Een nationale aanpak tegen funderingsschade komt iets dichterbij. Dit is dankzij een motie die de Tweede Kamer op dinsdag 18 juni heeft aangenomen. De motie kwam van Jan Paternotte (D66) en werd breed gesteund. Hij vraagt snelheid rond de adviezen van de Raad voor de leefomgeving en infrastructuur (Rli) om huishoudens die te maken krijgen met enige vorm van funderingsschade te helpen.
Advies Rli: nationale aanpak funderingsschade
Op dit moment hebben 425.000 huishoudens in Nederland te maken met enige vorm van funderingsschade. Zonder aanpak kan dit aantal oplopen tot een miljoen in 2050. De Rli bracht daarom begin dit jaar een rapport uit over een nationale aanpak op het gebied van funderingsschade. Hierin adviseerde de Rli:
het oprichten van een landelijk loket voor funderingsproblematiek;
uit te werken hoe deze huishoudens lokaal geholpen kunnen worden met een funderingsonderzoek en een helder advies over het vervolgtraject;
samen met marktpartijen financieringsmogelijkheden uit te werken zodat de schade hersteld kan worden;
onderzoek en innovatie te stimuleren zodat herstel goedkoper wordt;
het opzetten van regionaal onderzoek, zodat funderingsproblematiek voorkomen kan worden;
maatregelen te nemen om toekomstige huiseigenaren zo veel mogelijk te beschermen tegen nieuwe gevallen van funderingsschade.
De motie verzoekt de regering zo snel mogelijk met bovenstaande punten aan de slag te gaan.
Een andere motie, over het Fonds Duurzaam Funderingsherstel, werd door de Kamer verworpen. Hierin vroegen Habtamu de Hoop (GroenLinks-PvdA) en eveneens Paternotte om het fonds zo uit te werken dat een extra bijdrage wordt geleverd door waterschappen die het grondwaterpeil bewust lager houden dan verantwoord is voor de veiligheid van woningen.
Op 10 juni vond in Den Haag de eerste Watertop plaats. Tijdens de bijeenkomst, georganiseerd door de Unie van Waterschappen, werd door de aanwezigen gesproken over hoe het water- en bodembeleid de komende jaren het beste kan worden uitgevoerd. Met de ‘oogst’ uit de Watertop actualiseert de Unie van Waterschappen de standpunten van de waterschappen op het thema water en bodem sturend.
Ruimte, regels en regie
Om Nederland veilig en leefbaar te houden, is het cruciaal dat water en bodem leidend zijn in ruimtelijke beslissingen. In de praktijk blijkt echter dat dit vaak op uitvoeringsproblemen stuit. In het geactualiseerde document vragen de waterschappen daarom extra aandacht voor ruimte, regels en regie bij de uitvoering van het water- en bodembeleid.
Op woensdag 11 juni heeft de Raad voor de leefomgeving en infrastructuur (Rli) een rapport gepubliceerd over ruimtelijke ordening in een veranderend klimaat. Het rapport benadrukt dat de komende decennia ingrijpende maatregelen nodig zijn om Nederland voor wateroverlast te behoeden en de beschikbaarheid van voldoende zoetwater te waarborgen. De maatregelen hebben grote ruimtelijke gevolgen. Rogier van der Sande, voorzitter van de Unie van Waterschappen: “Dit rapport ondersteunt ons pleidooi voor ruimte, regels en regie in de ontwikkeling van een waterrobuuste ruimtelijke inrichting. Het biedt alle betrokkenen concrete hulpmiddelen om samen te werken aan deze grote opgave.”
Pleidooi voor waterrobuuste leefomgeving
In het rapport geeft de Rli aan dat het kabinet water en bodem sturend wil laten zijn in het ruimtelijk beleid in Nederland, maar dat dit nog onvoldoende lukt. Op termijn kan dit tot zeer hoge kosten leiden. Als we nu woningen bouwen op de verkeerde plekken, bijvoorbeeld omdat die in de toekomst nodig zijn voor dijkversterking of waterberging, lopen de toekomstige kosten voor het waterbeheer hoog op.
Ook het voortzetten van de huidige landbouw in laaggelegen delen van Nederland is alleen tegen hoge kosten mogelijk. Op deze plekken wordt verzilting een steeds groter probleem. De toenemende droogte zal daarnaast onontkoombaar gevolgen hebben voor de natuur, de landbouw en bedrijvigheid in hoger gelegen delen van Nederland.
Ruimte, regels en regie
Het is de afgelopen drie decennia warmer, droger én natter geworden. Om Nederland veilig en bewoonbaar te houden in dit veranderende klimaat, is het noodzakelijk om de begrenzing van het waterbeheer aan te geven, laat het Rli-rapport zien. Ook moeten water en bodem leidend zijn in ruimtelijke keuzes.
Om het hoofd te bieden aan deze uitdagingen is meer ruimte voor water nodig. Van der Sande: “Door nu slimme keuzes te maken aan de voorkant en niet tegen beter weten in vast te houden aan ‘de oude maakbaarheid’, pakken we de kansen die er liggen en kunnen we ons unieke watersysteem voor de toekomst behouden. Dit vraagt dus om nationale regels voor de ruimte en keuzes in die ruimte.”
Water en bodem als basis voor ruimtelijke puzzel
De waterschappen vragen ook aandacht voor regie en afstemming. “Het water- en bodemsysteem is geen puzzelstukje”, zegt Van der Sande. “Het is de tafel waarop de complexe puzzel van de ruimtelijke ordening moet worden gelegd. Wij nemen daarin graag plaats, samen met medeoverheden, waarbij we het Rijk oproepen om het stuur in handen te nemen.”
Hoe bouwen we nieuwe woningen toekomstbestendig? Hoe vangen we de gevolgen van extreem weer goed op? En hoe combineren we deze uitdaging met andere opgaven, zoals de landbouw- en de energietransitie? Deze vragen stonden centraal tijdens de Watertop op maandagmiddag 10 juni in de Pulchri Studio in Den Haag. De Unie van Waterschappen organiseerde de bijeenkomst voor ruim honderd bestuurders en beslissers van gemeenten, provincies, waterschappen, het Rijk, projectontwikkelaars en woningcorporaties.
Water en bodem in ruimtelijke plannen
Het huidige (demissionaire) kabinet zette in het regeerakkoord dat water en bodem sturend moeten worden voor ruimtelijke plannen. Dat blijkt in de praktijk op uitvoeringsproblemen te stuiten. Wat kun je bijvoorbeeld lokaal oplossen, wat regionaal en hoe werk je daarin samen? Op de Watertop ging de aanwezigen hierover met elkaar in gesprek.
Drie R’en
Rogier van der Sande, voorzitter van de Unie van Waterschappen, deed de aftrap van de Watertop: “Het water- en bodemsysteem is geen puzzelstukje, het is de tafel waarop de complexe puzzel van de ruimtelijke ordening moet worden gelegd. Door nu slimme keuzes te maken aan de voorkant en niet tegen beter weten in vast te houden aan ‘de oude maakbaarheid’, pakken we de kansen die er liggen en kunnen we ons unieke watersysteem voor de toekomst behouden. Dit vraagt om ruimte, regels en regie, waarbij elke overheidslaag op zijn eigen niveau bijdraagt aan de gezamenlijke opgaven.”
Aansluitend deed Deltacommissaris Co Verdaas een oproep om nu te werken aan een perspectief voor de komende twee generaties. “Als we nu te weinig doen, hebben zij straks een veel groter vraagstuk.” Jannemarie de Jonge, Rijksadviseur voor de Leefomgeving, benadrukte daarop het belang van vakmanschap en leiderschap voor de toekomst. “Extremen worden normaler. Omgaan met water en bodem is niet iets wat je uit een boekje leert. We moeten daarom kennis op één zetten en vertrouwen op een combinatie van leiderschap en vakmanschap.”
Wat vinden bewoners?
Vervolgens werd de video ‘Klimaatrobuuste leefomgeving: wat vinden bewoners daar eigenlijk van?’ bekeken. Met daarin interviews met bewoners en praktijkvoorbeelden van Landgoed ’t Medler in de Achterhoek en woonwijk Westergouwe in Gouda. De video bood inspiratie om mee te nemen in de verschillende deelsessies, met regionale casussen. In de deelsessies gingen de bestuurders en besluitvormers met elkaar in gesprek over diverse casussen uit het land.
Wat zijn de volgende stappen?
De middag is plenair afgesloten met een presentatie van de inzichten en aanbevelingen uit de deelsessies. Vrijwel iedereen was het erover eens dat het van groot belang is om nu actie te ondernemen. Nauwere samenwerking tussen de verschillende belanghebbenden is daarbij essentieel met water en bodem sturend als leidend principe.
Alle aanbevelingen zijn verzameld in het document ‘Water en bodem sturend, hoe dan?’. Met dit document actualiseert de Unie van Waterschappen de standpunten van de waterschappen op het thema water en bodem sturend, naar aanleiding van de Watertop. Bekijk hier de oogst van de Watertop 2024: ‘Water en bodem sturend, hoe dan?’
Op maandag 3 juni publiceerde minister De Jonge van Binnenlandse Zaken en Koninkrijkrelaties (BZK) een Kamerbrief over de pensioenen van politieke ambtsdragers, waaronder (voormalig) dagelijks bestuursleden (DB-leden) van de 21 waterschappen. Een aangenomen motie in de Eerste Kamer roept het kabinet op om de pensioenen onder te brengen in het nieuwe pensioenstelsel. In de Kamerbrief beschrijft De Jonge hoe deze overgang eruit zal komen te zien.
Wet toekomst pensioenen
De pensioenen van politieke ambtsdragers vallen momenteel onder de Algemene pensioen- en uitkeringswet politieke ambtsdragers (Appa). De aangenomen motie roept op om deze ook over te zetten naar het nieuwe pensioenstelsel volgens de Wet toekomst pensioenen (Wtp). Hier gaan de pensioenen van alle werknemers die in Nederland pensioen opbouwen vóór 1 januari 2028 naar over.
Wet toekomst pensioenen
In de Kamerbrief staat onder meer dat het bedrag voor reeds opgebouwde pensioenaanspraken van politiek ambtsdragers wordt overgedragen aan pensioenfonds ABP. Daarnaast betalen overheidsorganisaties vanaf 1 januari 2028 premie aan ABP voor politieke ambtsdragers. Vanaf deze datum moeten ook waterschappen de pensioenen van bestuursleden onderbrengen bij het ABP.
In plaats van de overheidsorganisatie betaalt ABP dan de pensioenen. Bijkomstig voordeel is dat individuele waardeoverdrachten niet meer nodig zijn bij overstappen binnen de overheid.
Overgangsproces
Op 1 januari 2028 moeten alle pensioenen zijn overgedragen aan pensioenfonds ABP. Om dat mogelijk te maken, wil het ministerie van BZK het wetsvoorstel eind 2025 indienen bij de Tweede Kamer. Het ministerie werkt in dit proces nauw samen met de Unie van Waterschappen, de VNG en het IPO.
Op vrijdag 7 juni was Geert Gabriëls, Tweede Kamerlid namens GroenLinks-PvdA, op bezoek bij het hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden. Het werkbezoek vond plaats op de rioolwaterzuiveringsinstallatie (rwzi) in Houten en was op uitnodiging van de Unie van Waterschappen. Het bezoek stond in het teken van de thema’s waterkwaliteit, de Kaderrichtlijn Water en innovatie.
Innovatieve ozoninstallatie
De rwzi in Houten is de eerste in Nederland met een ozoninstallatie. Het Kamerlid kreeg een toelichting op het zuiveringsproces en de steeds verdere vervuiling van het water, grotendeels veroorzaakt door toenemende aantallen medicijnresten in het afvalwater. De gevolgen hiervan voor de gezondheid van mens en milieu zijn groot. Ozon in de installatie breekt de medicijnresten in het water af en zet ze om naar andere stoffen. Deze stoffen zijn makkelijker te verwerken en af te breken, wat de waterkwaliteit uiteindelijk ten goede komt.
Medicijnresten
Medicijnresten komen via het afvalwater in ons oppervlaktewater terecht, waardoor de waterkwaliteit onder druk komt te staan. Het zorgt ook voor een uitdaging op zuiveringstechnisch vlak. Medicijnresten laten zich namelijk lastig verwijderen uit het water. De ozoninstallatie in Houten vermindert het gehalte medicijnresten in het water tot zeventig procent. Daarna wordt het water in het Amsterdam-Rijnkanaal geloosd. Het verwijderen van medicijnresten uit het afvalwater draagt bij aan de waterkwaliteitsdoelen van de Kaderrichtlijn Water (KRW). Tijdens het werkbezoek kreeg Gabriëls ook een toelichting op de stand van zaken van de KRW in het gebied.
Werkbezoeken
De Unie van Waterschappen organiseert regelmatig werkbezoeken voor Kamerleden. Deze zijn bedoeld om inzicht te geven in actuele onderwerpen en de uitdagingen en belangen van de waterschappen goed op de politieke agenda te plaatsen.
Op dinsdag 4 juni heeft de Eerste Kamer een nieuwe wet goedgekeurd die zorgt voor meer inspraak van inwoners bij de waterschappen. De wet, die op 1 januari 2025 ingaat, maakt het voor inwoners mogelijk om mee te praten en te beslissen over het beleid van de waterschappen.
Nieuwe participatievordening
Waterschappen moeten nieuwe regels maken voor deze inspraak, die in een participatieverordening komen te staan. Deze nieuwe regels vervangen de oude inspraakregels. Waterschappen krijgen twee jaar de tijd om deze nieuwe participatieverordening op te stellen.
Mogelijkheid tot vragen overnemen taken
Een belangrijk onderdeel van de nieuwe wet is het zogenaamde uitdaagrecht. Dit recht geeft inwoners en maatschappelijke organisaties de kans om het waterschap te vragen een bepaalde taak over te nemen als ze denken dat ze dit beter en goedkoper kunnen doen. Ook deze regels komen in de participatieverordening te staan.
Doel van nieuwe wet
De nieuwe wet moet ervoor zorgen dat inwoners meer invloed krijgen op het werk van de waterschappen en dat taken mogelijk beter en efficiënter worden uitgevoerd. Nieuw ten opzichte van de huidige situatie is dat burgers straks ook betrokken moeten worden bij de evaluatie en uitvoering van het beleid.
Door hevige regenval is er in het zuiden van Duitsland veel wateroverlast. Dit is veel in het nieuws. Een deel van het water viel in het stroomgebied van de Rijn en stroomt naar Nederland. Rijkswaterstaat verwacht komende vrijdag 7 juni een piek van ruim 13 meter boven NAP in de Rijn bij Lobith. Ook in de regionale watersystemen van waterschappen wordt er door de vele regenval nog volop water afgevoerd. De waterschappen nemen waar nodig aanvullende maatregelen om wateroverlast te beperken. Grote problemen zoals in Duitsland worden er niet verwacht.
Water in regionale watersystemen van waterschappen
Samen met Rijkswaterstaat beheren de waterschappen het water in Nederland. De waterschappen zijn verantwoordelijk voor de regionale wateren zoals beken, sloten en kanalen. Met gemalen brengen de waterschappen het waterpeil naar beneden. Waterbergingsgebieden slaan het teveel aan water tijdelijk op.
Door de vele regen in het najaar en de winter is de bodem op veel plaatsen in Nederland nat en verzadigd. Dit betekent dat de bodem op die plekken bij hevige neerslag geen extra water kan opvangen en er dus eerder wateroverlast ontstaat. De komende dagen wordt er opnieuw regen verwacht; bij piekbuien kan het voorkomen dat er wateroverlast ontstaat. De waterschappen houden de situatie, per regio, in de gaten en sturen bij waar nodig. Lees hierover de updates van bijvoorbeeld waterschap de Dommel, waterschap Rijn en IJssel en waterschap Rivierenland.
Water in grote rivieren van Rijkswaterstaat
Rijkswaterstaat focust zich op het beheer van grote wateren zoals rivieren. De meeste regen in Duitsland viel in het stroomgebied van de Donau en stroomt naar andere landen dan Nederland. Een deel van de regen viel in het stroomgebied van de Rijn. Dit is doorslaggevend voor hoeveel water er bij Lobith in Nederland binnenkomt.
Vanaf vrijdag 7 juni wordt een piek van ruim 13 meter boven NAP bij Lobith verwacht. Het water verspreidt zich richting de IJssel, de Nederrijn en de Waal en de Nieuwe Maas. Vanaf 12 meter lopen de uiterwaarden langzaam onder water en waarschijnlijk blijft dat zo tot na het weekend. Hoewel er in het voorjaar steeds vaker hoge waterstanden voorkomen, zijn de huidige hoge waterstanden nu wel bijzonder.
Op vrijdag 31 mei vergaderde de commissie Bestuurszaken, Communicatie en Financiën (CBCF) van de Unie van Waterschappen. Een samenvatting van de hoofdpunten.
Opzet corporate story waterschappen
De commissie is geïnformeerd over de opzet van de corporate story voor de waterschappen. De ontwikkeling van een corporate story is onderdeel van de landelijke publiekscommunicatie die momenteel in ontwikkeling is. De commissie deed aanbevelingen voor de opzet en neemt in het najaar van 2024 een besluit.
Oprichting CERT-Water
Tijdens de vergadering besprak de commissie de oprichting van een CERT-Water: Computer Emergency Response Team. Met de nieuwe Europese richtlijn Network and Information Services (NIS2) wil de Europese Unie (EU) de cyberveiligheid en weerbaarheid van essentiële diensten in de lidstaten verbeteren. In het kader van deze richtlijn zal onder andere het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat (IenW) per (sub)sector een besluit nemen rond de inrichting van een CERT. Het ministerie van IenW heeft een aantal scenario’s uitgewerkt voor de inrichting van een CERT voor de watersector.
De commissie heeft een voorkeur voor het scenario met een sectoraal CERT-Water voor de vitale processen Afvalwater en Keren & Beheren. Het vitale proces Drinkwater kan daar dan bij aanvang of op termijn bij aansluiten. In het najaar van 2024 neemt de commissie een besluit.
Kadernota begroting 2025 Unie van Waterschappen
De commissie gaf de Ledenvergadering een positief advies over de kadernota voor de begroting 2025 van de Unie van Waterschappen. De kadernota is een voortzetting van de lijn die in 2024 is ingezet.
Verder besproken in de commissie
De commissie is geïnformeerd over de inzet van de Unie richting de kabinetsformatie. Ook stelde de commissie nieuwe profielen vast voor de berekening van de lastenontwikkeling van huishoudens en bedrijven.
Op maandag 3 juni bracht Anja Haga, Europarlementariër voor de ChristenUnie, een bezoek aan Wetterskip Fryslân en drinkwaterbedrijf Vitens. Het werkbezoek was op uitnodiging van de Unie van Waterschappen en Vewin (Vereniging van drinkwaterbedrijven in Nederland). Het stond in het teken van nationale en regionale thema’s rondom waterkwaliteit en -kwantiteit.
Brononderzoek naar PFAS-vervuiling
Haga werd ontvangen door onder anderen Luzette Kroon, dijkgraaf bij Wetterskip Fryslân en bestuurslid van de Unie van Waterschappen. Tijdens het werkbezoek was er onder meer aandacht voor een PFAS-brononderzoek van afgelopen maart en april. Het onderzoek wees uit dat de militaire vliegbasis in Leeuwarden een bron is van te hoge PFOS- en PFAS-lozingen in het gebied. Deze complexe situatie roept van alle kanten om aanpakgericht beleid.
Kroon vertelde onder meer over het plan van aanpak dat nu voor dit probleem loopt, in samenspraak met een saneringsplan van het ministerie van Defensie. Daarnaast was er aandacht voor watervervuiling door microplastics en voor de impact van de Groningse gaswinning.
Uitdagingen rondom toenemende verzilting
Na het bezoek aan het waterschap verplaatste de delegatie zich naar het buurtschap Spannenburg. Hier kregen zij een rondleiding bij de drinkwaterinstallatie van Vitens. Tijdens de rondleiding was er aandacht voor de lokale en nationale uitdagingen en ontwikkelingen rondom waterkwantiteit. Het gaan dan onder meer om de toenemende verzilting van het water en de groeiende druk op het drinkwaterbedrijf om altijd te zorgen voor voldoende waterbeschikbaarheid.
Europese verkiezingen
Het bezoek van de Europarlementariër was in aanloop naar de Europese Verkiezingen aanstaande donderdag 6 juni. De verkiezingen zijn ook voor de waterschappen en voor het water in Nederland van groot belang: de Europese wetgeving kent een grote doorwerking op het nationale beleid. De Europese Green Deal en de Kaderrichtlijn Water zijn hier duidelijke voorbeelden van. De waterschappen en drinkwaterbedrijven willen daarom hun belangen goed kenbaar maken op Europees niveau.