Parlement op de hoogte gebracht van proces financiële effecten Omgevingswet

5 februari 2021

Demissionair Minister Ollongren van Binnenlandse Zaken en Koninkrijkrelaties (BZK) heeft de Eerste en Tweede Kamer op 5 februari in een brief geïnformeerd over de stand van zaken van het onderzoek naar de financiële effecten van de Omgevingswet. Dit onderzoek wordt gebaseerd op 20 deelonderzoeken en geeft een beeld van de huidige verwachting van de financiële consequenties van deze nieuwe wet.



In de tweede helft van april stuurt minister Ollongren het complete beeld van deze financiële effecten naar de Eerste en Tweede Kamer. Voordat ze dat doet, vindt nog een bestuurlijk overleg plaats tussen de minister en de koepels van de decentrale overheden, waaronder de Unie van Waterschappen.

Ten grondslag aan dit financiële beeld liggen verschillende onderzoeken over de eenmalige kosten én de structurele kosten en baten die het gevolg zijn van de nieuwe wetgeving. Half maart is het financiële beeld klaar. Het wordt dan voorgelegd aan de leden van de Uniecommissie Bestuurszaken, Communicatie en Financiën. Op die manier zijn de waterschappen zo vroeg mogelijk geïnformeerd.

Rapport transitiekosten

Omdat de Eerste Kamer daar specifiek om vroeg, heeft de minister bij de kamerbrief ook al een van de deelonderzoeken toegestuurd. Het gaat om het onderzoeksrapport van KMPG over de eenmalige transitiekosten van de Omgevingswet. In het complete beeld worden de transitiekosten in relatie gebracht met de verwachte structurele baten en kosten die de wet met zich meebrengt en die in andere deelonderzoeken in beeld zijn gebracht.

KPMG schat in dat de transitiekosten van de waterschappen over de periode 2016 t/m 2024 ongeveer 70 miljoen euro bedragen. KPMG baseert zich hierbij op cijfers die de waterschappen aan de Unie hebben aangeleverd. Voor de provincies gaat het om ongeveer 100 miljoen euro, voor de gemeenten om zo’n 1,4 miljard euro en voor het Rijk om grofweg 76 miljoen euro.

Financiële evaluatie

Snel na invoering van de Omgevingswet volgt eind 2022 een financiële evaluatie die dieper ingaat op de transitiekosten. En ook daarna, in 2023 en 2027, evalueren het Rijk en de bestuurlijke partners de financiën. Daarbij geldt de eerdere afspraak dat er samen met de minister naar oplossingen wordt gezocht als uit de financiële evaluaties blijkt dat de kosten in relatie tot de baten substantieel hoger zijn dan eerder voorzien.

> Kamerbrief met link naar rapport ‘Onderzoek transitiekosten Omgevingswet’

> Ledenbrief aan waterschappen

Wet open overheid aangenomen door Tweede Kamer, compensatie voor extra kosten

26 januari 2021

Op 26 januari heeft de Tweede Kamer ingestemd met de Wet open overheid (Woo). De Woo is de initiatiefwet van GroenLinks en D66 die de Wet openbaarheid van bestuur (Wob) gaat opvolgen.



De nieuwe wet moet leiden tot een actieve openbaarheid van documenten van het Rijk, de bestuursorganen en de decentrale overheden, waaronder de waterschappen. De wet heeft als doel om (semi)overheden transparanter te maken, om het belang van openbaarheid van publieke informatie voor de democratische rechtsstaat, de burger, het bestuur en de economische ontwikkeling beter te dienen.

Kosten gecompenseerd

Het kabinet heeft besloten dat de extra kosten die decentrale overheden maken bij de invoering en uitvoering van de Woo gecompenseerd worden. De waterschappen zijn hier erg blij mee. Omdat het goed uitvoeren van de Woo extra werk vraagt van de waterschappen, heeft de Unie zich hard gemaakt voor deze compensatie. De kosten voor de waterschappen zijn becijferd op eenmalig 6,2 miljoen euro en structureel uiteindelijk 3,6 miljoen euro per jaar. De Unie krijgt verder een bijdrage van 375.000 euro om de waterschappen te kunnen ondersteunen bij de invoering van de wet.

Van passieve naar actieve openbaarheid

De extra kosten worden vooral veroorzaakt door de omslag van passieve naar actieve openbaarheid. Onder de Woo moet de overheid de informatie actief openbaar maken via het platform PLOOI. Op dat platform kunnen burgers en bedrijven straks alle informatie terug vinden die op basis van de Woo actief openbaar moet worden gemaakt. Dat betekent voor de waterschappen dat ze anders moeten gaan werken. Ze moeten bij het creëren van informatie al nadenken over openbaarheid. Het proces moet uiteindelijk zo worden ingericht dat informatie ‘automatisch’ openbaar wordt gemaakt.

Proces

Nu de Tweede Kamer de wet heeft aangenomen, gaat deze door naar de Eerste Kamer. De Eerste Kamer neemt de wet in behandeling, al kan deze nog wel controversieel worden verklaard. In dat geval komt de wet stil te liggen tot er een nieuw kabinet is.

Meer informatie over wat de Woo betekent voor de waterschappen vindt u in de Handreiking Digitale Transformatie