Europese waterbeheerders willen klimaatadaptatie hoog op de politieke agenda

10 oktober 2022

De nationale koepelorganisaties voor waterbeheer van verschillende Europese lidstaten roepen Europese leiders op om klimaatadaptatie hoger op de politieke agenda te zetten. Dit zeggen zij in een gezamenlijke verklaring die zij opstelden op de jaarlijkse samenkomst van European Union of Water Management Associations (EUWMA) in Oostende.



Dit jaar stond de bijeenkomst van de EUWMA in het teken van de toenemende weersextremen en het belang van klimaatadaptatiemaatregelen. De aanleiding was de extreme droogte die heel Europa afgelopen zomer in zijn greep hield. De Europese waterbeheerders hebben dringend opgeroepen tot politieke en maatschappelijke steun bij klimaatadaptatie en tekenden hiervoor een gezamenlijke verklaring.

Politieke prioriteit

Hein Pieper, scheidend president van EUWMA en dijkgraaf van waterschap Rijn en IJssel: “De extreme droogte van deze zomer heeft maar weer laten zien dat weersextremen maatschappelijk ontwrichtende gevolgen hebben. Tweederde van ons continent is erdoor geraakt. Water is essentieel voor de volksgezondheid, industrie, landbouw, natuur en transport, maar pas als er een tekort ontstaat wordt dit duidelijk. Het nemen van maatregelen in het waterbeheer is daarom dringend nodig, want geen land kan dit probleem alleen aan. Een Europese strategie, aanpak en Eurocommissaris zijn daarom hard nodig. Echte klimaatadaptatie kan enkel worden bereikt met politieke prioritering en maatschappelijke verandering in de omgang met water.”

Extra capaciteit en investeringen

Tot in de haarvaten van het watersysteem voelen waterbeheerders de gevolgen van klimaatverandering in hun dagelijks werk. Langere periodes van droogte, hogere temperaturen en verminderde regenval zorgen ervoor dat waterbeheerder hun praktijken moeten aanpassen. Hun focus ligt vooral op maatregelen om water vast te houden, water te besparen en op waterveiligheid. Dit vergt extra capaciteit en investeringen, iets waar veel waterbeheerders elders in Europa niet zo makkelijk toegang toe hebben.

Gedrag en activiteiten aanpassen

Luzette Kroon is bestuurslid van de Unie van Waterschappen met de portefeuillehouder internationaal en de nieuwe Nederlandse vertegenwoordiger van de EUWMA. Ook zij onderstreept het belang van investeringen: “Daarom is het nodig dat overheden klimaatadaptatie meer prioriteren in hun beleid en regelgeving, én dringend financiering hiervoor vrijmaken. Daarnaast is het nodig dat economische sectoren en burgers hun gedrag en activiteiten veranderen. Zonder deze omslag in de samenleving loopt het watersysteem steeds meer tegen haar grenzen aan.”

EUWMA verklaring

De verklaring van EUWMA bevat de volgende elementen:

  • Beschrijving van de impact en link van klimaatverandering met lokaal waterbeheer;
  • Waterveiligheid in gevaar door klimaatverandering;
  • De impact van toenemende droogte;
  • Pakket aan klimaatadaptatiemaatregelen voor waterbeheerders;
  • Belang van een goede bestuurlijke structuur;
  • Investeringen nodig voor klimaatadaptatie;
  • Betere grensoverschrijdende en sector overstijgende samenwerking en afstemming is nodig;
  • Klimaatadaptatiemaatregelen creëren essentiële meerwaarde voor de maatschappij.

Lees de hele verklaring

Eerste Kamer stemt in met Wet financiering politieke partijen

19 oktober 2022

De Eerste Kamer heeft op 18 oktober de evaluatiewet financiering politieke partijen (Wfpp) aangenomen. Minister Bruins Slot van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK) brengt met deze wet een aantal veranderingen aan in de regels voor de financiering van politieke partijen.

Politieke beschouwingen 2022

Lokale partijen, waaronder waterschapspartijen, vallen niet onder de Wfpp. De minister wil de subsidiëring voor deze partijen regelen in de nieuwe Wet op de politieke partijen (Wpp).

Subsidie lokale partijen

Minister Bruins Slot zei in de Eerste Kamer dat zij het als opdracht van de Tweede Kamer ziet om ervoor te zorgen dat de subsidiëring voor lokale partijen er komt. Ook voor lokale waterschapspartijen. Op dit moment heeft de minister dat geld, 10 miljoen euro, nog niet bij elkaar. Dit gebeurt uiterlijk 1 januari 2024. Het voorstel voor de Wet op de politieke partijen, waarin de subsidieregels komen te staan, gaat eind van dit jaar in consultatie. Als alles goed gaat, gaat de wet dan op 1 januari 2024 in. Het is de bedoeling dat de Wet financiering politieke partijen daarin opgaat, zei de minister.

Geld vrijmaken

Om het nodige budget te regelen diende senator Lennart van der Linden (Fractie-Nanninga) een motie in. Daarin verzoekt Van der Linden de regering in de begroting van 2023 structureel alsnog 10 miljoen euro vrij te maken voor de subsidiëring van lokale politieke partijen. Hij vraagt ook om de Kamer hierover voor de Algemene Financiële Beschouwingen in de Eerste Kamer te informeren, inclusief de budgettaire dekking. Deze motie is niet aangenomen.

Internationale giften openbaar

Het ministerie van BZK vergroot met de wijziging Wfpp de transparantie van giften aan politieke partijen. De eerdere drempel van 4500,- euro per jaar voor openbaarmaking van giften uit andere lidstaten van de EU en de Europese Economische Ruimte (EER) wordt afgeschaft. Giften uit alle landen moeten dus openbaar worden gemaakt.

Beleidstafel Wateroverlast en Hoogwater komt met eerste advies

11 maart 2022

Op 11 maart informeerde minister Mark Harbers (Infrastructuur en Waterstaat) de Kamer over het eerste advies van de Beleidstafel Wateroverlast en Hoogwater. Hierin staan aanbevelingen naar aanleiding van de watercrisis in Limburg van afgelopen zomer.

Foto van een overstroomde rivier met een brug in de verte

Het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat heeft de beleidstafel opgericht om lessen te trekken uit de overstromingen in Limburg. De beleidstafel is een overleg tussen de meest betrokken overheidsorganisaties en bestaat uit: het waterschap Limburg, de provincie Limburg, de gemeente Valkenburg aan de Geul, de Unie van Waterschappen, het Interprovinciaal Overleg, de Vereniging van Nederlandse Gemeenten, de Deltacommissaris en het Rijk.

Risico’s beperken

Deze partijen hebben voor verschillende deelonderwerpen gekeken hoe risico’s op het gebied van waterveiligheid en wateroverlast beperkt kunnen worden. Ook als de extreme neerslag ergens anders in Nederland plaatsvindt.

25 aanbevelingen

Het doel van dit eerste rapport is om te adviseren over onderwerpen die op korte termijn verbetering vragen. Zodat Nederland beter is voorbereid op zeer extreme neerslag zoals in juli 2021. De in totaal 25 aanbevelingen variëren van technische maatregelen, om bijvoorbeeld neerslagextremen en hoge rivierafvoeren beter te monitoren en voorspellen, tot oproepen om water een leidende rol te geven bij ruimtelijke plannen en beter in te spelen op hoogwatersituaties in de zomer. Ook is het advies om meer samenwerking te zoeken binnen Europa om ervoor te zorgen dat de stroomgebieden van de Rijn en de Maas goed worden voorbereid op extreem weer.

Mix aan maatregelen

Dirk-Siert Schoonman, bestuurslid Unie van Waterschappen: “Schade en overlast bij zo’n extreme neerslag als afgelopen zomer in Limburg kunnen we nooit helemaal voorkomen. Ook weten we dat maatregelen in het watersysteem alleen niet voldoende zijn. Met de juiste mix aan maatregelen in het watersysteem, de ruimtelijke inrichting en de crisisbeheersing kunnen we wel de gevolgen van extreme neerslag verminderen en maatschappelijke ontwrichting voorkomen. Voor het eindadvies verwachten we onder meer concrete verbeteringen voor de waterveiligheid en wateroverlast in Limburg. Daarnaast wordt de doorvertaling gemaakt wat de gevolgen van zulke extreme neerslag in andere delen van Nederland kunnen zijn en wat de handelingsperspectieven dan zijn.”

Beter bewust zijn van risico’s

Belangrijke aandacht in het rapport gaat uit naar de zorg dat inwoners, bedrijven en overheden zich onvoldoende bewust zijn van de risico’s op wateroverlast en overstromingen en niet goed zijn voorbereid. Daarom moet er meer worden gedaan aan het vergroten van het bewustzijn van risico’s door transparante en eenduidige informatievoorziening. De Unie van Waterschappen is als trekker betrokken bij dit onderwerp van de beleidstafel.

Niet met hagel schieten

Schoonman: “Om het risicobewustzijn bij inwoners te vergroten, moet informatie over watercrises toegankelijker worden. Daarbij moeten we niet met hagel schieten in de informatievoorziening, maar goed aansluiten bij de belevingswereld van inwoners. Op dit gebied werken we in de tweede fase van de beleidstafel een aantal concrete acties uit.”

Verdieping nodig

Voor veel van de aanbevelingen blijkt nadere verdieping nodig om tot verdere concrete verbeterpunten te komen. Vandaar dat het onderzoek op de verschillende deelonderwerpen wordt voortgezet. De Beleidstafel Wateroverlast en Hoogwater verwacht eind 2022 te komen met de definitieve adviezen en aanbevelingen.

Ethiek binnen de waterschappen

19 oktober 2022

19 oktober is het Global Ethics Day. Een dag om stil te staan bij ethische uitdagingen. De waterschappen kennen deze uitdagingen ook. Het maken van de moreel juiste keuze is soms lastig. In de weken voor Global Ethics Day hebben de waterschappen hier uitgebreid bij stilgestaan.



Voor de waterschappen zijn er enerzijds de bekende vraagstukken rondom duurzaamheid en klimaat, veiligheid en de eerlijke verdeling van de lasten voor een toekomstbestendige waterhuishouding. Anderzijds roepen technologische ontwikkelingen ook nieuwe vragen op over beveiliging, privacy en proportionaliteit. Zeker nu door digitalisering processen sneller gaan en beslissingen geautomatiseerd worden, is het belangrijk om stil te staan bij de mogelijke gevolgen daarvan. Om hier bewustwording voor te creëren hebben de Unie van Waterschappen en Het Waterschapshuis de afgelopen weken bijeenkomsten en lezingen georganiseerd.

Kunnen, mogen en willen

Op 29 september was er een lezing voor juridische medewerkers met als thema: wat kan (techniek), wat mag (wet en regelgeving) en wat willen we (ethiek). Op 6 oktober vond de eerste bestuurlijke ethieksessie plaats. De dagelijkse bestuurders, directeuren en Chief Data Officers (CDO) kregen hier uitleg van prof. dr. ir. Jeroen de Ridder, universitair hoofddocent filosofie aan de Vrije Universiteit Amsterdam. De Ridder ging in op het belang van ethiek en de verschillende methoden die gebruikt kunnen worden om het ethisch gesprek te voeren. De deelnemers konden dit vervolgens direct toepassen op zelf ingebrachte casussen vanuit de praktijk.

Ethics by design

Belangrijke les is dat ethiek een plek verdient binnen de hele organisatie. Ethiek is niet iets voor bestuurder of management alleen. Ook moet ethiek vanaf het begin van een project meegenomen worden: ethics by design.

Ook volgend jaar veel aandacht voor ethiek

De Unie en het Waterschapshuis zetten in 2023 een training op voor begeleiders die de waterschappen kunnen ondersteunen bij het voeren van het ethische gesprek.

Op 9 december is de tweede bestuurlijke ethieksessie.

Meer informatie over de training en ethieksessie

Sander Mager herbenoemd als bestuurslid Unie van Waterschappen

14 oktober 2022

De ledenvergadering van de Unie van Waterschappen heeft Sander Mager op 14 oktober herbenoemd als bestuurslid. Hij is ook vicevoorzitter van de vereniging van de 21 Nederlandse waterschappen. De herbenoeming is voor een termijn van 3 jaar.

Sander Mager -bestuurslid Unie van Waterschappen

Sander Mager is sinds 2019 bestuurslid van de Unie van Waterschappen. Daarnaast is hij dagelijks bestuurslid bij waterschap Amstel, Gooi en Vecht. Behalve het vicevoorzitterschap bevat zijn portefeuille bij de Unie van Waterschappen de onderwerpen: waterkwaliteit, waterketen, vergunningverlening en handhaving en duurzaamheid. Binnen dat laatste thema houdt hij zich met name bezig met grondstoffen en circulaire economie.

Brede bestuurlijke blik

Rogier van der Sande, voorzitter van de Unie van Waterschappen, lichtte namens het bestuur de keuze voor de herbenoeming toe: “Sander Mager is niet alleen goed op de hoogte van zijn eigen onderwerpen, maar ook van die van collegabestuurders. Hij heeft daardoor een brede bestuurlijke blik en kan meedenken over verschillende onderwerpen. Daarnaast is hij agenderend op de thema’s binnen zijn portefeuille. Tot slot is hij een fijne bestuurlijke collega om mee samen te werken.”

Waterpoort: het belang van water en bodem bij de woningbouwopgave

30 september 2022

Op 29 september vond de tweede editie van de Waterpoort plaats in Perscentrum Nieuwspoort. Samen met Vewin, de vereniging van drinkwaterbedrijven, organiseerde de Unie van Waterschappen een paneldiscussie over het belang van water en bodem bij de woningbouwopgave.

Mensen in zaal kijken naar panelleden in het midden

Gespreksleider Elisabeth van den Hoogen opende de Poort met een kort interview met Maxime Verhagen, voorzitter van Bouwend Nederland. Verhagen ging daarbij in op waarom bodem en water sturend veel betekent voor de bouwsector. “Veel maatschappelijke opgaven vragen om ruimte. Zoveel ruimte dat we eigenlijk bijna 2 keer het gebied van Nederland nodig hebben” legde Verhagen uit. Daarbij moet bij de inrichting van de ruimte veel meer dan ooit rekening gehouden worden met klimaatadaptatie. Je moet alleen nog wel onder NAP kunnen bouwen, vond Verhagen. Zolang maar goed nagedacht wordt over hoe daar gebouwd wordt.

Nationale sturing

Er staat nog een grote maatschappelijke opgave voor ons, concludeerde Verhagen. Bij deze opgave wil hij dan ook veel meer nationale sturing wat betreft waar te bouwen. Er is een nationale visie nodig hoe Nederland in 2040 eruitziet en wat dat betekent voor de ruimtelijke ordening. Verhagen vroeg daarbij nadrukkelijk om een nationale visie, omdat de totaliteit in het oog moet worden gehouden.

Laura Bromet, Tweede Kamerlid GroenLinks, gaf aan dat zij in de vorige bestuursperiode bij de toenmalige minister van Infrastructuur en Waterstaat om een visie heeft gevraagd. Toen werd dat niet nodig geacht, maar gelukkig kijkt men daar nu heel anders naar, zei Bromet.

Aanpassing Bouw- en Drinkwaterbesluit

Peter van de Velden, voorzitter van Vewin, gaf aan zowel het Bouw- als Drinkwaterbesluit te willen aanpassen. Veel innovatieve oplossingen zijn namelijk pas mogelijk als deze besluiten aangepast worden. Van der Velden kon hier rekenen op bijval vanuit Laura Bromet en Peter Glas, de Deltacommissaris. Desiree Uitzetter, voorzitter van de Vereniging van Nederlandse Projectontwikkeling Maatschappijen (NEPROM), zag niet meteen de oplossing in de aanpassing van deze besluiten. Uitzetter verwacht de oplossing meer in het gebied zelf te vinden.

Spanning tussen tempo en klimaatbestendigheid

Duidelijk voor alle aanwezigen was dat er een spanning bestaat tussen het tempo van de woningbouwopgave en klimaatbestendigheid. Rogier van de Sande, voorzitter van de Unie van Waterschappen, zei bang te zijn dat snelheid leidend wordt in de woningbouwopgave en pas wordt gekeken naar klimaatadaptief na 2030. Pieter Grinwis, Tweede Kamerlid ChristenUnie, gaf aan juist nu goed te willen handelen, omdat de nood zo hoog is.

Volgende Waterpoort

De volgende Waterpoort is op maandag 7 november 2022. Deze gaat over toekomstbestendig (drink)waterbeheer.

Waterschappen streven naar klimaatneutraliteit in 2035

14 oktober 2022

De waterschappen hebben op 14 oktober bekend gemaakt te streven naar klimaatneutraliteit in 2035. Zij leggen daarmee de lat voor duurzaamheid hoger dan de landelijke ambities en hopen andere partijen te inspireren.

Windmolen veld in waterrijk landschap

Dirk-Siert Schoonman, bestuurder van de Unie van Waterschappen: “Het is geen wonder dat de klimaatverandering ons zo aan het hart gaat, want wij merken in het waterbeheer als eersten de gevolgen in ons dagelijks werk. Wij zijn eigenlijk de ‘kanarie in de kolenmijn’. Het weer hebben wij als mens niet in de hand, maar de klimaatverandering kunnen we beïnvloeden. Dus gaan we als waterschappen aan de slag.”

Klimaatvoetafdruk beter in beeld

In de op 14 oktober vastgestelde strategische visie ‘Op weg naar klimaatneutraliteit’ zeggen alle 21 Nederlandse waterschappen hun klimaatvoetafdruk nog beter in beeld te zullen brengen en te streven naar klimaatneutraliteit in 2035. Daarbij kijken ze naar de broeikasgassen die het waterschap zelf veroorzaakt, waaronder lachgas en methaan op de rioolwaterzuiveringen. En naar de uitstoot van derden die in opdracht van het waterschap werken. Ook streven zij naar beperking van de emissies van broeikasgassen in hun omgeving, zoals uit veenweiden, oppervlaktewater en waterbodems.

Belangrijke schakel

Minister Rob Jetten voor Klimaat en Energie heeft zijn steun uitgesproken voor de visie van de waterschappen: “Ik ben onder de indruk van de ambities. Klimaatverandering tegengaan vereist een gezamenlijke inspanning van alle overheden. Waterschappen zijn niet alleen een belangrijke schakel om de gevolgen van klimaatverandering op te vangen. Ze geven het goede voorbeeld aan de rest van Nederland door ook te helpen bij het tegengaan van klimaatverandering.”

Ruimtelijke ontwikkeling

Dirk-Siert Schoonman van de Unie van Waterschappen: “De zeespiegelstijging gaat sneller dan gedacht en dat is zorgwekkend. Meer dan de helft van Nederland ligt beneden de zeespiegel of in overstromingsgevoelig gebied, waar bovendien twee derde van ons nationaal inkomen wordt verdiend. Hoe houden we Nederland ook op de lange termijn veilig? Het is essentieel dat water en bodem sturend worden bij besluiten over de ruimtelijke ontwikkeling. Waterschappen werken niet alleen hard aan het aanpassen aan de gevolgen van klimaatverandering. We stellen ook alles in het werk om die verandering te voorkomen en bij te dragen aan de verduurzaming van de energievoorziening in Nederland.”

Duurzame energie

Een tussenstap is de energieneutraliteit die de waterschappen voor 2025 als sector al hebben afgesproken in het klimaatakkoord van 2019. Door zo min mogelijk energie te verbruiken en zoveel mogelijk duurzame energie zelf op te wekken, bijvoorbeeld uit rioolwater. En terreinen ter beschikking te stellen voor zonnepanelen en windmolens. Goede voorbeelden zijn de versnelde productie van groen gas en innovaties zoals groene waterstof op de rioolwaterzuivering.

Lokaal energiesysteem

De waterschappen beschikken over meer dan 300 rioolwaterzuiveringen en beschouwen die steeds meer als een slim lokaal energiesysteem. Ook aquathermie – het duurzaam verwarmen en koelen van woningen met water – heeft een grote potentie. Het potentieel aan duurzame bronnen waarover de waterschappen beschikken overstijgt de eigen energiebehoefte. Vanuit hun maatschappelijke verantwoordelijkheid willen waterschappen deze bronnen inzetten en zo actief bijdragen aan klimaatneutraliteit in de regio.

Circulair materialengebruik

Grondstoffenverbruik houdt een rechtstreeks verband met energieverbruik en dus met klimaatbeleid. Door in te zetten op het gebruik van duurzamere materialen, gebruiken waterschappen minder energie en fossiele brandstoffen, waardoor minder CO2-uitstoot plaatsvindt. En dit remt de uitputting van grondstoffen. Bijvoorbeeld door bij het versterken van dijken grond uit de regio opnieuw te gebruiken of onderdelen van zuiveringsinstallaties te hergebruiken. Dat is circulair en levert ook CO2-besparing op omdat er minder transport nodig is.

Financiering

Lidwin van Velden, directievoorzitter van de Nederlandse Waterschapsbank, is verheugd met de ambitie van de waterschappen: “Als dé duurzame waterbank steunen wij de ambitie van de waterschappen om in 2035 al klimaatneutraal te willen zijn volop! Wij staan klaar om de waterschappen van passende en zo goedkoop mogelijke financiering te voorzien en samen te investeren in een waterbewuste en duurzame samenleving.”

> Lees hier de Strategische visie ‘Op weg naar Klimaatneutraliteit’

‘Slappe bodem’ vraagt om ruimtelijke keuzes

10 oktober 2022

Op 6 oktober organiseerde platform Slappe Bodem het Nationaal congres bodemdaling op de Floriade in Almere. Dirk-Siert Schoonman, dijkgraaf van waterschap Drents Overijsselse Delta en bestuurslid van de Unie van Waterschappen, pleitte tijdens het congres voor een klimaatrobuuste inrichting van Nederland.



Ook Klazien Hartog, hoogheemraad van Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier, en Piet Boer, heemraad van waterschap Zuiderzeeland, waren het eens tijdens de paneldiscussie: het waterbodemsysteem moet sturend worden in ruimtelijke ontwikkelingen.

Goede zorg voor bodem en water

Waterschappen vinden het belangrijk dat bij herontwikkeling van een gebied ook rekening wordt gehouden met langetermijneffecten op bodemdaling, waterveiligheid, waterbeschikbaarheid en waterkwaliteit. Schoonman: “Het lukt lang niet altijd meer om technische oplossingen te vinden voor water- en bodemvraagstukken. Dat komt door klimaatverandering én doordat we ons land steeds intensiever gebruiken. Om te voorkomen dat we onszelf klem lopen, moet het belang van goede zorg voor water en bodem voorop staan.”

Waterbeschikbaarheid in beeld

“Grote maatschappelijke opgaven vragen immers ruimte”, aldus Schoonman. “En iedere vierkante meter in Nederland kan bijdragen aan klimaatrobuustheid. Dat is niet alleen een opgave voor de waterschappen. Als we de situatie in Nederland structureel willen verbeteren, moet er onder regie van het Rijk op elk vlak keuzes worden gemaakt. Met daarbij ruimte voor regionale en lokale uitwerking. Waterschappen moeten natuurlijk ook zelf aan de slag en lokaal waterbeschikbaarheid in beeld brengen met een waterbalans. Het vraagt van waterschappers dat ze naast het faciliteren van waterfuncties steeds vaker een taak hebben in het adviseren van de algemene democratie.”

> Meer over Platform Slappe Bodem

Vragen in Eerste en Tweede Kamer over wetsvoorstel geborgde zetels

13 oktober 2022

In de Eerste en Tweede Kamer zijn vragen gesteld over het initiatiefwetsvoorstel van GroenLinks en D66 over de geborgde zetels van de waterschappen.



Vragen in de Eerste Kamer

In de Eerste Kamer vond begin oktober de tweede schriftelijke ronde over het wetsvoorstel plaats. Het CDA vraagt zich af of de initiatiefnemers nu afstand nemen van hun oorspronkelijke gedachte dat alle geborgde zetels moeten worden afgeschaft. Als dat zo is, wat is dan de meerwaarde van het voorliggende wetsvoorstel? In dat voorstel worden de geborgde zetels beperkt tot 2 voor ongebouwd en 2 voor natuur. Ook krijgen geborgden niet meer standaard een plek in het dagelijks bestuur van een waterschap.

Getrapte verkiezingen

Het CDA oppert verder getrapte verkiezingen voor de geborgden. De vertegenwoordigers van de categorieën Natuur, Landbouw en Bedrijfsleven worden dan binnen hun eigen geledingen gekozen. Tenslotte stelt het CDA voor om de verandering pas met ingang van de volgende waterschapsverkiezingen in 2027 in te laten gaan. De procedures voor de komende verkiezingen in maart 2023 zijn immers al in gang gezet.

Vaste omvang algemeen bestuur

D66 vraagt aan de initiatiefnemers én aan de regering of het mogelijk is om de verschillende onderdelen van het wetsvoorstel op verschillende momenten in te laten gaan. De ChristenUnie vraagt de initiatiefnemers van de wet wat zij vinden van het voorstel voor een vaste omvang van 30 bestuursleden in het Algemeen Bestuur. De Onafhankelijke Senaatsfractie (OSF) vraagt naar de praktische uitwerking van het wetsvoorstel voor de samenstelling van het Algemeen en Dagelijks Bestuur van de waterschappen.

Proces

Als de Eerste Kamer de antwoorden op deze vragen uiterlijk op 4 november heeft ontvangen, kan het wetsvoorstel op 8 november plenair worden behandeld. Ook de voorlichting van de Raad van State moet op die datum binnen zijn.

Vragen in de Tweede Kamer

In de Tweede Kamer stelde Fahid Minhas van de VVD schriftelijke vragen aan de minister van Infrastructuur en Waterstaat over het wetsvoorstel. Hij vindt dat de lange duur van het behandelproces van het wetsvoorstel onduidelijkheid creëert bij betrokkenen van de waterschapsverkiezingen van maart 2023. Hij wil weten of de minister dat ook vindt.

Duidelijkheid

Minhas vraagt daarom of de minister de provincies en waterschappen de duidelijkheid wil bieden dat er tijdens de komende verkiezingen niets verandert aan het systeem waarop bestuurders van waterschappen worden gekozen. Met het oog op de voorgenomen plenaire behandeling van het wetsvoorstel in de Eerste Kamer hoopt Minhas binnen een week antwoord te krijgen op zijn vragen.

Netwerkdag Watercrisis viert 10 jaar samenwerking

7 oktober 2022

Water kent geen grenzen. En grenzen tussen organisaties vervagen tijden een crisis. Daarom is het voor de Nederlandse waterpartners belangrijk om de onderlinge relatie continue te onderhouden en te verbeteren. De jaarlijkse Netwerkdag Watercrises is hiervoor een uitgelezen mogelijkheid.



Tijdens dit netwerkevenement voor waterprofessionals uit de wereld van Nederlandse crisismanagement leren waterprofessionals elkaar en elkaars wereld nóg beter kennen. De Unie van Waterschappen organiseerde op 6 oktober samen met alle crisispartners de Netwerkdag 2022 bij het Watermanagementcentrum Nederland (WMCN) in Lelystad.

10 jaar samenwerking

Water wordt steeds onvoorspelbaarder en grilliger. Het kan morgen opeens anders zijn. Door een overstroming, door een lange periode van droogte of een ramp waarbij het water vervuild raakt. Volgens de klimaatschadeschatter kan de schade door wateroverlast, hitte en droogte in bebouwd gebied oplopen tot € 174 miljard in 2050. De droogte 2018 veroorzaakte 1 tot 1,5 miljard schade. Het WMCN is hiervoor al 10 jaar hét centrum voor kennis en informatie over het Nederlandse watersysteem. KNMI, Waterschappen, Rijkswaterstaat en Defensie werken hier samen, ook in tijden van crisis. Hoe belangrijk dat is, bleek vorig jaar tijdens het hoogwater in Limburg. En tijdens droge tijden ook lokaal als je kijkt naar de impact van bijvoorbeeld onherstelbare natuurgebieden. De samenwerking binnen het WMCN verdiend blijvende aandacht voor uitwisseling van medewerkers en gegevens tussen waterbeheerders.

Vanzelfsprekend

Tijdens de netwerkdag stonden diverse sprekers op podium. Rogier van der Sande, voorzitter van de Unie van Waterschappen, stond namens de waterschappen stil bij het 10- jarig bestaan en gaf alle aanwezigen een groot compliment. “Met het Watermanagementcentrum Nederland brengen we kennis en informatie over het Nederlandse watersysteem samen en werken Nederlandse waterbeheerders al tien jaar in dit verband samen op regionaal en landelijk niveau. Ook in tijden van crisis. Mede dankzij alle waterexperts is waterveiligheid voor veel Nederlanders vanzelfsprekend. Hun werk blijft voor veel Nederlanders vaak onzichtbaar en dat is eigenlijk een groot compliment.”