Toename loodvrij vissen dankzij Green Deal Sportvisserij Loodvrij

14 december 2021

De afgelopen 3 jaar hebben verschillende organisaties, waaronder de Unie van Waterschappen en Sportvisserij Nederland, uitvoering gegeven aan de Green Deal Sportvisserij Loodvrij. En met succes. Het gebruik en het aanbod van loodvrije alternatieven in de sportvisserij is aanzienlijk toegenomen.



Lood wordt door veel sportvissers gebruikt als verzwaring van de vislijn, in kunstaas en in voerkorven. Dit vislood kan in het milieu terechtkomen, en dat is schadelijk voor mens en dier. De Green Deal Sportvisserij loodvrij streeft ernaar dat het gebruik van lood in de sportvisserij in 2028 is gestopt.

Gezond oppervlaktewater

De waterschappen ondersteunen alle initiatieven rond loodvrij vissen. Als waterkwaliteitsbeheerder streven zij immers naar een zo gezond mogelijk oppervlaktewater. En lood hoort niet in gezond water thuis. Daarom zetten de waterschappen zich samen met de betrokken partijen in voor een loodvrije sportvisserij.

Loodvrij viswater

Steeds meer sportvisverenigingen stellen nu loodvrije viswateren in en organiseren loodvrije wedstrijden, evenementen en inruilacties. Het aantal sportvissers dat loodvrij vist, is verdubbeld. Ook het aanbod van loodalternatieven is gegroeid, maar kan zeker nog beter.

Verkoopverbod

Intussen heeft het Europees Chemicaliënagentschap (ECHA) een volledig gebruiks- en verkoopverbod van vislood in de EU voorgesteld. Alle Green Deal-partners steunen dit voorstel. In 2023 wordt besloten of de verkoop en het gebruik van vislood in heel Europa wordt verboden.

Lees het persbericht van Sportvisserij Nederland

Meer informatie op sportvisserijloodvrij.nl

Laat waterkwaliteit profiteren van stikstofaanpak

19 november 2021

Wetenschappers van verschillende kennisinstituten hebben gekeken wat de ecologische, ruimtelijke en sociaaleconomische effecten zijn van een gebiedsgerichte integrale aanpak van stikstof. Op 12 november heeft demissionair minister Schouten van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit verschillende publicaties hierover aangeboden aan de Tweede Kamer.

Polderlandschap met klein gemaal

Nederland moet flinke stappen zetten om de stikstofuitstoot te verminderen en de natuurkwaliteit te verbeteren. Tegelijkertijd liggen er uitdagingen om de uitstoot van broeikasgassen te verminderen. Ook moet de waterkwaliteit in 2027 ecologisch gezond en chemisch schoon zijn.

Slim combineren

De Unie van Waterschappen pleit voor stikstofmaatregelen die bijdragen aan natuurherstel en het verminderen van stikstofuitstoot. Daarnaast zijn er maatregelen nodig om de waterkwaliteit te verbeteren, zodat de doelen van de Europese Kaderrichtlijn Water (KRW) in 2027 worden gehaald. Slim combineren is noodzakelijk.

Geen tweede stikstofdossier

Het terugdringen van de stikstofuitstoot is een uitdaging voor heel Nederland, in al zijn diversiteit in grondgebruik en bodemopbouw. Tegelijkertijd zijn voor alle landbouwgebieden maatregelen nodig om de kwaliteit van het oppervlaktewater te verbeteren. Zowel op zand-, klei- als veengebieden. De waterschappen willen voorkomen dat het waterkwaliteitsdossier een tweede stikstofdossier wordt.

Normen niet gehaald

De landbouw heeft de afgelopen decennia de nodige stappen gezet om de waterkwaliteit te verbeteren. Toch is in alle landbouwgebieden het oppervlaktewater nog niet schoon genoeg om in 2027 de doelen van de KRW voor de kwaliteit van het oppervlaktewater te halen. In alle landbouwgebieden voldoet de waterkwaliteit van het oppervlaktewater nog niet aan de normen voor stikstof en/of fosfor. Dat blijkt uit gegevens van het Meetnet Nutriënten Landbouw Specifiek Oppervlaktewater. Dit meetnet bestaat uit meetlocaties die alleen door de landbouw worden beïnvloed. Op de helft van de meetlocaties worden de waterkwaliteitsnormen overschreden.

Kringlooplandbouw

Daarom pleiten de waterschappen voor een complete aanpak. Naast maatregelen voor stikstof zijn er ook maatregelen en geld nodig om in 2027 de doelen van de KRW in alle landbouwgebieden te halen. Ook is het belangrijk dat stikstofmaatregelen geen negatieve gevolgen hebben voor de kwaliteit van het oppervlaktewater. Om de landbouw te verduurzamen naar kringlooplandbouw is veel geld nodig. Elke euro voor de stikstofaanpak moet daarbij bijdragen aan verbetering van de waterkwaliteit.

Kansen van de stikstofaanpak

Wageningen University & Research heeft een memo geschreven: ‘Kansen van de stikstofaanpak voor bet doelbereik van de KRW voor nutriënten’. Daarin staan een aantal maatregelen die volgens de universiteit helpen om de waterkwaliteit te verbeteren. Deze maatregelen richten zich op het westelijk veengebied en op grote beeksystemen in Twente, de Achterhoek, de Gelderse Vallei, Oost Noord-Brabant en Limburg. Deze beeksystemen zijn aangewezen als KRW-waterlichaam en liggen in de omgeving van een Natura 2000-gebied.

Besluitvorming

De waterschappen vragen het nieuwe kabinet de inzichten uit deze memo, andere rapporten en adviezen in het kader van het 7e Actieprogramma Nitraatrichtlijn mee te nemen in de besluitvorming over de stikstofaanpak, het mestbeleid en het waterkwaliteitsbeleid. In al deze stukken staan aanbevelingen voor een aanvullend maatregelenpakket om de waterkwaliteit te verbeteren.

Handelingskader PFAS gepubliceerd

13 december 2021

Het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat heeft een geactualiseerd handelingskader voor PFAS gepubliceerd. Op 13 december stuurde demissionair staatssecretaris Steven van Weyenberg hierover een brief naar de Tweede Kamer.



Toen op veel plaatsen in de Nederlandse (water)bodem PFAS werden aangetroffen, ontstond behoefte aan landelijke normen voor het omgaan hiermee. Daarom is in juli 2019 het tijdelijk handelingskader voor hergebruik van PFAS-houdende grond en baggerspecie opgesteld. Deze is daarna 2 keer geactualiseerd, voor het laatst in juli 2020.

Meer toepassingsruimte

Deze actualisaties zijn gebaseerd op voortschrijdend wetenschappelijk inzicht. Hiermee is op een verantwoorde manier voor mens en milieu meer toepassingsruimte gecreëerd voor bouwers en baggeraars. De huidige versie is de 3e actualisatie van het handelingskader. De waarden voor toepassing van PFAS-houdende grond en bagger zijn in het geactualiseerde handelingskader hetzelfde gebleven.

Webinar

In januari 2022 organiseert het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat een webinar over het handelingskader voor PFAS.

Kamerbrief actualisatie handelingskader PFAS

Waterschappen reageren op nieuw rapport waterkwaliteit

2 juni 2022

Onderzoekers van Witteveen+Bos waarschuwen in hun rapport 'Gaat Nederland de KRW-doelen halen?' dat er mogelijk een juridische crisis kan ontstaan wanneer de waterkwaliteitsdoelen van de Kaderrichtlijn Water (KRW) niet worden gehaald in Nederland. De Unie van Waterschappen onderstreept de geuite urgentie in het rapport.



In het rapport wordt verwezen naar eerdere metingen van het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL). Daaruit blijkt dat minder dan 1 procent van de Nederlandse rivieren, beken en meren voldoet aan alle Europese normen. Het rapport is in lijn met de stroomgebiedbeheerplannen van de verschillende Nederlandse waterbeheerders en de Kamerbrief die minister Harbers van Infrastructuur en Waterstaat in november 2021 stuurde.

Gezamenlijke inspanning

Sander Mager, portefeuillehouder waterkwaliteit in het bestuur van de Unie van Waterschappen: “Het halen van de doelen van de Kaderrichtlijn Water wordt spannend. Het gaat niet vanzelf goed komen en ook niet zonder pijn. De waterschappen hebben de afgelopen jaren veel geïnvesteerd in het verbeteren van de waterkwaliteit. We werken hard om de doelen van de KRW te halen, maar ook landbouw, industrie en het Rijk zijn aan zet. Een goede waterkwaliteit is haalbaar in Nederland, maar niet als we de gebruiksdruk op het water alleen maar laten toenemen.”

Probleemstoffen

In het rapport komen ook industriële lozingen aan bod. Een aantal probleemstoffen zoals zink, zilver en microplastics komen ook in het water via consumentenproducten, bouwmateriaal uit de bouw en de inrichting van de openbare ruimte. Mager: “Een structurele aanpak van dergelijke diffuse bronnen vraagt om een meer circulaire economie en soms een ander consumptiepatroon. Het rapport vraagt terecht om een bronaanpak. Dat zal geen makkelijke opgave worden, omdat we ook als consumenten daar wat van merken.”

Gezamenlijke inspanning

Volgens de Unie van Waterschappen is een gezamenlijke inspanning de voorwaarde om de KRW-doelen te halen. Mager: “We zijn blij dat het Nationaal Programma Landelijk Gebied (NPLG) een belangrijke stap kan zijn om de doelen dichterbij te halen. Waterkwaliteit is naast klimaat en stikstof één van de pijlers van dit programma. Er zijn duurzame keuzes nodig, want het huidige systeem is niet houdbaar.”

> Rapport Gaat Nederland de KRW-doelen halen?

Waterkwaliteit van de kleine wateren in Nederland blijft zorgelijk: gezamenlijke aanpak nodig

18 november 2021

Het gaat nog steeds niet goed met de kwaliteit van kleine oppervlaktewateren in Nederland. Minder dan 1 op de 5 (17%) van de onderzochte wateren is van goede kwaliteit. Meer dan 80% heeft een matige tot slechte kwaliteit. Dat blijkt uit het landelijk burgeronderzoek ‘Vang de Watermonsters’.



De resultaten zijn vergelijkbaar met vorig jaar. In het onderzoek zijn ook 10 wateren geselecteerd waar het wel goed gaat met de waterkwaliteit en die positief worden beleefd door omwonenden. Deze 10 waterparels kunnen als voorbeeld dienen om meer waterparels in Nederland te realiseren.

Blinde vlekken op de kaart zetten

Het burgeronderzoek ‘Vang de Watermonsters’ is een initiatief van onder meer Natuur & Milieu, de ASN Bank en 10 waterschappen dat dit jaar voor de derde keer is uitgevoerd. Mensen in heel Nederland brachten deze zomer de waterkwaliteit in kaart van bijna 1100 kleine wateren zoals sloten, vennen, vijvers, grachten en kleine plassen. “Zo speelt ‘Vang de watermonsters’ een cruciale rol in het op de kaart zetten van deze blinde vlekken voor waterkwaliteitsbeheer”, zegt Lisette Senerpont Domis, hoofd van het Aquatisch Kenniscentrum Wageningen, een kennisteam binnen het Nederlands Instituut voor Ecologie.

Meer waterparels

Deelnemende waterschappen hebben op basis van het burgeronderzoek 10 waterparels gekozen die het beste scoorden. Het gaat om wateren met een goede waterkwaliteit en een positieve waterbeleving. Deze waterparels liggen verspreid over Nederland in zowel natuur-, bebouwde als agrarische gebieden. De gevonden waterparels laten zien dat het op veel meer plekken mogelijk is om waterparels met een rijke biodiversiteit en een goede waterkwaliteit te realiseren.

Sander Mager, vicevoorzitter Unie van Waterschappen: “Een goede waterkwaliteit is van levensbelang voor alles dat in of bij het water leeft. De waterschappen hebben de afgelopen jaren al veel geïnvesteerd in het verbeteren van de waterkwaliteit. Dit heeft nog niet overal effect. Tegelijkertijd laat dit onderzoek zien dat er ook wateren zijn waar het wel goed gaat met de biodiversiteit. Het is hard nodig om veel meer van deze zogenaamde ‘waterparels’ te realiseren. Daarom zoeken de waterschappen actief de samenwerking met andere betrokken partners en benadrukken we de noodzaak van een stevige aanpak aan de bron om vervuiling in sloten en plassen tegen te gaan. Dat is ook nodig om de Europese doelstellingen te halen. Eenmaal in het water, zijn deze stoffen er eigenlijk niet uit te halen.” Extra inspanningen zijn dus nodig, zoals maatregelen in het mestbeleid, wetgeving voor gewasbeschermingsmiddelen en strenger toelatingsbeleid voor stoffen.

Mix van maatregelen

De uitkomsten van het onderzoek bevestigen dat er voor het realiseren van meer waterparels een aantal maatregelen nodig is. Allereerst het maken van een goede analyse van het watersysteem. Niet elk water is immers hetzelfde en elk gebied vraagt om een specifieke oplossing. Andere maatregelen die positief bijdragen zijn ecologische inrichting van wateren en ecologisch beheer van oevers en watergangen. En uiteraard goede samenwerking met alle betrokkenen zoals gemeenten, provincies en waterschappen, maar zeker ook omwonenden, boeren, natuurbeherende organisaties en particuliere eigenaren.

Waterkwaliteit onder druk

De waterkwaliteit van de Nederlandse oppervlaktewateren staat onder druk. De belangrijkste bronnen van vervuiling die moeten worden aangepakt zijn mest, bestrijdingsmiddelen uit de landbouw en stoffen die via het rioolwater in het milieu komen zoals medicijnresten en PFAS. Het merendeel van de vervuiling komt uit eigen land. Mest en riooloverstorten hebben direct effect op de concentratie nitraat en fosfaat, het doorzicht en de diversiteit aan waterleven. Vergelijk je de gemeten waterkwaliteit uit dit en andere onderzoeken met andere Europese landen, dan bungelt Nederland onderaan de Europese lijsten.

Europese eisen voor waterkwaliteit

In 2027 moeten alle wateren in Nederland voldoen aan de Europese eisen voor waterkwaliteit (KRW). Uiterlijk in dat jaar moet al het water in Europa voldoende schoon en gezond zijn. Kleine wateren vormen samen een derde van het Nederlandse oppervlaktewater en vormen de haarvaten van het watersysteem. Ze vallen buiten de huidige verplichte metingen van waterkwaliteit. De resultaten van dit burgeronderzoek laten zien dat op basis van de gemeten parameters de waterkwaliteit in slechts 17% van de gemeten wateren goed is. Met nog 5 jaar te gaan is het een enorme opgave om de KRW-doelen te halen.

Burgeronderzoek

‘Vang de Watermonsters’ is een landelijk burgeronderzoek om de waterkwaliteit van de kleine wateren van Nederland in kaart te brengen. Deelnemers meten met een online meetkit of een uitgebreidere superkit de waterkwaliteit in een klein water in hun omgeving.

Editie 2021 is een project van Natuur & Milieu, 10 waterschappen, ASN Bank, NWB Bank, Nederlands Instituut voor Ecologie (NIOO-KNAW), Stichting Vivace, Unie van Waterschappen, FLORON / RAVON, IVN Natuureducatie, Vlinderstichting en Waterdiertjes.nl.

De tien waterschappen zijn: hoogheemraadschap van Delfland, hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier, hoogheemraadschap van Rijnland, hoogheemraadschap van Schieland en de Krimpenerwaard, hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden, waterschap Amstel, Gooi en Vecht, waterschap Brabantse Delta, waterschap De Dommel, waterschap Hollandse Delta en waterschap Vechtstromen.

Waterschappen: meer geld en aandacht voor klimaatadaptatie

17 november 2021

Voor het wetgevingsoverleg Water van de Tweede Kamercommissie Infrastructuur en Waterstaat van 22 november vragen de waterschappen meer aandacht voor klimaatadaptatie. Ook delen ze hun zorgen over de huidige waterkwaliteitsaanpak. Daarnaast vragen de waterschappen de Kamerleden om de minister aan te sporen een besluit te nemen over het belastingstelsel van de waterschappen.



Op 22 november komt de commissie voor Infrastructuur en Waterstaat samen om de wateronderwerpen van de begroting IenW te bespreken.

Meer aandacht en geld nodig voor klimaatadaptatie

De waterschappen vragen allereerst meer aandacht voor klimaatadaptatie. Zij roepen op tot een versnelde aanpak voor klimaatadaptatie en structurele financiering voor het opvangen van de gevolgen van de klimaatverandering. Als die versnelling uitblijft, kan de potentiële schade door wateroverlast, hitte en droogte oplopen tot 174 miljoen euro in 2050.

Zorgen over waterkwaliteitsaanpak

De waterschappen vragen ook aandacht voor de waterkwaliteit. In landbouwgebieden is de kwaliteit van het oppervlaktewater nog onvoldoende om in 2027 de doelen van de Europese Kaderrichtlijn Water te halen. Ook voldoet Nederland niet aan de voorschriften van de Europese Nitraatrichtlijn. De waterschappen zijn daar bezorgd over. Om in 2027 de doelen van de Kaderrichtlijn Water en de Nitraatrichtlijn te halen, is een aanvullend maatregelenpakket nodig.

Meer inzicht in PFAS-lozingen

Ook PFAS heeft invloed op de waterkwaliteit. Uit onderzoek naar PFAS op de rioolwaterzuiveringen blijkt dat er via indirecte lozingen PFAS op de zuiveringen terecht komt. De inzet van de Omgevingsdiensten is nodig om inzicht te krijgen in waar die PFAS vandaag komt. Ook moeten de diensten voorkomen dat PFAS via lozingen op de zuiveringen terecht komt. Ze moeten dus voldoende middelen krijgen om hun taak goed uit te kunnen voeren.

Keuzes nodig over belastingstelsel

Tot slot vragen de waterschappen aandacht voor de aanpassing van het belastingstelsel van de waterschappen. In december 2020 hebben de waterschappen een voorstel voor de aanpassing van dat stelsel aangeboden aan de minister van Infrastructuur en Waterstaat. Dit voorstel zorgt er onder meer voor dat er voor alle belastingbetalers een gelijkmatige tariefontwikkeling ontstaat. Op één onderdeel van de voorstellen heeft een stakeholder, VNO-NCW, kritiek. Hierdoor loopt het hele proces vertraging op. De waterschappen vragen de minister daarom om keuzes te maken over het vervolgtraject.

Lees hier de hele inbreng

Wetgevingsoverleg Water

Waterpoort: Hoe staan we ervoor met de Kaderrichtlijn Water?

31 mei 2022

Op 30 mei vond de eerste editie van de heropgerichte Waterpoort plaats in Perscentrum Nieuwspoort. Samen met Vewin, de vereniging van drinkwaterbedrijven, organiseerde de Unie van Waterschappen een paneldiscussie over wat er nodig is om de doelen van de Kaderrichtlijn Water (KRW) te halen.



Gespreksleider Elisabeth van den Hoogen opende de Poort met een kort interview met Rogier van de Sande en Peter van der Velden, voorzitters van de Unie van Waterschappen en Vewin. Beiden gingen in op de opmerking van minister Harbers van Infrastructuur en Waterstaat dat Nederland de doelen van de KRW niet ging halen. Mag hij zoiets zeggen, was de vraag. Van der Velden vindt van niet. Toch ziet Van de Sande in waarom Harbers de uitspraak deed: “Hij heeft de plicht om de urgentie van waterkwaliteit duidelijk te maken. Hopelijk wordt dat door deze uitspraak duidelijk.”

Aanpakken bij de bron

De aanwezigen waren het erover eens dat bronbeleid onmisbaar is om de doelen van de KRW te halen. Maar niet alleen bronbeleid is belangrijk. Ook zijn gebiedsgerichte maatregelen nodig, zei Fahid Minhas, waterwoordvoerder voor de VVD. Volgens hem mag het Rijk daarin ook meer de regie pakken. Zij moeten zich tenslotte namens Nederland verantwoorden naar Europa toe.

Geef waterschappen een taak

Sander Mager, bestuurder bij de Unie van Waterschappen, vertelde dat het huidige beleid van waterschappen niet gebaseerd is op het aanpakken bij de bron. Dat is wel nodig en daarin ligt een grote opgave. Daarom vragen de waterschappen ook aan het Rijk om hen een taak te geven.

Een sluipend probleem

Om de urgentie te voelen en door te pakken, is een crisis nodig. Maar waterkwaliteit vormt een sluipend probleem. Het is daarom belangrijk om niet nog meer plannen te maken, maar juist de plannen die er liggen uit te voeren. Wim Drossaert, bestuurder bij Vewin, pleitte er daarom voor om nu maatregelen te nemen en ons niet te verschuilen achter andere problemen zoals droogte.

Watertransitie nodig

Duidelijk voor alle aanwezigen was dat er een watertransitie nodig is. Als samenleving moet Nederland leren anders met water om te gaan. Minhas gaf aan dat het lastig is om dat aan mensen duidelijk te maken. “Het raakt ze niet in de portemonnee zoals dat bijvoorbeeld met energie wel gebeurt.”

Volgende Waterpoort

De volgende Waterpoort is op 29 september 2022. Deze zal gaan over de woningbouw en water.

Waterschappen: verbied professioneel gebruik gewasbeschermingsmiddelen buiten de landbouw

30 mei 2022

Op 1 juni behandelt de Tweede Kamer de Wijziging van de Wet gewasbeschermingsmiddelen en biociden. De waterschappen hebben de Kamerleden een aantal aandachtspunten meegegeven. Het gebruik van dit soort middelen heeft immers veel invloed op de waterkwaliteit.

gewasbeschermingsmiddelen

De waterschappen vinden dat het professioneel gebruik van gewasbeschermingsmiddelen op verharde terreinen (zoals bestrating) en onverharde terreinen (zoals parken) buiten de land- en tuinbouw verboden moet worden.

Verbod opnieuw van kracht

Dat verbod gold al tussen 2017 en 2020. Maar in november 2020 heeft het Gerechtshof in Den Haag uitspraak gedaan waardoor het gebruik weer werd toegestaan. Het wetsvoorstel dat de Kamer nu bespreekt, zorgt ervoor dat het verbod opnieuw van kracht wordt.

Waterschappen steunen wetswijziging

De waterschappen steunen deze wetswijziging. Gewasbeschermingsmiddelen hebben immers negatieve effecten op de kwaliteit van het oppervlaktewater en de in het water levende planten en dieren.

Gebruik door particulieren

Het wetsvoorstel regelt ook de wettelijke grondslag om in de toekomst een verbod op het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen door particulieren in te stellen. Waterschappen zijn voorstander van zo’n verbod.

Gebruik in de landbouw

Voor het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen in de landbouw zijn in 2020 afspraken gemaakt met als doel om in 2027 de doelen van de Kaderrichtlijn Water te halen. Ook moeten in 2030 de emissie van gewasbeschermingsmiddelen vanuit de land- en tuinbouw tot nagenoeg nul zijn teruggebracht.

Lees de hele inbreng

Dit vindt de Unie van het beleidsprogramma Infrastructuur en Waterstaat

27 mei 2022

boerderij met weiland en sloot in vogelvluchtperspectief

De eerste prioriteit van het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat (IenW) ligt bij de instandhouding van de infrastructuur en de vergunningverlening en handhaving. Ook de waterschappen zien dit als een belangrijk aandachtspunt. De Unie van Waterschappen maakt zich zorgen dat de versterking in dit huidige tempo te langzaam gaat en er daardoor incidenten blijven optreden.

Deltafonds wordt aangevuld

De minister geeft verder aan dat het Deltafonds vanaf 2026 structureel met 250 miljoen euro wordt aangevuld om achterstanden weg te werken en het Deltaprogramma te versnellen. Vergunningverlening, toezicht en handhaving worden versterkt door aanpassingen in opleidingen, kennis, data en monitoring. Hiervoor wordt 18 miljoen euro gereserveerd.

Water en bodem leidend

In het onderdeel over Water en Bodem staat hoe er invulling wordt gegeven aan de ambitie van het kabinet om water en bodem meer leidend te laten zijn voor de ruimte. Dit wordt voor oktober uitgewerkt voor de zandgronden, veenweidegebieden, diepe polders, ruimte voor het watersysteem en stedelijk gebied. Dit gebeurt tegelijk met de aanpak van grote opgaven zoals woningbouw en het Nationaal Programma Landelijk Gebied. Het is belangrijk dat er concrete handvatten komen voor hoe water en bodem leidend kunnen zijn ruimtelijke plannen. Er moet volgens de Unie nog een slag worden geslagen in die concretisering.

Klimaatadaptatie ontbreekt

De Unie van Waterschappen mist klimaatadaptatie. Er wordt wel aangegeven dat er voor het hoofdwatersysteem meer ruimte wordt gereserveerd voor water. Maar aandacht voor de regionale watersystemen en benodigde maatregelen om wateroverlast te beperken ontbreekt. Ook vindt de Unie het opvallend dat er niets over een dwingender karakter van de watertoets terugkomt in het beleidsprogramma.

Zorg over aanpak waterkwaliteit

Ook bestaande ambities en hoe die moeten worden waargemaakt hebben een plek gekregen in het beleidsprogramma. In 2027 moeten de Europese waterkwaliteitsdoelstellingen (Kaderrichtlijn Water) worden gerealiseerd. Het beleidsprogramma beschrijft de al in gang gezette aanpak. Hiervoor wordt naast bestaande beleidssporen ingezet op de regionale aanpak van het Nationaal Programma Landelijk Gebied. Dat zijn gebiedsplannen die onder regie van de provincies in juni 2023 klaar moeten zijn. De Unie van Waterschappen vindt het zorgelijk dat de waterkwaliteitsaanpak in dit programma beperkt blijft tot de beekdalen, terwijl het vraagstuk breder is. In 2024 wordt de voortgang van de waterkwaliteitsaanpak breed geëvalueerd. Veel zal afhangen van de resultaten die dit oplevert.

Kader voor herbruikbare stoffen

Het beleidsprogramma IenW gaat terecht in op circulariteit. Hergebruik van grondstoffen, zoals effluent en fosfaat, worden steeds belangrijker. Maar dat is alleen haalbaar als er een duidelijke strategie geformuleerd wordt. Er zijn keuzes nodig op het gebied van stoffenbeleid. In de huidige praktijk is hergebruik lastig. Dat komt doordat er geen werkbaar afwegingskader is voor de kwaliteit van herwinbare stoffen en het voorkómen van verontreinigingen in de gebruiksfase. De Unie van Waterschappen ziet graag dat daar een goed kader voor komt.

> Beleidsprogramma Infrastructuur en Waterstaat

Waterschappen: waterkwaliteit belangrijk in Nationaal Programma Landelijk Gebied

25 mei 2022

Op 7 juni vindt het jaarlijkse Commissiedebat Water in de Tweede Kamer plaats. De waterschappen hebben hun zorgen geuit over de waterkwaliteit.

Polderlandschap met klein gemaal

Een van de zorgen is dat het Nederlandse oppervlaktewater nog niet voldoet aan de normen van de Europese Kaderrichtlijn Water (KRW). Waterschappen hebben samen met andere overheden de afgelopen jaren veel geïnvesteerd in het verbeteren van de waterkwaliteit. Maar ze kunnen dat niet alleen. Ook industrie, landbouw en bewoners moeten aan de slag. De rol van het rijk met landelijk beleid en wetgeving speelt daarbij een belangrijke rol.

Landelijk gebied

Eén van de programma’s waarin wordt gewerkt aan waterkwaliteit is het Nationaal Programma Landelijk Gebied (NPLG). De waterschappen vinden het belangrijk dat ook de waterkwaliteit goed wordt meegenomen in het NPLG. De aandacht moet niet alleen op stikstof en klimaat liggen.

Stikstof en fosfor

Bij het waterkwaliteitsprobleem in de landbouw gaat het om de uitstoot van onder andere stikstof en fosfor naar het oppervlaktewater. Dat komt vooral door het uit- en afspoelen van meststoffen uit landbouwpercelen. In alle landbouwgebieden in Nederland voldoet de waterkwaliteit niet aan de normen voor stikstof en fosfor in het water. Daar maken de waterschappen zich zorgen over.

Maatregelen toetsen

De waterschappen pleiten er verder voor dat wordt getoetst of stikstofmaatregelen geen negatieve gevolgen hebben voor de kwaliteit van het oppervlaktewater. Elke maatregel in de stikstofaanpak zou moeten bijdragen aan de waterkwaliteitsdoelen, of in ieder geval geen negatieve gevolgen moeten hebben voor het oppervlaktewater.

Nu uitvoeren

De waterkwaliteitsopgaven in het NPLG zijn al in beeld gebracht, net als de maatregelen die per provincie moeten worden genomen. De waterschappen roepen daarom op om nu al te starten met het uitvoeren van deze maatregelen. Dat is nodig omdat er juridische procedures dreigen. De Europese Commissie zal Nederland in gebreke stellen als het in 2027 de KRW-doelen niet heeft gehaald.

Lees de hele inbreng