Waterschappen roepen op om nu besluiten te nemen voor 2100 en later

9 oktober 2023

Op 9 oktober presenteerde het KNMI de nieuwe klimaatscenario’s voor Nederland. De klimaatscenario’s laten zien dat weersextremen vaker gaan voorkomen. We gaan dus vaker te maken krijgen met extreme neerslag en droogte. Ook zal de zeespiegel harder stijgen dan aanvankelijk gedacht. De Unie van Waterschappen wijst erop dat dit grote consequenties heeft voor het waterbeheer. Dijkversterkingen en andere maatregelen om het extreme weer aan te kunnen vragen veel ruimte en geld.



Uit de presentatie van de KNMI Klimaatscenario’s blijkt dat het in alle seizoenen warmer wordt. En dat we te maken krijgen met drogere zomers en nattere winters. Ook kijken we mogelijk tegen een zeespiegelstijging van 1 meter aan in 2100. Het KNMI signaleert ook dat weersextremen elkaar sneller zullen gaan opvolgen. Het kenniscentrum benadrukt dat het klimaat sowieso gaat veranderen richting de toekomst en we ons daarop moeten gaan aanpassen. Het KNMI schrijft daarover: de mate waarin huidige en toekomstige generaties te maken krijgen met een warmere en andere wereld is afhankelijk van de keuzes die we nu maken.

Nu besluiten nemen met 2100 als uitgangspunt

Voor de waterschappen bieden de klimaatscenario’s van het KNMI belangrijke kaders. Rogier van der Sande, voorzitter van de Unie van Waterschappen: “We gebruiken de scenario’s om onze normen voor waterveiligheid en wateroverlast op te baseren. Om toekomstige schade en ellende te voorkomen, pleiten we ervoor om zowel voor waterbeheer als voor ruimtelijke keuzes, voor bijvoorbeeld woningbouw, uit te gaan van de bovenkant van de klimaatscenario’s en 2100 als zichtjaar aan te houden. We weten nog niet precies hoeveel en hoe snel het klimaat verandert en de zeespiegel stijgt. Door nu te kiezen voor een robuuste aanpak en opties open te houden voor toekomstige maatregelen, voorkomen we dat we verkeerde keuzes maken en achteraf moeten bijsturen en repareren. Alleen zo blijven we een veilige delta.”

Langetermijndenken

De waterschappen vragen naar aanleiding van de nieuwe klimaatscenario’s aandacht voor waterveiligheid en zoetwatervoorziening bij een nieuw kabinet. Op dit moment vindt de grootste dijkversterkingsoperatie sinds de Deltawerken plaats in het Hoogwaterbeschermingsprogramma. In 2050 voldoen alle dijken aan de nieuwe normen voor waterveiligheid. Jeroen Haan, bestuurslid en portefeuillehouder waterveiligheid van de Unie van Waterschappen: “Voor de huidige werkzaamheden aan de dijkveiligheid in Nederland zijn slechts tot 2028 financiële afspraken gemaakt met het Rijk. In de komende kabinetsperiode zijn daarom nieuwe afspraken nodig over de gedeelde financiering van dijkversterking tussen 2028 en 2050.” De Unie van Waterschappen roept ook op om verder te kijken.

Haan: “Het klimaat verandert sowieso en daar moeten we tijdig op anticiperen. Dat betekent dat we nu een langetermijnvisie moeten hebben voor de ruimtelijke inrichting van Nederland en voor de waterveiligheid in Nederland na 2050. Hier moet voldoende budget én ruimte voor worden gereserveerd. In alle ruimtelijke plannen waar nu gesprekken over plaatsvinden, moet ruimte worden gereserveerd voor dijkversterkingen en voor het opvangen van water. Dijken zullen in de toekomst hoger en breder moeten worden. Dat gaat veel ruimte en geld kosten. Dit is een gezamenlijke verantwoordelijkheid van de waterschappen en het Rijk.”

Effecten zeespiegelstijging opvangen

Daarom pleiten de waterschappen ervoor om die ruimtelijke reserveringen voor water op te nemen in onder meer de Nota Ruimte waar het ministerie van Binnenlandse Zaken mee bezig is. Ook roepen de waterschappen op om het Deltafonds tijdig te vergroten. “We willen ons land weerbaarder maken tegen de onzekerheden die zeespiegelstijging met zich meebrengt. Op basis van inzichten van het KNMI concluderen we dat het Deltafonds moet worden opgehoogd om de effecten van zeespiegelstijging en op te kunnen vangen”, legt Van der Sande uit.

Deltacommissaris: Vaart maken én grenzen stellen voor onze waterveiligheid

20 september 2023

Op Prinsjesdag is het Deltaprogramma voor 2024 gepresenteerd en aangeboden aan de Tweede Kamer. Hierin roept de deltacommissaris op om vaart te maken met de opgaven voor waterveiligheid, zoetwater en ruimtelijke adaptatie. Maak scherpere keuzes over waar we wel en niet bouwen, waar we ruimte creëren om water op te slaan voor droge perioden en waar we ruimte reserveren voor toekomstige dijkversterkingen.

dijkinspectie voor waterveiligheid

Deltacommissaris Peter Glas roept vandaag in zijn advies bij het Deltaprogramma 2024 op om tempo te blijven maken. En ook om op termijn voldoende geld te reserveren voor het opvangen van de gevolgen van klimaatverandering. ”We moeten ons beter voorbereiden op wateroverlast, droogte en hitte. Want de klimaatverandering zet door en de gevolgen zijn nu al merkbaar. Tegelijkertijd wordt steeds duidelijker dat niet alles kan als we willen dat Nederland veilig en leefbaar blijft en klimaatbestendig wordt. Nederland is één groot mensgemaakt water- en bodemsysteem. Dit op orde krijgen en in balans houden verdraagt geen uitstel.”

‘Nu voor later’

In het Deltaprogramma 2024, getiteld ‘Nu voor later’, wordt gesignaleerd dat de kosten voor de maatregelen om ons land aan te passen aan klimaatverandering toenemen. Onder meer vanwege de krapte op de markt en de beschikbaarheid van grondstoffen. De deltacommissaris maakt zich zorgen of er tot 2050 voldoende geld is gereserveerd in het Deltafonds voor de uitvoering van de maatregelen uit het nationaal Deltaprogramma.

Samenhangende aanpak

De waterschappen zijn actieve partners in het Deltaprogramma. Ze herkennen zich in de oproep van de deltacommissaris voor voldoende financiële middelen in het Deltafonds. Daarnaast onderschrijft de Unie van Waterschappen het belang van een krachtige regie en samenhangende aanpak om Nederland klimaatbestendig in te richten. De opgaven voor energie, woningbouw, landbouw en natuur moeten aangepakt worden binnen de grenzen die water en bodem aan ons stellen, zodat we veilig met water kunnen blijven leven, wonen en werken in Nederland.

> Kijk op de website van het Deltaprogramma voor het volledige bericht

Rapport IPBES: toename bedreiging door invasieve exoten

5 september 2023

Invasieve exoten zijn één van de vijf grootste bedreigingen voor biodiversiteit. Ook moet er meer gedaan worden om de verspreiding te voorkomen én om invasieve soorten intensiever te bestrijden. Dat blijkt uit het rapport van IPBES dat deze week is verschenen.



IPBES

IPBES staat voor Intergouvernementeel Platform voor Biodiversiteit en Ecosysteemdiensten. IPBES verzamelt kennis over biodiversiteit en ecosysteemdiensten en maakt belangrijke rapporten over de staat van de biodiversiteit.

Hoge kosten

Het rapport maakt duidelijk dat de bedreiging van invasieve exoten alleen maar toeneemt. Snel meer actie ondernemen is dus noodzakelijk. Jaarlijks kosten invasieve exoten internationaal bijna 400 miljard euro. Ook Nederland heeft steeds hogere kosten als het gaat om (de bestrijding van) invasieve exoten. Duidelijk is dat versterkte samenwerking met verschillende sectoren en tussen landen belangrijk is.

Amerikaanse rivierkreeft

Waterplanten verdwijnen, oevers van sloten zijn net onder de waterlijn doorzeefd met kleine gangetjes en het water is modderbuin: werk van Amerikaanse rivierkreeften die in west- en midden Nederland op diverse plaatsen massaal voorkomen. Waterschappen zitten als waterkwaliteitsbeheerders met de kreeften in hun maag. De invasieve exoten hebben het in Nederland erg naar hun zin, maar zijn een bedreiging voor de waterkwaliteit en de biodiversiteit. Door de massale aanwezigheid van de kreeften verdwijnen de doelen van de Kaderrichtlijn Water voor een goede waterkwaliteit verder uit zicht.

Niet eenvoudig op te lossen

De kreeftenproblematiek is niet eenvoudig op te lossen. Om het grootste deel van een kreeftenpopulatie weg te vangen is een enorme visserij-inspanning nodig. De kreeften reproduceren zeer snel, waardoor periodiek wegvangen nodig blijft. Alleen dan wordt het probleem niet nog groter. Een uitdaging daarbij is dat er nog geen goed vangmiddel ontwikkeld is dat alleen de kreeften vangt. Bovendien mogen op dit moment alleen beroepsvissers kreeften bevissen met fuiken of korven. Waterbeheerders zijn van hen afhankelijk voor bevissing.

Gezamenlijk traject

Gelukkig staan de waterschappen er niet alleen voor om de problemen aan te pakken. In een gezamenlijk traject met de ministeries van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit en Infrastructuur en Waterstaat, provincies, vissers, terreinbeherende organisaties wordt gesproken over beheersing van de uitheemse rivierkreeftpopulatie en over hoe verdere verspreiding kan worden afgeremd of tegengegaan. Goed nieuws is dat de organisaties samen een handelingskader hebben ontwikkeld. Dat beschrijft op welke manier verspreiding van exoten als de Amerikaanse rivierkreeft kan worden voorkomen bij beheer en onderhoud van het watersysteem. Toch gebeurt er naast veel overleg en onderzoek nog te weinig in de praktijk. Beheersingsmaatregelen zijn erg duur en waterschappen hebben voor een gedegen aanpak onvoldoende middelen. En wie is nu eigenlijk verantwoordelijk voor beheersing van deze invasieve exoot? Hulp vanuit de andere betrokken partijen is meer dan welkom op dit punt.

Natuurlijke vijanden

In de tussentijd breidt de soort zich verder uit naar de rest van Nederland en is het te hopen dat futen, reigers, snoeken en andere natuurlijke vijanden de kreeften steeds beter weten te vinden als voedselbron. Dat zou de mooiste oplossing zijn: de natuur zelf het evenwicht laten herstellen.

> Het rapport van IPBES (Engels)

> NOS over het rapport van IPBES

Kamer neemt moties over wateronderwerpen aan

7 juli 2023

Op de laatste Kamerdag voor het zomerreces dienden verschillende politieke partijen 15 moties in tijdens het Tweeminutendebat Water. Alle moties gingen over onderwerpen die tijdens het jaarlijkse Commissiedebat water aan de orde kwamen.

grondwaterontrekkingen

Een overzicht van de moties die werden aangenomen door de Tweede Kamer:

Landelijke vergunningsplicht voor grondwateronttrekkingen

D66 kreeg een Kamermeerderheid voor een onderzoek naar een landelijke vergunningsplicht voor grondwateronttrekkingen. Als dit onderzoek positieve uitkomsten heeft, moet het kabinet daarna zo snel mogelijk een landelijke vergunningsplicht of een landelijke meldplicht voor alle grondwateronttrekkingen instellen.

In gesprek over meldplicht grondwateronttrekkingen

De Unie van Waterschappen gaat het gesprek met de 21 waterschappen aan over het instellen van een meldplicht voor grondwateronttrekkingen. Zoals in de Visie op Grondwater is aangegeven willen de waterschappen de grondwatervoorraad goed beschermen. Ook willen ze goed zicht hebben op grondwateronttrekkingen. De waterschappen nemen maatregelen om meer (grond)water vast te houden, het zicht op de onttrekkingen te verbeteren en de regelgeving waar nodig aan te scherpen.

Natuurontwikkeling bij dijkversterking

De ChristenUnie wilde met een motie bereiken dat natuurontwikkeling nadrukkelijk betrokken wordt bij dijkversterkingen. De waterschappen vinden dat een goed idee en doen dit al. Zo is een biodiversiteit grasmat ook goed voor de erosiebestendigheid van waterkeringen.

Onderzoek Chemours

Een onderzoek naar ‘nul uit de pijp’ van Chemours was de inzet van een motie van de Partij voor de Dieren. De Unie van Waterschappen is voorstander van bronbeleid: wat niet in het water komt aan gevaarlijke stoffen, hoeft er later ook niet uit. In het Kamerdebat werd aangegeven dat er een onderzoek naar dit voorstel wordt ingesteld. De Unie van Waterschappen juicht dit toe.

Medicijnresten

Tenslotte vroeg de VVD in een motie om de door het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat gereserveerde middelen voor de aanpak van medicijnresten in ons water sneller en effectiever in te zetten. Juist op de plekken waar de effecten van de medicijnresten het grootst zijn. De waterschappen voeren al een aantal demoprojecten uit op ongeveer 30 rioolwaterzuiveringen.

> Moties Tweeminutendebat Water

Waterschappen nemen maatregelen tegen storm Poly

5 juli 2023

In de ochtend van 5 juli heeft het KNMI in Noord-Holland, Flevoland, Friesland en in het IJsselmeergebied code rood afgekondigd vanwege storm Poly. In de middag geldt code oranje in de noordelijke helft van Nederland. De waterschappen nemen alle maatregelen die nodig zijn.

Storm Corry raast over Nederland

In het noordwesten van het land komen zeer zware windstoten voor van 100 tot 120 kilometer per uur. Het hoogtepunt van de storm wordt waarschijnlijk in de ochtend bereikt. In de middag moet de wind geleidelijk afnemen.

Wat doen waterschappen?

De waterschappen zijn alert en houden de waterstanden nauwlettend in de gaten. Wanneer het nodig is, nemen ze maatregelen. Uit voorzorg controleert waterschap Zuiderzeeland met dijkwachten in de Noordoostpolder of de storm geen schade aan de dijk veroorzaakt. Ook het hoogheemraadschap van Schieland en de Krimpenerwaard heeft alle gemalen nagelopen. Door de harde wind is er water wat de verkeerde kant opgeblazen wordt. De peilen worden daarom ook in de nacht in de gaten gehouden.

Bestand tegen harde wind

Vanwege de harde wind heeft Wetterskip Fryslan de keersluizen in de Lege Wâlden gesloten. Met het sluiten van de sluizen voorkomt het waterschap dat het water vanuit het westen teveel naar het oosten opstuwt. Ook heeft waterschap Amstel, Gooi en Vecht uit voorzorg de bruggen gestremd. 

Water vasthouden

Waterschap Vechtstromen probeert zoveel mogelijk water vast te houden dat tijdens de storm valt. Op sommige plekken wordt het water gecontroleerd buiten de oevers gelaten om het te bergen en in de bodem te laten zakken. Als beken, rivieren en sloten vol zitten, zullen ze het overtollige water af moeten voeren om wateroverlast te voorkomen. Peilbeheerders nemen hier voorzorgsmaatregelen voor.

Waterwoordvoerder CDA bezoekt waterschap

23 juni 2023

Eline Vedder, de nieuwe waterwoordvoerder voor het CDA in de Tweede Kamer, bracht op 23 juni een werkbezoek aan het waterschap Drents Overijsselse Delta. Daar kreeg zij een toelichting op het werk van de waterschappen.

Eline Vedder op werkbezoek bij een rioolwaterzuiveringsinstallatie.

Dijkgraaf Dirk-Siert Schoonman ontving Vedder op de rioolwaterzuivering (rwzi) in Zwolle.
Tijdens een rondleiding over de rwzi legde Schoonman het zuiveringsproces uit. Waterschappen zuiveren het rioolwater in rioolwaterzuiveringsinstallaties en daarna lozen ze het in sloten, rivieren en plassen.

Stadsdijken in Zwolle

Vedder werd ook meegenomen in een project rond waterveiligheid: de Stadsdijken in Zwolle. De Stadsdijken in Zwolle beschermen inwoners tegen water uit het Zwolle IJsselkanaal en het Zwartewater: van het industrieterrein Voorst, tot de woonwijk Holtenbroek en het landelijke Westerveld. De waterschappen willen inwoners ook in de toekomst beschermen tegen het water. Daarom versterken de waterschappen de dijken.

Werkbezoeken waterwoordvoerders

De Unie van Waterschappen nodigt nieuwe waterwoordvoerders van de politieke partijen in de Tweede Kamer altijd uit voor een werkbezoek. Dit doen ze in het waterschap van de woonplaats van de woordvoerder. De waterschappen ontvangen de waterwoordvoerders graag om hen kennis te laten maken met het waterschapswerk. Ook nemen ze de woordvoerders mee in de grote opgaven van de waterschappen. Denk hierbij aan toenemende weersextremen, het verbeteren van de waterkwaliteit en de uitvoering van de grootste dijkversterkingsopgave sinds de Deltawerken.

Rapportage ILT over beoordelingsronde primaire keringen 2017-2022

1 juni 2023

De eerste Landelijke Beoordelingsronde Overstromingskans van primaire waterkeringen (LBO-1) werd in januari 2023 afgerond. Hierin beoordeelden de waterschappen en Rijkswaterstaat de Nederlandse primaire waterkeringen (dijken en sluizen) volgens de nieuwste strengere veiligheidsnormen die in 2050 gaan gelden. De Inspectie Leefomgeving en Transport (ILT) heeft als toezichthouder een feitelijke rapportage opgesteld voor de Tweede Kamer over de beoordelingsresultaten.

Een graafmachine aan het werk op een dijk.

Commissiedebat Water

De rapportage over de periode 2017 t/m 2022 wordt op 7 juni tijdens het commissiedebat Water geagendeerd. En de minister van Infrastructuur en Waterstaat presenteert aan het eind van dit jaar het landelijk veiligheidsbeeld aan de Tweede Kamer. Dit rapport vormt daarvoor een belangrijke basis.

Nederland beschermen tegen water, nu en in de toekomst

De primaire waterkeringen beschermen Nederland tegen overstromingen van de zee, grote rivieren, meren en plassen. 38% van alle trajecten voldoet al aan de strengere eisen die in 2050 gaan gelden. Keringen die nog niet voldoen aan de strengere eisen zijn op dit moment veilig. Ze worden op termijn versterkt in het Hoogwaterbeschermingsprogramma (HWBP) om in 2050 te voldoen aan de strenge eisen. Alle resultaten en de voortgang zijn online inzichtelijk op het waterveiligheidsportaal.

Waterveiligheid is en blijft topprioriteit

Jeroen Haan, portefeuillehouder Waterveiligheid in het bestuur van de Unie van Waterschappen: “Met de lage ligging van ons land en het veranderende klimaat is en blijft waterveiligheid topprioriteit. De waterschappen en Rijkswaterstaat inspecteren, onderhouden en versterken de waterkeringen in Nederland permanent en werken hiervoor intensief samen met ministeries en andere partners. En als onze dijkwerkers een acute onveilige situatie vermoeden, grijpen ze direct in. Ons werk is nooit af.”

Nieuwe veiligheidsnormen zijn strenger

Sinds 2017 werken de waterschappen en Rijkswaterstaat met nieuwe, strengere normen voor waterveiligheid. Ze gaan uit van de kans op het bezwijken van een dijk en houden rekening met de effecten van klimaatverandering, de gevolgen van het overstromen van het achterliggende gebied op de inwoners en de economische waarde. Hoe groter de te beschermen waarde, hoe kleiner de kans op overstromen mag zijn. En dus hoe strenger de norm. Als een dijktraject bij de beoordeling niet voldoet aan die norm, betekent dat niet automatisch dat het héle traject versterkt moet worden. De werkwijze gaat uit van de zwakste schakel in een ketting. Op basis van het oordeel wordt onderzocht welke maatregelen nodig zijn om aan de nieuwe veiligheidsnormen te voldoen.

Start nieuwe beoordelingsronde 2023-2035

In de wet staat dat primaire keringen iedere 12 jaar moeten worden beoordeeld op basis van de meest actuele kennis, zoals nieuwe klimaatscenario’s van het KNMI. Waterschappen en Rijkswaterstaat starten in 2023 met de voorbereidingen op een nieuwe beoordelingsronde tot 2035 (LBO-2). Ze doorlopen het hele proces opnieuw. Daarbij maken ze gebruik van de resultaten en ervaringen uit de eerste beoordelingsronde.

Het Hoogwaterbeschermingsprogramma

Tot en met 2050 versterken en vernieuwen de waterschappen en Rijkswaterstaat de primaire waterkeringen in het HWBP. Het gaat om ongeveer 1.500 kilometer aan dijken en 400 sluizen in heel Nederland. Dit is de grootste waterveiligheidsoperatie sinds de Deltawerken. Het versterkingsprogramma is al goed op stoom. De resultaten uit de beoordelingsronde zijn belangrijke input voor de opgave en prioritering van het HWBP.

>De ILT rapportage ‘Landelijk beeld van de staat van de primaire waterkeringen – beoordelingsronde 2017-2023’

>Lees het bericht ‘Eerste landelijke beoordelingsronde primaire waterkeringen afgerond’ (12 januari)

>Meer informatie over het Hoogwaterbeschermingsprogramma

Kamervragen over gevolgen onvoldoende waterkwaliteit voor vergunningverlening bouwsector

25 april 2023

Kamerleden Tjeerd de Groot, Faissal Boulakjar en Lisa van Ginneken (D66) stelden op 19 april Kamervragen over de gevolgen van de Kaderrichtlijn Water (KRW) voor de vergunningverlening in de bouw- en infrasector. Dit deden zij naar aanleiding van het rapport van branchevereniging Bouwend Nederland over het effect van het niet halen van de KRW-doelen op vergunningverlening.

Een graafmachine aan het werk op een dijk.

Het rapport van Bouwend Nederland stelt dat de bouwsector jaarlijks 17,5 miljard euro schade ondervindt als de vergunningverlening door het niet halen van de KRW-doelen in 2027 wordt beperkt.

Geen water verplaatsen

Bouwend Nederland wijst erop dat bij onvoldoende kwaliteit van het water mogelijk geen water verplaatst mag worden, ook niet tijdelijk. Door het verplaatsen van water bestaat namelijk de kans dat de waterkwaliteit op andere plaatsen (tijdelijk) iets achteruitgaat. De branchevereniging noemt als voorbeeld dat er geen toestemming mag worden gegeven voor het tijdelijk droogpompen van een bouwput en het lozen van het water uit die bouwput. Als de bouwput niet kan worden drooggepompt, kan ook het bouwwerk zelf niet gebouwd worden.

Woningbouw en infrastructuur

Het niet behalen van de KRW-doelen heeft volgens het rapport dus ook gevolgen voor de landelijke ambities op het vlak van woningbouw en infrastructuur. De Kamerleden willen van de ministers van Infrastructuur en Waterstaat en Ruimtelijke ordening weten hoe zij hier tegenaan kijken. En ze vragen de ministers om de KRW-doelen nooit af te zwakken en alles op alles te zetten om de doelen te halen in het belang van de natuur en drinkwatervoorziening.

Waterveiligheid en mobiliteit

Specifiek vragen de Kamerleden aandacht voor de bouw van keringen, dijken en dammen die zorgen voor de waterveiligheid van Nederland. Ook over infrastructuur die essentieel is voor de verduurzaming van de OV- en spoorverbindingen en binnenvaartroutes, stellen de Kamerleden vragen.

Wat vindt de Unie van Waterschappen?

Waterschappen hebben de afgelopen jaren veel geïnvesteerd in het verbeteren van de waterkwaliteit, maar de uitdaging is groot. Duidelijk is dat de grenzen van het water- en bodemsysteem zijn bereikt. De waterschappen steunen daarom de oproep van Bouwend Nederland om gezamenlijk alle zeilen bij te zetten om de KRW-doelen te halen. Schoon water is cruciaal voor de natuur én voor een gezonde leefomgeving voor alle Nederlanders. Naast waterkwaliteit, zorgen de waterschappen ook voor waterveiligheid. Er wordt actief afgewogen of de inzet voor het verbeteren van de waterkwaliteit de waterveiligheid niet in gevaar brengt.

Urgentie om nu te handelen

Het rapport en de Kamervragen onderstrepen de urgentie om nu te handelen. Het voorkómen dat de slechte waterkwaliteit een tweede stikstofcrisis wordt, is een gezamenlijke verantwoordelijkheid. Dat kan voor de hele maatschappij hardere keuzes betekenen. In landbouw en ander ruimtegebruik, in toelating en uitstoot van stoffen, maar bijvoorbeeld ook in consumentengedrag.

>Kamervragen over de gevolgen van de KRW voor vergunningverlening bouwsector

Dijkwerkersdag: blijft waterveiligheid vanzelfsprekend?

6 april 2023

Bijna 800 dijkwerkers en studenten inspireerden elkaar tijdens de Dijkwerkersdag 2023 op 6 april. Met als thema: waterveiligheid in de toekomst. De Dijkwerkersdag wordt jaarlijks georganiseerd door het Hoogwaterbeschermingsprogramma. Bestuurder Jeroen Haan van de Unie van Waterschappen verzorgde samen met Michèle Blom van Rijkswaterstaat de opening.

Dijkwerkersdag

Waterveiligheid van groot belang voor Nederland

“Voor het voortbestaan van Nederland is waterveiligheid van groot belang en dat is voor veel Nederlanders niet vanzelfsprekend”, aldus Haan. “Het besef over het belang van waterveiligheid wordt steeds breder gevoeld in Nederland. Dat merk ik bijvoorbeeld aan de vele aandacht die ons werk kreeg tijdens de waterschapsverkiezingen en de herdenking van de watersnoodramp. Het Hoogwaterbeschermingsprogramma komt inmiddels op alle niveaus op stoom. Er komen steeds meer projecten in uitvoering. Daar wordt elke dag keihard door veel dijkwerkers aan gewerkt.”

Inspiratie door Annemieke Nijhof

Annemieke Nijhof, directeur van kennisinstituut Deltares, schetste haar beeld van de toekomst voor de start van de deelsessies. Het werk aan de Nederlandse Delta is volgens haar nooit af. Ze vraagt daarbij aandacht voor de waarde van het gebied. Ga op tijd in gesprek met inwoners. Laat zien dat dijkprojecten bijdragen aan waardevermeerdering in een gebied door opgaven te combineren. En dat dijken bijdragen aan een veilige toekomst van de nieuwe generatie. Haar betoog was voer voor discussie en gesprek tijdens de 24 deelsessies in het middagprogramma.

Over het Hoogwaterbeschermingsprogramma (HWBP)

De waterschappen beschermen Nederland tegen overstromingen. Zonder goed beheer aan 17.700 kilometer aan dijken, duinen en andere waterkeringen door onze dijkwerkers zou 60 procent van Nederland regelmatig overstromen. In het kader van het HWBP versterken de waterschappen samen met Rijkswaterstaat in de komende 30 jaar waar nodig de primaire waterkeringen. Samen zijn deze keringen 3.500 kilometer lang.

Schriftelijke Kamervragen over de Amerikaanse rivierkreeft

20 maart 2023

Tweede Kamerleden Thom van Campen en Peter Valstar van de VVD hebben schriftelijke vragen gesteld over de bedreiging van de natuur en de waterkwaliteit door de Amerikaanse rivierkreeft. De Kamerleden stelden hun vragen aan de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (LNV) en de minister voor Natuur en Stikstof.

rivierkreeft

Bestrijding van rivierkreeften

De Amerikaanse rivierkreeft komt van nature niet in Nederland voor; het is een ‘invasieve exoot’. Ze vormen een probleem voor de waterkwaliteit, de waterveiligheid en de biodiversiteit. Van Campen en Valstar vragen om spoed bij de aanpak van de verspreiding van deze invasieve exoot. Rivierkreeften zijn inmiddels namelijk een landelijk probleem. Ook de Unie van Waterschappen vindt dat er snel ingegrepen moet worden.

Alleen beroepsvissers

Op dit moment mogen alleen beroepsvissers de rivierkreeften vangen. De 2 Kamerleden vragen zich af of deze regels volstaan. Daarnaast vragen ze zich af of de beroepsvissers voldoende Amerikaanse rivierkreeften kunnen vangen om ze effectief te bestrijden.
De Kamerleden vragen aan de ministers of zij een regierol voor het Rijk zien.

Onderzoek

Van Campen en Valstar willen graag weten wat de status is van het onderzoek naar de schade die de rivierkreeften aan de oevers aanbrengen. Ook willen ze graag de status weten van de juridische verkenning waarin onderzocht wordt of er meer ruimte mogelijk is voor vangst van de Amerikaanse rivierkreeft.

‘Het rode gevaar’

Rivierkreeften eten waterplanten. Ook woelen ze in de bodem en in de oevers. Het water wordt hierdoor troebel en er komt geen licht meer bij de bodem. Het gevolg is dat de waterplanten verdwijnen en het natuurlijk evenwicht verstoord raakt. De waterkwaliteit gaat dan achteruit. Ook de waterveiligheid kan door de kreeften in het nauw komen, wanneer ze graven in bijvoorbeeld dijken.

Wat doet de Unie?

De Unie van Waterschappen is in gesprek met de ministeries van LNV en Infrastructuur en Waterstaat (IenW) over een nationale aanpak en regie vanuit het Rijk.

Over welke maatregelen waar het meest effectief zijn, bestaan nog veel vragen. Onderzoek kan helpen bij het vinden van oplossingen voor het probleem, waarbij steeds de vraag blijft tot op welke hoogte kosten opwegen tegen de baten van maatregelen zoals bijvoorbeeld het wegvangen van kreeften. Daarnaast – parallel aan onderzoek – is ook nu al actie en aanpak van dit urgente, groeiende probleem geboden.

>Schriftelijke vragen: De bedreiging van de inheemse natuur door het rode gevaar: ‘de Amerikaanse rivierkreeft’