7 jaar Duurzaam GWW bij de waterschappen

11 februari 2021

In 2013 maakte de waterschapssector voor het eerst kennis met de Green Deal Duurzaam GWW. In 2017 ondertekenden 100 partijen, waaronder alle 21 waterschappen, de Green Deal Duurzaam GWW 2.0. Het doel van deze green deal was ambitieus: duurzaamheid als integraal onderdeel in alle bouwprojecten. De green deal liep af op 31 december 2020. Tijd voor een terugblik.



Deze green deal is een praktische green deal die voorziet in een duurzame aanpak met 4 instrumenten om duurzaamheid in alle fases van projecten te borgen. Het potentieel dat aan duurzaamheidswinst gewonnen kan worden binnen de sector van grond-, water- en wegenbouw (GWW) is groot, ook bij de waterschappen.

Duurzaamheid in projecten

De afgelopen 7 jaren hebben de waterschappen veel gedaan en is ook veel bereikt op duurzaamheid in de projecten van de waterschappen. In steeds meer projecten werken waterschappen en bedrijven samen aan duurzame oplossingen. Ook zijn er praktische hulpmiddelen beschikbaar gekomen om duurzaamheid concreet en meetbaar te maken. De meeste waterschappen zijn voorbij de pilotfase, voor hen is het toepassen van de Aanpak Duurzaam GWW inmiddels de normale gang van zaken. De conclusie is duidelijk: in de waterschapssector is veel bereikt. Toch zijn we er nog niet.

Wat is er de afgelopen 7 jaar gebeurd?

  • De eerste Green Deal Duurzaam GWW liep van 2013-2015 en werd ondertekend door 29 partijen, waaronder de Unie van Waterschappen namens alle waterschappen.
  • Tijdens deze eerste Green Deal startten 5 waterschappen een koplopersgroep.
  • De daaropvolgende Green Deal Duurzaam GWW 2.0 (2017-2021) is door meer dan 100 partijen ondertekend, waaronder alle 21 waterschappen.
  • Vanaf 2016 werden er bij 17 waterschappen 82 medewerkers getraind als facilitator van de Aanpak Duurzaam GWW.
  • 3 waterschappen zijn inmiddels zelf gecertificeerd op de CO₂-Prestatieladder. Nog eens 5 waterschappen hebben aangegeven met de certificering te willen starten.

Lees het e-zine

Meer lezen? Bekijk het e-zine 7 jaar Green Deal Duurzaam GWW bij de waterschappen.

Bekijk Duurzaam GWW-projecten

Steeds meer waterschappen passen de Aanpak Duurzaam GWW toe in hun projecten. In de Duurzaam GWW-etalage wordt van ieder waterschap een project uitgelicht en lees je over de individuele opbrengsten en ambities.

Kom naar het webinar

Op 11 februari van 15.00 – 17.00 blikken alle ondertekenaars van de Green Deal Duurzaam GWW 2.0 tijdens een webinar terug. Met diverse gasten, waaronder keynote speaker hoogleraar Jan Rotmans.

Kom naar het webinar 4 jaar Green Deal Duurzaam GWW 2.0

Behandeling Omgevingswet gaat door

10 februari 2021

Op 9 februari heeft de Tweede Kamer bepaald dat de Omgevingswet toch verder wordt behandeld, ondanks de val van het kabinet. Vorige week bepaalde de Eerste Kamer al dat het wetsvoorstel niet controversieel wordt verklaard.



Na de val van het kabinet in januari gingen de Eerste en Tweede Kamer aan de slag met de dossiers die in beide Kamers liggen. Daarvan is op 2 februari per dossier bepaald of het controversieel wordt verklaard: het dossier wordt dan niet verder behandeld totdat er een nieuw kabinet is.

Tijdens de stemming over de Omgevingswet in de Tweede Kamer vorige week werd een fout gemaakt. Daarom werd er deze week opnieuw gestemd. De Tweede Kamer heeft het ontwerp-Koninklijk Besluit met de beoogde inwerkingtredingsdatum van de Omgevingswet wet, 1 januari 2022, nu niet controversieel verklaard.

Complexe opgaven

De waterschappen zijn blij dat de behandeling van het wetsvoorstel gewoon verder gaat. De Omgevingswet helpt waterschappen en andere overheden namelijk om complexe en urgente maatschappelijke opgaven beter het hoofd te kunnen bieden. Denk bijvoorbeeld aan de energietransitie en klimaatadaptatie. Daarnaast is een eenvoudiger, werkend en gebruiksvriendelijker stelsel voor het omgevingsrecht ook in het belang van inwoners, bedrijven en maatschappelijke organisaties. De voorbereidingen bij de waterschappen zijn in volle gang en lopen op schema.

Eerste Kamer

Op 9 februari heeft de Eerste Kamer besloten om op 2 maart door te praten over de actuele stand van zaken rond de Omgevingswet en de voorgestelde inwerkingtredingsdatum. Dit om in de tussentijd meer informatie over de stand van zaken van de implementatie van de Omgevingswet in te kunnen winnen.

Ook Stikstofwet gaat door

Op 2 februari besloten de Eerste en Tweede Kamer al dat de behandeling van de Stikstofwet doorgaat.

Parlement op de hoogte gebracht van proces financiële effecten Omgevingswet

5 februari 2021

Demissionair Minister Ollongren van Binnenlandse Zaken en Koninkrijkrelaties (BZK) heeft de Eerste en Tweede Kamer op 5 februari in een brief geïnformeerd over de stand van zaken van het onderzoek naar de financiële effecten van de Omgevingswet. Dit onderzoek wordt gebaseerd op 20 deelonderzoeken en geeft een beeld van de huidige verwachting van de financiële consequenties van deze nieuwe wet.



In de tweede helft van april stuurt minister Ollongren het complete beeld van deze financiële effecten naar de Eerste en Tweede Kamer. Voordat ze dat doet, vindt nog een bestuurlijk overleg plaats tussen de minister en de koepels van de decentrale overheden, waaronder de Unie van Waterschappen.

Ten grondslag aan dit financiële beeld liggen verschillende onderzoeken over de eenmalige kosten én de structurele kosten en baten die het gevolg zijn van de nieuwe wetgeving. Half maart is het financiële beeld klaar. Het wordt dan voorgelegd aan de leden van de Uniecommissie Bestuurszaken, Communicatie en Financiën. Op die manier zijn de waterschappen zo vroeg mogelijk geïnformeerd.

Rapport transitiekosten

Omdat de Eerste Kamer daar specifiek om vroeg, heeft de minister bij de kamerbrief ook al een van de deelonderzoeken toegestuurd. Het gaat om het onderzoeksrapport van KMPG over de eenmalige transitiekosten van de Omgevingswet. In het complete beeld worden de transitiekosten in relatie gebracht met de verwachte structurele baten en kosten die de wet met zich meebrengt en die in andere deelonderzoeken in beeld zijn gebracht.

KPMG schat in dat de transitiekosten van de waterschappen over de periode 2016 t/m 2024 ongeveer 70 miljoen euro bedragen. KPMG baseert zich hierbij op cijfers die de waterschappen aan de Unie hebben aangeleverd. Voor de provincies gaat het om ongeveer 100 miljoen euro, voor de gemeenten om zo’n 1,4 miljard euro en voor het Rijk om grofweg 76 miljoen euro.

Financiële evaluatie

Snel na invoering van de Omgevingswet volgt eind 2022 een financiële evaluatie die dieper ingaat op de transitiekosten. En ook daarna, in 2023 en 2027, evalueren het Rijk en de bestuurlijke partners de financiën. Daarbij geldt de eerdere afspraak dat er samen met de minister naar oplossingen wordt gezocht als uit de financiële evaluaties blijkt dat de kosten in relatie tot de baten substantieel hoger zijn dan eerder voorzien.

> Kamerbrief met link naar rapport ‘Onderzoek transitiekosten Omgevingswet’

> Ledenbrief aan waterschappen

52,4 miljoen vanuit Europa voor corona-herstel landbouw

Nederland ontvangt in 2021 en 2022 in totaal 52,4 miljoen vanuit het Europese Herstelfonds voor een economisch veerkrachtig en duurzaam herstel van de landbouw uit de coronacrisis. Ook zijn afspraken gemaakt met de provincies en de waterschappen over subsidiegelden.



Het geld komt beschikbaar via 2 landelijke regelingen: de Investeringsregeling Groen-economisch herstel en de Samenwerkingsregeling Groen-economisch herstel. Dat schrijft minister Carola Schouten van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit aan de Tweede Kamer.

Plattelandsontwikkelingsprogramma

Minister Schouten heeft daarnaast met provincies en waterschappen afspraken gemaakt over de financiële invulling van het reguliere Plattelandsontwikkelingsprogramma (POP) in de jaren 2021 en 2022: POP3+. Dit transitieprogramma geldt totdat het nieuwe Gemeenschappelijk Landbouwbeleid (GLB) in 2023 ingaat.

Klimaat, biodiversiteit en kringlooplandbouw

In POP3+ komt de focus voor dit jaar en volgend jaar onder meer te liggen op de thema’s klimaat, biodiversiteit en kringlooplandbouw, inclusief stikstof. Dat betekent dat er meer budget is voor projecten of investeringen die een bijdrage leveren aan een van die onderwerpen, en dat die eerder dan voorheen in aanmerking komen voor subsidie.

Regelingen transitieperiode 2021-2022

In 2021-2022 kunnen de waterschappen opnieuw gebruik maken van verschillende regelingen en middelen. Ook wordt er vanuit de waterschappen een bedrag van maximaal 30 miljoen euro per jaar aan cofinanciering ingebracht. Bovendien sluiten de regelingen goed aan bij de onderwerpen en uitdagingen waar waterschappen mee te maken hebben.

Watermaatregelen

Watermaatregelen kunnen in de POP3+ periode voor de volgende gebieden worden genomen:
• Productieve en niet-productieve investeringen voor het watersysteem
• Blauwe diensten via het Agrarisch natuur- en landschapsbeheer (ANLb)
• Bijdragen maatregelen in kader van het Deltaplan Agrarisch Waterbeheer (DAW)

Ook maatregelen die indirect bijdragen aan waterkwaliteits- en waterkwantiteitsdoelen zoals biodiversiteit, kringlooplandbouw en natuurherstel zijn mogelijk in deze transitieperiode.

> Zie ook het bericht op de website van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit

Behandeling Stikstofwet gaat door

2 februari 2021

De behandeling van de Stikstofwet gaat door. Dat hebben de Eerste en Tweede Kamer op 2 februari besloten.



Na de val van het kabinet in januari gingen de Eerste en Tweede Kamer aan de slag met de dossiers die in beide Kamers liggen. Daarvan bepalen de Kamerleden per dossier of het controversieel wordt verklaard: het dossier wordt dan niet verder behandeld totdat er een nieuw kabinet is. Op 2 februari werd hier in de Eerste en Tweede Kamer over gestemd.

Inzet waterschappen

De Unie van Waterschappen heeft er direct na de val van het kabinet bij beide Kamers op aangedrongen een aantal cruciale dossiers niet stil te leggen: de Omgevingswet en de Stikstofwet. De Stikstofwet is niet controversieel verklaard, de behandeling hiervan gaat dus door. Daar zijn de waterschappen blij mee. Over de Omgevingswet volgt volgende week duidelijkheid.

Mestdossiers controversieel

De Tweede Kamer verklaart de evaluatie van de Wet veiligheidsregio’s en de Klimaatnota controversieel. En helaas ook diverse mestdossiers, terwijl die van invloed zijn op de kwaliteit van het oppervlaktewater.

Eerste Kamer

De Eerste Kamer verklaart 3 dossiers controversieel: 2 over de Kamer zelf en een wetsvoorstel over taal en toegankelijkheid.

Hoogwater in Nederland: meer dan 14 meter boven NAP

Op veel verschillende plekken in Nederland is er sprake van hoogwater. Dat komt niet zo heel vaak voor. De waterschappen zijn zoals altijd goed voorbereid en nemen verschillende maatregelen.



Met name in de Rijn, Maas, Overijsselse Vecht en in het IJsselmeergebied staat het water hoger dan normaal. Zo is de waterstand van de Rijn bij Lobith op dit moment circa 14,52 meter boven NAP. De komende dagen zal dit naar verwachting oplopen tot 14,70 meter. Dat peil komt maar eens in de 5 jaar voor.

Alert

De waterschappen houden extra inspecties. Ook sluiten ze coupures (de doorgangen in een dijk) en treffen voorbereidingen voor als het water verder stijgt. Ze zijn dus alert en houden de situatie goed in de gaten. Diep in hun hart worden de medewerkers van de waterschappen zelfs wel een beetje warm van hoogwater: hier doen ze het voor!

Indrukwekkend

Bij waterschap Rivierenland vinden ze het wel indrukwekkend om te zien, dat hoogwater. Veel paden en dammen verdwijnen onder water en zomerkades lopen onder rond de buitenpolders, maar het levert geen gevaar op. Het waterschap roept bewoners op om de drukte te vermijden op dijken en kades en om de natuur in ondergelopen uiterwaarden te ontzien. Zo kunnen dieren een goed heenkomen zoeken.

Piek

Limburg heeft de piek in hoogwater alweer gehad: de Maas was hoog, maar er waren nergens problemen. Uiteraard is waterschap Limburg wel alert. Er zijn coupures opgebouwd en pompen opgesteld.

Droogte

Hoe kan het dat het water zo hoog staat, maar er in Nederland toch nog plekken zijn waar het grondwater te laag staat door de droge zomer? Het antwoord lees je hier.

Herziening gebruik gewasbeschermingsmiddelen nodig

Op 11 februari praat de Tweede Kamer over het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen buiten de landbouw. De Unie van Waterschappen heeft hiervoor een inbreng gestuurd naar de Kamerleden.



Op 11 februari staat een Algemeen Overleg (AO) Leefomgeving gepland. Daarin gaat het onder andere over gewasbeschermingsmiddelen.

Kwaliteit oppervlaktewater

Door een uitspraak van het Gerechtshof in Den Haag in november 2020 is het weer mogelijk om professioneel gewasbeschermingsmiddelen te gebruiken op verharde en onverharde terreinen buiten de land- en tuinbouw.

Demissionair staatssecretaris Van Veldhoven wil deze fout op korte termijn herstellen. De waterschappen steunen dat plan. Door het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen buiten de land- en tuinbouw verslechtert de kwaliteit van het oppervlaktewater.

Particulieren

De Raad van State heeft advies uitgebracht over een wetsvoorstel dat de wettelijke grondslag regelt voor dat verbod. Het verbod geldt niet alleen voor het professioneel het gebruik buiten de land- en tuinbouw, maar ook voor het gebruik door particulieren. Ook het laatste heeft de steun van de waterschappen.

Oorspronkelijk stond op 4 februari ook een AO Verzamelonderwerpen LNV gepland. Ook hiervoor heeft de Unie een inbreng geleverd. Dit overleg ging echter niet door.

Lees de inbreng voor de AO Verzamelonderwerpen LNV 4 februari 2021

Lees de inbreng voor de AO Leefomgeving 11 februari 2021

Circulaire Economie: waterschappen willen de markt ontmoeten

1 februari 2021

Waterschappen en de markt moeten elkaar beter zien te vinden om samen te werken aan een circulaire economie. Dat is de oproep van Sander Mager, bestuurslid van de Unie van Waterschappen, bij de start van de Week van de Circulaire Economie.



“Er zijn veel kansen voor de markt om samen te werken met de waterschappen binnen de circulaire economie”, zegt Sander Mager. “Alleen vindt de ontmoeting tussen waterschappen en markt niet vanzelf plaats. Partijen vinden elkaar niet automatisch, dus we hebben meer onverwachte ontmoetingen nodig. Wie denkt er bij leveranciers van bouwmaterialen aan de waterschappen? Toch hebben we baggerspecie, bermmaaisel, riet en andere biomassa uit het watersysteem in de aanbieding. En fosfaat, bioplastic, vetzuren, kaumera en cellulose uit rioolwater, hergebruik van zoet water niet te vergeten en nog veel meer.”

Circulaire ambities

De waterschappen merken als geen ander de gevolgen van de huidige lineaire economie. Daarom willen ze bijdragen aan een circulaire economie. Ze hebben de ambitie om 100% circulair te zijn in 2050. Met als eerste stap: 50% minder primaire grondstoffen gebruiken in 2030. Om daar te komen wordt er nu gewerkt aan het opstellen van een strategie Circulaire Waterschappen. Door de ontwikkeling van een gezamenlijke strategie wordt een koers bepaald met concrete kortetermijndoelen.

Ontmoeting

Sander Mager: “We werken aan circulaire waterschappen door vervuiling tegen te gaan, geen (schaarse) grondstoffen te gebruiken die negatieve effecten hebben op het milieu, en door klimaatverandering te helpen voorkomen. Bij al deze activiteiten werken we samen met het bedrijfsleven. We hebben het bedrijfsleven ook nodig als partner voor het verduurzamen en circulair maken van onze organisaties en bedrijfsprocessen.”

“We roepen de markt daarom ook op om dit samen met ons te verkennen”, gaat hij verder. “We hebben wel contact met partijen als MVO Nederland en Aquaminerals. Maar we willen als waterschappen nog meer op zoek naar regionale platforms en hoe die ontmoeting tussen waterschappen en de markt meer en beter tot stand kan komen.”

> Lees het interview met Sander Mager over dit thema in een special bij het FD van afgelopen week

Wet open overheid aangenomen door Tweede Kamer, compensatie voor extra kosten

26 januari 2021

Op 26 januari heeft de Tweede Kamer ingestemd met de Wet open overheid (Woo). De Woo is de initiatiefwet van GroenLinks en D66 die de Wet openbaarheid van bestuur (Wob) gaat opvolgen.



De nieuwe wet moet leiden tot een actieve openbaarheid van documenten van het Rijk, de bestuursorganen en de decentrale overheden, waaronder de waterschappen. De wet heeft als doel om (semi)overheden transparanter te maken, om het belang van openbaarheid van publieke informatie voor de democratische rechtsstaat, de burger, het bestuur en de economische ontwikkeling beter te dienen.

Kosten gecompenseerd

Het kabinet heeft besloten dat de extra kosten die decentrale overheden maken bij de invoering en uitvoering van de Woo gecompenseerd worden. De waterschappen zijn hier erg blij mee. Omdat het goed uitvoeren van de Woo extra werk vraagt van de waterschappen, heeft de Unie zich hard gemaakt voor deze compensatie. De kosten voor de waterschappen zijn becijferd op eenmalig 6,2 miljoen euro en structureel uiteindelijk 3,6 miljoen euro per jaar. De Unie krijgt verder een bijdrage van 375.000 euro om de waterschappen te kunnen ondersteunen bij de invoering van de wet.

Van passieve naar actieve openbaarheid

De extra kosten worden vooral veroorzaakt door de omslag van passieve naar actieve openbaarheid. Onder de Woo moet de overheid de informatie actief openbaar maken via het platform PLOOI. Op dat platform kunnen burgers en bedrijven straks alle informatie terug vinden die op basis van de Woo actief openbaar moet worden gemaakt. Dat betekent voor de waterschappen dat ze anders moeten gaan werken. Ze moeten bij het creëren van informatie al nadenken over openbaarheid. Het proces moet uiteindelijk zo worden ingericht dat informatie ‘automatisch’ openbaar wordt gemaakt.

Proces

Nu de Tweede Kamer de wet heeft aangenomen, gaat deze door naar de Eerste Kamer. De Eerste Kamer neemt de wet in behandeling, al kan deze nog wel controversieel worden verklaard. In dat geval komt de wet stil te liggen tot er een nieuw kabinet is.

Meer informatie over wat de Woo betekent voor de waterschappen vindt u in de Handreiking Digitale Transformatie