Het KNMI verwacht vanaf einde van de middag in het zuidwesten en vanavond in de rest van het land zware onweersbuien. Deze onweersbuien trekken van het zuidwesten naar het noordoosten van het land. Bij deze buien kunnen er zware windstoten voorkomen en plaatselijk veel regen, veel onweer, grote hagelstenen.
20-40 mm water verwacht
De onweersbuien kunnen plaatselijk gepaard gaan met zware windstoten van 75-100 km/uur, hagel van 2-4 cm en veel regen in korte tijd (20-40 mm).
Waterschappen bereiden zich voor
De waterschappen houden de situatie nauwlettend in de gaten. Waar nodig nemen de waterschappen (voorzorgs-)maatregelen. Zoals het tijdelijk verlagen van het oppervlaktewaterpeil om een extra buffer te creëren om meer water op te kunnen vangen.
Op dinsdag 9 juli riep de Maatschappelijke Watercoalitie, een coalitie van organisaties die zich zorgen maken over de toekomst van ons water, het nieuwe kabinet op om schoon en voldoende water prioriteit te geven in het regeerprogramma. Om zo de economie, natuur en het drinkwater te beschermen. In een manifest omschrijven de organisaties tien acties waarmee kabinet, bedrijven en maatschappelijke organisaties kunnen bijdragen aan de gezamenlijke wateropgave. De Unie van Waterschappen onderschrijft de zorgen van de initiatiefnemers en ondersteunt de oproep om schoon en voldoende water tot topprioriteit te maken in het nieuwe regeerprogramma.
Actie geboden
“Schoon en voldoende water is in Nederland-waterland geen vanzelfsprekendheid meer”, zo waarschuwt de coalitie. “Klimaatverandering, toegenomen watergebruik en vervuiling bedreigen ons water en onze welvaart.”. De zekerheid van schoon water en droge voeten staat onder druk; de opgaven rond waterbeschikbaarheid en de waterkwaliteit zijn groot. Actie is daarom geboden.
Waterschappen hebben de afgelopen jaren fors geïnvesteerd in het verbeteren van de waterkwaliteit met zichtbare successen. Rioolwater wordt steeds beter en duurzamer gezuiverd. Daarin investeren de waterschappen ook de komende jaren miljarden. Daarnaast houden ze water steeds beter vast voor tijden waarin dat het hardst nodig is. We lopen hierbij alleen wel tegen de grenzen van onze mogelijkheden en bevoegdheden aan.
De waterschappen vragen het kabinet om ruimte, regels en regie. Om water beter vast te houden en de waterkwaliteit in sloten en plassen te beschermen, hebben ze ook de andere overheden nodig. Waterschappen willen dat het kabinet het beleid van ‘water en bodem sturend’ voor zowel het stedelijk als het landelijk gebied voortzet.
Daarnaast pleiten de waterschappen al jarenlang voor een bronaanpak, vanuit de gedachte ‘wat er niet in komt, hoeft er ook niet uit’. Ze roepen het nieuwe kabinet op om nu de verstandige besluiten te nemen waar we nu en in de toekomst profijt van hebben:
Zorg ervoor dat nieuwe woningen en bedrijfsterreinen voorbereid zijn op extreem weer;
Reserveer nu extra ruimte en geld om de Nederlandse dijken veilig te houden;
Maak gebruik van eenvoudige waterbeheermaatregelen om snel natuurherstel te realiseren en toekomstperspectief te bieden voor de landbouw – draai aan de Waterknop!
Pak watervervuiling bij de bron aan met strengere wet- en regelgeving.
Om het onderwerp water goed in het regeerprogramma te verankeren, brengen de waterschappen hun aandachtspunten onder de aandacht bij het nieuwe kabinet.
Op dinsdag 2 juli was er in de Eerste Kamer een deskundigenbijeenkomst over de waterkwaliteit in Nederland. Namens de waterschappen ging Sander Mager, vicevoorzitter van de Unie van Waterschappen, hierover in gesprek met de Kamerleden. Het is voor het eerst dat de Eerste Kamer op deze manier uitgebreid aandacht besteedt aan dit urgente thema.
Voorkom stilstand
De waterkwaliteit in Nederland staat sterk onder druk. Dit komt door een teveel aan meststoffen, gewasbeschermingsmiddelen, medicijnresten, microplastics en chemische stoffen zoals PFAS. Ondanks verbeteringen de afgelopen decennia is verdere actie noodzakelijk om stilstand of zelfs achteruitgang te voorkomen. “En niet alleen om in 2027 te voldoen aan de eisen van de Kaderrichtlijn Water”, zegt Mager daarover. “Een slechte waterkwaliteit kan namelijk op heel wat fronten een bedreiging vormen.”
“Het belangrijkste is dat we nog meer ondernemen voor gezond water voor mens, boer en natuur. Water dat geschikt is als drinkwater, voor landbouw, industrie, planten en dieren. De waterschappen investeren volop in maatregelen voor een betere waterkwaliteit. Zo trekken we de komende jaren miljarden uit voor het steeds beter zuiveren van rioolwater.” Mager waarschuwt: “Wanneer er schadelijke stoffen in het water terecht blijven komen, zijn die investeringen nooit voldoende. De rioolwaterzuiveringen kunnen niet de wasstraat van de samenleving worden.”
Bronaanpak
Een belangrijke oplossing is aanpak bij de bron: voorkom dat schadelijke stoffen in het water terechtkomen. Mager pleit voor strengere wet- en regelgeving en een kritische blik op de toelating van nieuwe chemische stoffen. “Pas wanneer schadelijke stoffen minder of helemaal niet meer in het water komen, kan de waterkwaliteit in Nederland echt verbeteren.”
De waterschappen zetten zich keihard in voor schoner en gezonder water, maar Mager benadrukt dat ook landbouw, industrie, inwoners en het Rijk hun verantwoordelijkheid moeten nemen: “Samen de schouders eronder!”
Waterexperts in de Eerste Kamer
De bijeenkomst op 2 juli was de derde van een reeks van vier deskundigenbijeenkomsten over het thema water. De bijeenkomsten zijn bedoeld voor kennisopbouw en -verdieping. Eerder dit jaar werden vergelijkbare sessies gehouden over de thema’s water en bodem sturend en waterveiligheid. Bij die laatste ging Uniebestuurder Jeroen Haan in gesprek met de leden van de commissie Infrastructuur, Waterstaat en Omgeving over de meest urgente thema’s binnen dat werkveld van de waterschappen. De vierde bijeenkomst gaat waarschijnlijk over de uitvoeringspraktijk van water.
Op donderdag 27 juni sprak Uniebestuurder Sander Mager namens de waterschappen op het Europese evenement ‘Resilient Regions: Healthy Water and Soil for our Citizens’ in Brussel. De bijeenkomst was onderdeel van de Europese Green Week, met als centrale thema waterweerbaarheid in Europa. In zijn presentatie ging hij in op de zorgwekkende stoffen in ons water.
Aanpak bij de bron
Onder PFAS (poly- en perfluoralkylstoffen) vallen meer dan 15.000 chemische stoffen die slecht zijn voor mens en milieu en niet afbreken in de natuur. Voor een goede waterkwaliteit is het van belang dat de vervuiling door deze stoffen bij de bron wordt aangepakt. Dit kan via de Europese wetgeving, echter gaat dat op dit moment niet snel genoeg. Namens de waterschappen pleitte Mager voor een snelle implementatie van het zogenoemde restrictievoorstel (verbod) voor een groep PFAS.
Dit voorstel is ingediend door Nederland, Noorwegen, Zweden, Duitsland en Denemarken bij het Europees Chemicaliën agentschap ECHA. De waterschappen vinden een zo breed mogelijk verbod wenselijk. Hoe eerder de productie van PFAS stopt, hoe beter dit is voor de leefomgeving. Andere sprekers belichtten de problematiek rondom drinkwatervervuiling door PFAS, maar bijvoorbeeld ook een PFAS-vrije productie van zonnepanelen.
Sander Mager.
Bijdrage circulaire doelen
Een verbod op het gebruik van deze stoffen draagt niet alleen bij aan de gezondheid van mens en milieu, maar ook aan de circulaire doelen van de waterschappen. Dit lichtte Mager toe in zijn presentatie. Waterschappen willen in 2050 klimaatneutraal en circulair zijn. Ze zuiveren het rioolwater al steeds duurzamer en efficiënter, maar de druk op het water in Nederland neemt ook steeds meer toe. De waterschappen zien ook steeds meer schadelijke stoffen terug in het water. Naast PFAS zijn dat bijvoorbeeld plastics, rubber, medicijnresten en cosmetica.
Ieder jaar verschijnen bovendien duizenden nieuwe chemische stoffen. Veel van die stoffen eindigen vroeg of laat in het water of de bodem, een zorgwekkende trend die gekeerd moet worden. Een aanpak bij de vervuilingsbron kan hier veel in betekenen. Het water dat op de rioolwaterzuiveringsinstallatie binnenkomt bevat namelijk veel grondstoffen, en minder vervuiling zorgt voor schonere grondstoffen. Zo kunnen waterschappen achttien verschillende grondstoffen uit dit water terugwinnen, zoals cellulose, fosfaat, bioplastics en vetzuren, Kaumera en biomassa, maar bovenal het water zelf. Daarmee werken de waterschappen aan een gezond water- en bodemsysteem en een waterweerbaar Nederland en Europa.
Dutch Water Authorities
De Nederlandse waterschappen werken internationaal samen, onder andere met Europese partners. Daarnaast beïnvloedt Europese wetgeving nationale wetgeving en heeft het directe gevolgen voor de Nederlandse waterschappen. Dutch Water Authorities, Bureau Brussel, vertegenwoordigt de waterschappen in Europa.
Het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat publiceerde vorige week het voortgangsrapport water en bodem sturend. Het rapport beschrijft de aanleiding, de structurerende keuzes en acties, de uitrol en de borging van water en bodem sturend (WBS).
In het rapport benadrukt het ministerie dat met de Kamerbrief WBS van 25 november 2022 een transitie is gestart om water en bodem leidend te maken in ruimtelijke keuzes. Dit vereist een langdurige en intensieve samenwerking tussen alle betrokken partijen. Daarvoor zijn de vier overheden gezamenlijk eind 2023 tot een uitvoeringsstrategie en -agenda gekomen. Afgelopen jaar stond vooral in het teken van verkenning en het opstarten van initiatieven om de WBS-principes in de praktijk te brengen. De komende jaren zijn gericht op verdere ontwikkeling en implementatie van WBS.
Waterschappen: borging noodzakelijk
De waterschappen zijn zich al jaren bewust van de risico’s van het veranderende klimaat voor de inrichting van ons land. Er moet meer rekening worden gehouden met het water- en bodemsysteem. Zij zien, ondanks dat de weging van het waterbelang is opgenomen in de Omgevingswet, dat daar te vrijblijvend over wordt gedacht. De waterschappen pleiten dan ook voor een stevigere verankering.
Op dit moment zien we namelijk dat water en bodem sturend te vaak naar de achtergrond verschuift als plannen concreter worden voor de ruimtelijke inrichting. De kortetermijnbelangen worden vaak beter vertegenwoordigd dan de langetermijnbelangen. Om te zorgen dat we toekomstige generaties niet opzadelen met de problemen van nu, is wettelijke borging en beleidsmatige verankering nodig.
Waarom water en bodem sturend?
Nederland is gebouwd op, met en in het water. Eeuwenlang hebben we onze omgeving aangepast met polders, gemalen, dijken en sluizen. Door klimaatverandering wordt het echter steeds moeilijker om het land te beschermen tegen zowel wateroverlast als droogte. Ook staat de waterkwaliteit onder druk. Door water en bodem leidend te maken in de ruimtelijke ordening en inrichting kunnen we onze leefomgeving hierop aanpassen. Zodat we nu en in de toekomst met elkaar kunnen wonen, werken en recreëren in een veilig Nederland.
Minister Hugo de Jonge (Binnenlands Zaken en Koninkrijksrelaties) heeft vrijdag 21 juni namens het hele (demissionaire) kabinet het zogeheten voorontwerp Nota Ruimte naar de Tweede Kamer gestuurd.
Het voorontwerp is een eerste ruimtelijke vertaling van de opgaven voor Nederland richting 2050, met een doorkijk naar 2100. In het ontwerp krijgt water en bodem veel aandacht.
Aandacht voor water en bodem
In het voorontwerp van de Nota Ruimte zijn water en bodem de basis. Zo staat in de Nota dat de kwaliteit van ons water- en bodemsysteem moet doorwerken in alle uitgangspunten van de nota ruimte en invloed moet hebben bij het maken van ruimtelijke keuzes. Dat geldt niet alleen voor landbouw en natuur, maar ook voor de woningbouwopgave of voor de industrie en bedrijven.
Toekomstgerichte locatiekeuzes
De waterschappen ondersteunen het voorontwerp op dit punt. Het is belangrijk dat water en bodem niet alleen wordt meegenomen vanwege klimaatadaptatie, maar dat het gaat om fundamentele keuzes. Zoals locatiekeuzes voor woningbouw en welk grondgebruik waar mogelijk is. De waterschappen vinden dan ook dat het water- en bodemsysteem geen puzzelstukje is maar dat het de tafel moet zijn waarop de complexe puzzel van de ruimtelijke ordening moet worden gelegd. Als we daar nu niet de juiste keuzes in maken, zadelen we toekomstige generaties op met schade en overlast.
Borging noodzakelijk
Vaak zien we dat water en bodem sturend toch wordt vergeten als plannen concreter worden voor de ruimtelijke inrichting. De korter termijn belangen worden vaak beter vertegenwoordigd dan de langer termijn belangen. Om te zorgen dat we toekomstige generaties niet opzadelen met de problemen van nu, is er wettelijke borging en beleidsmatige verankering nodig. Ook in de Nota Ruimte.
Op dit moment is de weging van het waterbelang opgenomen in de Omgevingswet als verplicht bij ruimtelijke planvorming, maar is het ook nog vrijblijvend in de uitvoering. Dit zou steviger verankerd moeten worden.
Op donderdag 20 juni organiseerde de Unie van Waterschappen het eerste Waterschapscongres, bij congrescentrum Spant! in Bussum. Het congres is de opvolger van de traditionele Bestuurdersdag en de Waterschapsdag, en speciaal voor algemeen en dagelijks bestuursleden, de directie, voorzitters en secretaris-directeuren van de waterschappen. Centraal stond het thema ‘Uitdagender dan ooit’.
Uitdagingen waterbeheer
De middag startte met een plenair programma onder leiding van dagvoorzitter Tamara Markus. Een muzikale act met trommels én water bracht meteen energie in de zaal en zorgde voor plassen water op het podium: een metafoor voor natte voeten, een van de groeiende uitdagingen van de waterschappen. Andere uitdagingen zijn onder meer de zeespiegelstijging, bodemdaling, langere periodes van droogte en hevige regen en steeds meer schadelijke stoffen in het oppervlaktewater. Een openingsvideo toonde waarom die uitdagingen nu groter zijn dan ooit.
Belang van ontmoeting
Rogier van der Sande, voorzitter van de Unie van Waterschappen, heette de bestuurders welkom: “Dit Waterschapscongres komt precies op het goede moment, een jaar nadat jullie allemaal zijn gekozen als bestuurders. In dat jaar bezochten we vanuit de Unie alle waterschappen, in een zogeheten Roadshow. Daaruit bleek hoe belangrijk jullie samenwerking vinden, ook over de waterschapsgrenzen heen. De groeiende uitdagingen maken de onderlinge ontmoeting zo belangrijk. Onze omgeving vertrouwt erop dat we juist in deze uitdagende tijden goede besluiten nemen. Daarom zijn we in het bestuur gegaan, en daarom zijn we nu hier samen: om met elkaar en voor elkaar goede beslissingen te maken.”
Indrukwekkend verhaal van keynote Jimmy Nelson
Hoofdonderdeel van het plenaire programma was de wereldwijd gerenommeerde fotograaf Jimmy Nelson. Hij vertelde een indrukwekkend verhaal over zijn leven, zijn jeugd op een Britse kostschool en zijn carrière als fotograaf: over kwetsbaarheid tonen, gezien worden, anderen zien, over verschillende culturen en over serendipiteit.
“Jimmy’s verhaal toont ons precies wat nodig is om mensen aan boord te krijgen”, zegt Rogier later op de dag in zijn afsluiting van het plenaire programma. “Om mensen mee te krijgen, moet je elkaar zien. Dat is een mooie boodschap: zie de ander. Ook wij als waterschappen hebben een eigen cultuur. Daar mogen we trots op zijn en die mogen we laten zien en uitdragen.”
Deelsessies en afsluiting
In de namiddag verdeelden de bestuurders zich over acht verschillende interactieve deelsessies. Ze verdiepten zich daarbij in een van de toekomstige kansen en uitdagingen in het waterbeheer. Bekijk hier de presentaties:
Deze en volgende week presenteren alle kandidaat-bewindspersonen zich aan de Tweede Kamer. Ze doen dat in hoorzittingen, een nieuw onderdeel in het formatieproces, om hun motivatie verder toe te lichten. De beoogd minister en staatsecretaris van het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat (IenW) deden dit vrijdagmiddag 21 juni.
Beoogd minister en staatssecretaris
Barry Madlener (PVV) is de beoogd minister van IenW. Hij was hiervoor twee kabinetsperiodes woordvoerder op onder meer IenW. Chris Jansen (PVV) is de beoogd staatssecretaris Openbaar Vervoer en Milieu. Hij zat eerder namens diezelfde partij in de gemeenteraad van Almere en twee jaar in de Tweede Kamer.
“Waterbeheer in topconditie houden”
“Als minister van Infrastructuur en Waterstaat mag ik mij de komende jaren inzetten om onze prachtige infrastructuur en het beste waterbeheer ter wereld in topconditie te houden”, schreef Madlener in zijn motivatiebrief. “Er zijn vele uitdagingen de komende jaren, maar ik ben vereerd om hier samen met uw Kamer uitvoering aan te mogen geven.” Jansen schreef in zijn brief dat er “op het gebied van milieu en dus de leefomgeving oog moet zijn voor alle verschillende belangen, om de juiste keuzes te maken voor de komende decennia.”
Kaderrichtlijn Water
Tijdens de hoorzitting kreeg Madlener verschillende vragen over de Kaderrichtlijn Water (KRW). Zo vroeg D66 of de doelen haalbaar zijn en GroenLinks-PvdA hoe we ze gaan halen. In zijn antwoord zei Madlener dat we er alles aan moeten doen om de doelen te halen, maar zonder de welvaart uit het oog te verliezen. Als er niets gebeurt, verwacht hij problemen vergelijkbaar met de stikstofproblematiek.
Partij voor de Dieren benadrukte dat de deadline van de KRW al drie keer is uitgesteld en nu op 2027 staat. Madlener zei daarop dat Nederland al grote stappen heeft gemaakt op het gebied van waterkwaliteit. Of de doelen haalbaar zijn in 2027, is volgens hem de vraag. Hij focuste op de balans tussen welvaart en het behalen van de KRW-doelen, en vond het van belang om die balans goed in de gaten te houden.
Dutch Water Authorities, de internationale netwerkorganisatie van de 21 Nederlandse waterschappen, wil water hoger op de Europese politieke agenda om recht te doen aan de urgentie en het integrale en grensoverstijgende karakter.
Vooralsnog richt de EU zich voornamelijk op waterkwaliteit met de Kaderrichtlijn Water (KRW). Terwijl toenemend extreem weer ook steeds meer impact heeft op de waterbeschikbaarheid en leefbaarheid in Europa. Afgelopen maand waren de waterschappen met onder andere bestuurslid Luzette Kroon aanwezig tijdens de EU Green Week en Water Innovation Europe in Brussel om dat opnieuw te benadrukken.
Dutch Water Authorities zijn lid van Europese koepelorganisaties zoals: EurEau, SGI Europe, EWA, EUWMA en Water Europe. Onlangs stuurden de waterschappen samen met een brede coalitie van Europese belangenorganisaties een brief naar de Europese Commissie. Ze spreken hierin hun teleurstelling uit over het uitstellen van het Water Resilience Initiative (WRI). “Europa moet juist waterweerbaar worden”, aldus Kroon. “Op Europees niveau is een transitie van het waterbeheer en het beter vasthouden van water noodzakelijk. Extremer weer laat dat nu al in de praktijk zien. Het raakt alle landen in Europa en moet hoger op de agenda in Brussel. Dat blijven we benadrukken in onze gesprekken met Europese volksvertegenwoordigers”.
EU Green Week
Op 29 en 30 mei waren de waterschappen aanwezig bij de EU Green Week. Het evenement maakt deel uit van #WaterWIseEU, een campagne om een EU-breed gesprek over water, vandaag en in de toekomst, te stimuleren. Dit jaar stond het evenement in het teken van Water Resillience. Een onderwerp dat ook hoog op onze kennisagenda staat, omdat Nederlandse waterschappen hier veel van andere landen in EU kunnen leren. De waterschappen namen deel aan het hoofdevent en diverse partnerevents over onder andere financieringssystemen. Ook werd er genetwerkt met Europese volksvertegenwoordigers en bijgepraat met afgevaardigden van onder andere het ministerie van Binnenlandse Zaken en het Huis van de Nederlandse Provincies.
Water Innovation Europe
Water Innovation Europe is een jaarlijks terugkerend evenement van de Europese waterkoepel Water Europe. Thema’s die dit jaar onder andere aan de orde zijn gekomen waren circulariteit, waterschaarste en het samenspel tussen water en bodem. Tijdens het evenement van 17 tot en met 19 mei werden innovatieprijzen uitgereikt en in verschillende panels gediscussieerd over de uitdagingen in de watersector. Luzette Kroon was jurylid van één van de categorieën van de innovatie- awards. Ook nam ze deel aan panels tijdens diverse sessies. Ze heeft hier onder andere verteld over het principe water en bodem sturend en hoe dit in Nederland wordt toegepast. Tijdens de tweedaagse zijn contacten gelegd om verder te bouwen aan internationale kennisdeling. Deze ambitie is gesteld in de visie van de Dutch Water Authorities. Ook zijn er gesprekken gevoerd met Europese partners van de waterschappen.
Vewin en de Unie van Waterschappen hebben op 11 juni een gezamenlijke brief gestuurd aan de Nederlandse Eurocommissaris Wopke Hoekstra om in gesprek te gaan over de urgente en toenemende PFAS-problematiek voor de Nederlandse waterbedrijven en waterschappen.
Stoffen als PFAS horen in het geheel niet thuis in grond- en oppervlaktewater en in de bronnen voor drinkwater. Deze “forever chemicals” zijn niet of nauwelijks afbreekbaar, hopen zich op in het milieu en in planten, mensen of dieren, en zijn toxisch.
Bronaanpak meest effectieve oplossing
Deze problematiek is grensoverschrijdend, een Europese oplossing is daarom noodzakelijk. De meest effectieve manier om PFAS-problemen aan te pakken is bij de bron van de vervuiling. Wat er niet in komt, hoeft er ook niet uitgehaald te worden. Bronaanpak verdient dan ook altijd de voorkeur boven een end-of-pipe-oplossing, waarbij een reststroom overblijft. PFAS verdwijnt daarmee niet, maar wordt verplaatst.
De Unie van Waterschappen en Vewin ondersteunen daarom het restrictievoorstel onder de EU-regelgeving voor chemische stoffen (REACH) dat Nederland samen met andere lidstaten heeft ingediend. Dit wordt momenteel door ECHA, het Europees agentschap voor chemische stoffen, behandeld.
PFAS-problematiek vraagt om urgentie
Hoewel Wopke Hoekstra geen portefeuillehouder is voor chemische stoffen, zullen alle Eurocommissarissen – ook die vanuit Nederland – uiteindelijk beslissen over de restrictie van PFAS-stoffen, nadat de voorbereidingen door ECHA zijn afgerond. Het is van groot belang dat de restrictie wordt toegepast met zo min mogelijk uitzonderingen en zo snel mogelijke inwerkingtreding. Diverse takken van de industrie pleiten echter voor een zo beperkt mogelijke restrictie. Met dit gesprek willen de drinkwaterbedrijven en waterschappen de urgentie van de PFAS-problematiek en hun steun voor een volledige restrictie onderstrepen.