligheid is nooit af. Tegelijkertijd willen we ook een hoop andere belangrijke dingen doen in ons land, zoals woningen bouwen. Het is dan slim om in kaart te brengen welke ruimte we in de toekomst nodig hebben voor dijkversterkingen. Op die manier voorkom je dat we nú investeren in een bouwwerk op een bepaalde plek, maar dat we dit in de toekomst moeten afbreken omdat die ruimte nodig is voor een dijkversterking.”

Het Rijk, de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG), het Interprovinciaal Overleg (IPO) en de Unie van Waterschappen (UvW)  hebben daarom afspraken gemaakt over de reservering voor de primaire waterkeringen (dijken en duinen).

De waterschappen

Veel waterschappen hebben in het verleden ruimte gereserveerd voor toekomstige dijkversterkingen. Dit hebben zij gedaan door reserveringszones (zogeheten profielen van vrije ruimte) vast te leggen. De nieuwe afspraken moeten ervoor zorgen dat de reserveringszones worden geactualiseerd in het licht van de nieuwste inzichten. Ook zorgen de afspraken ervoor dat in alle delen van het land wordt gewerkt met eenduidige definities, met ruimte voor gebiedsgerichte kenmerken en aanpak. 

Provincies en gemeenten

De ruimte in Nederland is schaars en we kennen vele opgaven die ruimte claimen, zoals woningbouw, wegenbouw, natuur en water.  En Nederland is zeker op het efficiënt en effectief gebruikmakend van de beschikbare ruimte innovatief. Door samen een zorgvuldige en integrale afweging te maken over de benodigde ruimte en toedeling van functies kunnen we binnen de reserveringszones met elkaar afspreken wat nog mogelijk is aan andere tijdelijke ruimtelijke ontwikkelingen zonder dat hierdoor plekken die veel later nodig zijn decennia ongebruikt blijven.  Regionale gebiedskenmerken vragen lokale/regionale uitwerking. In het ruimtelijk beleid en ruimtelijke instrumenten van provincies en van gemeenten is het van belang om te verwijzen naar de profielen van vrije ruimte. Dit is belangrijk voor de afwegingen die provincies en gemeenten moeten maken.

De komende jaren gaan Rijkswaterstaat, waterschappen, provincies en gemeenten de afspraken concretiseren en implementeren in het omgevingsbeleid om regionaal te bepalen op welke plekken er ruimte beschikbaar moet blijven voor bijvoorbeeld hogere en bredere dijken.

Extra investeren in dijkversterkingen door waterschappen en Rijk noodzakelijk

16 december 2024

De 21 waterschappen willen € 1,25 miljard extra investeren in dijkversterkingen van het Hoogwaterbeschermingsprogramma (HWBP). Deze extra bijdrage komt bovenop de bijna € 1,6 miljard die de waterschappen met de huidige wettelijke afspraken in de periode van 2030 tot 2036 al beschikbaar stellen. Het geeft aan dat de waterschappen topprioriteit blijven geven aan het op koers houden van dijkversterkingen in Nederland om inwoners, onroerend goed, infrastructuur en onze economie te beschermen.



Commitment van het Rijk

Portefeuillehouder waterveiligheid Jeroen Haan van de Unie van Waterschappen: “Op 13 december hebben de waterschappen tijdens de Ledenvergadering aangeven dat dijkversterkingen niet mogen stagneren. Alle 21 waterschappen willen de betreffende waterschapsbesturen voldoende zekerheid bieden om nu projecten te kunnen opstarten die tussen 2030 en 2036 in uitvoering gaan. Voorwaarde is wel dat alliantiepartner het Rijk zich ook committeert aan de extra opgaven. De waterschappen zien commitment van het Rijk. Zo heeft de Tweede Kamer op 26 november unaniem een motie aangenomen die de regering verzoekt om prioriteit te geven aan het Rijksdeel van de financiering (ook € 1,25 miljard). Met een brief vragen we het Rijk om deze extra middelen in de periode 2030-2036 verder te concretiseren en om in de Voorjaarsnota 2025 aan te geven hoe deze middelen beschikbaar komen.”

> Lees de brief van de waterschappen aan minister Madlener van Infrastructuur en Waterstaat

Extra investeren noodzakelijk

In het HWBP werken de waterschappen en het Rijk al tien jaar binnen een alliantie aan de versterking van dijken, sluizen en andere waterkeringen. Dat doen ze met een wettelijke afspraak om tot 2050 beide de helft te financieren. Dit verkleint de kans op schade door overstromingen en beschermt Nederlanders en veel economische waarde. De omstandigheden zijn de afgelopen tien jaar flink veranderd. Dankzij het goede werk van de alliantie is de veiligheid nu waarschijnlijk groter dan ooit. Maar ondertussen wordt de opgave groter: meer piekbuien, vaker en heftiger hoogwater, langere periodes van droogte. Er gelden nieuwe, strengere normen en de prijzen van grondstoffen zijn gestegen.

Geen zekerheid over beschikbaar budget

De omstandigheden en groeiende opgave vragen om een grotere inzet en meer financiële middelen. Om het tempo van de uitvoering en de lange voorbereidingen van de vele projecten in Nederland op orde te houden, is er € 2,5 miljard extra investering nodig voor het starten van dijkversterkingsprojecten die in de periode 2030-2036 in uitvoering gaan. Van de waterschappen en het Rijk vraagt dat ieder de helft van de kosten: van beide € 1,25 miljard extra.

De algemeen besturen van de uitvoerende waterschappen moeten in 2025 besluiten nemen over de start van deze grote projecten. Maar op dit moment is er geen zekerheid dat er in de periode 2030-2036 geld vanuit het HWBP voor die projecten beschikbaar is.

> Lees meer over waterschappen en waterveiligheid
> En over de Themarapportage Waterveiligheid

Projectenboek HWBP: ‘Een schat aan geleerde lessen’

9 december 2024

Het Hoogwaterbeschermingsprogramma (HWBP) bestaat tien jaar. Als het programma in 2050 is afgelopen, is Nederland beter dan ooit beschermd tegen hoogwater. Ook de komende jaren worden er heel veel Nederlandse dijken versterkt door de waterschappen. Onlangs bracht het HWBP het projectenboek uit met een overzicht van alle dijkversterkingen die de komende jaren worden voorbereid en uitgevoerd.

cover-HWBP-Projectenboek-2025-2030-schat-aan-geleerde-lessen

In het boek worden de belangrijkste lessen van tien jaar HWBP op een rij gezet. Ook bevat het diverse interviews, met onder meer Jeroen Haan portefeuillehouder Waterveiligheid bij de Unie van Waterschappen, over het belang van gezamenlijke inzet van de alliantie. “Dijken zijn de ruggengraat van onze waterveiligheid. Dankzij het HWBP versterken we niet alleen dijken, maar ook de samenwerking tussen waterschappen, Rijkswaterstaat en andere partners. Samen staan we sterk tegen het water, aldus Haan.”

Een decennium van vooruitgang

De aanpak van het HWBP is uniek. Waterschappen, Rijkswaterstaat en het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat werken nauw samen om dijkversterkingen op een efficiënte en duurzame manier uit te voeren. Daarbij wordt gekeken naar niet alleen de veiligheid, maar ook naar kansen voor natuur en leefomgeving. Sinds 2014 zijn tientallen kilometers dijk versterkt en innovatieve technieken toegepast, zoals natuurvriendelijke oevers en slimme monitoringtools. Het projectenboek biedt een uitgebreide inkijk in de projecten en toont hoe de samenwerking binnen het HWBP resulteert in innovatieve oplossingen en gedeelde kennis. Het boek laat ook zien hoe deze projecten bijdragen aan klimaatadaptatie en ruimtelijke kwaliteit.

> Bekijk het volledige Projectenboek en meer informatie over het HWBP
> Bekijk meer informatie over het werk van de waterschappen voor waterveiligheid

Waterschappen alert voor storm Conall

27 november 2024

Aan het einde van de middag en vooral in de avond van woensdag 27 november krijgt Nederland te maken met storm Conall. Het KNMI geeft in de avond in de provincies Noord-Holland, Friesland, Flevoland, Groningen, Drenthe en Overijssel code oranje af voor zeer zware windstoten. In Zuid-Holland, Utrecht en Gelderland kan het ook flink waaien. Hier geldt code geel. Donderdag 28 november gelden er geen waarschuwingen meer.

Storm Conall raast over Nederland

Waterschappen alert

De waterschappen zijn alert en houden de waterstanden nauwlettend in de gaten. Wanneer het nodig is, nemen ze (preventieve) maatregelen. Zo heeft het hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier uit voorzorg twee sluizen gesloten om het achterliggende gebied tegen mogelijke wateroverlast te beschermen. Ook heeft Wetterskip Fryslan het monumentale Woudagemaal ingezet.

24/7 monitoring waterstanden

De huidige waterstanden zijn niet uitzonderlijk voor het najaar, maar in combinatie met de storm kan het lokaal om extra aandacht vragen. Door de harde windstoten kan het waterpeil bijvoorbeeld tijdelijk stijgen. Dit noemen we opstuwing. Dit gebeurt wanneer harde wind het water naar één kant duwt.

Rijkswaterstaat en de waterschappen monitoren de waterstanden 24/7. Dit doen ze onder andere vanuit het Watermanagementcentrum Nederland (WMCN), dat indien nodig waterbeheerders en veiligheidsregio’s waarschuwt. Zij kunnen dan lokaal maatregelen nemen om wateroverlast zoveel mogelijk te beperken.

Overstroomik.nl

Tussen oktober en mei, ook wel het stormseizoen, komen storm en hoogwaterstanden het meest voor. Meer dan de helft van de Nederlandse bevolking woont in een gebied dat kan overstromen. De waterschappen en andere overheden houden gedurende het hele jaar de dijken en kades goed in de gaten om Nederland te beschermen. Maar de natuur is grillig, dus het kan een keer misgaan. Overstroomik.nl geeft voor elke postcode in Nederland aan hoe hoog het water kan komen en wat iedereen kan doen om bij een dreigende overstroming schade te beperken.

> Bekijk hier de actuele informatie per waterschap

> Lees meer over hoogwater